Demping van de Mare.
Zeer geachte Redactie!
Bij de firma Sala, aan de Breestraat, staat van heden af een waterverfschilderij ten toon gesteld van den Hongaarschen schilder Jaroslow Setehk, een gezicht op onze bedreigde Mare. Enkele jaren geleden droeg de Algem. Ned. Ver. voor Vreemdelingenverkeer hem op een aanlal van de schoonste plekken van ons vaderland te schilderen, maar liet hem in de keuze geheel vrij.
Hij heeft dus uit eigen beweging onder dat schoonste ook de Mare gekozen. De reproductie, vermeerderd met die van schilderijen van prof. N. van der Waag en mej. Jacoba A. de Graaff, heeft de Vereeniging toen in 1922 uitgegeven in een prachtig album "La Hollande", met tekst van M. van Stavenis Jr. Begeerig ons te steunen in onzen strijd tegen de onzalige dempingsplannen, heeft zij ons thans de oorspronkelijke schilderij in bruikleen ter tentoonstelling afgestaan en de firma Sala heeft ons daarbij hare vriendelijke medewerking verleend.
Tegelijk met dit stuk ligt er een punt, voorstellende een gezicht van de Waag af op het Huis ter Lugt en de Stille Mare. Wie ze ziet, krijgt stellig een diepen indruk van de schoonheid, die thans voor goed dreigt verloren te gaan. Intusschen hebben de artikelen in Uw Blad van de heeren Krantz en Van der Hoeven wel overtuigend aangetoond, dat grachtendemping noch wenschelijk, noch noodig is.
Terwijl eindelijk wel vaststaat, dat maar heel weinig werkloozen tot dezen zwaren arbeid, die opzettelijke oefening vereischt, zoo maar zonder meer bekwaam en sterk genoeg zouden zijn.
Mag ik hier nog ééne opmerking bijvoegen? In een der ingezonden stukken in Uw Blad vóór de demping kon men lezen, dat de leden van "Oud-Leiden" menschen waren, die, na hier rijk te zijn geworden, zich haastten de stad den rug toe te keeren.
De bewering zelve verdient in hare zotheid geene weerlegging. Wel de ook door haar gevoede noodlottige waan, alsof schoonheid en genieten van schoonheid slechts zaak ware van de rijken en aanzienlijken, die voor zulke liefhebberijtjes tijd hebben.
Schoonheid is voor ieder en haar te zien kan voor ieder een bron van genot worden. Hier is geen verschil tusschen partijen en standen en ik mag er wel op wijzen, dat de heer Henri Polak, de voorzitter van den diamantbewerkersbond, tegelijk een onzer warmste medestrijders is voor het behoud van stads- en natuurschoon. Met dank voor de plaatsing,
L. KNAPPERT.
Leidsch Dagblad 17-07-1923
|