De blog is een gevaarlijk fenomeen. We leven in een tijdsgeest waarin het iedereen vrij staat naar goeddunken en zonder enige verantwoordelijkheid op blogs te gaan posten. Dit overstijgt zelfs het moddergooien. Het is bijna onmogelijk zich daartegen te verdedigen.
Natuurlijk zijn dat mijn woorden niet maar die van minister Pieter De Crem die meende zijn collegas in het parlement te moeten waarschuwen omdat een bardame in New York zijn (slecht?) gedrag aldaar bekend maakte op haar blog. Ze werd daarvoor (terecht, vind ik) ontslagen. Waarom denken de politici toch altijd dat zij niet bekritiseerd mogen worden? Dat niemand hun daden en uitspraken mag openbaar maken en beoordelen? Vrijheid van meningsuiting? Dat kennen ze wel maar ze aanvaarden het niet. Bloggen is niet gevaarlijk, de vrijheid van meningsuiting bestrijden, is dat wel. En verder, waarom hebben politici toch zon moeite met spreekwoorden en uitdrukkingen? Het moddergooien overstijgen betekent hier immers dat bloggen minder erg is. Hij bedoelde het natuurlijk wel omgekeerd.
Ondertussen stel ik vast dat het fenomeen steeds populairder wordt. Jullie zullen daar wel niet op letten, maar deze blog werd op 1 februari 2010 voor de 20.000ste keer bekeken. Zoals jullie wel weten zijn dat niet allemaal verschillende lezers. Men heet dat pageviews. Veel mensen komen namelijk meerdere keren op bezoek, maar het aantal unieke bedraagt, afgerond, toch 13.000. Het is niet de eerste keer dat ik dat vermeld, maar een lokale of gemeentelijke blog wordt natuurlijk minder bekeken dan één die algemene, Vlaamse of nationale themas van allerhande aard, behandelt. Deze statistieken werden afgelezen op Seniorennet natuurlijk. Ik ben de ploeg van Pascal Vyncke zeer dankbaar dat mensen zoals ik, bij hen een forum krijgen voor hun ontboezemingen die hun persoonlijke kijk op hun gemeente weergeven. Ik ben gestart op 9 september 2007, dat is dus, op 1.2.2010, 876 dagen geleden. Op 29 maart 2008 mocht ik mijn 1000ste unieke bezoeker begroeten. De teller stond toen voor de viewers, op 1.796. Een gemiddelde dus, per week, van 40 bezoekers en 70 viewers. Op 5 juli 2009 werden er in totaal 7.785 bezoekers en 12.533 viewers geteld, een gemiddelde van 75 unieke bezoekers en 120 viewers, bijna een verdubbeling dus. Bij het begin van 2010 bedraagt dat aantal tussen 250 en 300. Een serieuze groei en een groot succes, al zeg ik het zelf. Wie zijn die lezers eigenlijk? In de eerste plaats natuurlijk Middelkerkenaars, maar ook mensen die hier hun vakantie doorbrengen of die een band behouden hebben met onze gemeente of die zich gewoon interesseren voor wat zich hier afspeelt. In de statistieken zie ik zelfs dat er daar 23 bij zijn uit de Verenigde Staten, één uit Canada, één uit Israël, één uit Japan en 1 uit Mexico.
Ik probeer een zo groot mogelijke verscheidenheid aan onderwerpen te brengen. Dit is mijn 135ste artikel. Natuurlijk is het inspelen op de actualiteit mijn eerste betrachting. Er zijn heel wat artikels bij die evengoed kunnen slaan op een andere gemeente, omdat zich daar gelijkaardige problemen stellen: meeuwen aan de kust, groen in de straten, verkeer, voetbal, buurthuis, geldverspilling, sneeuw ruimen, megalomane bestuurders, verkiezingen, politici die elkaar bekampen,... De twee artikels in het Westends schijnen bij sommigen erg in de smaak te vallen..
Wat ik nog op het oog heb? Alleszins verdere bespreking van stukken van ons erfgoed, zoals De Kroon, Le Relais en enkele hoeven met een groot verleden, zoals De Rode Poort, en De hofstede van de dis van Nieuwpoort, de familie Crombez, Enz
De leesgewoontes van de bezoekers interesseren mij natuurlijk ook. Ik vroeg me dus al vaak af op welke dagen van de week de blog het meest gelezen wordt. Dat lijkt op maandag en dinsdag te zijn. Zijn er onderwerpen die beter scoren dan andere? Die over de lokale politiek schijnen het populairst te zijn.
Reacties zijn er nauwelijks, bijna geen eigenlijk, behalve af en toe een bericht in het gastenboek. Is er behoefte aan een blog zoals de mijne? Ik meen van wel omdat ik in Middelkerke geen enkel forum zie waarin al eens een kritische noot op het bestuur geuit wordt. Dat is dan mijn persoonlijk standpunt want vanuit de gemeente zal er wel geen vraag zijn naar zon wekelijks commentaar. Schrijf ik te negatief? Moet ik meer de positieve verwezenlijkingen, die er natuurlijk ook zijn, in de verf zetten? Ik vind van niet omdat er zo al genoeg mensen zijn die op een goed blaadje willen staan met de politici en daarom niet ophouden hun mouw te vegen.
Om een onderwerp met een betere kennis van zaken te kunnen behandelen, heb ik al enkele keren een beroep gedaan op de gemeentelijke diensten. Ik mag zeggen dat mijn vragen meestal niet in dovemansoren vielen en dat ik steeds op korte termijn op een vriendelijk antwoord mocht rekenen. Mijn hartelijke dank daarvoor.
Ik ga dus door met wekelijks, op zondag, een artikel op mijn blog te plaatsen. Ik hoop dat jullie dat een beetje leuk vinden en dat ik er af en toe mag in slagen om een beetje meer klaarheid te brengen in bepaalde gemeentelijke toestanden. Misschien overtuig ik ooit nog wel eens een gemeentelijke mandataris. Je weet maar nooit!!
Nieuw partijkrantje voor de Open - VLD Middelkerke
Vandaag kreeg ik het nieuw partijkrantje van de VLD in de bus. Het heet Open VLD blik, niet te verwarren met Westendse blik op Middelkerke. Op het eerste gezicht dacht ik met een oud product te doen te hebben, want het nummer 1 van de jaargang 1, draagt als datum januari 2009. Vergissing, waarschijnlijk? Of lopen ze in de VLD een jaar achter?
Ik heb reeds op 21 december 2008 een blogartikel gewijd aan de krantjes van onze politieke partijen. Daarin schreef ik, onder andere, dat ze in hoofdzaak partijpolitieke onderwerpen behandelen, eerder dan lokale toestanden aan te kaarten. Ik vond dat niet zo abnormaal omdat de fondsen voor het drukken en verspreiden van de hoofdzetel in Brussel moesten komen. Wel, de Middelkerkse VLD heeft nu blijkbaar zelf fondsen genoeg, want zij willen breken met deze gewoonte. Zij zeggen namelijk zelf Vanaf nu trekken we regelmatig een nieuw Blik open op de Middelkerkse actualiteit, met de bedoeling om ieders blik op wat hier leeft wat aan te scherpen. en verder Bij het begin van dit nieuwe decennium, werd nu gekozen om opnieuw zelfstandig een blad uit te geven, los van Brussel. Wat mogen we dan wel verwachten? Weer met hun eigen woorden vrank en vrij nieuws, soms iets rebelser dan vroeger, niet met modder gooien zoals anderen dat wel in onze richting doen. Sta mij toe die intentie over de aard van het te brengen nieuws, niet ernstig te nemen. Een politicus die vrank en vrij spreekt? Eerst horen of zien en dan geloven!! Rebelser dan vroeger? Mijn tekstverwerker geeft al aan dat dit woord niet bestaat in het Nederlands, maar als hier opstandiger bedoeld is, dan vraag ik mij af tegen wie dat verzet zal gericht worden. Tegen henzelf? De VLD doet hier toch altijd wat zij goedvinden? Met modder gooien? Wie beschimpt, belastert of smaadt hier de VLD? Niemand zou dat durven want het is alom bekend dat Michel niet graag in een negatief daglicht gesteld wordt. Nochtans zou hij moeten weten dat het principe van de vrijheid van mening al sinds 1830 in de Grondwet ingeschreven staat. En dat deze grondwettelijke vrijheid per definitie impliceert dat men "naar eigen goeddunken" schrijft en niet naar het goeddunken van iemand anders (hier onderverstaan: de burgemeester). De vrijheid om op elk gebied zijn mening te uiten, staat als een grondrecht ingeschreven in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (art. 10.1).
De blauwe partij is werkelijk de kampioen in het veranderen van de naam van het blaadje. Er bestond reeds een PVV Info in de tijd dat ze nog Partij voor Vrijheid en Vooruitgang heette. In 1989 en een paar jaar daarna was er telkens een nieuwjaarsuitgave van Gemeentebelangen PVV Groot Middelkerke. We ontvingen toen achtereenvolgens VLD van de Burger, De Lokale Burgerkrant, Middelkerke Burgerkrant, De Middelkerkse Burgerkrant, De Burgerkrant van Middelkerke en tenslotte VLD Burgerkrant Middelkerke. Uiteraard telkens met een andere layout.
Men zou zich ook kunnen afvragen hoe ze dat nieuwe blaadje telkens zullen vullen met interessant nieuws. Misschien wordt het allemaal wel een beetje te veel? In Sirene kunnen ze al hun verwezenlijkingen bewieroken en hun plannen en beloften uitvoerig bespreken. En dan is er ook nog Ja Wadde, uw frisse wind aan de middenkust. Ik kan me vergissen natuurlijk, maar ik zie daarin zoveel blauwe sponsors? Zou dat misschien ook soms . ?
Ik heb niet de intentie om nu alle artikels uit het eerste nummer te beoordelen. De Openbare werken en het Toerisme anno 2010 zullen later het onderwerp van één van mijn artikels uitmaken. De terrassen op de dijk heb ik reeds besproken. Natuurlijk mag er geen verschil zijn tussen Westende en Middelkerke, tenzij misschien in de afmetingen in functie van de beschikbare plaats op de respectieve dijken. Ik ben voorstander van geen of hoogstens kleine terrassen omdat er nauwelijks nog plaats blijft om te fietsen of te wandelen. Maar dat zullen ze in de horeca niet graag horen! En dus zal ons bestuur dat niet durven beslissen. Wat ik wel met zeer veel aandacht gelezen heb en wat ik niet onbesproken kan laten, is Geen 2de Zon en Zee. Eerst en vooral begrijp ik de titel niet, want het gaat hier niet over een nieuw asielcentrum maar over een LOI (Lokaal Opvang Initiatief). Dat is meestal een gemeubelde privé-woning met de nodige faciliteiten, zodat de asielzoekers kunnen instaan voor hun dagelijkse basisbehoeften. Het OCMW zorgt voor sociale en medische begeleiding. Tenminste, als dat nog steeds van toepassing is want de richtlijnen veranderen schier dagelijks. Elke gemeente kreeg totnogtoe volgens een spreidingsplan een aantal asielzoekers toegewezen. Dat aantal werd bepaald op basis van het aantal inwoners, het aantal in de gemeente wonende leefloongerechtigden en asielzoekers en het gemiddeld belastbaar inkomen van de inwoners. Dat waren er 19 voor Middelkerke. Dus: laat ons zeggen één, twee of drie woningen, dus absoluut niet te vergelijken met een asielcentrum. Of wil men de lezer voor de gek houden? Nog zo één: de VLD fractie zou voorkomen hebben dat de eerste stappen zouden worden gezet om een tweede Zon en Zee in onze dierbare gemeente te organiseren. De 11 koppige OCMW raad is samengesteld uit 5 VLDers waaronder de voorzitter, 4 CD&Vers, 1 Progressief Kartel (Groen) en 1 Vlaams Belang. Ik lees: Enkel de Open VLD - fractie heeft zich verzet tegen de opstart van een LOI. Zoals te verwachten stemde ook het Vlaams Belang tegen. Was het niet eenvoudiger geweest te schrijven De Open VLD en het Vlaams Belang stemden tegen? Of leek dat te veel op het doorbreken van het cordon sanitaire? Opdat we het allemaal eens zouden zijn: de VLD dankt dus die meerderheid aan het VB. Maar, het spreidingsplan 42, dat van kracht was, werd zojuist afgevoerd. De minister van maatschappelijke integratie heeft daarop aangekondigd dat er zeer binnenkort 5.000 plaatsen in asielcentra zullen bijkomen, zodat de OCMWs daarmee niet meer moeten lastig gevallen worden. Het was toch geen spierbalrollerij voor de tribune zeker, wat hier opgevoerd werd?
Er staan nog andere merkwaardigheden in dat klein artikel. De VLD legt namelijk uit waarom ze tegen gestemd hebben. Dit heeft uiteraard een niet te onderschatten impact op de nabijgelegen buurt. is de eerste. En de tweede, verwijzend naar de protesten destijds: De Open VLD vond het dan ook haar plicht om de wens van de bevolking te respecteren. Je moet maar durven!! Mag ik even herinneren aan een paar uitspraken die Michel Landuyt in 2001 deed? Ik zou er nog heel wat andere kunnen bovenhalen. Het asielcentrum is een toeristische voltreffer. een historisch moment, de renaissance van Westende - dorp. Er zijn ook geen problemen rond de komst vanvluchtelingen. Het toerisme is niet afgenomen en er is ook geen stijging van de criminaliteit. Dank zij het asielcentrum, wordt het Middelkerkse OCMW niet langer met bijkomende dossiers van vluchtelingen belast. Commentaar daarbij is, me dunkt, overbodig.
Jongens, als jullie het willen hebben over vrank en vrij spreken, dan is dit artikel een heel slecht begin. In jullie plaats zou ik mij VERONTSCHULDIGD hebben voor mijn houding in 2001 en zou ik erbij vermeld hebben dat de bevolking van Westende vooral protesteerde omdat verschillende handelszaken veel schade leden EN omdat het vestigen van een asielcentrum in een centrum voor verblijfsrecreatie ILLEGAAL was.
De muren van je woning scheuren door nabije (openbare) werken, wat nu?
Het zal je maar overkomen. Je betrekt eindelijk een eigen woning en naast de deur is een appartementsgebouw gepland met daaronder 114 ondergrondse garages. Daarvoor moet natuurlijk een zeer diepe put gegraven worden. Samen met andere aanliggende eigenaars zie je dit met lede ogen gebeuren en je laat aan de bouwfirma blijken dat je daar niet mee opgezet bent. Je wordt niet gehoord en zeker niet verhoord! Tijdens de funderingswerken begint het: barsten in de muren je huis verzakt en dreigt in te storten. Het wordt bouwvallig verklaard en je gezin moet een paar keer verhuizen. Dit overkwam de familie Ronny en Carine Bamelis Deboyser in de IJzerlaan in Middelkerke in april 2005. En nu????? Dat je schade vergoed wordt, is toch het minste dat je mag verwachten, maar De gemeente werd ingeschakeld, er werd vergaderd en geprocedeerd, deskundigen werden aangesteld en gaven hun adviezen, de rechters deden uitspraken en legden dwangsommen op. Maar de uiteindelijke (en enige) vraag is: wie is eigenlijk de verantwoordelijke? Is het de paalklopper, de uitgraver, de bouwfirma, ? Hebben die een polis afgesloten bij één en dezelfde verzekeringsmaatschappij of bij verschillende? Zolang de aansprakelijkheid niet definitief bepaald is, wil de verzekeringsmaatschappij van geen liefde weten en blijft hun beurs dicht. De feiten deden zich vijf jaar geleden voor, een lijdensweg voor de slachtoffers: sociale woning wordt geweigerd, zaak in Oostende moet stopgezet worden na een ramkraak en al de miserie die daarmee gepaard ging/ gaat. Die mensen moeten inderdaad door een hel gegaan zijn. Hieronder zien jullie het huis en de put die met water gevuld werd om als tegengewicht te dienen en het verder inzakken van de putwanden te beletten.
En, wat lees ik nu vandaag in de krant? De werken aan het marktplein in Middelkerke, één van de paradepaardjes van de burgemeester, veroorzaken barsten in muren en gewelven en balkons. De vloeren en voetpaden in de Populierenlaan verzakken. Het is toch niet waar, hé? Zoals in de IJzerlaan zijn ook hier drie verdiepingen ondergrondse garages voorzien. Om waterinsijpeling tegen te gaan, werd rondom de reusachtige bouwput een betonnen kuip gebouwd van ruim 20 meter diep en 60 cm breed. Er worden 70.000 kubieke meter grond uitgegraven voor de parkeergarages. Dient het nog gezegd dat hiervoor veel over en weer rijdende vrachtwagens nodig zijn? Op 18 maart 2008 en in juni 2008 hield de gemeente informatievergaderingen om aan de ongeruste geïnteresseerden duidelijk te maken wat hen te wachten stond. Inspraak was niet meer voorzien, want alles was toen reeds beslist. De bouwmethode werd er uiteengezet en de aannemer verzekerde dat deze de meest veilige is. In plaats van een gigantische bouwput te graven, wordt eerst de waterdichte kuip geplaatst, met een bovenplaat erop. Daarna wordt niveau per niveau uitgegraven. Zo zou er minder risico bestaan op waterverlaging buiten de bouwkuip. Daarnaast werden bijkomende garanties gegeven. Zo zou er een plaatsbeschrijving opgemaakt worden door de aannemer, 50 meter rond de werfzone, zodat de staat van de omliggende huizen, bij het einde van de werken, daarmee zou kunnen vergeleken worden. Het gemeentebestuur zou een extra verzekeringspolis 'algemene bouwrisico's' afsluiten voor tien jaar. Het zou ook het onafhankelijk (wat betekent dit eigenlijk?) controlebureau SECO aanstellen om de aannemer en het studiebureau te controleren op een goede uitvoering van de werken. Maar het is allemaal anders uitgedraaid dan verwacht. De huizen worden nu toch beschadigd, niet één maar meerdere. Het ligt voor de hand dat de eigenaars van de getroffen woningen in zon situatie de handen in elkaar slaan en een soort actiecomité vormen. Zij zijn ervan overtuigd dat trillingen aan de basis liggen van hun ellende. De gebruikte graafmachine zou veel te zwaar zijn en werd er niets gedaan om die trillingen te beperken. Een voorafgaand onderzoek zou niet gebeurd zijn. De vooropgestelde werkmethode, die op de infovergadering uitvoerig werd toegelicht, zou drastisch gewijzigd zijn. Zo zou de aannemer als sinds midden november onafgebroken water aan het wegpompen zijn en zou het plaatsen van de funderingspalen helemaal anders aangepakt zijn. Een actiecomité heeft in zon geval vier mogelijkheden: een brief schrijven naar de aannemer/ bouwheer, de hulp inroepen van de gemeente, een politicus aanspreken of een rechtszaak inspannen. De aannemer beweert alvast zich helemaal niet aansprakelijk te voelen. Gemeenteraadslid Liliane Pylyser-Dewulf(CD&V) van de oppositie kaartte het probleem aan tijdens de jongste gemeenteraadszitting. Zij kreeg het laconieke antwoord dat de getroffenen zich moeten wenden tot de aannemer en de bouwheer. Het gemeentebestuur stelde ook onomwonden dat aan de vooropgestelde werkwijze niets werd veranderd. Wie had het anders verwacht? De betrokken kandidaat-schuldigen spelen elkaar de zwarte piet toe. Dit is hier toch een klaar geval. Er zijn eenvoudig vast te stellen barsten, scheuren en verzakkingen. De Heilige Geest heeft het niet gedaan, de bewoners zelf zeker niet. Dus! Nu zou de gemeente toch gewoon de bouwheer/ aannemer of het controlebureau SECO moeten aanspreken om na te gaan wat er verkeerd gelopen is. Zij beweren een verzekering afgesloten te hebben en bovendien hebben ze de verdomde plicht de belangen van hun bewoners/ kiezers in nood te verdedigen. Ik heb vandaag eens de site bezocht (zie foto hieronder) en een paar omwonenden zegden mij dat men (SECO?) ondertussen alles genoteerd heeft. Afwachten nu maar? Tot de werken beëindigd zijn en er een nieuwe vaststelling gedaan wordt? En dan? Als de omwonenden geen voldoening krijgen zal er slechts één mogelijkheid overblijven: een goed (en dus duur) advocaat aanspreken en een rechtszaak inspannen, niet enkel tegen de bouwheer/ aannemer maar ook tegen de gemeente. De fout is bewezen, het oorzakelijk verband tussen de werken en de geleden schade ook, dus Waarom ook tegen de overheid? Stel dat de aannemer in de loop van de komende maanden failliet verklaard zou worden (of zich failliet zou laten verklaren), dan kan de overheid, die toch verzekerd is, voor de schade opdraaien.
Zal de gemeente daar nu eindelijk ook eens lessen uit trekken? Zou men misschien beter geen bouwvergunningen meer afleveren voor drie verdiepingen ondergrondse garages als de bodemgesteldheid het niet toelaat?
Ik wens de recentst getroffen inwoners van de Populierenlaan in elk geval veel sterkte, veel geduld maar uiteindelijk ook veel succes.
Bronnen Artikel van Dany Van Loo in Het Nieuwsblad van 7 december 2005: Levensgevaarlijke put wordt aangepakt Artikel van Paul Bruneel in Het Laatste Nieuws van 12 juni 2008: Wat als onze huizen scheuren? Artikel van Dany Van Loo in Het Nieuwsblad van 18 januari 2010: Het gaat van kwaad naar erger
Er werd nog maar eens een enquête van Het Nieuwsblad gepubliceerd. In de eerste werden de deelnemers gevraagd hun mening uit te brengen over het Middelkerks gemeentebestuur en zijn burgemeester. Het beschamende resultaat daarvan werd door Michel Landuyt schouderophalend weggewuifd met de dooddoener De verkiezingen van 2012 zullen wel een ander beeld geven. De meerderheidpartners uit het progressief kartel zagen daarin een bevestiging van hun goed bestuur omdat het onderdeel buitenschoolse opvang en de speelpleinwerking wel goed scoorde. Dat ze gebuisd werden in het vak Huisvesting zagen ze om bestwil maar over het hoofd.
Tegelijk met deze enquête lanceerde het blad ook een oproep: wat moet er volgens u veranderen in uw gemeente? Iedereen kon voorstellen indienen en de ideeën van anderen beoordelen. Ze kregen daarop 9.820 voorstellen en de krant noemt die ideeën uit de buik van Vlaanderen. Het spreekt vanzelf dat de titel van mijn artikel de lading niet dekt. Het zijn niet de burgers die gereageerd hebben, maar enkele burgers.
Volgende voorstellen werden door burgers van onze gemeente ingediend. Een paar mensen vinden dat er meer randparkings, met shuttle naar het centrum, moeten komen. Jullie weten misschien al dat ik helemaal niet te vinden ben voor nog meer parkings, dus nog meer autos in onze gemeente. In Westende - bad kan de dijk vanaf de bestaande randparking bereikt worden door nauwelijks 500 meter te wandelen. Dat is toch gezond! Er wordt ook geopperd dat toeristen die vuil achterlaten op het strand, zwaar moeten beboet worden. Ook baasjes van honden die de poep van hun lievelingen op straat achterlaten zouden op de bon moeten. Natuurlijk vind ik dat ook. Ik zou er nog iets over paardendrollen aan toevoegen. Iemand vindt dat er te weinig (goede?) openbare sanitaire installaties zijn, voor de mensen dan. Een andere vindt dat er te veel hinder is door wegenwerken. Dat zal wel iemand uit de kerngemeente Middelkerke zijn, zeker? Men kan natuurlijk geen omelet bakken zondereieren te breken. Zolang het maar nuttige werken zijn, die het algemeen belang en niet het imago van een burgemeester dienen en zolang ze rechtvaardig over de deelgemeenten verdeeld worden Iemand beweert dat iedereen gelijk moet zijn voor de wet in Middelkerke, met andere woorden dat de blauwe vriendjespolitiek een halt moet toegeroepen worden. Spijtig dat daar geen voorbeelden van gegeven worden. Middelkerke beweert altijd kindvriendelijk te zijn. Toch vindt iemand dat de gemeente dat onvoldoende is en dat er meer speelpleintjes moeten voorzien worden. Er is ook een klacht over te weinig groen in het centrum. Wie mijn blogartikel gelezen heeft over het wegnemen van boompjes in onze straten, zal begrijpen dat ik daar volledig mee instem, maar dan niet enkel in het centrum
Zoals jullie kunnen zien heb ik twee bronnen gebruikt voor dit artikel: de website van Het Nieuwsblad en de krant zelf. Ik vind het opmerkelijk dat in de gedrukte versie slechts drie van de hier bovenvermelde voorstellen staan: boete voor achterlaten vuil, meer of betere sanitaire installaties en hinder door werken. Geen spoor van vriendjespolitiek noch van kindonvriendelijkheid, noch van shuttle vanaf randparkings, noch over te weinig groen. Dat zouden zogezegd de sterkste drie zijn. Maar, wie heeft daar eigenlijk over geoordeeld? In het begeleidend artikel van jvm wordt vermeld Discriminerende of beledigende voorstellen filterden we wel uit onze lijst. Is er nog een bijkomende filtering gebeurd met de bedoeling de burgemeester niet te al te zeer te mishagen? Men zou het denken.
Verder nog een woordje over een thema dat aanleunt bij het vorige. Uit het jaarverslag klachtenbehandeling', dat aan de gemeenteraad werd voorgelegd blijkt dat de burgers in Middelkerke tevreden zijn over de dienstverlening van het gemeentebestuur. Er werden immers gedurende het ganse jaar 2009 slechts vier klachten geregistreerd. Natuurlijk is dat waar, maar ik geloof evenzeer dat weinig burgers het in hun hoofd halen om een grief of een klacht over te maken via dat kanaal maar naar hun telefoon grijpen om de verantwoordelijke dienst rechtstreeks te contacteren. Daar bestaan zeker geen cijfers over?
Een gemeentebestuur mag niet te vlug tevreden zijn en moet zichzelf steeds weer in vraag stellen!!!! Dat is goed bestuur!
Hebben jullie al eens het buurthuis in Westende-bad bezocht?
Een buurthuis (ook wel wijkcentrum of gemeenschapshuis genoemd), is een openbare plaats in een wijk, stadsdeel of dorp, die dienst doet als ontmoetingscentrum voor de bewoners, zowel jongeren als ouderen. Het zou me niet verwonderen dat veel Westendenaars, zeker de dorpsbewoners, nog niet eens weten dat Westende-bad ook zijn buurthuis heeft. Maar hoe kwam dat er eigenlijk? Het gemeentebestuur zou vanaf Westende-bad signalen gekregen hebben over kleine en grotere samenlevingsproblemen, zoals vandalisme, overlast, moeilijk samengaan van jongeren en ouderen of een grote concentratie van mensen in kansarmoede. Ook zou er een gevoel geleefd hebben van achterstelling en de bewoners zouden verdrinken in de toeristische aandacht en de zomerse drukte. Daarom werd, in samenwerking met Samenlevingsopbouw een project opgezet waarbij de bewoners actief betrokken werden bij het opmaken van een leefbaarheidsplan. Daarvoor nam de preventiedienst van de gemeente een opbouwwerker in dienst. Zo bleek vooral dat veel mensen in Westende-bad behoefte hadden aan meer sociaal contact. Er werd een bewonersgroep opgericht om de resultaten van het onderzoek verder op te volgen. Zij bepleitten dan ook een buurthuis bij het gemeentebestuur en ze kregen het ook. Inderdaad, daarover werd op 23 mei 2006 in het schepencollege een principieel akkoord afgesloten. Het huis werd in 2007 geopend, eerst in de Arendlaan. Na twee jaar werking, werden daar op 29 mei 2009 de deuren gesloten. Aangezien meer mensen hun weg naar het buurthuis bleken te vinden, werd de ruimte te beperkt en slecht ingedeeld bevonden en daarom huurde de gemeente er een andere, voor de duur van drie jaar, tot 30 april 2012, deze keer het gelijkvloers van de Meeuwenlaan nummer 37. De gemeenteraad besliste daarover in de zitting van 12 maart 2009 met 19 stemmen voor en twee tegen (Vlaams Belang). Op zaterdag 13 juni 2009 had de feestelijke opening plaats door de burgemeester en de schepen van samenlevingsopbouw Verdonck. Alle inwoners van Westende-bad werden van 11 tot 13 uur uitgenodigd voor een aperitiefje met muzikale animatie door de groep Grafitti.
Het is volgens de letterlijke woorden van de verantwoordelijke schepen de bedoeling een laagdrempelig ontmoetings- en informatiepunt in te richten waar alle inwoners van Westende-bad terecht kunnen voor een praatje, een kop koffie, om de krant of een tijdschrift te lezen of een gezelschapsspel te spelen. Er zijn ook praatgroepen Spaans en Frans. Er wordt ook al eens een voordracht gehouden over allerlei onderwerpen: fair trade, depressies, Er worden bingos georganiseerd. De drie koningen, sinterklaas en de kerstman komen op bezoek. Noem maar iets op en het gebeurt er. Er liggen heel wat informatiefolders. Een computer met internetaansluiting staat gratis ter beschikking. Woensdagnamiddag is hobbynamiddag. Sinds 16 mei 2009 kan je er ook OXFAM producten kopen of bestellen. Het is geen dienstencentrum, maar volgens schepen Verdonck kunnen er wel afspraken gemaakt worden om met het OCMW samen te werken. Een buurtwerkster heeft er de leiding. Ze wordt bijgestaan door een actieve groep vrijwilligers. Bezoekers kunnen er altijd gratis terecht tijdens de openingsuren ook zonder eerst lid te worden.
Je vraagt je als burger natuurlijk af wat dit allemaal kost en of dat initiatief zijn prijs wel waard is. De kosten kunnen ingedeeld worden in installatiekosten en werkingskosten. Vooraleer het appartement kon betrokken worden, moesten eerst aanpassingen gebeuren om de toegankelijkheid voor senioren te verhogen. Tevens moest de gemeente de abonnementen evenals de plaatsing van de distributiesystemen op water-, gas- en elektriciteit, telefoon, teledistributie en internet en de huur van tellers en meters voor zijn rekening nemen. Aangezien het pand niet gemeubileerd was, moesten ook nog meubels (ijskast, tafels, stoelen, rekken, fornuis, kasten, ) voorzien worden. Schepen Verdonck vond dat de kosten voor dat alles nog meevielen. De werkingskosten zouden volgens hem beperkt gehouden worden. Iedere huisvader weet nochtans dat de kosten voor verwarming, water en elektriciteit hoog kunnen oplopen. Voeg daarbij een telefoon- en internetverbinding, de jaarlijkse reiniging van de schoorsteen, het onderhoud van tuin en lokalen en je komt aan een niet onaardige som. Als de inboedel nog moet verzekerd worden en er ook nog voorzien moet worden in een polis voor aansprakelijkheid voor brand en voor verhaal der buren en tegen glasbreuk, dan kunnen we spreken van een indrukwekkende som. Er wordt ook nog een Buurtkrant uitgegeven. Papier en afdrukken zijn niet kosteloos. Een jaarabonnement op een krant kost ook al rap 250 euro. En er liggen 3 dagbladen (waarvan één Franstalige) en één weekblad. Tel daarbij de maandelijkse basishuurprijs die 950 euro bedraagt, dat is 200 euro duurder dan in de Arendlaan. De gemeente moet tevens de jaarlijkse onroerende voorheffing van 946 euro betalen. De buurtwerkster tenslotte, wordt betaald door de hogere overheid. Kan men dat werkelijk nog beperkte kosten noemen? Er is natuurlijk een verschil als het niet uit je eigen zak moet komen. Men kan zich afvragen of daarvoor ook subsidies kunnen verkregen worden. Het antwoord is natuurlijk natuurlijk! . Waarvoor worden er nu nog geen premies gegeven? Bij de inrichting van het buurthuis schonk de Koning Boudewijnstichting al een bedrag van 4.000 euro. Op dit tijdstip zou de Middelkerkse aanvraag moeten lopen voor een nieuwe subsidie van 5.000 euro.
Om een voldoende basis te hebben om het huidig artikel te schrijven, heb ik twee bezoekjes gebracht aan het buurthuis. Het huis biedt een zeer brede waaier aan activiteiten aan. Ik stel me daarbij de vraag of er niet reeds voldoende verenigingen, organisaties, clubs, bonden, vriendenkringen, . bestaan in de gemeente. Wie een specifieke vereniging of activiteit zoekt, vindt die in de Verenigingengids. De lijst is indrukwekkend (en misschien zelfs overdreven lang?). Coördinatie en betere samenwerking zouden zeker op hun plaats zijn. Het volstaat de evenementenkalender van de gemeente te raadplegen om te zien welke rijke mogelijkheden voor ontspanning en voor contact met andere mensen er wel geboden worden. Er mag ook niet uit het oog verloren worden dat er een lokaal gemeentelijk dienstencentrum bestaat in Middelkerke in de Stille Meers met een eigen activiteitenkalender, waar iedereen welkom is. Er bestaan bibliotheken (in elke deelgemeente), kaartclubs, schaakclubs, bonden voor gepensioneerden (KBG, VLD, S-plus van de SP-a), scrabbelclubs, rummiclubs, petanqueclubs, .. te veel om allemaal op te sommen. Met kerstmis worden alleenstaanden thuis afgehaald voor een maaltijd in het casino. Er bestaat een Bond van de aangespoelden, met een zeer gevarieerd programma. Ik las in Het Nieuwsblad dat de rummiclub van die bond voortaan zal bijeenkomen in de Calidris. Misschien moet dat gebouw nog intensiever gebruikt worden en meer activiteiten groeperen? Wie gratis les wenst over de computer en over internet krijgt daartoe de kans in de bibliotheek in Middelkerke of in de gemeenteschool in Lombardsijde. Ook hiervoor volstaat het de website van de gemeente te raadplegen. Is het wel nodig er Engelse en Spaanse les te geven? Als je leest in de Buurkrant dat een mevrouw enkel voor de Engelse les komt en een andere een beetje Spaans wil leren omdat ze elk jaar overwintert in Benidorm, dan rijzen toch wel twijfels? Natuurlijk ontstaat tijdens die lessen ook sociaal contact! Ik lees dat een bezoeker opgetogen is over het feit dat je slechts 1 consommatie op een namiddag moet bestellen en dat je daarvoor een democratische prijs betaalt in tegenstelling met wat je in een taverne betaalt: dat kan niet voor elke dag terwijl je in het buurthuis niet voelt dat je iets uitgeeft. Is dat geen oneerlijke concurrentie tegenover de horeca? De verplaatsing naar die overal verspreide activiteiten kan nauwelijks een probleem opleveren. Gepensioneerden rijden immers gratis op bus en tram en met enkele personenwagens kan veel volk vervoerd worden. Er zou mij natuurlijk kunnen geantwoord worden dat je in al die opgesomde gemeentelijke activiteiten niet de vriendschap en genegenheid vindt, zoals in een buurthuis. Dat nergens anders zon goede sociale contacten gesmeed worden. Daar moet ik op antwoorden Waar een wil is, is een weg.
Wie zijn eigenlijk de bezoekers van een buurthuis? Het zouden vooral gepensioneerden zijn. Ze zouden komen uit Westende-bad, maar ook uit andere delen van Middelkerke (?). Alleen al het feit dat het buurthuis gevestigd werd in de badplaats wijst er eigenlijk op dat er weinig autochtone Westendenaars bij zijn. Er wordt nochtans beweerd dat er zowel vaste bewoners als tweede verblijvers langskomen. Het zou eens interessant zijn de percentages te kennen van de categorieën bezoekers. Wordt het huis druk bezocht? Dagelijks zouden er gemiddeld 15 bezoekers komen. Er zijn mensen die sporadisch komen, er zijn wekelijkse bezoekers en er is een vaste kern van bezoekers, mensen die bijna elke dag komen. Dat zouden er in totaal 100 verschillende zijn.
Ik besef ten volle dat er heel wat oudere mensen een grote behoefte hebben aan sociaal contact. Ik weet dat aangespoelde mensen niet steeds onmiddellijk, spontaan en hartelijk ontvangen worden door de echte Westendenaars. Als je ergens gaat wonen, dan moet je echter wel bereid zijn zelf ook stappen te zetten om de toenadering te bevorderen. Ik twijfel er geen moment aan dat men in zon buurthuis een warme omgeving kan creëren waar zeer gemotiveerde vrijwilligers met alle plezier hun medemens willen helpen. Ik kan er in komen dat het aangenaam is in je eigen straat of achter de hoek een tehuis te vinden waar alle door jou gewenste activiteiten gegroepeerd werden. Maar wat zou er gebeuren als elke inwoner van de gemeente daar aanspraak op zou maken? Het gaat hier tenslotte maar om een honderdtal bezoekers, waarvan sommige zelfs geen inwoner van de gemeente zijn? Middelkerke telt wel meer dan 18.000 inwoners. De grote vraag is dus: zijn de hoge uitgaven voor een buurthuis wel verantwoord? Zelfs als daarvoor subsidies voorzien zijn, dan mag men niet vergeten dat dit eveneens belastinggeld is. Moet de overheid eigenlijk ingaan op elke wens van zijn burgers? Moet de staat elk van hun moeilijkheden oplossen? Zei John F. Kennedy in zijn inaugurele rede uit 1961 immers niet:
Ask not what your country can do for you - ask what you can do for your country.
Moet de solidariteit tussen de burgers onderling, zonder tussenkomst van de overheid, niet meer en intenser gestimuleerd worden? Initiatieven zoals de Bond van de aangespoelden (alleen al de naam!!!) en Buurthuis werken eerder het isolement in de hand. Zo krijgen de integratie en een beter sociaal contact met de autochtone Westendse inwoner, zeker weinig kansen.
Men zou zowaar de indruk krijgen dat België een verwaarloosbare staatsschuld heeft en dat de Vlaamse en federale begrotingen geen miljardentekorten vertonen. Of trekt ons gemeentebestuur zich daar niets van aan? Hebben zij echt geld te veel?
Jegiedur toch we vakaansu get? E jundr genootn van du sneeëw? Twas langu guleen, ee, dat nog wit lag? Woörn jundur kiendurs bliedu? Eën zu sneeëwvint gumakt? Met usjarpu an? En unoeët up zu kop? En uworkul in platsu van uneuzu? En kooltjus in zu noogun? Eën zu gusliedurt up ties ook? Twas gledug, ee, op stroötu? Up du trotwar kostju beetur staptju voe staptju voruutgoön zodoanig da ju gin tuumuletu maktu of da ju nie struukuldu. Twas koet, ee, mo met u wuln sjarpu oovur ju sjhoeru en roent ju neku, gieng ut. Twas wel gin weeru voe tu goön wanguln. Veelu voök wastur nie op stroötu. Zu wildn nie lieën van du koedu. U goe bugun van du wientur, zijnkik.
E ju noa du kestemesse gewist? En wa zeit du pastre? Was du kerke schoane versierd?
Ê ju met kestavond of oedejoarsavond gon etn? Of ê ju thuus getn? Lagen dur vele paksjes oendr du kesboom? Met luchtjes die foenkeln? Op du latste dag van tjoar gonkik altied gon etn in u ristorang woa dat nie al tu diere is. tZat doa vele voak. Sjaanse da mu besteld haddn. Wieddr woarn me vuuvn. Mu paktn wieddr allemalle toedejoarsmenu. Das altied met u goe flessche wien, é. Ju moet uplettn daje nie tuvele drienkt, want oju moe bloazn van du poliesje, zie ju du sigaar, é? Sigaar? Ju magt doa nie mi smorn, wè. Aschepottn stoan der nowers mir op tafel, ju moe moa noa buutn goan, zeggn zu, da ju dandre menschn nie ambeteert en danzu gin loengkankr kriegn. Maddn wieddr uus u bitje upgetietematooid, mu vrouwe met u nieuw kleeëd en heur hoar gedoan en ik metu nieuwe plastrong en mu sjchonste sjchoen. Kuurieuzeneuze lik of dank zien kekn kik uki goeëd roend. An tene tafeltje zatn er vier (rieke?) sjieke tiepn die tegn de garsong zeien dat de muziek te luude speelde, an tandere u vrimde vint die klapte met u vrouwe die in posiesje was. Kzagn ook u madam met heur zeune, u droeve joeng want nu stak zu toenge uut no mu. Kekn ook onk utwien kendn, mo da was tgeval nie. Wiljegieddr wetn wadamme getn ên? Gaptjes bie dun aperitief en tonne u tallore ossestêrtsoepe met doabie broad en beutr, doarachtr u sjhuttel vleeës, ju kost kiezn van tzwien, van du koeë of van tkoaf, me petattn nateurlik en metu miengelienge van groensels, andjoens en pret en workels en salaa en tomattn. Ju kost wien kriegn zovele of daju wilde mo tstoend ook u bottl woatr op taafle. Klieëtn toch we mu ferchette uut munandn voln zekr! Tis altied tzeste me joen, zei mu vrouwe. Zaa gliek! Om tendign wierd ur u tasse kaffie, al dan nie me suukr en mëk, en u stiksje toarte op taafle gebrocht. Ot twoave was, kregn mu glas champagne. Men ton u bitje gedansn en geklapt en ot snuchtens viere was wierdn mu moeë en hen mu noruus gereen. Gelukkig weun mu do nie al tu verre van. An aal du menschen die Westêns verstoan, mu beste wenschen
Op 17 maart 2008 bracht ik reeds een stukje in de Westendse streektaal. Waarom ik het nu weer doe? Omdat ik vind dat ons dialect tot onze cultuur behoort en dat het niet mag uitsterven. Het is de taal die ik als kleine jongen aanleerde en waarmee ik mijn jeugd doorgebracht heb. Toen wij in Oostende op het atheneum zaten was er een zeldzame vogel die ABN (Algemeen Beschaafd Nederlands) sprak. Hij werd de dikke nek genoemd. Niet dat ik dat goedkeur. Er is ondertussen veel veranderd. Veel ouders vinden namelijk dat hun kinderen betere kansen in het leven krijgen als ze er altijd AN (Algemeen Nederlands) tegen spreken. Als je dat wil doen, moet je die taal natuurlijk zelf wel beheersen. En zo talrijk zijn zulke ouders nu ook weer niet. Als vader en moeder een verschillende streektaal spreken, is het aangewezen de kinderen aan te spreken in de standaardtaal. Als de ouders, al dan niet gemengd wat streektaal betreft, in een andere regio gaan wonen, is het wel niet aangewezen om het eigen taaltje verder te gebruiken tegen een kind, dat op de speelplaats op school weer wat anders te horen krijgt. De kinderen horen ook Nederlands op de televisie. Een correcte taal is dit zeer dikwijls niet. Op veel scholen wordt verkavelingsvlaams aangeleerd in plaats van correct Nederlands. Wie in het dialect opgevoed is, heeft het soms gemakkelijker om in te zien dat verkavelingsvlaams geen standaardtaal is. Wie opgevoed is met de idee dat verkavelingsvlaams de standaardtaal is, beseft gewoon niet wat er mis is.
In het fictief verhaaltje hiervoor zijn heel wat eigenaardigheden van de Westendse streektaal verwerkt.
Na zon lange periode van warm weer (wegens de opwarming van de aarde, weet je wel), heeft de winter ons eigenlijk overvallen. We waren er helemaal niet op voorbereid. Verlaging van de temperatuur, veel wind en neerslag, dat zijn we tegen het einde van een jaar wel gewoon. Maar sneeuw en ijzel? Zoveel sneeuw hebben we in lange tijd niet meer gezien. Kinderen kunnen er wel van genieten en ook volwassenen voelen zich nog wel eens kind en gooien graag een sneeuwballetje. Maar als sneeuw en ijzel onze wegen spekglad maken, dan houdt de pret op.
De voorbije dagen heb ik al tonnen sneeuw geruimd. Je gaat er niet van dood, dat niet, integendeel, het is zelfs gezond, maar waarom zijn er dan zo weinig mensen die het doen? Iedereen moet voor zijn eigen deur vegen, zegt een spreekwoord, maar vele schijnen de dubbelzinnigheid daarvan niet begrepen te hebben. Ooit was iedereen toch verplicht bij sneeuw en gladheid zijn eigen stoep begaanbaar te houden? Omdat mijn overgebuur en ikzelf, beide niet meer van de allerjongste, schijnbaar weinig gezelschap kregen van andere straatbewoners, vroeg ik mij af of de politieverordening (APV) van onze gemeente voorziet in een verplichting dienaangaande. Ik lees in artikel 7 ter dat de bewoners bij sneeuwval en ijzel verplicht zijn op de voetpaden voor gebouwen en onbebouwde percelen een doorgang voor voetgangers vrij te maken en het nodige te doen om de gladheid te bestrijden. Ik neem dus aan dat wie dit niet doet, verantwoordelijk kan gesteld worden wanneer er een voetganger valt op de stoep en verwondingen oploopt. Iets opleggen of verbieden kan maar doeltreffend zijn als er ook controles uitgevoerd worden om de overtreders op te sporen. Hebben jullie al ooit een wijkagent gezien die zich daarmee bezig hield? Er zijn andere prioriteiten hoor ik weeral zeggen. En de stoepen blijven dus maar glad en gevaarlijk. De overheid moet natuurlijk ook het voorbeeld geven. Ik heb alvast één gebouw gezien waar dat niet het geval was. Zou men dan misschien minimaal eens een campagne kunnen voeren teneinde de bewoners van onze gemeente op hun plichten te wijzen?
In de voorbije sneeuwweek begaf ik mij ook enkele zeldzame keren met de wagen, voorzichtig glijdend, naar de meer bewoonde wereld. Alle hoofdwegen netjes geruimd, zout gestrooid, kortom de autochauffeurs waren tevreden. Aan de fietsers zal men niet gedacht hebben, zeker? De parkings van de grote warenhuizen lagen vol met sneeuw. Maar ja, ruimen verhoogt de winsten niet, hé? Waar is toch de tijd dat de klant koning was? Maar, waarom wordt er bij ons in de zijstraten niet geruimd en gestrooid? Beschouwt men die misschien als een onderontwikkeld gebied? Natuurlijk rijden daar minder autos, maar daar staan ook palen en daar zijn ook grachten om tegen of in te schuiven. Moeten wij dan ook onze stoep niet ruimen?
Als het vriest en sneeuwt zitten wij lekker binnen. Dat is spijtig genoeg niet voor iedereen het geval. Een probleem van daklozen hier bij ons, is mij niet bekend. Maar vogels vliegen er hier wel en misschien moeten wij dan daar eens aan denken. Vogels sterven normaal gezien niet van de koude, wel van een langdurige voedsel- en waterschaarste. Sneeuw kunnen ze drinken, maar die bedekt ook hun voedsel en daarom moeten wij, vogelliefhebbers, eens ons gevoel laten spreken. Maar wat serveer je aan vogels? Kenners zeggen ons dat we voor een gevarieerde voeding moeten zorgen. Hoe meer vogels, hoe meer smaken en eetgewoontes: Welke vogels heb jij in jouw tuin? Kijk maar eens op http://www.infotalia.com/nld/tuin/tuinaanleg_en_onderhoud/dieren_in_de_tuin/dier_detail.asp?id=2215 Hieronder vinden jullie de kerst- en oudejaarsmenus van enkele bij ons veel voorkomende vogeltypes. Merels en spreeuwen houden van meelwormen, insectenpastei, plantaardig vet, ongezouten spekzwoerd en vetbollen. Maar spreeuwen hebben eigenlijk een voorkeur voor overrijpe peren en appelen, rozijnen, bessen en krenten. Mussen en houtduiven vinden zonnebloempitten, gerst, gemengde onkruidzaden en havermout het lekkerst. Maar een hongerige vogel zal wel alles eten, zeker? De vraag die men zich kan en moet stellen aan de kust, is Als ik vogels voeder, trek ik dan geen meeuwen aan?' In de meeste badplaatsen is het namelijk verboden meeuwen te voederen. In Oostende is daar zelfs een boete van 250 euro aan verbonden. De algemene politieverordening van Middelkerke voorziet in artikel 101: Het is verboden op de openbare weg en op openbare plaatsen, zoals strand, duinen, parken en tuinen eender welke materie voor de voeding van zwervende dieren, duiven of zeevogels achter te laten, te deponeren of te werpen, met uitzondering van de voeding voor de vogels bij vriesweer. In Knokke-Heist wordt gezegd dat de meeuwen het toerisme bedreigen. De badgasten klagen steen en been omdat de vogels voor zoveel overlast zorgen. Ze pikken vuilniszakken open en halen vuilbakken leeg, waardoor ze ook nog eens ratten aantrekken. Ze krijsen in de vroege uurtjes en durven ook al eens brutaal uit de hoek komen. Niet enkel als ze gestoord worden, maar ze vallen ook toeristen aan omdat ze het gemunt hebben op hun aperitiefhapjes, hun belegd broodje of hun pakje friet. De bewoners van enkele appartementen in Knokke-Heist zouden volgens het gemeentebestuur door het gedrag van de zilvermeeuwen niet meer op hun balkon durven komen. In de zomer doen horeca-uitbaters op de zeedijk ook hun zegje want zij houden evenmin van die vogels. De dierlijke uitwerpselen vallen op de kledij en in de glazen en het eten van toeristen, die op hun terras zitten. Badkarhouders hebben vooral last van de uitwerpselen op de windschermen, ligkussens en overtrekken die ze s nachts over hun materiaal leggen. Het probleem is dus zo goed als algemeen en daarom werd op initiatief van het Coördinatiepunt Duurzaam Kustbeheer zelfs een website over het meeuwenprobleem gemaakt: http://www.meeuwenindestad.be/nl/meeuwenoverlast/overlast-beperken/ Een eenvoudige oplossing bestaat er weliswaar niet. Verdelging is niet toegelaten want meeuwen zijn door een Europese Vogelrichtlijn beschermde zeevogels.. Oostende heeft daarom een valkenier ingeschakeld. De aanwezigheid van valken zou voorkomen dat de meeuwen een nest bouwen. De gemeentebesturen kunnen niet elk dak in het oog houden. Daarom moeten inwoners en bezoekers van onze badplaatsen meehelpen door van begin april tot einde juni hun daken te inspecteren. In die periode zoeken meeuwen een broedplek. Als ze continu gestoord worden, trekken ze vanzelf naar een andere plaats. In ieder geval heeft het geen zin om de eieren te vernietigen. Dat is verboden en het helpt niet. Het zou in de meeuwennatuur liggen dat ze onmiddellijk weer nieuwe eieren leggen. De overheid zal daar dus eens diep moeten over nadenken en de oorlog verklaren aan de zilvermeeuw. Opgepast, want die laat zich niet doen!
Ja, de besneeuwde daken en bomen bieden een feeëriek beeld en de vrieskou doodt de bacteriën, maar geef mij toch maar de (warme) zomer.
Op een enquête meer of minder komt het toch niet aan
Twee weken geleden heb ik ruime aandacht besteed aan de enquête van Het Nieuwsblad en van radio 2 over de burgemeesters en de gemeentebesturen. Aangezien hij daarin geen goed figuur sloeg, vond Michel Landuyt dat men zoiets maar niet te ernstig moet nemen. Voor hem zal het immers in 2012 in het kieshokje moeten gebeuren. Zijn twee schepenen van het Progressief Kartel, Geert Verdonck en Lode Maesen, schijnen er echter duidelijk anders over te oordelen. In Het Nieuwsblad las ik namelijk dat zij uiterst tevreden zijn met de resultaten van het recent rapport. Daaruit bleek namelijk dat de buitenschoolse opvang en de speelpleinwerking de hoogste score behaalden, namelijk 74 op 100. 2009 2006 Gemiddelde
Kinderopvang behoort inderdaad tot de bevoegdheid van Verdonck. Goed werk, dus!, Maar toch is Middelkerke daarmee nog niet bij de koplopers aangezien het gemiddelde voor Vlaanderen 71% bedraagt, maar goed Vorige week haalde ik de woorden aan van de voorzitter van de CD&V die beweerde dat er nogal wat geruzied wordt tussen de meerderheidspartijen. De vijftien domeinen, waarvoor het kartel toch mee verantwoordelijk is, werden globaal slecht beoordeeld. Omdat er één is met een wat betere score en die opdracht binnen de bevoegdheid valt van één van hun schepenen, kraait het kartel daarvoor victorie. Ik heb daar vragen bij. Vinden zij dat wel loyaal of willen zij juist de tegenstelling tussen de twee schepenengroepen beklemtonen? Mag ik bovendien ook eens verwijzen naar de povere score voor huisvesting? Dat is toch ook een verantwoordelijkheidsdomein van het kartel? Daar heb ik niets over gehoord of gelezen?
Deze week bereikte ons dan iets wat als beter nieuws zou kunnen bestempeld worden: in een rangschikking van de groenste gemeenten van Vlaanderen staat Middelkerke op een verdienstelijke 43 ste plaats. Op het eerste gezicht dacht ik dat het ging over de leefkwaliteit: groen, netheid, lawaai- en geurhinder. Maar neen, dat werd in de vorige enquête beoordeeld en daar kwam Middelkerke met 64% niet zo goed uit. Het betreft hier echter geen beoordeling door de inwoners maar een onderzoek van de (commerciële) Vlaamse Televisie Maatschappij (VTM) in samenwerking met de Vlaamse Energieregulator VREG en de distributiebedrijven Infrax en Eandis. De eerst geplaatste gemeenten zouden diegene zijn die hun inwoners het meest motiveerden om energievriendelijk te wonen. Het uitdelen van premies voor isolatie van dak en ramen of voor het plaatsen van een condensatieketel, zouden daar voorbeelden van zijn. Het is daarom bijzonder interessant om na te gaan op welke gemeentelijke milieupremies, die de productie van groene stroom moeten bevorderen, men in onze gemeente kan rekenen?
Er bestaan twee premies en de eerste kan gaan naar diegene die een zonneboiler plaatsen. Door gebruik te maken van de zonnestralen, zelfs in de winter als die schaars zijn, kan men aldus voldoende warm water maken voor het dagelijks gebruik van warm kraanwater. De gemeente heeft daartoe reeds het voorbeeld gegeven door op het dak van de sporthal in Leffinge een boiler te plaatsen voor de verwarming en het douchewater. Naast de premie van 75 euro per vierkante meter collectoroppervlak die Infrax betaalt, voorziet de gemeente nog een premie van 400 euro. Er bestaat ook een gemeentelijke premie van 400 euro voor het plaatsen van zonnepanelen.
De onderzoekers brachten ook in kaart hoeveel hernieuwbare en groene stroom er wordt geproduceerd op het grondgebied van alle gemeenten. Groene stroom is elektriciteit opgewekt door duurzame energiebronnen. Het idee daarachter is dat daarmee de uitstoot van koolstofdioxide (CO2) en andere schadelijke emissies (NOx, SO2, roet, ) wordt verminderd. Daardoor zou de toename van het broeikaseffect wat vertragen.
De onderzoekers beweren dat er rekening gehouden werd met energie die gewonnen wordt uit wind, water, warmtekrachtkoppeling, wkk bio, stoomturbines en zonnepanelen, uitgezonderd bij particulieren. Laten we dus eens bekijken wat dit allemaal inhoudt. Iedereen kent natuurlijk de eerste vorm, namelijk de windmolens van Elektrawinds, aangezien er drie de omgeving van de Boterdijk sieren of ontsieren, al naargelang uw mening. Ze vertegenwoordigen respectievelijk vermogens van 0,7 MW, 0,8 MW en 0,9 MW. Met Water wordt eigenlijk naar beneden stromend water bedoeld omdat een verval nodig is om daar energie uit te halen. In ons vlakke Vlaanderen kan dat nauwelijks toegepast worden en ook Middelkerke put daaruit dus geen energie. Bio wkk is een warmtekrachtkoppeling met als brandstof biomassa (voorbeelden: hout, schors, zaagmeel, snoeihout) of biogas, bijvoorbeeld geproduceerd uit mest of organisch afval uit de landbouw. Het is een installatie die tegelijk stroom en nuttige warmte produceert. Op dit ogenblik zou er, op privé-initiatief, een aanvraag lopen bij de provincie om in Middelkerke een biogasinstallatie te mogen bouwen die 60 % van de totale Middelkerkse elektriciteit zou maken. Reeds jaren is in het OCMW een warmtekrachtkoppeling operationeel. De productie- en restwarmte wordt gebruikt voor verwarmingswater en waswater. Een stoomturbine is een machine die met behulp van verzadigde oververhitte stoom, in beweging wordt gezet. Ik kan jullie geen voorbeeld geven van het gebruik daarvan in onze gemeente. Aan de Boterdijk staan ook nog 7700 fotovoltaïsche (PV) zonnepanelen van Elektrawinds, Ze zetten het invallend zonnelicht om in elektriciteit en zijn goed zijn voor een geïnstalleerd vermogen van 1,3 MW. Op het dak van het OCMW staat ook een installatie met PV- panelen van 47 kWh die 39.950 kWh of 39,950 MWh groene stroom per jaar produceert. In de groene stroom - rangschikking werd wel geen rekening gehouden met de zonnepanelen bij particulieren omdat de VREG niet over gecoördineerde recente cijfers beschikt. Ik heb de indruk dat nog maar weinig private huizen bij ons daarmee uitgerust zijn. In Westende- dorp heb ik er (voorlopig) maar twee gevonden, één in de Dahliastraat 2 en één in de Matthieulaan 20. In Lombardsijde langs de Koninklijke baan zag ik er ook twee.
Sommige specialisten beweren dat in de komende 20 tot 30 jaar alleen met windmolens veel groene stroom zal kunnen opgewekt worden. In één van mijn volgende bijdragen zal ik het daarover eens uitgebreid hebben. Nochtans zijn er ook heel wat die veel heil verwachten van biomassa. In het kader van de doelstelling voor België om tegen 2020 13 % groene stroom te produceren, maakte de Vlaamse instelling voor technologisch onderzoek (VIPO) daarover een studie. Zij beweren dat de helft uit biomassa zal komen.
Mag de gemeente nu fier zijn op die 43ste plaats en de 1.932 kWh groene stroom die ze produceerde per inwoner en per jaar? Laat ons daar maar niet te hoog mee oplopen. Specialisten hebben nogal wat bedenkingen bij de manier waarop die lijst opgesteld werd. Eerst en vooral vinden ze de titel misleidend. Je kunt namelijk verkeerdelijk denken dat het enkel gaat over de gemeente, dus gemeentebestuur en beleid, maar het gaat evengoed (en vooral?) over de initiatieven van particulieren en bedrijven. De lijst zou ook niet controleerbaar zijn want ze vermeldt niet welke eenheden zorgden voor de productie van de groene stroom. Ik heb daarom mijn licht opgestoken bij de gemeentelijke milieudienst die mij welwillend een gedeelte van de nodige informatie verstrekt heeft. Mijn dank daarvoor! Volgens de lijst zou dus in Middelkerke per inwoner en per jaar 1.932 kWh groene stroom geproduceerd worden. Voor 18.000 inwoners (afgerond) maakt dat dus een totale hoeveelheid van 34.776.000 kilowatt/uur of 34.776 Megawatt/uur of 34,776 Gigawatt/uur. Daarvan nemen de drie windmolens er afgerond 5.500 MWh voor hun rekening (op basis van gemiddeld 2000 vollast-uren) en de 7700 zonnepanelen zorgen voor eenjaaropbrengst van 1.105 MWh. (1300 kWh x 850 vollast-uren). Tussendoor wil ik toch vermelden dat ik deze informatie ook vroeg aan de woordvoerster van Elektrawinds (Marleen Vanhecke), maar dat ik helaas geen antwoord mocht ontvangen. Waar komen de overige circa 28 GWh vandaan? Daar is dus geen duidelijkheid over! Zouden die misschien uit de industrie komen? Ze worden altijd vervuilers genoemd en nu worden ze ineens de redders des vaderlands.
Hoe komt VREG eigenlijk aan die gegevens? Het Vlaams Gewest legt in haar elektriciteitsdecreet aan energieleveranciers de verplichting op om een bepaald percentage van de totale hoeveelheid jaarlijks geleverde energie voor te behouden voor groene stroom. Hiervoor moeten ze zogenoemde groene stroom - certificaten (GSC) (1 certificaat per MWh groene stroom) inleveren bij de VREG. Ze kunnen die bekomen door ofwel zelf groene stroom op te wekken, ofwel door certificaten over te kopen van particuliere producenten (gezinnen, bedrijven, boeren). De gebruiker krijgt hiervoor in het totaal tot het einde van dit jaar 450 euro per certificaat gedurende 20 jaar maar vanaf 2010 zal dat nog slechts 350 euro zijn. Jullie kunnen er alles over lezen op de website van de VREG. Er wordt ook beweerd dat de gegevens van de lijst onvolledig zijn. De VREG heeft enkel zicht op installaties die geplaatst werden nadat de regelgeving rond GSC en WKK-C 2002 in voege is getreden. Een bedrijf dat een WKK-C initiatief opgestart heeft vóór 2002, wordt daarvoor niet beloond in de lijst want ze zitten niet in de gegevensbank van de VREG. Deze kijkt momenteel aan tegen een grote achterstand. Zo worden ze momenteel overstelpt met aanvragen voor zonnepanelen door diegene die nog willen profiteren van de huidige prijs van een certificaat. De parameter "geproduceerde groene stroom per inwoner" is voordelig voor gemeenten met weinig inwoners en met veel bedrijven die groene stroom - initiatieven hebben genomen. Is het energiepark van Elektrawinds aan de Boterdijk dan de verdienste van de gemeente? De locatie werd uitverkoren omdat er aan de kust meer wind is en ook meer zon voor de panelen. Het gemeentebestuur moest er enkel mee akkoord gaan.
Ik ben ervan overtuigd dat de gemeente of zijn milieudienst elke mogelijkheid zal aangrijpen om in te spelen op gunstig gebruik en productie van energie. Volgens de milieudienst besteden ze bij nieuwbouw en renovatie grote aandacht aan isolatie volgens het principe energie die we niet gebruiken of besparen moeten we ook niet maken. Dat is zeer verstandig. Telkens zich een mogelijkheid voordoet om groene stroom te produceren zou men die grijpen. Dat is fijn! Hoe klein hun bijdrage ook mag zijn ten opzichte van die van de privésector, ze zal steeds lovenswaardig zijn.
Middelkerke telt vier voetbalverenigingen: Gold Star Middelkerke-Leffinge, DAVO Westende, SC Lombardsijde en SK Spermalie. Hoeveel hebben de andere badplaatsen (exclusief Oostende) er? Dat zien jullie in de onderstaande tabel waarin jullie ook de afdeling vinden waarin ze optreden.
Gemeente
Inwoners
01.01.08
Densiteit
Inw/ km²
Deel- gemeenten
Clubs
Afdeling
Blankenberge
18.450
1.060
2
1
(1x1Prov)
Bredene
15.578
1.191
1
1
(1x1Prov)
De Haan
12.243
290
4
2
(2x3Prov)
De Panne
10.285
430
2
2
(1x2Prov) + (1x4Prov)
Knokke
34.026
603
4
3
(1x1Prov) + (2x3Prov)
Koksijde
21.515
489
4
2
(1x3Nat) + (1x2Prov)
Middelkerke
18.378
243
9
4
(1x2Prov) + (2x3Prov) + (1x4Prov)
Nieuwpoort
11.062
357
2
1
(1x3Prov)
Middelkerke heeft dus de meeste clubs maar, buiten Spermalie, spelen die op een bescheiden niveau. Dat kan deels verklaard worden door het aantal inwoners per vierkante kilometer, dat voor onze gemeente het laagst is. Met andere woorden, de kernen waar een ploeg kan gevormd worden, liggen verder uit elkaar. Koksijde is de absolute koploper. Moeten wij nu jaloers zijn omdat zij een ploeg hebben die in de derde nationale afdeling speelt? Ik vind het niet en heel wat bestuurslieden van onze kleine ploegen zullen het daarmee zeker eens zijn. Om een ploeg op een dergelijk hoog niveau te onderhouden, is een enorm budget nodig. Om dat te staven, overloop ik even de uitgaven die elke ploeg moet dragen. De Belgische voetbalbond is de grote slokop: lidgeld van de club in functie van de afdeling waarin gespeeld wordt, aansluitingsgeld voor de spelers à rato van 25 euro per speler, onafhankelijk van de leeftijd en tenslotte de maandelijkse betaling van een verzekering van de spelers. Dan komt de trainer. Die werkt niet gratis. Hoe hoger de afdeling, hoe duurder, natuurlijk. En dan de matchen zelf. Ongeveer de helft van de totale uitgaven worden besteed aan premies voor de spelers in functie van de afdeling (en volgens het contract?) en volgens het resultaat. Voor elke speler, ook bij de jeugd, kunnen of moeten er drankbonnen uitgedeeld worden, zelfs na een nederlaag. Tijdens de rust moet koffie voorzien worden voor alle acteurs. Bij thuismatchen moet de scheidsrechter vergoed worden voor zijn fluitwerk maar hij dient ook nog een nota in voor zijn transportkosten. Na de match moet hij minimaal enkele boterhammen opgediend krijgen. Voor een uitmatch moet het transport van de spelers georganiseerd worden. Voor de jeugd doen de ouders dat of, aangezien de matchen zo gepland zijn, kan een globaal transport ingezet worden voor twee ploegen tegelijk. Voor de volwassen spelers bestaat er meestal een onderlinge regeling, waarbij geëist wordt dat een minimum aantal spelers in één wagen plaatsnemen, dat om de transportkosten te beperken. Er zijn natuurlijk nog andere uitgaven. Aankoop van ballen, bijvoorbeeld, om er maar één te noemen. Een volgende grote zorg voor de bestuurders van een voetbalploeg, is het terrein. Gelukkig neemt de gemeente grotendeels het onderhoud voor zijn rekening. Niet enkel het maaien van de grasvelden, maar ook de voorziening in elektriciteit (verlichting voor avondtrainingen) en water. De telefoonkosten zijn wel voor rekening van de ploeg. De gemeente is ook meestal eigenaar van de terreinen. Enkel in Westende is dat de kerkfabriek, die zich daarvoor royaal laat betalen door de gemeente. De accommodaties verschillen nogal. Zo heeft Middelkerke (relatieve) luxe-installaties, daarna volgt Spermalie terwijl Westende en Lombardsijde het moeten stellen met veel bescheidener, weliswaar goed onderhouden, terreinen. Sommige ploegen hebben ook een betaalde terreinhouder voor het trekken van de lijnen en voor andere klussen.
Kunnen de ploegen uiteindelijk de eindjes aan mekaar knopen? Eenvoudig is dat niet, want een club heeft eigenlijk bitter weinig inkomsten. De opbrengst van de kantine zal wel de voornaamste zijn. Daarbij komen de entreegelden, betaald door een gemiddelde van 50 à 100 supporters per match van de eerste ploeg en nog minder voor de reserves. De spelers betalen lidgeld maar dat moet zoals reeds gezegd doorgestort worden aan de Belgische voetbalbond. Hoe meer initiatief het bestuur aan de dag legt, hoe meer geld er via allerlei organisaties (loterij tijdens de match, bingo- of kaartavond, feestjes, mosselsoupers, ) in het laatje kan komen. En dan is er natuurlijk de sponsoring en reclame. Aan de kust zijn die eerder schaars. Het komt er op aan zo veel mogelijk lokale zelfstandigen en sympathisanten ervan te overtuigen om een goede daad te stellen en hun steentje bij te dragen. Dit kan de vorm aannemen van een reclamebord rond het veld of bij sommige ploegen van een vermelding in het clubtijdschrift. Sponsors schenken ook meestal uitrustingen en het is de gewoonte dat voor elke thuismatch een weldoener een bal schenkt. Weldoener is goed gekozen want veel krijgen ze er niet voor terug, gezien ze er slechts een beperkt aantal mensen mee bereiken. De gemeente subsidieert ook de ploegen, in functie van het aantal leden. Ik hoorde ooit, in een tamelijk ver verleden, de burgemeesters van Koksijde, Diksmuide, Ieper en Poperinge daarover discussiëren. Omdat sommige ploegen het subsidiegeld gebruikten voor buitensporige contracten met trainers en spelers, vonden zij het gepaster dat enkel nog materiële steun zou geleverd worden. Een wijze beslissing!
Als de uitgaven en inkomsten in evenwicht kunnen gehouden worden, of beter nog, als een voetbaljaar met een overschot kan afgesloten worden om een spaarpotje aan te leggen, dan is dat in de meeste clubs te danken aan de onbaatzuchtige inzet van een aantal vrijwillige bestuursleden en afgevaardigden van de ploegen. Iedereen kent in Westende de legendarische broers Etienne en Gilbert Renty, die reeds respectievelijk 40 en 38 jaar de sterkhouders zijn van DAVO. Etienne is kantinehouder, secretaris en voorzitter van de beheerraad, Gilbert vult hem aan en zijn eega zorgt er zelfs voor dat de spelers er elke week piekfijn uitzien in een door haar gewassen uitrusting. De voorzitter is vaak een lokaal politicus/ mandataris die aldus een achterban kan opbouwen en/ of vasthouden. Een nadeel kan dat voor een ploeg nooit zijn.
Tenslotte moeten we het nog hebben over het voetbalspel zelf. Voetbalploegen zijn er reeds lang niet meer om de dorpsjeugd en jongeren een aangenaam tijdverdrijf te bezorgen. De helft van de spelers, of meer zelfs, komen uit de wijde omgeving en hebben nog nauwelijks een band met de supporters. Deze ontwikkeling heeft natuurlijk als gevolg gehad dat de spelerspremies fel de hoogte zijn ingegaan. Ik heb eens de jeugdploegen (duiveltjes niet meegerekend) geteld bij elk van de bovengenoemde badplaatsen. Koksijde (15) en Knokke (11) tronen hoog boven de andere uit. De 5 jeugdploegen van Middelkerke vormen een gemiddeld aantal tussen de andere. Ik zeg dus wel van Middelkerke. Al die ploegen spelen immers onder de vlag van Gold Star Middelkerke. Ik vraag mij af waarom. Ik ben er zeker van dat dit organisatorisch enkele voordelen kan hebben, maar heel zeker op sportgebied ook enkele belangrijke nadelen. Een jonge Westendenaar die goed wil en kan voetballen, kan dan maar beter direct aansluiten bij Middelkerke, want later wordt dat toch zijn ploeg. Misschien zijn daar ook betere accommodaties en betere trainers beschikbaar. Dat trekt jonge spelers natuurlijk sterk aan. Ja maar, zullen de voorstanders van dit systeem beweren, de jonge speler blijft eigendom van de club van oorsprong. Wat dat ook mag betekenen, want sedert het van kracht worden van het Bosman-arrest kan een speler vrij van ploeg veranderen, zonder dat de afstaande ploeg daarvoor ook maar één euro vergoeding krijgt. Als een speler echt goed blijkt te zijn, zal Middelkerke het beter weten dan zijn oorspronkelijke ploeg en er alles aan doen om die speler in te lijven. En de zwakkere speler? Die krijgt gewoon geen kans meer om te voetballen.
Besluit Middelkerke betekent niet veel op voetbalgebied. Gelukkig redt Spermalie nog de eer. Daar hadden ze trouwens vroeger altijd sterke jeugdploegen. Sommige vragen zich af waarom de kleine ploegen hun krachten niet bundelen en fusioneren. Voorstellen daartoe worden steeds weer afgewimpeld wegens jarenlange betrokkenheid van bestuursleden, door te verschillende financiële toestanden of omdat fusies niet noodzakelijk toelaten naar een hoger niveau te klimmen en er ook te blijven. Veel bestuurslieden willen dat ook niet, perse. Maar, ook zonder die fusies zou men toch mogen verwachten dat ze in de kern Middelkerke niet enkel de ambitie koesteren om in tweede, ja zelfs eerste provinciaal, te spelen maar dat ze het ook voor mekaar brengen. Misschien later als de huidige jeugd daar rijp voor is?
En hoe scoort onze (waarnemende) burgemeester in de enquête van 'Het Nieuwsblad'?
Zoals in 2006 heeft 'Het Nieuwsblad' dit jaar, samen met radio 2, opnieuw een enquête uitgevoerd bij meer dan 140.000 Vlamingen om de inwoners van de gemeenten toe te laten hun mening uit te spreken over hun burgemeester en over het gemeentebeleid. Wat vinden de mensen belangrijk? Hoe tevreden zijn ze over de manier waarop ze bestuurd worden? Hoe populair is hun burgemeester en hun gemeentebestuur? Natuurlijk keken we vooral uit naar Middelkerke. Hoe zou Michel Landuyt het er deze keer van afbrengen? Hoe zou de gemeentelijke meerderheid voor de dag komen? Zou onze gemeente het beter of slechter doen dan de andere kustgemeenten? Genoeg vragen dus. Ziehier de antwoorden. Michel scoorde drie jaar geleden zeer slecht (55ste op 64 West-Vlaamse burgemeesters en met 60,4/100 ruim onder het gemiddelde van 66,2). Zijn bestuur scoorde een ietsje beter .(40/64 en 67,8/100 maar nog onder het gemiddelde van 68,4). Zijn cijfers zijn in 2009 nog slechter: hij wordt 261ste op 307 gemeenten, 59ste op 64 West-Vlaamse, met 59,3% van de punten, ver onder de gemiddelde score. Hoewel hij meer dan de helft van de punten behaalt, beschouw ik dat als 'gebuisd'. Moet hij nu overzitten? Dat moet de kiezer uitmaken, beweert hijzelf.
Zo'n enquête is natuurlijk niet voor 100% de juiste weergave van de werkelijkheid, maar het geeft wel een goed idee over de waarde van de burgemeester. Het gaat inderdaad niet over een grensgeval want hij staat werkelijk helemaal onderaan de rangschikking. Er zou een zeer grote correctie nodig zijn om hem wat meer vooraan te brengen. De enquête werd uitgevoerd door het onderzoeksbureau IVOX. Dit heeft een zeer goede reputatie in research en begeleiding. Bovendien assisteerden de Gentse politicologen Carl Devos en Kristof Steyvers bij de interpretatie van de gegevens. Op het eerste gezicht dus allemaal zeer betrouwbaar. Omdat al vlug gezegd wordt dat er een groot verschil is tussen de beoordeling van burgemeesters uit grote steden en de andere, heb ik ook deze keer de vergelijking beperkt tot de andere badsteden. En wat zien we? Middelkerke gaat enkel De Panne (281) vooraf.. Alle andere burgemeesters staan hoger gequoteerd: Nieuwpoort (27), Knokke-Heist (30), Bredene (66), Koksijde (70), Oostende (106), Blankenberge (127) en De Haan (189). Beschamend, dus! De reactie van Michel verwondert mij geen zier, ik had die zo kunnen voorspellen. 'De verkiezingen zijn de beste politieke barometer', is natuurlijk een matrak waarmee je iedereen kunt neerslaan. Eigenlijk is het zeer spijtig dat de enquête en de verkiezingen elkaar tegenspreken. Maar, diegene die voor hem kiezen in het stemhokje zijn andere mensen dan diegene die hem hier beoordeeld hebben. De meeste gemeenteraadkiezers hebben namelijk totaal geen benul van politiek en zeker niet van wat goed bestuur betekent. In 'Westendse Blik' nummer 1, toen nog onder de vorm van tijdschrift, heb ik uitvoerig gewezen op de grote tekortkomingen van het Middelkerks beleid in de vorige legislatuur. Maar Michel werd toch verkozen. Hij zal dat wel te danken gehad hebben aan de (eeuwige) erkentelijkheid voor bewezen diensten van vele kiezers, aan het uitgebreid familiaal - en blauw lokaal netwerk dat hij heeft opgebouwd in de loop van zijn politieke jaren en aan de nogal zwakke oppositie waartegen hij daarin meestal moest kampen. Moeten we nu aannemen dat vooral de leden van de andere partijen deelgenomen hebben aan de enquête? Natuurlijk niet, maar het waren wel meer geëngageerde en politiek geïnteresseerde burgers. Michel vindt het een troost dat zijn score redelijk stabiel blijft. Meent hij dat echt? Stel je voor dat een voetbalploeg tevreden is omdat de rode lantaarn in het bezit van de club blijft. Landuyt vindt het goed dat 63% van de inwoners hem beschouwen als 'burgervader': 'Ik ben geen caféganger maar ik heb een goede voeling met de bevolking'.Is dat wel zo? Heeft hij daar wel tijd voor? Misschien hebt u hem al in uw straat gezien? Volgens Prof Scheyvers beantwoordt het type van de klassieke burgervader niet meer aan de verwachtingen. Hij moet eerder het uithangbord zijn van de gemeente, wat Michel zeker niet is. Middelkerke is wel gekend als de gemeente waarvan de burgemeester nog steeds niet benoemd is en de mensen weten ook waarom. Zijn verklaring voor zijn slechte score (49%) als 'netwerker' kan ik wel aanvaarden omdat zijn keuze om uitsluitend in de gemeentepolitiek actief te blijven, natuurlijk veel deuren gesloten houdt. Is hij er toch in geslaagd om veel subsidies voor grote projecten binnen te rijven? Dat kan, maar of dat nu nog zal lukken nu zijn blauwe broeders geen deel meer uitmaken van de Vlaamse regering, dat is een andere zaak.
En wat wordt er gedacht van het gemeentebestuur? Het scoort 66/100, dus eveneens lager dan de vorige keer. Ziehier het ver van positief oordeel van de bevraagden over de aanpak van een aantal problemen. De score is in bijna alle domeinen lager dan in 2006.
Probleem
2009
%
2006
%
1. 30 km/u zones
64
70
2. Aanbod sport en cultuur
71
72
3. Hulp en opvang bejaarden en gehandicapten
66
67
4. Buitenschoolse opvang en speelpleinwerking
74
68
5. Klantvriendelijkheid gemeentediensten
65
66
6. Ondersteuning verenigingsleven
67
65
7. Snelheidscontroles
53
66
8. Leefkwaliteit (netheid, groen, geurhinder,..)
64
64
9. Onderhoud van wegen en voetpaden
58
62
10. Blauw op straat
56
59
11. Parkeermogelijkheden
47
55
12. Werk en ondernemen in eigen streek
51
53
13. Integratie migranten
53
53
14. Bewakingscameras op openbare plaatsen
38
46
15. Betaalbaarheid woningen
42
41
Aantal deelnemers 383
Ook over die resultaten werd Landuyt om zijn mening gevraagd.
Hij vindt het eigenaardig dat een thema zoals bewakingscameras op openbare plaatsen in onze gemeente belangrijk gevonden wordt en slecht scoort. Ik versta niet wat hij bedoelt. Worden bewakingscameras belangrijk gevonden? Waarom zijn er dan geen? Maar er zullen er binnenkort geplaatst worden op het Epernayplein om verdachte personen en voertuigen op te sporen en om vandalisme tegen te gaan. Michel zegt nochtans ook nog dat er bij ons weinig problemen zijn op het gebied van criminaliteit. In de tijd van het asielcentrum waren er ook maar een paar zwartrijders op de tram. Mogen we dat nog geloven? Er worden immers nooit cijfers bekendgemaakt. Over zo goed als onbestaande snelheidscontroles heb ik het in mijn blogartikels van 16 en 23 augustus 2009 gehad.
De oppositie (is dat enkel de CD&V?) heeft (natuurlijk) wel een verklaring voor het slecht resultaat van Michel Landuyt en zijn ploeg: 'de huidige meerderheid morst met het geld van de belastingbetaler: het 'Kusthistorisch museum' heeft veel meer gekost dan voorzien en dit zal nogmaals het geval zijn voor de aanleg van de markt.' En verder, volgens Wim Desender, voorzitter CD&V: 'Het onophoudelijk geruzie tussen de coalitiepartners en binnen de Open VLD doet de gemeente geen goed. Door laksheid werden 125.000 euro aan subsidies voor aangelegde fietspaden gemist, de gemeentelijke belastingen worden , uit opportunisme, slechts verlaagd aan het einde van de legislatuur, er blijft onduidelijkheid over de aanleg van het dorpsplein in Lombardsijde en van betaalbare woningen komt niet veel in huis'. En nog heel 'belangrijk': het aanslepend dossier rond de voormalige minigolf in Middelkerke, 'een kankerplek', een 'verloederde site' die een prachtige nieuwe minigolf met petanque- en tennisvelden had moeten worden. Zo wordt natuurlijk oppositie gevoerd, maar ongelijk hebben ze niet.
Het spijt me, maar we kunnen alweer Landuyt en zijn ploeg niet gelukwensen. Er is veel meer en beter nodig om van 'goed bestuur' te kunnen spreken.
Bron: exclusieve bijlage Oostende-Westhoek aan Het Nieuwsblad van 1 december 2009
Toen de wieken nog draaiden en de molen nog maalde
Ik heb al eens een blogartikel gewijd aan de vraag waarom eigenaars een bepaalde naam geven aan hun huis, villa of appartementsblok. Zeer dikwijls is het een herinnering aan vroeger. Daar stond destijds een historisch gebouw of er deed zich daar ooit wat bijzonders voor. Dat is zeker het geval voor de appartementsblok Molenhof in de Essex Scottishlaan. Daar werd namelijk vanaf het midden van de achttiende eeuw tot 1961, met enkele kortere onderbrekingen, bijna altijd graan gemalen. Omdat ik daaraan herinneringen uit mijn jeugd bewaard heb, koos ik de geschiedenis van de molen als thema voor deze week.
Tussen 1740 en 1771 werd daar eerst een wiekende molen gebouwd, de Duinenmolen. Er bestaan geen gegevens over de volledige geschiedenis van de molen of van alle eigenaars of uitbaters, maar rond 1840 was de molenwal, dat is de heuvel waarop de molen staat, eigendom van de grootste Westendse grondbezitter Pieter Roelants, rentenier uit Oostende, bezitter van 256 hectaren land in WESTENDE, ook eigenaar van de hoeve De Grote Bamburg. De oudst bekende molenaar hier, was Maria-Theresia Degraeve (1775-1863) in verschillende bronnen verkeerdelijk Jacoba Lefevere genoemd. Zij was de weduwe van molenaar Jacobus-Bernardus Lefevere, die in 1822 overleed. Zij baatte na de dood van haar man de molen verder uit tot in 1854 en verkocht die toen aan Isabella Joanna Clara Lauwagie, geboren in Westende in 1781, weduwe van de in 1827 overleden Carolus Ludovicus Senave. De achtereenvolgende molenaars hadden een opstalrecht, dat is het zakelijk recht om op de grond van iemand anders gebouwen, werken of beplantingen in eigendom te hebben. Zij waren erfpachters van de grond. Zij pachtten dus de grond voor 99 jaar en waren zelf eigenaar van de molen. In 1861 werd het hele fonds verkocht aan Pieter-Matthieu-Josse, grootgrondbezitter uit Brussel. In hetzelfde jaar erfde Jacobus Damianus Senave de molen van zijn grootmoeder. Zijn vrouw Melanie Gernaey, geboren in Wilskerke in 1843 en overleden in Westende in 1906, bijgenaamd Moeder Senave, was de dochter van de molenaar van Wilskerke. In 1865 erfde Joseph Matthieu, een Brussels bankier, ondermeer de molenwal. Hij overleed in 1895 en het jaar daarop erfde Maurice de Crombrugghe de Looringhe-Matthieu de Westendse eigendommen. Hij was officier bij het regiment van de gidsen en woonde in Brussel. Na de dood van Jacobus in 1898 bleef Moeder Senave op de molen wonen met haar dochter Leonie (1861 - 1910) en haar schoonzoon Seraphien Dewulf (geboren in Westende op 17 augustus 1852, dienstdoend burgemeester vanaf 31 december 1914 en daarna effectief tot aan zijn dood op 23 januari 1926) Leonies kozijn Romain Depauw kwam als molenaarsknecht helpen. Zij waren de laatste bewoners van de Duinenmolen.
De huidige Matthieulaan is genoemd naar de Matthieus, omdat ze begint op de plaats waar vroeger de Duinenmolen stond, namelijk in de huidige Essex Scottishlaan, aan de overkant van het molenhuis. U ziet hieronder links een foto uit augustus 1908. De familie Serafien Dewulf-Senave poseert voor molen en molenhuis. De foto rechts dateert ongeveer uit dezelfde periode.
De molen werd afgebroken tijdens de oorlog 1914-1918
Dat betekende echter niet het einde van het malen van graan in de maalderij, want men was ondertussen, ongeveer op dezelfde plaats, overgeschakeld op het mechanisch malen, met behulp van een dieselmotor. Dat gebeurde in het gebouwtje links op onderstaande tekening en foto.
In mijn jonge jeugd was de uitbater daarvan Leopold Germonpré (1884-1957) . Hij was in 1906 gehuwd met Rosalia Dewulf (1886-1971), dochter van Seraphien en van Leonie Senave. Waar is de tijd dat we tussen de meelzakken door, de plank afgleden die van de zolder naar de daaronderstaande boerenkar met paard gelegd werd?
Daarna werd die 30 jaar uitgebaat door Georges Verstraete, die later overschakelde op een elektromotor. De maalderij hield op te bestaan in 1961. Toen verhuisde Georges om er in 1968 terug te keren en er zijn levenseinde te slijten tot in 1994. Zijn zonen Didier en Luc bouwden op dezelfde plaats het Molenhof. Dit gebouw met 12 luxeappartementen was het eerste project van hun onderneming Daximmo. Het werd opgetrokken met veel zorg en genegenheid, verklaren ze op hun website. De twee broers wilden, ter ere van hun vader en uit jeugdsentiment, neem ik aan, een gebouw waaraan niets ontbrak, de beste materialen en tot in het laatste detail verzorgd. Zo ziet het er uiteindelijk uit. Alleen de naam blijft als herinnering.
Bronnen
Uit De Westkust van toen door Georges Devent + Davi-krant jaargang nr 2 maart-april 1988 Website www.daximmo.be
Een (federaal) staatssecretaris voor mobiliteit wil natuurlijk zijn stempel drukken op zijn beleidsperiode . Wat dachten jullie van een volledig nieuw verkeersreglement begin 2011? Laat ons eens een grote kuis daarin houden, zegt Etienne, die volgen hem van een brede steun (VAB, Touring, de Gewesten, wegpolitie, fietsersbond, ) kan genieten. Over de gewone weggebruiker zegt hij niets. Sinds 1975 werd de wegcode, die bestaat uit 540 verplichtingen en verbodsbepalingen, al 59 keer veranderd. Volgens hem hebben al zijn voorgangers en alle betrokken diensten en organisaties dus slecht werk geleverd. Wat is er dan verkeerd aan? Te onduidelijk, niet gebruiksvriendelijk, verouderd, voor sommige weggebruikers onverstaanbaar, geen juridische draagwijdte meer voor sommige bepalingen en moeilijk te raadplegen. Daar deugt dus niets meer aan. Om dat te staven geeft hij volgende belangrijke (!) voorbeelden. Zij die hun theoretisch rijexamen moeten afleggen, klagen. Och arme toch, die dutsen zullen in het vervolg toch niet meer hard moeten studeren om te slagen, zeker? Er zouden nu al 35 jaar problemen zijn met het beurtelings parkeren of kering. De overheid vindt dat dit voortdurend verplaatsen van de wagen op de 15de of de laatste dag van de maand vóór 20 uur tot echte chaotische toestanden leidt omdat iemand dat wel eens vergeet. Aan verbaliseren heeft zeker nog niemand gedacht? Dan zal het wel rap gedaan zijn!! Of is dat te veel werk voor te weinig personeel? De bewoners zelf zijn er nog niet uit. Daar zal ruzie van komen in de straat, beweren ze. Hoe zal ik nu mijn goot kuisen, vraagt de ene. Ik wil de autos altijd langs mijn kant, anders moet ik altijd die straat oversteken om te laden en te lossen! , zegt de andere. Voor- en tegenstanders, dus. Op het eerste gezicht, denk ik dat er in Middelkerke geen straten zijn die onder die regel vallen. Aan de kust kan men het zich niet veroorloven om slechts aan één straatkant autos te zetten.
Er worden nog andere regels gepland. Voor sommige is er zelfs nog geen oplossing. Er wordt nog over nagedacht! Zou men dan niet beter zolang zijn mond houden? Het lijken mij wel niet de belangrijkste te zijn, behalve dat alle hoofdwegen voorrangswegen zouden worden maar in Westende is dat nu reeds zo. Touring en VAB hebben nog twijfels over zekere bepalingen omdat ze moeilijk in een wet te gieten zijn: ritsen verplicht, voorbijsteken files door motorrijders (=filteren), ook langs rechts, zones waar verschillende snelheidsbeperkingen op een beperkte afstand zich opvolgen. Later mogen we ons nog aan een tweede reeks wijzigingen verwachten. Hopelijk ernstiger en beter!
Hoeveel zal dat allemaal weer kosten? Al die nieuwe borden: de achterkant van parkeerborden moet oranje worden, de tijdelijke moeten in het geel zijn. Sommige borden zoals aan bushalten moeten vereenvoudigd worden. Borden voor vrachtwagens, bussen, caravans, enzovoort moeten gestroomlijnd worden. Nieuwe regels zoals het rechts mogen afslaan van fietsers bij rood licht, vragen volledig nieuwe borden. Sommige borden zullen moeten verplaatst worden, zoals de elektronische voor schoolzones en borden aan verkeersdrempels en voetgangersovergangen, om ze op een realistische plaats te zetten, Maar, de meeste daarvan staan nu al niet op 150 meter. Andere zullen vervangen worden door een Europese variant: borden voor mist, voor gladde wegen, voor verkeershinder bij wegenwerken, alternatief voor aan- en uitzetten van cruise control. Onbegrijpelijk voor een federale staat met zon begrotingstekort en zon hoge staatsschuld!
Maar, wat heeft dat met Middelkerke te zien? Ik heb van de gelegenheid gebruik gemaakt om eens bij ons rond te kijken. Zijn er hier ook overbodige of absurde borden? Een paar leuke zijn er zeker bij. Wat betekenen volgende borden?
Antwoord: Opgepast! Ezels en geiten kunnen de straat oversteken!
Opgepast, autos die uit de weide komen, hebben voorrang van rechts. Opgepast! Als je wenst op te stijgen, doe het dan hier.
Opgepast, Hier stoppen, uitstappen en kijken welk bord er verscholen zit in deze boom. Opgepast! Oei, te laat! Dat was een verkeersdrempel.
Besluit: het verkeersreglement moet niet absoluut vernieuwd worden! Het moet in eerste instantie nageleefd worden. Natuurlijk moet zon reglement regelmatig vernieuwingen en verbeteringen ondergaan, om het aan te passen aan de verkeersrealiteit, maar een volledig nieuw reglement is mijns inziens niet nodig. Veranderen is niet altijd verbeteren. Vergeten we ook niet dat veel gebruikers die het nu al niet te nauw nemen met de reglementen omdat ze die maar half kennen, nog meer in verwarring zullen zijn. Dat zou wel eens onze veiligheid in het gedrang kunnen brengen. Of erger, dat zal gebeuren!
Moeten er minder borden geplaatst worden? Heel zeker, maar de experts van de Vlaamse overheid en van de gemeenten moeten orde op zaken stellen door de opstelling ervan te herzien, wat automatisch enkele borden zal doen sneuvelen. Enkele verkleurde moeten vervangen worden. Anderzijds ken ik ook verschillende plaatsen waar er zullen moeten bijgeplaatst worden. Hierboven vindt u reeds een aantal voorbeelden.
Ik kijk argwanend uit naar die (volledig) nieuwe wegcode!!
Bronnen: artikels uit Het Nieuwsblad en De Morgen van 17 en 18 november 2009
Relais du Lac ! Vacarsa ! Lorenzo ! Byblos ! en nu Naamloos
Raphaël Van Huffel was in 1935 aan zijn eerste ambtstermijn als burgemeester van Westende bezig. Hij was ook aannemer van beroep en in die hoedanigheid kreeg (of gaf hij zichzelf?) de opdracht een openluchtzwembad op te trekken. Het kreeg de naam Lac aux Dames. Het enige dat daaraan vandaag nog herinnert, is de naam van de residentie die ervoor gebouwd werd met de naam Lakodam. Een Vlaamse naam daarvoor bestaat niet. Op een paar honderden meters daar vandaan, op de hoek van de Henri Jasparlaan en de Generaal Grossettilaan, staat een appartementsgebouwtje, dat een onwetende voorbijganger zeker onopvallend zal vinden. Het draagt nochtans een geschiedenis met zich mee, die ik de moeite vond om eens op te rakelen. Het werd gebouwd in 1937, onder impuls alweer van burgemeester - aannemer Van Huffel met de bedoeling er een horecazaak (hotel-restaurant) in te richten. Deze kreeg de toepasselijke naam Relais du Lac omwille van de nabijheid van het zwembad en de doelstelling om zwemmers na de inspanning een aflossingspunt aan te bieden waar ze zich konden te goed doen aan lekkere spijzen en dranken. Zo zag het er in die tijd uit:
Op 19 december 1947 werd de vzw VACARSA - voluit Vacantietehuizen van de Athenea en Rijksmiddelbare Scholen der Provincie Antwerpen gesticht. Zij zochten locaties aan de kust waar kinderen uit het binnenland hun vakantie konden doorbrengen. Zij ontdekten ons gunstig gelegen gebouwtje en doopten het om tot Vacarsa, naar de naam van de vereniging, die vandaag nog steeds bestaat met zetel in Boom. Ik heb daarom ook contact met hen opgenomen om meer informatie te verkrijgen. Ik mocht ook een vriendelijk antwoord ontvangen. Hun archief is gedeeltelijk in vlammen opgegaan bij een brand in het atheneum van Antwerpen. De vakantiegangertjes werden begeleid door leerkrachten uit de rijksscholen. Hier ziet u een foto uit 1950.
De volgende foto dateert uit 1970
Met de periode vakantietehuis zijn lokaal de namen verbonden van Yvonne Strubbe, huisbewaarder en verantwoordelijke, echtgenote van politieman Marcel Soete. VACARSA beweert het tehuis verlaten te hebben in 1975 omdat de huurovereenkomst afgelopen was. De toenmalige eigenaar wenste het gebouw aan hen te verkopen maar de prijs lag niet binnen hun bereik. Die eigenaar zou André Naessens uit Harelbeke zijn.
In 1981 vonden Luc Verstraete en Jeanine De Bruyne dat de Westendse jeugd samen met de jonge vakantiegangers s avonds best wat ontspanning kon gebruiken. Zij stichtten er de dancing Lorenzo, zo genoemd wegens de nabijheid van het St. Laureinsstrand en omdat de derde naam van de uitbater Laurentius luidde. Hieronder vinden jullie twee fotos van de Lorenzo, buiten en binnen.
In 1986 hielden de uitbaters ermee op en hun opvolgers doopten de dancing om tot Byblos, een Libanese havenstad. Wie toen de uitbaters waren, heb ik nog niet kunnen uitvissen.
In de zomer 1990 bleef de dancing dicht en in februari 1991 gaf het Middelkerkse schepencollege zijn toestemming om er een meergezinswoning in te richten. Het gebouwtje ligt namelijk in natuurgebied, maar ja, dat is toch geen beletsel meer. Er staan ook nog een zestal andere huizen in dat stuk duinengebied.
Zo ziet het er vandaag, bijna 75 jaar na de bouw, uit. Merkwaardig daaraan is dat het nagenoeg zijn oorspronkelijk uitzicht behouden heeft. Alleen heeft het nu geen naam meer.
Bronnen
J.-P. SETTE, Van duin tot steen. De oorsprong en de geschiedenis van Westende-Bad in woord en beeld, Avantu nv,
In het jaar 1922 richtte Gaston Coulier op het uiteinde van de Zeelaan in Lombardsijde, tegen het strand, een houten barak op voor verkoop aan toeristen. Toen in 1952 de toegang naar de zee via deze laan afgesloten werd, moest de familie Coulier verhuizen. Er werd toen een camping ingericht in het duinengebied tussen het Sint-Laurentiusstrand en het kamp van Lombardsijde, om nauwkeuriger te zijn, aan het einde van de Idyllelaan, middenin de bunkers van de vroegere Atlantikwal. Niemand maakte een bezwaar want toen vond ook nog niemand dat een duinengebied eigenlijk het mooist is in zijn oorspronkelijke natuurlijke staat.
Het kampeertoerisme breidde steeds meer uit, de duinen werden te veel betreden en na een aantal jaren verstoorde dat grondig de doelstellingen van zeewering en het uitzicht van de duinenzone. Hoewel niet te vergelijken met de Cosmos , was de Cristal Palace bovendien ook niet de meest ordelijke. Hier zien jullie hoe het terrein er, in betere tijden, als camping uitzag.
Naar het voorbeeld van de Cosmos vatte de Vlaamse overheid toen het plan op om ook orde op zaken te zetten in de Cristal Palace. Het heeft jaren aangesleept vooraleer de camping, ondertussen eigendom van Jacques Botte en toen Camping Jacques Junior genaamd, eindelijk dicht ging. De laatste jaren was het één grote puinhoop.
Eind 2008 werd het terrein door de Vlaamse overheid aangekocht. In de eerste plaats ging de aandacht naar het herstellen en vergroten van de zeewerende functie, waarbij de duinmassieven werden versterkt als natuurlijke afweer tegen de zee en de stormvloeden. De site moest daarna ontdaan worden van puin en afval. De werken startten op 11 februari 2009. De cafetaria werd afgebroken, de bunkers die niet of nauwelijks nog boven de grond uitstaken, werden zo goed mogelijk bedolven onder duinenzand waarin helmgras geplant werd. Zo ziet het gebied er vandaag uit, in zijn natuurlijke staat.
Je zou kunnen zeggen er is daar nu geen kat meer te zien, maar dat klopt helemaal niet. Langs de rechterzijde van de Idyllelaan staat nog een bunker die al kruipend toegankelijk is. Die hebben een tiental (verwilderde) zwerfkatten nu als hun verblijfplaats gekozen. Aan hun lot overgelaten? Helemaal niet! Ze worden namelijk door gevoelige dierenliefhebbers van voedsel voorzien. Dat is duidelijk te merken aan de vele eetschotels voor de ingang van de bunker. Is dat wel verstandig? Dat zullen wel mensen zijn met een goed hart voor dieren. Ik vind echter dat de beestjes moeten gevangen en gesteriliseerd worden om overpopulatie (en ziekteverspreiding?) tegen te gaan.
In 2010 zou de site als natuurgebied en zachte recreatiezone ingericht worden. Ik hoop dat men er zal in slagen het resultaat van het Nieuwpoorts gebied aan de monding van de IJzer, achter de kazerne, te evenaren of zelfs te verbeteren. Dat betekent voor Middelkerke een combinatie van geschiedenis (Atlantikwal), natuur (studie van fauna en flora) en ontspanning (fietsen en wandelen) zonder het gebied te belasten of te bedreigen, zoals de Vlaamse Overheid zo mooi kan zeggen.
Als ook dat punt nog verwezenlijkt wordt, zal de Vlaamse overheid ten zeerste mogen geloofd worden.
Is de vastgoedsector in Middelkerke verstrengeld met de politiek?
In het begin van deze eeuw en van de eerste legislatuur onder leiding van Michel Landuyt, hoorden de immobiliënhandelaars dat het gemeentebestuur het plan koesterde om sociale woningen te bouwen tussen de Badenlaan en de Duinenlaan in Westende. Dat schoot in het verkeerde keelgat want de vastgoedsector was van mening dat er tweede verblijven moesten komen op het enig mogelijk uitbreidingsgebied van de badplaats, gelegen op 200 meter van het strand. Zij vonden dat ongehoord want volgens hen breidden alle andere badplaatsen zich standvastig uit om het toerisme te bevorderen en welvaart te brengen in de streek voor IEDEREEN. Vertegenwoordigers uit de sector vroegen dan ook een onderhoud aan met Michel, die als volgt reageerde: Het is niet omdat ik op mijn bureau het bezoek krijg van 12 bouwpromotors, die mij onder druk willen zetten, dat ik niet meer zou denken aan de rest van de bevolking. In maart van dit jaar 2009 kwam eindelijk de toelating voor dat nieuwe woongebied dat Michel nog steeds rechtvaardigt met Er is een grote migratiedruk. Veel senioren komen naar de kust, waardoor de jonge gezinnen gediscrimineerd worden door hoge grondprijzen
Dat ingaan tegen de machtige vastgoedsector is wel een heel merkwaardig standpunt.
Op zijn website http://www.bartcaron.be/nieuws/P108/, met datum 8 februari 2008 en geïnspireerd door een artikel in Knack legde Vlaams parlementslid Bart Caron (nu Groen, vroeger SP.A-Spirit) namelijk de verstrengeling bloot tussen het lokale bestuur in Middelkerke en de plaatselijke vastgoedsector.
In het architectenbureau AROMI van Ronny Van Troostenberghe werkt ook burgerlijk bouwkundig ingenieur Rita Ramoudt, echtgenote van de burgemeester. Zij is erkend door het Beroepsinstituut voor Vastgoedmakelaars en is tevens beherende of gecommanditeerde vennoot van immo Landuyt-Ramoudt Middelkerke (Larami), een Gewone Commanditaire Vennootschap (GVC), een vennootschapsvorm die geen notariële akte en weinig formele verplichtingen vereist. Landuyt is daarin de stille of commanditaire vennoot. Dat betekent dat hij niet mag handelen in naam van de vennootschap maar dat hij toch uitgebreide bevoegdheden kan uitoefenen. Hij kan echter slechts geldelijk verantwoordelijk gesteld worden voor het bedrag dat hij investeerde. Ramoudt mag wel handelen en is daarmee ook verantwoordelijk voor alle eventuele schulden van de vennootschap. In Middelkerke zou gefluisterd worden dat Larami de uitweg is voor het geval dat Landuyt veroordeeld zou blijven in beroep en daarvoor geschorst zou worden aan de balie.
LARAMI INVEST BVBA en VASTGOED werd op 10 september 2007 opgericht door Rita Ramoudt, Dierckx Invest en Technics BVBA uit Oud- Turnhout en BVBA LWAXANA. Achter dit laatste zou ook de stiefzoon van Ronny Van Troostenberge schuilgaan.
Michel wordt ook nog langs andere wegen in verband gebracht met de immobiliënsector. In Leffinge kregen Charles Depoorter, van het gelijknamig agentschap uit Middelkerke, en Philippe Boutens uit Oostende een bouwvergunning om op de plaats van het Schippershuis het project Bootsman te realiseren. Het Schippershuis was eigendom van Boutens, die samen met Michel Landuyt, het advocatenkantoor Boutens & Landuyt in Oostende leidt. Boutens is daar tevens gemeenteraadslid voor de Open VLD. De plannen voor de nieuwbouw werden getekend door het architectenkantoor Aromi van Ronny Van Troostenberghe. Dat kantoor werkt ook wel eens samen met de NV MIM of Middelkerkse Immobiliënmaatschappij. Dat is een partnerschap dat volgens de initiatiefnemers de kracht combineert van vijf gerenommeerde vastgoedkantoren: Immo Caenen, Agence Depoorter, Agence Sissau, Immo Costa en Agence Kimpe & De Cuman. Ik meen gerust te mogen zeggen dat dit een blauwgekleurde vereniging is. Dirk Dejonghe, neef van schepen Carine, is de verzekeringsmakelaar van de groep Caenen.
Als men even de lijst overloopt van de 169 vergunde toeristische verhuurkantoren aan de kust (zie www.toerismevlaanderen.be/doc/showdocument.asp?...580), dan ziet men dat er 15 zijn in Middelkerke en 11 in Westende. Buiten de 5 van MIM zijn er nog heel wat andere die op de één of andere manier gelinkt kunnen worden aan de VLD. Zo is er de agence Muyle die geleid wordt door Wim Pieters zoon van Chris, 12 jaar voorzitter van de partij in Middelkerke tot einde 2008 en zelf vastgoedmakelaar.
Er zijn er ook enkele waarvan de zaakvoerders vandaag misschien geen vrienden meer zijn van Michel Landuyt, maar die een VLD verleden hebben en die het principe eens blauw steeds blauw huldigen: Beach en La Nouvelle Agence van Emile en Marc De Neve, ESP van Daniël Knockaert, Immo BC van Christophe Bouve, zoon van Raoul, oud-schepen van de VLD, VABRA van Lucien Brauwers, Immo Moenaert vroeger in handen van Paul Dewulf. Het kan zijn dat ze nu (tijdelijk) Dedecker aanhangers zijn.
Van nog andere kantoren trof ik advertenties aan in vroegere partijkrantjes van de PVV/ VLD. Ik meen daaruit te mogen afleiden dat zij ooit sympathie koesterden voor de blauwe partij: AGEM, Immo Depla, Agence DUMO, Van Ravels. Dat is moeilijk na te gaan, maar misschien is dat nog steeds zo.
We mogen dus zeggen dat meer dan de helft van alle immobiliënhandelaars in Middelkerke min of meer dezelfde kleur hebben als Michel Landuyt. Zij weten natuurlijk ook dat ze best in het kamp van de machtshebbers kunnen vertoeven.
Daarmee wil ik dus enkel maar aangeven dat een blauwe burgemeester van Middelkerke niet te vlug op de tenen van de vastgoedpromotoren zal trappen omdat daar toch een enorm potentieel aan kiezers schuilt en omdat de vastgoedsector noch min noch meer een machtspositie bekleedt.
Daarom vond en vind ik het initiatief voor de sociale woningen zo merkwaardig.
Ben jij een beetje op de hoogte van de Middelkerkse politiek en van de verdeling van de functies en ambtenarenposten in de gemeente? Dan zal jou toch ook reeds opgevallen zijn dat de namen Dejonghe en Van Troostenberghe steeds weer opduiken. Om het verband tussen beide te kennen, moeten we even de stamboom bekijken van Henricus Dejonghe. Ik schend hiermee geenszins iemands privacy want de gegevens komen gewoon van een rouwbrief. Henri had meerdere kinderen waaronder een August en een Charles. August had een zoon Daniël. Deze had een dochter Magda die huwde met Robert Landuyt. Daaruit sproot waarnemend burgemeester Michel Landuyt voort. Daniël had ook een dochter Ann, die gehuwd is met Roland Rommel. Van Charles stammen af: Albert, Lucienne en Etienne. De kinderen van Albert zijn Marc, brandweerbevelhebber, Luc kunstschilder en Dirk zakenman. Lucienne huwde met Carlo Van Troostenberghe. Uit dat huwelijk sproten vier kinderen: Damienne, Ronny architect, Edwin bibliothecaris en Frankie. Etienne huwde met Jeanine Rosseel. Carine Dejonghe, die zelf huwde met Eddy De Kuyper, is hun dochter.
Ronny Van Troostenberghe heeft een eigen architectenbureau dat inzake tewerkstelling de voorbije jaren een explosieve groei kende en betrokken is bij heel wat grote dossiers. In een volgende bijdrage zal ik daar wat meer aandacht aan besteden. In de jaren negentig was Ronny VLD - voorzitter van Middelkerke. Hij leidde ook zes jaar lang de Gecoro of gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening en dat tot maart 2008. Daarna werd hij gewoon lid van de commissie tot heden. Ronny was van 1983 tot 2002 voorzitter van de Middelkerkse dijkraad, die zich bezighoudt met de organisatie van allerlei evenementen: bierweekend, antiek- en rommelmarkt, kerstmarkt, Hij is nog steeds voorzitter van de heemkundige kring Graningate, die in 1981 onder zijn impuls opgericht werd met als doel de geschiedenis van Middelkerke via verschillende initiatieven te bestuderen en uit te dragen. Toen Het Nieuwsblad op zeker ogenblik een stemming organiseerde om te weten wie de lezers de machtigste persoon van Middelkerke vonden, was Ronny, naast Michel Landuyt, Pierre Ryckewaert, Charles Depoorter en Janna Rommel-Opstaele één van de genomineerden.
Broer Edwin Van Troostenberghe is bibliothecaris van de gemeente en lid van de raad voor Volksontwikkeling en Cultuurspreiding. Afgaande op het majestueus bibliotheekgebouw dat de gemeente voor hem gezet heeft, op het (uitgebreid) personeelsbestand dat hem ter beschikking gesteld wordt en op de projecten waarin hij betrokken is, mag van hem zeker gezegd worden dat hij een invloedrijk man is. Hij is ook lid van de cultuurraad.
Broer Frankie Van Troostenberghe is toneelregisseur Pro Arte en tevens lid van de cultuurraad. Hij was ooit ook voorzitter van de Blauwe Pijl - jongeren en stond ook al op de lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen voor de Gemeentebelangen of VLD.
Zus Damienne Van Troostenberghe is secretaris van Man & Muis vzw
En dan is er natuurlijk Carine Dejonghe. Zij is schepen van cultuur (verenigingen, muziekschool, kunstonderwijs), van erfgoed, museum, landschapspark en monumentenzorg, onderwijs en ook van bibliotheek, waarvan haar neef Edwin de baas is. Zeker geen nadeel voor deze laatste!. Haar vader Etienne, was tot aan de laatste verkiezingen lid van de OCMW raad. Hij is een echte blauwe want sinds 1958 zet hij zich onverdroten in voor de liberale partij, samen met zijn echtgenote Jeanine Rosseel. Hij was ooit lid van het arrondissementeel bestuur en een goeie vriend van Willy Declerck. De voorbije twee zittingsperioden was hij lid van de OCMW raad
Marc Dejonghe is bevelhebber van de vrijwillige brandweer. In de negentiger jaren was hij gemeenteraadslid voor de Stem van het Volk, met Volksunie-strekking. Ik herinner me nog dat hij eens de zaal moest verlaten toen moest beslist worden over de aankoop van materiaal voor zijn korps.
Ann Dejonghe is gehuwd met Roland Rommel. Je zou je dan al vlug afvragen of deze misschien verwant is met Willy Rommel, de echtgenoot van de eerste schepen Janna Opstaele. Dat is ook zo. Hun grootvaders waren broers.
De VLD is nu al een hele tijd de grootste partij in de gemeente. In het partijbestuur vinden we de namen terug van vader Etienne Dejonghe en van moeder Jeanine Rosseel, dochter Carine, schoonzoon Eddy De Kuyper. Dat is toch al een gewicht dat kan tellen als er moet gestemd worden. De Kuyper is tevens lid van het arrondissementeel bestuur VLD. Hij is ook lid van de algemene vergadering van de VVV Middelkerke vzw wat staat voor Vereniging Voor Vreemdelingenverkeer Middelkerke.
Misschien heb ik wel nog iemand over het hoofd gezien, een aangetrouwde of een goede vriend? Aanvullingen of correcties zijn steeds welkom. Deze opsomming moet aantonen dat één familie een overheersende rol kan spelen in een gemeente. Is er dan iets mis met het feit dat leden van die familie in alle geledingen van de gemeente vertegenwoordigd zijn, ja zelfs een vooraanstaande rol spelen? Natuurlijk niet! De bevolking mag zelfs dankbaar zijn dat zij zich in allerlei verenigingen en organisaties verdienstelijk maken. Vooral de dynamische Van Troostenberghes hebben al heel wat bijgedragen tot het cultureel en sociaal leven in de kerngemeente Middelkerke. De vraag die men zich kan stellen is: kan zon situatie niet leiden tot nepotisme of familiebegunstiging, met andere woorden tot vriendjespolitiek? Gelukkig erkent de wetgever een gevaar daartoe en werden onverenigbaarheden ingebouwd. Zo verbiedt artikel 11, paragraaf 7 van het Vlaamse gemeentedecreet dat echtgenoten, en bloedverwanten tot en met de tweede graad, samen in een gemeenteraad zetelen. Dat is alleszins al een goede zaak, maar er zijn natuurlijk nog andere wegen en middelen. Het hemd is nader dan het rokje zegt men immers. Men kan vrezen dat in zon netwerk opdrachten gegund worden aan familieleden, eerder dan aan vreemden. Als er ooit moet gestemd worden over een benoeming, kan een gunstige familieband zeker een voordeel zijn voor de kandidaat.
De burger kan alleen maar hopen dat iedereen eerlijk en integer blijft.
Kapel heeft verschillende betekenissen, die iedereen wel kent. (*) Ik wil het hier hebben over de bedehuisjes, bedeplaatsen, heiligenbeelden (meestal Maria), grotten, nissen, kruisen en de kleine kastjes tegen huizen en bomen die men overal langs onze Vlaamse wegen aantreft. Dat verschijnsel heeft reeds verschillende personen geïnspireerd om daarvan de inventaris op te maken. Valentin Degrande, een onderwijzer op rust uit Assebroek, heeft de 2.530 weg- en veldkapellen, die West-Vlaanderen rijk is, opgespoord. Ze zijn verspreid over meer dan 200 gemeenten. Hij bezocht ze één voor één en schreef daarover het boek Waar men gaat langs West-Vlaamse wegen. Om het geheel overzichtelijk te maken deelde hij ze in naar de bouwvorm. 'Meer dan de helft van het bestand noemt hij toegankelijke kapellen, gebouwtjes met een interieur en een toegangsdeur. Gevolgd door de niet-toegankelijke pijler- en mijterkapellen (35procent). De rest, die hij niet in zijn inventaris opnam, bestaat afwisselend uit muurkapellen, open kapellen en staakkapellen (Onze-Lieve-Vrouwebeeld op een betonnen of houten paal). Volgens Degrande zou Middelkerke aldus 19 kapelletjes tellen: 2 in Leffinge, 1 in Lombardsijde, 1 in Mannekensvere, 2 in Middelkerke, 4 in Schore, 2 in Sint-Pieterkapelle, 5 in Slijpe, 1 in Westende en 1 in Middelkerke. Volgens de website http://kadoc.kuleuven.be/kapelletjes/west-vlaanderen.php zouden dat er echter 26 zijn omdat daar alle types vermeld worden. Ik heb me voor dit blogartikel beperkt tot Westende. Ons dorp telt drie kapellen/ kapelletjes van totaal verschillende types.
De eerste en belangrijkste is natuurlijk de toegankelijke Sint-Theresiakapel in Westende-bad. Het is eigenlijk al meer een kerk dan een kapel. Juist voor de eerste wereldoorlog werd ze gebouwd door toedoen van vooraanstaande toeristen. Helaas werd de kapel niet gespaard door de oorlog en in juni 1926 werd een nieuwe gebouwd naar de plannen van architect Victor Rubbers. De kapel was toen eigendom van de Association pour le Service et lEntretien du culte catholique. In de laatste dagen van de tweede wereldoorlog werd de kapel opnieuw beschadigd. In 1948 werd ze overgedragen aan de kerkfabriek van Westende, samen met de bekomen rechten voor herstel dat hetzelfde jaar reeds uitgevoerd werd. Door de uitbreiding van het toerisme werd de kapel te klein. Daarom werd ze in 1954 verlengd en op 25 juli 1954 ingewijd. De glasramen werden in de jaren zestig ontworpen door de bekende glazenier Cor Westerduin, overleden in Oostende in 1980. De kapel is opgenomen in de lijst van het Vlaams instituut voor het onroerend erfgoed. (gegevens gedeeltelijk overgenomen uit Kronijke van Westende-bad van Marc Constandt)
Recht voor de in-/uitgang van de Theresiakapel staat een Mariabeeld (=staakkapel), dat Westende-bad op 19 juni 1966 oprichtte ter ere van Maria. De onmiddellijke omgeving van het beeld, net zoals de ganse omgeving van de kapel, aan die zijde, is spijtig genoeg niet te best onderhouden (toestand 29 september 2009).
Het derde kapelletje is een pijlerkapel in de Schuddebeurzeweg, ter hoogte van de Langestraat. Het werd opgericht ter ere van Onze-Lieve-Vrouw te lande op 23 oktober 1961. Het draagt verder de inscriptie Bid voor ons en KWPW (?). Hoewel mooi bebloemd, zou het kapelletje ook wel wat beter onderhouden mogen zijn. (toestand 29 september 2009). De kapel wordt vermeld in het boek van Degrande, zonder verdere beschrijving, maar er bestaat daarover wel een door de auteur opgestelde fiche, raadpleegbaar in het Provinciaal Archief in Brugge.
Eigenlijk had ik jullie wat meer willen vertellen over de staakkapel in Westende-bad en de pijlerkapel in de Schuddebeurzeweg. Meestal worden die namelijk opgericht voor een welbepaalde reden. Als dank voor een verhoord gebed (overleven in oorlog, goede oogst, genezing) of gewoon uit godsvrucht? Ik had ook willen weten wie er de oprichter en/of eigenaar van is. Wie is er voor verantwoordelijk? In de gemeente Middelkerke bestaat een dienst Erfgoed. Omdat religieus erfgoed een essentieel deel is van ons cultureel patrimonium, dacht ik me dus tot deze dienst te kunnen wenden. Als het dan misschien nog aanvaardbaar kan zijn dat ze niet over meer informatie beschikken (alhoewel!), meen ik toch te mogen verwachten dat een vraag tenminste beantwoord zou worden. Dat noem ik dienstverlening en beleefdheid. Mijn twee emails bleven echter beide zonder gevolg. Wat doet die dienst dan wel?
*Ik heb ooit iemand gekend die geen kapelletje kon voorbijgaan. Hij ging eerst naar de kerk en dan naar de kapel.
Aparte justitie voor burgemeester van Middelkerke?
Woensdag 30 november 2009 kwam de zaak Michel Landuyt nog maar eens voor op de agenda van het Gentse hof van beroep. Jullie zullen het, net zoals ik, nauwelijks kunnen geloven: er werd nog maar eens beslist de zaak uit te stellen voor zes maanden, tot begin 2010. Misschien val je, net zoals ik, bijna achterover als je de reden daarvoor verneemt: de advocaat-generaal ligt ziek te bed!!! Zou je nu je vertrouwen in justitie niet verliezen, als je dat nog had? Betekent dit dat we ook die zaak mogen toevoegen aan de lange reeks blunders/ manipulaties van ons gerecht? Wie kan het mij kwalijk nemen dat ik er aan twijfel of de wet wel voor iedereen geldt, ook voor burgemeesters en/of advocaten? Ik weet het wel: wie het dossier niet kent, wie niet weet welke rechter die beslissing nam en toch zijn mening daarover te kennen geeft, zal al vlug het verwijt toegestuurd krijgen dat hij niet weet waarover hij spreekt. Men zal mij er alvast niet kunnen van verdenken dat ik de feiten niet ken. Ik geef toe dat dit nog iets anders is dan de verklaringen, argumenten, bewijsstukken en verweermiddelen die in het dossier zitten. Mag ik daarom geen stelling innemen over schuldig of onschuldig? Michel Landuyt werd daarvoor toch al schuldig verklaard op 8 januari 2007 en veroordeeld voor schriftvervalsing tot een voorwaardelijke celstraf van één jaar met uitstel en een boete van 1.487 euro. Men wreef hem gesjoemel aan in de zaak van de ijspiste van 2001 ten tijde van het asielcentrum in Zon en Zee. Dat staat dan voor de vervalsing van de notulen van het schepencollege van 4 december 2001, dus Niemand zal mij kunnen afbrengen van mijn heel zware vermoedens dat dit inderdaad terecht was. Men zegt dan gemakkelijk hij heeft zichzelf daarmee niet willen verrijken. Ik vind echter dat wie de wet overtreedt om zijn functie of loopbaan niet in gevaar te brengen, of om een bevriend politicus te bevoordelen, wel zichzelf verrijkt.
Ik heb er reeds verschillende blogartikels aan gewijd, onder andere op 15 juni 2008 en op 1 februari 2009. Ik wil de lezer niet vervelen met een nieuw relaas van de feiten, maar ik wil mij wel nogmaals verwonderen over het gebrek aan besluiteloosheid van het gerecht. In april 2006 pas, zou Landuyt gedagvaard worden, de gemeenteraadsverkiezingen grepen plaats op 8 oktober 2006 en toen werd hij voorgedragen voor een tweede ambtstermijn als burgemeester. Na zijn veroordeling bleef hij waarnemend burgemeester. Dat komt omdat de regel zegt dat de oude het mandaat blijft uitoefenen zolang de nieuwe de eed niet heeft afgelegd. En aangezien Landuyt zelf de oude was
Overtuigd van zijn onschuld, tekende Michel dus beroep aan tegen het vonnis. Op 31 mei 2008 las ik in Het Laatste Nieuws dat de zaak voor het hof van beroep in Gent uitgesteld werd tot 23 oktober 2008. Het openbaar ministerie liet weten dat het eerst wilde antwoorden op besluiten die de dag voordien nog ingediend werden. Daarna volgde een nieuw uitstel tot 16 december 2008. Ook dan nog geen uitspraak maar weer uitstel, deze keer tot 11 februari 2009. Wie dacht nu zal het gebeuren, kwam bedrogen uit, want weer volgde een uitstel tot 25 november 2009. En nu weer, voor de VIJFDE KEER uitgesteld!!! De advocaten van de verdediging blijven maar bijkomende onderzoeksdaden vragen. Welke dat wel mogen zijn, blijft een geheim. Of zal Jean-Marie Dedecker nu ook aan de tand gevoeld worden? Iedereen die de zaak Landuyt van dicht of van ver gevolgd heeft, zal zich nu wel afvragen waarom het ene uitstel op het andere volgt. Wil men de zaak misschien laten verjaren? Het lijkt er alleszins op. De gewone burger moet zich nu inderdaad afvragen of hij/ zij ook op een dergelijke behandeling zou mogen rekenen als hem/ haar ooit een (zelfs lichter) feit ten laste gelegd wordt.
En ondertussen blijft Michel, DRIE JAAR na de verkiezingen en ACHT JAAR na de feiten , nog steeds waarnemend burgemeester. En dat alles voor wat toch een relatief eenvoudige zaak is! Schaamte is dus op zijn plaats! Voor wie? Dat maken jullie zelf wel uit.
In de laatste week van september 2009, heeft men het heraanleggen van de bloemenstraten van Westende-dorp hervat: Azaleastraat en Tulpenstraat. Hetzelfde gebeurde vroeger reeds met de Begoniastraat en de Dahliastraat.
Deze straten zullen in de toekomst enkel nog fleurige namen hebben, want groen schijnt er niet langer gewenst. Alle boompjes werden verwijderd. Reden? De wortels veroorzaken barsten in het voetpad en steken dat omhoog. Diepe wortels drukken op de rioleringsbuizen en breken die. Dat is een bekend verschijnsel, dat zich in veel gemeenten voordoet en dat inderdaad ernstige hinder kan veroorzaken. De gasleidingen en het teledistributienet (enkel Tulpenstraat) moesten echter ook vernieuwd worden. Wij denken dus dat de werken eigenlijk maar weinig met die boompjes te zien hebben, maar dat het eigenlijk eerder gaat over de vernieuwing van die leidingen. Men kan daar inderdaad geen risico mee lopen. Wat houden de werken verder in? Het voetpad wordt breder ten koste van de strook van de boompjes EN ten koste van de parkeerplaats waar men voorheen op tamelijk veilige manier zijn auto kon plaatsen. Dat men er niet van profiteert om de elektrische leidingen ondergronds te plaatsen is natuurlijk zeer spijtig. Dat is natuurlijk fors duurder dan bovengronds. Maar dat laatste is veel gevaarlijker. De kabels zijn kwetsbaar bij harde storm en bij baldadigheid. Bovendien zijn die palen en kabels landschapsvervuilend. Het zijn ook openbare toiletten voor de vogels die de onderliggende voetpaden en terrassen besmeuren.
En de andere problemen? Eerst en vooral wil ik het hebben over de communicatie met de bewoners. Men kan zonder meer zeggen dat de gemeente daarin opnieuw te kort geschoten is. Werd er aan de bewoners gevraagd of ze die gedaanteverwisseling van hun straat wel wensten? Zij zijn het immers die er moeten leven. Bijlange niet! De waarnemende burgemeester beweert niet van verzuurde praatbarakken te houden, maar met de moderne middelen die het internet biedt, had men tenminste op die manier inspraak kunnen aanbieden. Een bewoner zegt mij Het heeft toch geen zin zich daartegen te verzetten, want DE GEMEENTE LUISTERT TOCH NIET. Ja, triestig en zeer ondemocratisch, als dat inderdaad juist is. Werd het aangekondigd? Niet in De Sirene die toch het middel bij uitstek daarvoor is, maar in geen enkele van de vier reeds in 2009 verschenen nummers, heb ik daarover iets kunnen vinden. De bewoners van de Tulpenstraat en van de Azaleastraat kregen wel een bewonersbrief, respectievelijk gedateerd op 4 augustus (begin werken half september) en 16 september 2009 (start werken begin oktober!!). Daarin wordt hen gevraagd begrip te willen opbrengen voor de mogelijke (!) ongemakken. Zo vernamen zij dus wel dat de leidingen zouden vernieuwd worden, samen met de voetpaden en de toplaag van de straat. Van het wegnemen van de boompjes en het verdwijnen van de parkeerplaatsen is echter geen sprake.
Dat verdwijnen van de boompjes die de straten een bijzondere aanblik gaven, vind ik een tweede probleem. Ik weet het wel de ene houdt van groen, de andere niet. Ik behoor tot de eerste categorie en ik betreur die ingreep ten zeerste, vandaar mijn blogartikel. Zal men nu in gans de gemeente alle boompjes verwijderen? Er zijn inderdaad nauwelijks nog straten met bomen, tenzij in private tuinen. En wat zeggen de groenen? Ze hebben toch al hun principes niet overboord gegooid toen ze in het progressief kartel stapten, dat deel uitmaakt van de meerderheid? Of hebben ze gewoon niets te vertellen?
Was die maatregel dan wel noodzakelijk? Was er geen andere oplossing? Is er wel een voetpad nodig in dergelijke straten? Ik vind van niet, want er is daar nauwelijks voetgangersverkeer. Er zijn wel meer straten in Westende zonder voetpad. Als er dan al één nodig is, moest dat dan nog breder dan het al was? De parkeerplaatsen verdwijnen en de autos moeten nu op de rijweg zelf staan. Wat zien we in de reeds afgewerkte Begoniastraat? De wagen wordt op het voetpad geplaatst om te laden en te lossen. Moesten de bomen absoluut weg? Het probleem is enerzijds dat de bomen niet ondiep wortel mogen schieten omdat ze dan de voetpadtegels omhoog duwen. Anderzijds niet te diep ook om de riolering niet te beschadigen. Bestaan er dan geen boompjes waarvan de wortels minder geweldig te keer gaan? Algemeen wordt aangenomen dat oppervlaktewortels kunnen vermeden worden door geen snelgroeiende soorten aan te planten zoals de esdoorn, de populier, de moerbeiboom, de Siberische iep, . Kijk maar naar de boom op de linkse foto in de Leliënstraat. In het algemeen kan gesteld worden dat het wortelstelsel van een boom nog net iets verder reikt dan de takken. Vergelijk ook maar eens met een boompje uit de Duinenlaan. (foto onder rechts) Ondiepe wortels vermijden is, volgens specialisten, ook mogelijk door de plantgrond voldoende te draineren en door de wortelput voldoende groot en diep te maken. Rond de boom moeten voldoende tegels weggenomen worden om voldoende zuurstof en voedingsstoffen aan de wortels te geven, anders komen ze die zoeken aan de oppervlakte. De bomen in de Leliënstraat werden (voorlopig?) gespaard. Daar is namelijk geen voetpad. In plaats daarvan is er een grasstrook met daarin bomen, waarvan er weliswaar al drie dood zijn. Slechte bomen, slechte grond of slecht onderhoud, wie zal het zeggen?
Om beschadigingen aan de riolering tegen te gaan, kan men gebruikmaken van PVC buizen in plaats van betonbuizen. Rioolwater lost cement op en maakt daarmee de rioolpijpen poreus waardoor het water in de bodem sijpelt. Dat water wordt juist gezocht door de boomwortels die dus zeer diep gaan en drukken op de buizen die daardoor beschadigd worden. PVC buizen laten geen water door en zijn dus onaantrekkelijk voor de wortels.
Diegene die niet zo van bomen houdt wegens afvallende en rondvliegende bladeren, kan in de Joseph Matthieulaan zien dat het ook anders kan. De onderstaande foto spreekt voor zich.
Weet het gemeentebestuur dan misschien alles beter? Waarom luisteren zij nooit eens? Spijtig!!!!
Nu krijg ik misschien de banbliksems van de vrome Westendenaars en andere rooms-katholieke lezers over me heen. Natuurlijk weten zij dat. Ik ben er echter van overtuigd dat niet iedereen dat weet, vandaar Ik heb gezien dat er al enige tijd een geel bord naast de ingang van de Sint-Laurentiuskerk in Westende - dorp staat. Die wordt namelijk gerestaureerd. Ziehier de tekst op dat bord.
Het betreft fase 1, dus volgt er nog minstens een tweede. Zoals jullie zien is de opdrachtgever de Kerkfabriek Sint-Laurentius met subsidies van de Vlaamse gemeenschap, de provincie en de gemeente. Die kerkfabriek is namelijk de eigenaar van de kerk. Kerkfabrieken zijn openbare besturen. Elke parochie heeft er één. Dat betekent dat er negen zijn in Middelkerke, verdeeld over 12 kerken en kapellen.
Het Latijnse woord fabrica (= constructie) werd in de Romeinse tijd reeds gebruikt voor een 'constructie ten behoeve van het algemeen belang'. In combinatie met het woord kerk (fabrica ecclesiae) wordt het al vanaf de 6e eeuw gebruikt om het geheel aan te duiden van de gelden of bezittingen bestemd voor het onderhoud en de verfraaiing van het kerkgebouw en later ook voor het uitoefenen van de eredienst. In het Nederlands heeft de hedendaagse term ingang gevonden als vertaling van het Franse fabrique de l'église. De inrichting, werking en bevoegdheid van de kerkfabrieken werden bij Napoleontisch decreet van 30 december1809 geregeld. Wie daar meer wil over weten, kan het nalezen op Wikipedia. Een modern decreet van 7 mei 2004 bevat de huidige wetgeving. In België zijn de kerkfabrieken onderworpen aan het gezag van de kerkelijke overheid en aan dat van de burgerlijke overheid, gemeente en provincie, die de voorstellen van de kerkraad moeten adviseren. Het beheer van de kerkfabriek wordt namelijk opgedragen aan een kerkraad. Die bestaat uit vijf leden. Een door de bisschop aangestelde verantwoordelijke van de parochie, in de meeste gevallen de pastoor, maakt er van rechtswege deel van uit. De raad wordt driejaarlijks gedeeltelijk vernieuwd. De herverkiezing gebeurt door de kerkraad zelf. Iedereen die rooms-katholiek is, woonachtig is in de gemeente(s) van de parochie, tussen 18 en 75 jaar oud is en zelf niet bezoldigd wordt door de kerkfabriek, kan zich kandidaat stellen. Deze kandidaten worden aan de parochiegemeenschap publiek gemaakt. De kerkraad kiest in hun midden een voorzitter, secretaris en penningmeester. Omdat er in Middelkerke meer dan 4 parochies zijn, bestaat hier ook een centraal kerkbestuur. Het heeft zijn zetel in de parochie Wilskerke. Dat is de gesprekspartner van het gemeentebestuur. Het krijgt van de verschillende kerkfabrieken een meerjarenbegroting, waarin het de prioriteiten bepaalt. De kerkfabriek heeft als taak de eredienst mogelijk te maken. Dit betekent dat zij instaat voor het onderhoud van het kerkgebouw, het orgel, de liturgische kleding en het liturgisch vaatwerk. Ook zorgt ze voor de aankoop van hosties, miswijn, kaarsen en eventueel nieuw linnen of vaatwerk. Verder betaalt zij de casuelen van priester en organist. De kerkfabriek heeft haar inkomsten uit de verkoop van kaarsen, een deel van de collecte, de misintenties, in bijzonder bij uitvaarten en huwelijken. Verder heeft een kerkfabriek vaak gronden, die verpacht worden, of eigendommen die verhuurd worden. Meestal slaagt de kerkfabriek er niet in om een begroting in evenwicht in te dienen bij het gemeentebestuur en de provincie. Deze zijn dan verplicht om de tekorten aan te vullen. Bijzonder zware kostenposten zijn vaak binnen- en buitenrestauratie van het gebouw en de restauratie van het orgel. Doordat hier grote budgetten moeten worden vrijgemaakt, raken deze projecten vaak op de lange baan.
In mijn jeugd had ik altijd de indruk dat deel uitmaken van de kerkraad een voorrecht was voor de rijke boeren en politici van de toenmalige CVP of beide tegelijk. Het lidmaatschap werd vaak van vader op zoon overgedragen. Er waren wel verkiezingen maar in de schoot van de kerkraad zelf. Ik heb ook altijd gehoord dat de kerkfabriek rijk was en eigenaar was van veel gronden in Westende. Het is zeer moeilijk daar meer over te weet te komen omdat nauwelijks geïnformeerd wordt over de Westendse kerkfabriek en over de leden ervan. Daarom ben ik zo verbaasd als ik waarnemend burgemeester Michel Landuyt hoor zeggen op 27 december 2007 'De kerken halen een forse hap uit ons budget. Is onze kerkfabriek dan niet rijk meer? Ik begrijp natuurlijk wel dat ze tegenwoordig minder inkomsten hebben door minder kerkbezoek en meer burgerlijke uitvaarten. Vele onder ons, vooral de niet-gelovigen, zijn er waarschijnlijk niet zo mee opgezet dat de gemeente moet opdraaien voor de kosten aan de kerkgebouwen. Welke politiek voert ons gemeentebestuur daarin? Ik lees in De Sirene van juli-augustus 2007: Het onderhoud en de restauratie van dit waardevol bouwkundig erfgoed is niet goedkoop maar wel noodzakelijk. Vaak zijn niet alleen de gebouwen op zich architecturaal waardevol, de meeste kerken herbergen ook een belangrijke collectie kunstvoorwerpen en meubilair. De Middelkerkse kerken zijn niet alleen centra van bezinning maar ook van kunst en cultuur. Niet slecht, hé voor een paars bestuur? Niet enkel in crisistijd, maar uit het oogpunt van goed bestuur en besparing van gemeenschapsgelden, kan men zich ook afvragen of het nog verantwoord is, zoveel kerkgebouwen en zoveel kerkraden in stand te houden. Fusie is overal het ordewoord. Gemeenten werden er het slachtoffer van, bedrijven willen erdoor hun winsten beveiligen, voetbalploegen willen samen betere resultaten behalen, de staat maakt van het leger een afgeslankte groep, zo klein dat het de vijand straks ongezien zal kunnen benaderen. Aan de kerken wordt echter niet geraakt. Integendeel, die van andere dan van de rooms-katholieken komen erbij en moeten van dezelfde financiële steun kunnen genieten.
Af en toe een culturele organisatie in de één of andere kerk, vind ik wel wat weinig om het behoud van al onze kerken en fabrieken te rechtvaardigen.