In het jaar negentien honderd een en twintig, den zestienden der maand Augustus zijn voor ons Ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Bloemendaal, in het huis der gemeente verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan: Fredericus Henricus Josephus Ludwig, oud negen en vijftig jaren, van beroep zonder, geboren te Lith, wonende te Haarlem, meerderjarige zoon van Frederik Franz Ludwig en van Adriana Maria Frederika Josepha Sala, beiden overleden, en Maria Johanna Geertruida Roozekrans, oud twee en dertig jaren, zonder beroep, geboren te Haarlem en wonende alhier, meerderjarige dochter van Martinus Johannes Roozekrans, wijnhandelaar, en van Geertruida Christina Maria Buijs, zonder beroep, beiden wonende alhier. Te dien einde hebben zij aan ons overgelegd: beiden geboorteëxtracten, benevens een bewijs dat de huwelijksafkondiging in de gemeente Haarlem, zonder stuiting, heeft plaats gehad. Daar geene beletselen tegen de voltrekking van dit huwelijk ter onzer kennis zijn gebracht, en de afkondiging in deze gemeente en in de gemeente Haarlem op Zaterdag den drie en twintigsten Juli dezes jaars, zonder stuiting, is afgeloopen, hebben wij de comparanten in het openbaar afgevraagd, of zij elkander aannemen tot echtgenooten en getrouw de plichten zullen vervullen, die door de wet aan den huwelijken staat zijn verbonden. Nadat deze vragen door beiden toestemmend beantwoord zijn, is door ons in naam der wet verklaard dat Fredericus Henricus Josephus Ludwig en Maria Johanna Geertruida Roozekrans door den echt aan elkander verbonden zijn. Waarvan deze akte is opgemaakt in tegenwoordigheid van Ernest Marie François Ludwig, oud zes en vijftig jaren, van beroep bloemist, wonende te Hillegom, broeder van den bruidegom, Nicolaas Martinus Maria Roozekrans, oud vijf en dertig jaren, wijnhandelaar, wonende te Haarlem, broeder van de bruid. Na voorlezing is deze akte door ons onderteekend met de comparanten en de beide getuigen. |
|