Toestand van onze gemeente over 1906. III.
De gemeentepolitie wordt uitgeoefend door één commissaris, één hoofdinspecteur, één inspecteur 1ste klasse, twee inspecteurs 2de klasse, twee adjunct-inspecteurs, één klerk, vier hoofdagenten, tien agenten 1ste klasse, twintig agenten 2de klasse en twee en vijftig agenten 3de klasse.
In den loop van dit jaar werden twee agenten van de 2de klasse tot de 1ste klasse en 3 agenten van de 3de tot de 2de klasse bevorderd, terwijl één agent 2de klasse word teruggesteld tot agent 3de klasse. Vier agenten 3de klasse en één adjunct-inspecteur werden uit den politiedienst ontslagen, terwijl aan twee agenten 3de klasse disciplinaire straffen, bestaande uit geldboeten van f1 en hooger, werden opgelegd. Van één agent 3de kl. werd de jaarwedde verhoogd.
Wegens openbare dronkenschap werden door de politie 574 personen in verzekerde bewaring gesteld; aan 994 personen is nachtverblijf verleend, welke personen daarna naar hun woonplaatsen zijn voortgeholpen.
In de nachtregisters werden, gedurende 1906, ingeschreven 5740 personen, waarvan 2256 verbleven in de hotels, de overigen in kleine logementen.
Er hadden 29 branden plaats, waarvan 4 van meer ernstigen aard. Het getal door de politie te Leiden opgemaakte processen-verbaal bedroeg 2019.
De kosten der politie hebben bedragen f 76,644.67 tegenover f 75,380,55 in 1905. De vereeniging van bezoldigde agenten van politie "Door Eendracht Saamgebracht" bestond op 31 December 1906 uit 67 leden. Verder telt de vereeniging 3 donatrices, 82 donateurs en begunstigers; en één eerelid.
De vereeniging beantwoordt aan haar doel en beginselen, behoudens één punt: de kameraadschap; deze is jammer genoeg nog niet zooals het behoort, al is ook in dit opzicht verbetering te bespeuren, zegt het verslag.
Dit jaar is het Leerboek van de Politie, bewerkt door Stapel en De Koning, resp. commissarissen van politie te Hellevoetsluis en Harderwijk, verschenen, een boek, waarin alle wetten, die voor de politie nuttig zijn, zijn opgenomen. Voor hen, die zich een exemplaar van dit werk wilden aanschaffen is door de vereeniging een gedeelte der kosten daarvan te gemoet gekomen en het is nagenoeg door alle agenten aangeschaft. Ook op eenige vakbladen heeft de vereeniging zich geabonneerd; deze worden in de wachtlokalen voor de leden ter lezing gelegd.
In Januari 1906 werd besloten lot de oprichting van een vakcursus, waarvan de leiding op zich genomen werd door den hoofdinspecteur, den heer Pronk, terwijl de heer P.C.G.A. Wijkmans, onderwijzer aan een o.l. school alhier, zich voor het taalonderwijs belangeloos beschikbaar stelde. Jammer echter dat door de in Mei hier ter stede uitgebroken staking der timmerlieden ten gevolge van den daardoor nog minder vrijen tijd van het personeel, deze cursussen voorloopig geen doorgang konden hebben.
Het brandwezen kostte de gemeente in 1906 f 7285.82½, waarvan f 5160.26 aan belooningen en premiën en f 2125.56½ aan onderhoud van spuiten en bonhuizen. Er hadden plaats 15 schoorsteenbranden, 26 kleine binnenbranden en 1 zware binnenbrand, 4 uitslaande branden en 2 buitengewone branden - in houtstapels bij huizen in aanbouw - terwijl vijfmaal valsch brandgerucht vernomen werd.
De navolgende mutaties kwamen in het kader voor: De opperbrandmeesters P.F.C. Marks en A.A.R. Verhoog, de brandmeesters F.A. Wempe en C.J. van Erkel en de adjunct-brandmeester A.J.F. de Kler verzochten eervol ontslag, hetwelk hun werd verleend.
Tot opperbrandmeester werden benoemd: de brandmeesters W. Christiaanse en N.B.C Rijnswou, tot brandmeesters de adjunct-brandmeesters B.J. Huurman, W.F. van Tongeren, J.H.L. Brummelkamp en H.D. Sala; tot adjunct-brandmeester werden benoemd de spuitgasten J. van Muiden, J. Fles Jr., D, van der Most van Spijk, D. Briejer en J.L. Stokhuyzen.
Omtrent de verlichting kunnen wij, nadat we reeds vroeger het voornaamste uit het verslag van commissarissen der Stedelijke Gasfabriek hebben medegedeeld, kort zijn.
Het gasverbruik door particulieren bedroeg in I906 8,028,580 kub. M. tegen 7,717,418 kub. M. in 1905, zoodat het in het afgeloopen jaar vermeerderde met 4.03 pCt. De winst bedroeg na aftrek van een bedrag; van f 81.645.79½, hetwelk moest worden bestemd voor rente en aflossing, f 93,904.95. Voor straatverlichting werd aan de Gasfabriek door de gemeente betaald f 29,800.
Van het hoofdstuk "Nationale militie en schutterij" trekt alleen het eerste meer onze aandacht, daar de schutterij thans reeds tot het verleden behoort. Het aandeel der gemeente in de lichting voor de nationale militie bedroeg 177. Het aantal lotelingen bedroeg 540. Het totaal der vrijgestelden bedroeg 157; uitgesloten werd één, zoodat er tot den dienst aangewezen waren 382. Aan de loting in 1906 voor de lichting 1907 werd deelgenomen door 539 ingeschrevenen. Gelegenheid bestaat tot inkwartiering van 3904 manschappen, en tot het stallen in den zomer van 492 en in den winter van 362 paarden.
Het ledental der Leidsche Scherpschuttersvereeniging was sterk vooruitgaande en bedroeg aan het einde van December in totaal 83. Het bestuur bestaat uit de heeren F.N. Schaap, voorzitter; J.P. van Brussel, 1 sten secretaris; J.L. Boer, 2den secretaris; W. Guijken, penningmeester; J. Dekker, wapenmeester; F.F. Fraikin en W. Vos commissarissen.
Het aantal gewone leden der Leidsche Studenten Vereeniging tot vrijwillige oefening in den wapenhandel "Pro Patria" bedroeg 70. Het bestuur bestaat uit de heeren C.W. de Vries, praeses; D.G. Kortenbout van der Sluys, questor; E.F. Menten, J.J. Ferf en B.H. de Vos van Steenwijk, ab-actis. De Rijksschietbanen te Katwijk zijn bij de vereeniging in gebruik.
De Leidsche Schietvereeniging "Willem Tell" hoeft 68 leden, benevens 1 eerelid, 1 lid van verdienste, 11 donateurs en 3 donatrices. Deze vereeniging nam deel aan het gecombineerde schietconcours te Katwijk, waar zij en vele harer leden een prijs mochten winnen. Aan 2 leden kon het scherpschuttersinsigne worden uitgereikt. Uit alles blijkt, dat de vereeniging steeds meer voldoet aan haar doel, het vormen van weerbare mannen voor het vaderland.
Van de andere militaire vereenigingen, zooals de afd. "Leiden" van de Ned. Weerbaarheidsvereeniging en van de Kon. vereeniging van gepensionneerde onderofficieren en minderen van het Nederlandsche leger, de Leidsche Bond van oud-onderofficieren, de onderofficiersvereeniging "Door vriendschap vereenigd", de vereeniging "Moed, Beleid en Trouw", de Nederlandsche vereeniging "Het Roode Kruis", comité Leiden en Omstreken, worden geen bijzonderheden vermeld. Zij mogen zich allen in zekeren bloei verheugen en zij leveren het bewijs, dat in deze gemeente aan den wapenhandel, het leger en wat daarmede meer of minder in verband staat, nogal aandacht wordt geschonken.
Leidsch Dagblad 11-09-1907
|