Vervolg : In de spotlights - Hugo Lauwens
BASKET VEVOC
Omdat de statuten van Vevoc enkel oud-chiroleden van Leest toelieten werd er in 1983 beslist om een ledenwerving te organiseren. Zaal ‘Forum’ in Hombeek, de oefenzaal van den basket, liep vol met potentiële liefhebbers. Er werd een gelegenheidswedstrijd gespeeld met 20 spelers, een normale match wordt betwist met 5 tegen 5, en niet iedereen was voorzien van gepaste kledij. Hilarisch toen Jef Verbeeck uit de Winkelstraat de hele match op zijn sloefen speelde. Willy Van Linden kwam nadien zelfs wekelijks trainen op zijn Zweedse klompen… Er waren vele gegadigden die nog een tijdlang bij BBC-Vevoc bleven trainen. Bert Schillemans, Wim Dons, Erwin Van Nobelen, Robert Van Steenwinkel en Rudy Goyvaerts (de dokter van Leest-Dorp) kwamen het team versterken, vele anderen lieten na een tijdje verstek gaan. BBC Vevoc speelde in de competitie van de Antwerpse Vriendenclubs. Het ontstaan werd bezegeld op het zolderkamertje van ‘De Drij Gapers’. Onder impuls van Eddy Moortgat begon de ploeg met veel ambitie en groeide dra uit tot een begrip in de Antwerpse basketregio. Het bestuur bestond uit Voorzitter Kris De Laet, Ere-Voorzitter Louis Vloebergh, Secretaris Hugo Lauwens, Manager Mille Peeters, Penningmeester Vera Lauwers en leden Eddy Moortgat, Chris Van den Bergh, Vera Ceuppens en Danny Polfliet. Financieel was de club afhankelijk van Vevoc maar werd ook gesponsord door Karin De Laet, exploitante van café ‘De Drij Gapers’. Vaste stek in de ploeg hadden o.a. de Leestenaars Jurgen en Hans De Laet, Luc Peeters, Danny Polfliet, Erwin Van Nobelen, Hugo Lauwens en Luc Nuytkens. Eddy Moortgat werd speler/coach. Later werden de statuten aangepast en kreeg den basket versterking uit Mechelen en Blaasveld. Patrick Sleeckx (‘de Slekke’) was iedere match goed voor minstens 30 punten. Jo en Koen De Mulder en Frank en Eric Boeckx werden de andere ‘Amerikanen’.
LEGERDIENST
Hugo vervulde zijn legerdienst in Peutie. Zowel de datum van zijn oproeping, september 1981, als de locatie waar hij diende, had hij te danken aan aalmoezenier George Herregods. De aalmoezenier toonde hem een lijst met kazernes en Hugo had maar uit te kiezen. Peutie was niet ver van Leest en hij kon zijn lief niet missen, dus… Hugo werd tewerkgesteld in de keuken en George had er voor gezorgd dat hij KROO (kandidaat reserve onderofficier) werd. De nieuwbakken sergeant kreeg meteen de verantwoordelijkheid voor de avondbanketten. De Leestse afdeling van Milac, met de aalmoezenier als organisator, waren er meerdere keren te gast en die Leestenaars werden met de nodige egards behandeld. Op een cognacje meer of minder werd er toen niet gekeken… Door de aalmoezenier mocht Hugo koken op de basis van het Belgisch leger in Corsica. Daar was toen ook prins Philip, de latere koning genoot er een opleiding tot piloot.
Het traject Leest-Peutie legde hij dagelijks per fiets af. Hard labeur in die eerste dagen maar oefening baart kunst. Een andere gekazerneerde in Peutie was toen streekgenoot en wielrenner Patrick Verschueren, een zoon van fietsenwinkel René Verschueren uit de Bankstraat in Hombeek. Patrick reed voor Johan Museeuw en hij was snel, trainde elke dag en zat in de nationale selectie van de Landmacht. Door zijn dagelijkse rit naar Peutie was Hugo’s conditie intussen zo toegenomen dat hij Patrick bijna kon volgen en dat met een fiets zonder versnellingen… Zijn recordtijd van Peutie naar Leest bedroeg 28 minuten…
“De Band”, het maandblad van ‘Milac-Leest’, publiceerde in het nummer van augustus ’82 volgende schertsende brief van Hugo :
Waarom is het leger genietbaar ?
Na een negentien jaar schoolgaande jeugd kwam dan eindelijk de trip die ik van de Belgische staat gewonnen had, namelijk 10 maanden A.B.L. Ik had 1 maand tijd om alles in orde te brengen. Gauw kleren kopen, even naar de kapper gaan, een beetje geld wisselen, mijn fotoapparatuur laten nakijken en met pak en zak beladen stapte ik de trein op, richting Ekeren-Hoogboom. Het onthaal was enorm. We kregen daar ontspanningskledij en alles wat erbij hoort. Alles was kaki, waarschijnlijk omdat we dan gecamoufleerd zouden zijn wanneer we op safari-tocht moesten gaan en zodoende onze prooien niet zouden opschrikken. Ook werden er verschillende sport- en speldagen georganiseerd. Zeer interessant natuurlijk. Een hotel met zoveel verschillende ontspanningsmogelijkheden, dat had ik nooit van deze reis verwacht. Spijtig dat er geen telefoon op de kamer was, maar teveel van het goede is ook niet goed.
Na een maand verblijf in Hoogboom trokken we verder met een hele bende toeristen naar het volgende logement waar we met speciaal ingelegde bussen naartoe gevoerd werden. Turnhout was de stad die we 1 maand mochten bezichtigen. En ook hier was het onthaal fantastisch. We kregen ongeveer dezelfde ontspanning hier, alleen was er ook een snelcursus koken die erbij kwam, waarschijnlijk om bij eventuele expedities naar vreemde oorden ons potje zelf te kunnen klaar stomen. De wandelingen waren hier niet meer zo talrijk dus had ik meer tijd om eens te kunnen rusten en contacten te leggen met andere vakantiegangers. Het eten was hier zeer verzorgd, maar spijtig, wééral geen telefoon op de kamer. Na dit rustige maandje vertrok de bus weeral met ons naar het volgende hotel “Peutie”. Hier was het zeer modern en rustig gelegen met goede verbindingen naar de hoofdstad en mits een vijftig frank opleggen per dag, was er ook de mogelijkheid om een kamer met uitzicht op de autosnelweg te krijgen. In Peutie bleef m’n inspanning beperkt. Het was een rustkuur die aan te raden is bij hartlijders. En om mijn rust te onderbreken doorliep ik af en toe de snelcursus die ik in Turnhout gekregen had. Ook hier wéér geen telefoon op de kamer, maar die had ik niet nodig aangezien ik mijn boodschapjes schriftelijk kon regelen. Om deze hele trip af te sluiten kreeg ik 14 volle, zonnige, warme, aangename dagen Corsica bovenop. Waarschijnlijk omdat ik niet gereclameerd had op die telefoon, want ik was ook de enige van heel de bende toeristen die ze al negen maanden vergezeld hadden. In Solenzara, het kamp, waren alle mogelijkheden om me te amuseren. Van diepzeeduiken tot aquaplanning en van pedallovaren tot waterski of speedboot varen. Ook de georganiseerde wandeltochten waren van de partij, maar dan met dit verschil dat deze echt toeristisch waren uitgestippeld en de andere wandelingen om te wandelen. Ook hier hernam ik af en toe mijn snelcursus koken. Dat was nodig want ik was praktisch de enige die die cursus gekregen had en zo kon ik voor de lege magen zorgen die m’n collega’s opliepen tijdens hun zwempartijtjes. De dagen waren hier geteld en het vliegtuig maakte zijn motoren al warm. Terug in Peutie aangekomen ging ik naar de hotelmeester en zei dat ik dringend een telefoon wou op de kamer, en die man werd zo kwaad dat ik op slag naar huis moest gaan. En zo is mijn gewonnen reis “10 maanden A.B.L.” verlopen. Eigenlijk wel spijtig dat ze al om zijn.
Hugo is nu Opi van Sieme en Moona Liya, wekelijks staat hij wel een keer aan de schoolpoort om zijn schelmen af te halen na een dagje kleuterklas. Ook zijn ouders in de Kouter bezoekt hij nog regelmatig en met zijn vrienden in Leest blijft hij in contact via Facebook. Zo blijft hij verbonden met het dorp van zijn jeugd.
Foto’s : -Chiroleden op bivak – Zutendaal 1972 : boven van l. naar r. : leider Frans De Decker, Marc Keulemans, Eddy De Smet, Lieven Hellemans, Bart Lauwens, Hugo Lauwens, Marc De Prins, Frank De Prins, Joost Duysburgh en leider Jan Van den Heuvel. Onder : Franky Lauwens, Stef De Laet, Ludwig D’Hollander, Walter Fierens, Jef Lamberts, Rik Verschueren en Willy Gobien.
-De Sloebers en de Prutskes met hun leiding in 1982. Van l. naar r. : Hildegarde D’Hollander, Renhilde Robijns, Christel Keulemans, Luc Peeters en Hugo Lauwens.
-Vevoc basketploeg. Boven van links naar rechts : Hugo Lauwens, Frank Boeckx, Jo De Mulder en Luc Peeters. Onder : Eric Boeckx, Danny Polfliet en Hans De Laet.
-Een basketploeg van Vevoc. Boven van links naar rechts : Hugo Lauwens, Frank Boeckx, Jo De Mulder, Luc Peeters en Eric Broeckx. Onder : Hans De Laet, Danny Polfliet en Erwin Van Nobelen.
-Opi Hugo met zijn oogappels Sieme en Moona Liya.
In de wijzigingen/aanvullingen die hierna volgen komen nog veel soldatenbrieven aan de beurt. Brieven die de miliciens uit Leest naar de periodiek van Milac “De Band” geschreven hebben.
|