Op 7 juni 2009 zijn we alweer uitgenodigd in het stemlokaal. Deze keer moeten we de dames en heren aanduiden die wij graag zouden zien zetelen in het Vlaams en in het Europees parlement. Niet dat we daar blij mee zijn. De politici hebben namelijk de voorbije jaren geen te beste indruk op ons nagelaten door hun niet nagekomen beloften, door immobilisme, door overloperij en terugloperij, door schandalen, door leugens, door slecht bestuur, kortom door gebrek aan respect voor de kiezer.
Het Vlaams Parlement Het Vlaams Parlement bestaat uit 118 leden die rechtstreeks door de kiezers van het Vlaams Gewest verkozen worden en uit 6 Nederlandstalige Brusselse leden die rechtstreeks door de kiezers uit het Brusselse Gewest verkozen worden, die eerst hebben gestemd op een lijst van de Nederlandstalige taalgroep voor het Brussels Hoofdstedelijk Parlement. De leden worden om de vijf jaar gekozen in 5 provinciale kieskringen. Ze zijn op het huidige ogenblik als volgt verdeeld over de partijen: VB 29, CD&V 28 , Open VLD 25, SP-a 22, Onafhankelijken 7, Groen 6, NVA 6 , UF 1. De onafhankelijken zijn de overlopers die een zetel bekleden die ze gestolen hebben van hun vroegere partij: lijst Dedecker (Verstrepen, Moens, Vrancken van VB en De Craemer van CD&V), (Van Weert, Caron, De Cock van SP-a Spirit). Voor West-Vlaanderen zijn 22 zitjes te begeven. Ze zijn nu bezet door CD&V (8), Vlaams Belang (4), Open VLD (4), SP-a (5) en Groen (1) . Van de destijds verkozen kandidaten zetelen er vandaag nog 5 van de CD&V (+ minister Crevits), 3 van het Vlaams Belang, 2 van de Open VLD, 2 van de SP-a en 1 van Groen. De negen andere zijn opvolgers omdat de echte verkozene alleen maar op de lijst stonden om stemmen te trekken of omdat ze overgegaan zijn naar het federaal of Europees niveau of daar gebleven zijn omdat ze het belangrijker vinden dan het Vlaams niveau. (Leterme, Bogaert, Van Quickenborne, Van de Lanotte, Bogaert, Landuyt, Dedecker, Vanhecke)
Op welke partij stemmen? Sommige partijen willen ons doen geloven dat zij recht hebben op onze stem omdat zij zich enkel met de belangrijke zaken bezig houden, namelijk met het te lijf gaan van de crisis en met het creëren van jobs. Zij vergeten er bij te zeggen dat de crisis een wereld- en een Europees probleem is waaraan geen enkele Belgische partij iets kan verhelpen. Aangezien het over Vlaamse verkiezingen gaat, moeten we misschien ons oor te luisteren leggen bij Professor Storme die vindt dat de partijen goede wetten moeten maken, de democratie moeten versterken, de regering controleren en het algemeen belang van Vlaanderen bewaken, vooral tegen het federaal niveau. Tenslotte zouden de kandidaten, die een (zeer) grondige staatshervorming verdedigen, onze voorkeur moeten wegdragen. Hoewel het meer federale problemen zijn, mogen we volgens mij ook verwachten dat de partij waarop we stemmen, extra aandacht besteedt aan onze veiligheid en het probleem migratie eindelijk eens bespreekbaar maakt zodat een aantal uitwassen zouden kunnen uitgeroeid worden. De Vlaamse parlementsleden bepalen namelijk mee de standpunten van hun partijen.
Op welke kandidaten stemmen? De partijen stellen de lijsten samen en zetten hun voorkeurkandidaten op de beste en verkiesbare plaatsen. De kiezer heeft er slechts een geringe invloed op. De individuele programmas van de kandidaten zijn in feite waardeloos omdat de partij wel voor hen zal beslissen. Moeten we trouwens nog geloof hechten aan diegene die ons een mooie toekomst voorspellen? Het volstaat even terug te denken aan de beloften van Leterme waarvan niets maar ook niets in huis gekomen is. Het is ook belangrijk te stemmen voor kandidaten die effectief in het parlement zullen zetelen waarvoor ze op de lijst staan. Iedereen weet natuurlijk dat geen enkele partij dat mooi principe durft toepassen zolang de andere het ook niet doen. Moeten we op lokale kandidaten stemmen? Dat brengt eigenlijk niets op. Dat belet niet dat wij toch interesse voor hen hebben. Janna Rommel-Opstaele (Open VLD), Jean-Marie Dedecker, als dat nog een lokale is en Rosalie Verlinde (LDD), Erika Blomme (Groen) zullen in de komende blogartikels grondiger besproken worden.
Het Europees Parlement De Europese verkiezingen worden gehouden op basis van evenredige vertegenwoordiging: hoe meer stemmen, hoe meer zetels. De vaste verdeling per land maakt dat er via nationale verkiezingslijsten gekozen wordt. De zetels worden proportioneel verdeeld onder de lidstaten in verhouding tot het aantal inwoners dat een land telt. Voor België worden er 22 parlementsleden verkozen in 2009 (24 in 2004 door herverdeling wegens nieuw toegetreden landen): 13 (14) Nederlandstalige, 8 (9) Franstalige en 1 Duitstalige. Vandaag hebben de Vlaamse partijen volgend aantal vertegenwoordigers (totaal 14): CD&V 3,Vlaams Belang 3, Open VLD 3, SP-a 3, NV-A 1 en Groen 1. De leden van het Europees Parlement zetelen in fracties, die parlementsleden uit verschillende landen die tot eenzelfde politieke richting behoren, verenigen. De Europese Unie is voor veel mensen een ver-van-mijn-bedshow. Nochtans heeft deze een grote invloed op onze wetgeving en op ons dagelijks leven. Denk maar aan de Euro. Sommige noemen dat bemoeizucht en zouden graag meer verantwoordelijkheden aan de nationale regeringen laten. De massale toetreding van Oost-Europese landen lokt ook veel kopschudden uit. En moet Turkije daar nu ook nog bij? De huidige werking van de Europese Unie is ondoorzichtig en ondemocratisch. De Europese ministers worden door niemand gecontroleerd. Men schijnt daar ook een andere waarde toe te kennen aan 1 euro dan hier bij ons. Maar wij moeten nu eenmaal ook daarvoor onze vertegenwoordigers kiezen. Ik vind dus dat dit Eurokritische kandidaten moeten zijn.
|