1959 – Zondag 22 februari : Cultuurdag van de B.J.B.-meisjes gewest Mechelen.
“Dat de BJB-meisjes het menen met hun jaarleuze : “Geen woorden maar daden”, dat hebben ze afgelopen zondag eens te meer bewezen. Te kwart voor tien reeds, was het op de speelplaats van het instituut der Ursulinen één bonte wemeling van blauw-gele uniformen. Even na 10 uur werd, na een flinke stapoefening, de openingsformatie gehouden onder leiding van A. Van Hoeymissen, clubleidster. De gewestleidster verwelkomde de ruim 250 aanwezigen en gaf tevens een korte uitleg over de betekenis, het programma en het verloop van de voormiddag. Stijlvol, en onder het zingen van stapliederen, trokken de deelneemsters naar de onderscheidene lokalen waar de schiftingswedstrijden plaatshadden.”
De resultaten van Leest : in de proclamatie van het zangtornooi kwam Leest, samen met Blaasveld, Grasheide en St. Kat. Waver met onderscheiding uit. In het verteltornooi haalden de Leestenaars J. Beullens en R. Goovaerts grote onderscheiding.
1959 – 22 februari : Plechtige aanstelling te Leest van burgemeester Verschueren.
“De Band” wijdde in het nummer van maart 1959 een artikel aan de nieuwe burgemeester en zijn aanstelling :
Ons dorp in feest !! Emiel Verschueren – Inhaling en Viering.
“...maandagavond 16 februari kwamen afgevaardigden van plaatselijke organisaties op het gemeentehuis bijeen om de officiële viering van de nieuwe burgemeester te regelen. Deze vergadering werd voorgezeten door schepenen Frans en Ferdinand De Prins. Waren verder aanwezig : Louis Verbruggen en Jozef De Decker (C.O.O.), Flor Meyers, schoolbestuurder, Constant Busschot (Boerenfront), Jan Verbruggen sr (Boerengilde), Frans Van Der Hasselt (Arbeid Adelt), Victor Selleslagh (Rust Roest), Richard Van Praet en Louis Solie (KWB), August Lauwers en Frans Polspoel (St.-Cecilia), Alfons Hellemans sr (Davidsfonds), Maria Rheinhard (Vrouwengilde), Edward Van Steenwinckel (Kerkfabriek) en Jan De Decker (Milac). Schepen Frans De Prins aanvaardde het voorzitterschap van het feestcomité.”
Zondag 22 februari : feestelijke dag.
“Te 15 uur bood burgemeester Verschueren een receptie aan in zijn woning. Oud-burgemeester Pieter De Prins overhandigde aan zijn opvolger de driekleurige sjerp. Namens de K. Fanfare St.-Cecilia werd aan de nieuwe burgemeester een bloemtuil aangeboden door Leopold Piessens, terwijl de muzikanten een feestmars uitvoerden. Ondertussen regelden Richard Van Praet en Emiel Polfliet de volgorde van de optocht, waarin werden opgemerkt : de Chiro met haar muziekkapel, vaandels en vendelvlaggen. De jongensschool, de meisjesschool, Oud-soldatenbond, Boerenfront, Katholieke Werkliedenbond, BJB-meisjes, Vrouwengilde, Toneelkring “Rust Roest”, BJB-jongens, Boerenbond, Kon. Fanfare St.-Cecilia, Kerkfabriek, Commissie van Openbare Onderstand en de Gemeenteraad. De burgemeester en zijn dame, oud-burgemeester De Prins, Z.E.H. Pastoor, W.E.P. Onderpastoor en de schepenen volgden in een wagen. De optocht ging langs de Elleboogstraat, Tisseltbaan en Dorp naar het kerkhof waar de burgemeester een mooie ruiker neerlegde bij de gedenksteen der Gesneuvelden en Oorlogsslachtoffers. Een minuut stilte werd in acht genomen. De K.F.S.C. voerde er de Nationale Hymne uit. Bij de poort van het kerkhof werd een erehaag gevormd door de schoolkinderen. Na verloop van de korte plechtigheid op het kerkhof, schreden de burgemeester en zijn gevolg naar het gemeentehuis terwijl een grote menigte hem toejuichte.
Vervolgt…
Foto’s:
-Pol Piessens overhandigde bloemen namens de fanfare.
-De Chiro met vaandels en vlaggen in de optocht.
-De Kon. Fanfare St.-Cecilia passeert de Tisseltbaan.
1959 – Zondag 8 februari : Optreden van Sint-Cecilia te Heffen.
De Leestse fanfare Ste-Cecilia gaf om 17u30 een muziekuitvoering in de zaal “Het Witte Paard” met 85 uitvoerders waaronder het zangkoor.
1959 – 8 februari : Soldaat Leon VAN PRAET vanuit Heverlee.
“Eindelijk is het er van gekomen, u mijn beste groeten te zenden. Het valt mij hier goed mee. Nu we aan onze laatste maand scholing zijn (auto) en we elke dag op de baan zijn, wordt het plezanter. Ik dank Milac voor de brieven en kaarten die ik hier aankrijg. Beste groeten aan alle Leestenaren !”
1959 – Zondag 8 februari : Muziekconcert K. Fanfare “Arbeid Adelt”.
Vond plaats in de zaal “De Rozelaar” bij Theo Teughels. Op het programma : “Flinke en fier”, mars van R. Kumps. “Walk-Over”; mars van Strauwen. “Antigone”, ouverture van Rousseau. “Terug uit Dinant”, mars van F. Teugels. “Zwart Water”, ouverture van Jourquin. “Oude Kameraden”, van Teike. “Siciliaanse ouverture”, van Dax. “Judex”, (Mors et Vita) van Gounod. “Kermesse”, van De Roeck. Tot slot het Vaderlands Lied. De leiding was bij J. Van der Taelen en voor de afwisseling zorgde Bux, een humorist-conferencier. (DB, april ’59)
1959 – Maandag 9 februari : KWB organiseerde een filmavond.
Om 19u30 werd de film “Het onsterfelijke lied” vertoond ten voordele van de KWB. Toegangskaarten aan 15 frank. (DB, januari 1959)
1959 – 10 februari 1959 : Matroos Willy VAN ASCH vanuit St-Kruis.
“Ik verneem dat ik de eerste matroos ben van en te Leest. Ik heb het mij nog niet beklaagd dat ik matroos ben. We hebben hier in St-Kruis schoon leven. De dagen vliegen hier voorbij. Ik hoop van de nieuwe 12-maanden-dienst te kunnen genieten. Aan alle soldaten en toekomstige soldaten van Leest wens ik van ganser harte veel plezier en ik hoop dat er nog wel mannen van Leest bij de Zeemacht zullen komen !”
1959 – 10 februari : Mère Aleydis (Jeanne De Boeck) vanuit Titulé.
“Beste vrienden, langs De Band wil ik u nogmaals hartelijk dank zeggen voor al de lieve attenties die u voor mij gehad hebt onder mijn verlof en voor de vele giften langs alle kanten gegeven. Ik wil u nog eens zeer speciaal danken voor die prachtige avond ter mijner ere gehouden. Die avond was opgenomen op band en werd hier in Kongo afgedraaid voor mijn medezusters. Die hebben er al zoveel van genoten als ik toen zelf en eenstemmig zeiden ze dat het nogal mannen zijn in Leest. Ze stelden vooral uw grote genegenheid voor de missionarissen op prijs. Ik dank ook langs deze weg Jong-BJB en Kruistocht B voor het tijdschrift “Bij de Haard” en “De stem van Moerzeke”. Hier is sedert mijn vertrek uit het moederland al veel gebeurd. U hebt allen zeker veel gelezen over de opstand in Leo. Dat is een zeer spijtig iets geweest maar bij ons is alles zeer kalm ; hier en daar loopt er wel een stuk évolué rond die peinst het beter te kunnen dan de blanken, maar zo’n enkeling is niet in staat de massa te doen bewegen. Hier zijn de zwarten nog altijd even grote sukkelaars die niets van leven afweten. In onze streek zijn er nog geen echte geëvolueerden. Als ze een beetje kunnen lezen en schrijven, denken ze reeds alles te kunnen en daar het bij ons een landbouwstreek is, zijn ze dan te goed om een veld te bewerken. Hier zowel als in Leo zitten veel jonge mannen zonder werk door hun eigen schuld omdat ze zich voordoen als geschoolde mannen die dus recht zouden hebben om een bepaald beroep, namelijk van klerk, uit te oefenen. De hoogmoed is de gevaarlijkste vijand van ons werk. Dus u moet absoluut geen zorgen om mij maken. Verleden week hebben wij hier groot bezoek gehad. De apostolische nuntius, Monseigneur Bruniera, heeft onze missie Titulé willen vereren met een bezoek. Voor deze eerste gelegenheid zijn mijn nieuwe vlaggen uitgehaald die ik in België gedurende mijn congé kocht. Duizenden kinderen en mensen waren hier aanwezig om in Monseigneur onze Heilige Vader de Paus te groeten. Het was een schoon zicht al die mensen, schoolkinderen en scouts in uniform te zien en daar tussen een wemeling van vlaggen. Een onderwijzer las een brief voor en de Pauselijke Nuntius sprak prachtig en vol gloed de mensen toe in het Frans. De zwarte priester vertaalde het in het Lingala. Monseigneur sprak ook over de incidenten te Leo. Verder heb ik hier terug mijn werk hernomen, met dit verschil dat we met twee zijn in hospitaal en materniteit. Ik houd het hospitaal en dispensarium met daarbij de consultaties in de brousse en de melaatsen. De andere Mére heeft de zorg voor de materniteit en de consultatie van Titulé en wat materieel werk. Het bureelwerk is ook voor mij en ’t is door de vele rapporten van ’t einde van ’t jaar dat ik u nu slechts kan vertellen hoe het hier gaat. Ik ben ook met de Gidsen begonnen. Het marsjeert buitengewoon goed en ‘k heb zelfs twee groepen moeten nemen. Zo gauw we enkele bijzonderheden kunnen melden, een kampvuur of een belofte, schrijf ik breedvoeriger over de beweging. Ik ga nu eindigen en zie reeds verlangend uit naar een of andere gelegenheid om nogmaals mijn lieve Leestenaren met een briefje te kunnen vergasten. Ik geniet samen met de vele zwarten van de vreugde die de vele kleren en schoenen en saccochen enz. brachten onder onze sukkelaars. Tot later. Ik bid voor u allen. Denkt ook eens aan mij. Zeer genegen.” (DB, maart 1959)
1959 – 16 februari : Vergadering Feestcomité nieuwe burgemeester.
De afgevaardigden van de plaatselijke organisaties kwamen samen op het gemeentehuis. Doel : regeling officiële viering van de nieuwe burgemeester. De vergadering werd voorgezeten door schepenen Frans en Ferdinand De Prins. (Foto’s onderaan) Waren verder aanwezig : Louis Verbruggen en Jozef De Decker (C.O.O.), F. Meyers (schoolbestuurder), Constant Busschot (Boerenfront), Jan Verbruggen Sr. (Boerengilde), Frans Van der Hasselt (Arbeid Adelt), Victor Selleslagh (Rust Roest), Richard Van Praet en Louis Solie (KWB), August Lauwers en Frans Polspoel (St.-Cecilia), Alfons Hellemans Sr. (Davidsfonds), Maria Rheinhard (Vrouwengilde), Edward Van Steenwinckel (Kerkfabriek) en Jan De Decker (Milac). Schepen Frans De Prins aanvaardde het voorzitterschap van het Feestcomité.
1959 – 17 februari : KWB-Studiekring : “Het communisme in China”.
Op woensdag 17 februari gaf pater Clementiaan een voordracht over “Het Communisme in China”. De pater kon met kennis van zaken spreken want hij verbleef jarenlang in China. Er kwamen slechts 20 toeschouwers opdagen.
Foto’s :
-“Mère Aleydis” missionaris in Titulé.
-Frans en Ferdinand De Prins zaten de vergadering van het feestcomité voor.
-Pater Clementiaan, hier met en zonder sigaar, in de wereld Clement De Wilde, gaf een voordracht over het communisme in China.
Omstreeks 09u45 in de ochtend deed zich een aanrijding voor ter hoogte van het huis met nummer 42 in de Mechelstraat te St-Katelijne Waver. Daar stond de defecte wagen geparkeerd van René Van den Broeck uit Kapelle-op-den-Bos. Die wagen werd per jeep weggesleept door de Leestenaar J. Van den Brande. Terwijl men de wagen aanhaakte werd hij aangereden door een personenwagen bestuurd door een chauffeur uit Zele. De Leestenaar die zich bij het aanhaken tussen beide wagens bevond, werd gekwetst aan armen, benen en aangezicht.
1959 – 7 februari : Met de KWB naar de “Zes dagen van Antwerpen”.
Er werd een autocar ingelegd die om 18 uur in het dorp van Leest vertrok. Het inschrijvingsgeld bedroeg 75 frank, toegang tot het sportpaleis inbegrepen. (DB, januari ’59)
1959 – 7 februari : Territoriale Wacht.
“Werden ingelijfd bij de TWL en beginnen hun prestatie op 7 februari : Marcel Van Winghe, Alfons Boey, Juul Van Linden, Louis De Decker, Louis Vloebergh, Alfons Keulemans en Ferdy Polfliet.” (“DB”, januari 1959)
1959 – 7 februari : Soldatenbrieven van Willy LAUWERS.
-Willy Lauwers vanuit Gent, 7/2/59 : Ik schrijf hier reeds m’n eerste briefje uit Gent. We hebben onze kledij gehad zodat we totaal ingelijfd zijn. Wij beginnen ook onze opleiding te krijgen ; tevens lessen. ’s Morgens krijgen we opleiding en ’s namiddags les. Het eten is uitstekend. Wij kunnen hier ook les volgen van de Aalmoezenier. Ik sluit m’n eerste briefje met een goede dag aan alle Leestenaren en bijzonder aan de soldaten, Milac en mijn kameraden.
Kommentaar van De Band : “Wij danken vriend Willy voor deze eerste brief, amper een paar dagen na zijn inlijving in het NAVO-Korps. Milac wenst hem veel succes !”
-Willy Lauwers vanuit Gent, 16/3/59 : “Ik dank u voor DE BAND en parochieblad. Onze opleiding is niet zwaar. We zijn naar een andere blok verhuisd en liggen nu met 15 man op een kamer. Op 30 april vertrek ik naar het 1ste Genie te Westhoven in Duitsland. Het eten is hier zeer goed. Twee maal per week mogen wij uitgaan, dinsdag en donderdag. De andere avonden hebben we studie. Met Pasen hebben we vier dagen verlof. In juni gaan we waarschijnlijk naar Lourdes. Beste groeten aan al m’n kameraden, in ’t bijzonder aan de Milac en z’n soldaten.”
-Willy Lauwers vanuit Westhoven, 6/5/59 : “Hier m’n eerste briefje uit Duitsland. Verleden maand heb ik geen brief kunnen schrijven omdat ik volop in de examens zat te Gent. We moesten in elk vak 5 op 10 punten behalen en in het totaal 55%. Hier in Westhoven heb ik een goede makker ontdekt : JAN VLOEBERGH die hier kantinier is. Ik ‘lig’ in de stafcompagnie als infirmier en ik verzorg heel de dag de zieken. Het eten is zeer goed. Een goede dag aan alle Leestenaren, in het bijzonder aan al de soldaten en aan Milac.”
-Willy Lauwers vanuit Westhoven, 21/6/59 : “De dagen vliegen hier snel voorbij. We hebben al twee Welfare avonden gehad : Charel Janssens, Co Flower, Han Verne, Duo Berry en Henk De Bruyn traden voor ons op. Hier is de tucht zeer streng. Deze week ben ik mee naar de schietstand geweest als infirmier, ook de Jan Vloebergh was daar als kantinier. We vonden niet beter dan maar gezellig samen in ’t gras te gaan liggen om wat te babbelen ! Beste groeten aan alle Leestenaren, de soldaten, Milac en mijn vrienden.”
-Willy Lauwers vanuit Westhoven, 24/1/60 : “Het is nu weeral een gehele tijd geleden dat ik weer een briefje aan de Milac heb geschreven. Wat mijn lenigheid betreft, dit is veel beter nog dan vroeger. Nu ben ik voor de wacht overgeplaatst naar het Medisch Huis in Porz, dit is dan 3 dagen op de week daar gaan zitten en daar telefoontjes opnemen, de visieten bellen aan de dokter van wacht en dan ook wanneer de B.V.’s komen met briefjes van de dokter, de medicijnen mede geven, dat is al wat we daar te doen hebben, en wanneer ik dan in het Bataljon ben alleen nog het doktersrapport mede maken. Nu heb ik ook een nachtvergunning op 15 februari tot 00u30, dan zal het wel de moeite zijn om eens uit te gaan want om 10 u binnen zijn dat is dan ook geen leven. Ik mag dan ook tevens in burger gaan wat de hoofdzaak is in Duitsland om buiten te gaan. En wat het weder hier betreft dit is fel verbeterd, hier heeft zeer veel sneeuw gelegen en is het al een veertien dagen goed winter geweest, maar gelukkiglijk is het nu weer een mooi weder. Nu ga ik maar stilletjes eindigen met aan alle soldaten en bijzonder aan mijn broeder Roger, Edmond, Eduard en aan Jan Van Rompaey het beste toe te wensen. Tot de volgende brief.”
-Willy Lauwers vanuit Westhoven, 14/2/60 : “Hier een kort briefje van uit het garnizoen. Ons mooi leventje is hier al een paar weken achter de rug. We hebben hier zeer veel werk met de griep. Wij moeten hier lopen van ’t een naar ’t ander en wanneer ik de wacht moest doen in het Medisch Huis was dat ook niet slapen en eten zoals dat eerst het geval was. Eén man kreeg het werk niet gedaan en er werd van de dokter nog een man bij geplaatst. Het eten is nog immer goed zoals met het weder. Ik heb mijn burgervergunning plus nachtvergunning tot 00u30, geen avondappel van 10 u. De beste groeten aan alle soldaten maar bijzonder aan mijn broeder Roger, aan Geerts E., Jacobs E. en Jan Van Rompaey.”
-Willy Lauwers vanuit Westhoven, 20/3/60 : “Hier is den Willy Lauwers uit Westhoven. Met de hoop dat het met al de Leestenaren goed is zoals hier met ons. Nu ik moet de Milac er ook hartelijk voor danken voor de Juxe Box en het Goede Zaad, evenals het maandblad ‘De Band’ die ze me hier maandelijks toesturen. Nu ik neem hier ook dagelijks het dagblad plus Juxe Box en Song Parade, gezien ik een verwoed Juxe Box fan ben. Nu wat het weder hier betreft ’t is hier zeer goed, vrij warm en zacht weder. Wat het uitgaan hier betreft ’t is hier ook uitstekend en zeker vanaf ik nu mijn vergunning tot 00u30 en mijn burgervergunning heb, ja ik ga zeer veel in burger nu, ik heb nog wel mijn burgerkledij niet hier maar trek toch mijn plan, dan ga ik naar de gestrafte B.V. en vraag hun burgerkledij. Ja, hier in Westhoven is totaal niets te zien, wil men plezier maken dan moet men naar Keulen, waar ik dan ook zeer veel naartoe ga. Voorts hier nog altijd hetzelfde leven, drie dagen op de week naar het Medisch Huis, daar blijft dan niets anders te doen dan brieven schrijven, gezien er hier totaal geen werk is. Maar ik ben ook van plan mijn plaats hier op te zeggen en alle maneuvers van de zomer mede te maken, het is gezond. Men komt overal en niet teveel doen. Ziezo weer wat nieuws over mij.”
1959 – 7 februari : Zilveren bruiloft Jozef Meuris – Maria Schellens.
“Wij vernamen dat de echtelingen Jozef Meuris-Schellens (Dorp 31) op 7 februari a.s. 25 jaar getrouwd zijn.” (DB, januari 1959)
Jozef Meuris was te Itegem geboren op 21 augustus 1902 en hij overleed in het O.L.Vrouw ziekenhuis te Mechelen op 11 februari 1976. “Toen hij tien jaar was, trok hij reeds naar alle jaarmarkten als liedjeszanger. ‘De koord van Nijlen’, ‘Het mirakel van Herentals’, enz.. Zo kende hij 150 van die liedjes. Hij heeft ook nog met bier rondgereden. Later was hij verbonden aan het Vrijbroekpark voor de Rozenhof. Tien jaar lang heeft hij de kerk gekuist, samen met zijn Anna…” (“DB”)
In het oorspronkelijke bericht van De Band van 1959 woonde het echtpaar in huisnummer 31 in de Dorpstraat. Later betrokken zij het huisje van de kerkfabriek tussen het klooster en zaal Sint-Cecilia, mogelijk voor een prikje als tegemoetkoming voor het reinigen van de kerk. De echtgenote van Jef Meuris Anna Maria Rosalia Schellens was doof en drukte zich uit via ongewone rare geluiden. In Leest noemde men haar “doëf (noot : dove) Anna". Anna was in 1905 geboren en overleed in 1977.
Foto’s :
-De infirmerie van de Passendale kazerne in Westhoven, de tijdelijke biotoop van Willy Lauwers.
-Anna Schellens, bijgenaamd “Doëve Anna”. (Foto : Hugo Lauwens)
-De laatste rustplaats van straatzanger Jozef Meuris en Maria Schellens op het kerkhof van Leest. (Verzameling Eddy Apers)