Kerkhof van Westende: Oude graven in ere houden of niet?
Ook dit jaar zag men op 1 november, een officiële Belgische feestdag maar deze keer op een zaterdag, op onze kerkhoven weer een massa mensen en niet enkel gelovigen, rondlopen. Ik heb al eens op 29 oktober 2012 een artikel geschreven met als titel ‘Allerheiligen: welke betekenis heeft dat voor jullie?’. Daarin belichtte ik die betekenis en wat er overgebleven is van deze traditie. Ik beschreef daarin ook de geschiedenis van het Westendse kerkhof en ik haalde ook een aantal weerspreuken aan die te maken hebben met Allerheiligen. (zie verder)
De voorbereiding van de herdenkingsdag Heel wat nabestaanden trekken vóór 1 november al naar de begraafplaats om de grafsteen van hun overleden dierbaren schoon te maken. Dat deed ik dus ook! Het was hard nodig want mijn ouders zijn al meer dan 60 jaar overleden. Toen waren de graven nog in arduin, vele kwamen van ‘Bossaert Diksmuide’. Ook dat van mijn ouders, want onderaan rechts is die naam ingegraveerd. Na al die jaren heeft hun graf wel te lijden gehad onder kalkuitslag. Het is bovendien gelegen tegen de haag onder de bomen, rechts als men van op de straat naar het kerkhof kijkt. Omdat de zonnestralen er niet in slagen hun graf te bereiken, zet de groene mosaanslag zich ook gemakkelijk daarop neer. Dat een laag gevallen/ vallende bladeren het zerk bedekt, daar erger ik mij al lang niet meer aan, want het is nu eenmaal herfst!
Toen ik enkele dagen vóór 1 november het kerkhof betrad, vielen mij uiteraard onmiddellijk de bordjes op die vóór heel wat graven opgesteld stonden. Dat is meestal in blokken 2, 3 en 8 want daar staan de oudste graven. Hier zien jullie dat het niet om slechts één graf gaat.
En wat staat daarop te lezen?
BEKENDMAKING
De burgemeester deelt mee aan de eigenaars, afstammelingen, erfgenamen of belanghebbenden van dit graf dat de onvergunde periode ten einde is.
blok grafnummer overledene 2 21 Pieter Lefevere
Deze periode kan eventueel met 40 jaar verlengd worden. Om deze verlenging te bekomen moet vóór 31.12.2015 een aanvraag aan het gemeentebestuur gericht worden. Gelieve het nummer van het blok, het grafnummer en de op het graf vermelde naam in deze aanvraag te vermelden. Indien vóór 31.12.2015 geen enkele aanvraag is toegekomen, zal dit bestuur eigenaar worden van de vergunning en van de materialen en monumenten die er op geplaatst werden en zal het zelf de bestemming ervan regelen.
Waarvan akte Middelkerke de burgemeester Janna Rommel-Opstaele
Dat bordje roept bij sommige wel vragen op. Waarom staat dan op veel graven ‘voor eeuwig’? Dat slaat toch op die vergunning? Maar, heeft zo’n eeuwige vergunning nog wel zin in een tijd waarin de as van sommige overledene uitgestrooid wordt op zee of op een speciaal grasveld van het kerkhof? De kans op verwaarlozing is zo nog veel groter en welke nakomelingen leven er nog na 100 jaar? Nergens worden nog ‘eeuwige vergunningen’ uitgereikt. Vijftig jaar is de langste termijn. Alle gemeenten zijn verplicht gratis vergunningen uit te reiken voor 10 jaar.
Een andere vraag is: hoeveel kost die verlenging? Ik heb die vraag gesteld aan onze dienst burgerlijke stand, die ik bedank voor hun antwoord. Ik had daarvoor eerst de website ‘Belastingen’ van de gemeente geraadpleegd. Daar zijn een aantal tarieven vermeld, maar er is nergens sprake van ‘verlenging’. Een vergunning voor 40 jaar kost voor een inwoner van de gemeente 372 euro . De familie van een niet-inwoner betaalt 1.860 euro. Middelkerke is één van de goedkoopste, Oostende is de duurste met 2.250 euro voor 50 jaar. Het verlengen van een vergunning kost € 8 /jaar zodat een verlenging met 40 jaar dus 320 € kost. Wie slechts voor korte tijd, bijvoorbeeld 5 jaar, wenst te verlengen, betaalt 40 €. Een eeuwigdurende vergunning kan gratis verlengd worden voor 50 jaar. Er zijn ook graven zonder vergunning zoals jullie hierna kunnen lezen. Wie daarvoor nu wel een vergunning wil nemen voor 40 jaar, betaalt 372 €, zoals voor een nieuwe. Wie een verlenging wenst aan te vragen, wordt aangeraden contact op te nemen met de dienst burgerlijke stand.
Ik mis op de ‘Bekendmaking’ hierboven wel de handtekening van de gemeentesecretaris. Is zo'n document dan wel geldig?
Het graf van Pieter Jacobus Lefevere
Pieter was een nonkel van mijn vader. Hoewel hij twee maal huwde, had hij geen kinderen. Wie zou er dan eigenaar van zijn graf kunnen zijn? Hij stierf in Westende op 16 april 1922. Er werd nooit een vergunning aangevraagd, vandaar de tekst ‘onvergunde periode’ want normaal zou daar staan ‘einde vergunning’. Er zijn dus zeker geen afstammelingen en ik zou niet weten wie erfgenaam of belanghebbende zou kunnen zijn.
Het overlijden heeft dus 92 jaar geleden plaatsgehad en je kunt je dus afvragen waarom niemand er ooit aanstoot aan genomen heeft, dat er geen vergunning was voor dat graf. Jullie zien rechts welk mooi kleurtje het gekregen heeft onder de ‘tand des tijds.’
Er zal dus ook geen verlenging aangevraagd worden.
Vinden jullie het normaal dat de gemeente de graven waarvoor niemand nog interesse vertoont, wenst te verwijderen? Er staan op het kerkhof van Westende nog andere graven die ‘niet meer toonbaar’ zijn. Het kerkhof kan niet meer uitbreiden. Er is dus plaatsgebrek. Zie hieronder voorbeelden van totaal verwaarloosde graven. Zoiets mag toch weggehaald worden? Mocht iemand hiervoor een verlenging van de vergunning aanvragen, dan zou die moeten verplicht worden eerst de nodige herstellingen uit te voeren.
Er zijn ook heel wat graven met onleesbare namen. Moeten die leesbaar zijn of is het voldoende dat de familieleden het weten? Ik ben toch voorstander van het ‘opschonen’. Een kerkhof mag toch niet op een stort gelijken?
Zijn er overledene die op het kerkhof een voorkeurbehandeling verdienen? In principe vind ik dat we minstens op een kerkhof allemaal gelijk zijn. Maar ‘helemaal gelijk’ zal het nooit zijn! De ene familie kan een duurder zerk betalen dan de andere of kan de grafomgeving beter onderhouden of laten onderhouden, bijvoorbeeld door mooie bloemen of planten ervoor te kiezen. Niet dat ik daar iets op tegen heb, maar er zijn al personen die bij het begraven op een bijzondere manier behandeld worden. Zo liggen de geestelijken rond het kruis aan de kop van het kerkhof. Voor de oudstrijders is er een speciaal perk voorzien. Ik vind niet dat er voor ex-burgemeesters een plaats moet voorbehouden worden. Ik ga wel akkoord met een lezer van deze blog die mij schrijft dat er tegenwoordig (terecht) zoveel aandacht besteed wordt aan ‘100 jaar grote oorlog’ en dus aan de vele monumenten en militaire kerkhoven maar dat er anderzijds op onze kerkhoven graven van ‘onze’ oudstrijders dreigen verwijderd te worden.
Zijn er graven die als erfgoed kunnen beschouwd worden? Daarvoor moeten ze wel speciaal zijn en zo zie ik er niet veel op ons kerkhof. Maar misschien zijn er bij die de geest van een bepaalde tijdsperiode weerspiegelen? Misschien kan de gemeentelijke ‘Dienst ‘Erfgoed’ zich eens over die vraag buigen! Voor één van de volgende erfgoeddagen? Men zegt immers dat een kerkhof het verhaal vertelt van de cultuur, tradities en geschiedenis van de lokale bevolking.
Allerheiligen 1 november 2014 Het zag er al een hele tijd naar uit dat de spreuk "Als het met Allerheiligen sneeuwt, leg dan uw pels gereed." in 2014 niet van toepassing zou zijn. Daaruit volgt dan ook dat we misschien geen zacht voorjaar krijgen in 2015 althans als we de spreuk “Sneeuw met Allerzielen voorspelt een zacht voorjaar.” mogen geloven. En wat als de temperatuur op die dag 19 graden bedraagt? Dan luidt een spreuk:"Geeft Allerheiligen zonneschijn, dan zal het spoedig winter zijn."
Middelkerke: Waarom werd Danny Van Den Broucke nu pas uit de N-VA gezet?
De nationale partijraad van de N-VA heeft op zaterdag 11 oktober 2014 beslist om ‘ons’ gemeenteraadslid Danny Van den Broucke met onmiddellijke ingang uit de partij te zetten.
Motivatie van het ontslag Wilfried Vandaele, Vlaams parlementslid:‘Van den Broucke is actief en gedreven, maar volgt graag zijn eigen agenda en niet die van de partij. Hij werd in het verleden al op de vingers getikt. De N-VA is een democratisch functionerende partij: de leden kiezen het afdelingsbestuur en dat bepaalt welke standpunten de verkozene innemen in de gemeenteraad. Hoewel de N-VA in de oppositie zit, gedroeg Danny Van den Broucke zich vaak als een aanhangsel van de meerderheid. Zo raakte hij in eigen rangen langzaam maar zeker alle vertrouwen kwijt. Daarom nu deze zwaarste sanctie. Het is altijd pijnlijk als mensen uit de partij moeten gezet worden. Nu komt het erop aan naar de toekomst te kijken.’
Volgens de partijraad zorgden de interne conflicten binnen N-VA en het feit dat Van den Broucke te veel zijn eigen koers bleef varen, ervoor dat de verdere uitbouw van de N-VA afdeling in Middelkerke in het gedrang kwam. Niet dat ik daar enig voor- of nadeel bij zou gehad hebben, maar waarom is dat dan toch niet vroeger gebeurd? Zijn er deze keer misschien ergere feiten gebeurd? Is het ‘niet volgen van de partijlijn’ een propere omschrijving van wat Danny Van Den Broucke verweten wordt? Wie weet het en wie zal het (durven) zeggen?
Reactie van Van Den Broucke Danny Van den Broucke zou emotioneel gereageerd hebben op de beslissing. Hij blijft zetelen, maar dan als onafhankelijk raadslid.‘Ik ben hier echt niet goed van. Ik betreur dit ten zeerste. Ik doe niet aan afbraakpolitiek maar wil opbouwend zijn. Als er vanuit de meerderheid een voorstel komt waarin ik mij kan vinden en die(nota ll: dat) ten gunste is van de bevolking, dan stem ik daar niet tegen. Vijftien jaar lang heb ik mij voor de partij ingezet.’
Welke is de weerslag voor de Middelkerkse N-VA? Het rommelt er dus opnieuw of erger nog … de bom is eindelijk gebarsten. De partij, die hier al niet zo veel voorstelde, is onthoofd. Bovendien heeft ook het andere gemeenteraadslid voor N-VA, Martine D‘Hondt, er zelf voor gekozen om als onafhankelijke te zetelen. "Het zou Martine sieren als ze haar mandaat zou terug geven aan de partij waaraan ze haar mandaat te danken heeft", zegt Wilfried Vandaele. Dat is D'Hondt niet van plan: "Het is niet mijn bedoeling om mijn mandaten los te laten. Ik wil benadrukken dat ik afgelopen donderdag reeds mijn ontslag heb doorgemaild en dat dit niets te maken heeft met de persoon van Danny Van Den Broucke".
N-VA heeft dus geen gemeenteraadsleden meer. De afdeling koos wel al een nieuw bestuur. Kurt Knockaert, die de voorbije jaren voorzitter was, wordt ondervoorzitter van N-VA-Middelkerke en laat het voorzitterschap over aan André Clarysse. ‘Kurt Knockaert heeft als voorzitter uitstekend werk geleverd, en als ondervoorzitter blijft hij de afdeling samen met mij leiden. Ik wil hard aan de kar trekken om het pad te effenen voor de jongere generaties die ons de komende maanden moeten komen versterken.’ Om een politieke rol van betekenis te kunnen spelen in Middelkerke, zal de partij wel een zeer sterk boegbeeld nodig hebben om te kunnen optornen tegen de Open VLD en de LDD. N-VA heeft nu met Sandra Plaetevoet nog een mandataris in het OCMW en met Isabel Desoete (echtgenote van Danny Van Den Broucke) een provincieraadslid.
Even de geschiedenis van de N-VA in Middelkerke er op nalezen Bij het uiteenvallen van de ‘Volksunie’ in 2001, moesten/ konden de leden kiezen. Enerzijds waren er Bert Anciaux (nu bij SP-a) en Els Van Weert, die samen met Geert Lambert de links-liberale partij ‘Spirit’ (Sociaal, Progressief, Internationaal, Regionalistisch, Integraal-democratisch en Toekomstgericht) oprichtten. Anderzijds was er Geert Bourgeois die een nieuwe partij stichtte, de N-VA of Nieuw-Vlaamse Alliantie.
Op 8 oktober 2000 nam de Volksunie in Middelkerke nog steeds deel aan de gemeenteraadverkiezingen onder de naam ‘Stem van het Volk’. Waren dat Vlaams-nationalisten of niet? Daarover lopen de meningen uiteen. Sommige wel natuurlijk. Frank Verlinde was de kopman en zoals zijn voorgangers André Inghelram (de echte Vlaams-nationalist en nog iets meer) en Julien Desseyn (later socialist geworden om zijn zoon te steunen) was hij tot dan toe burgemeester. Daarna niet meer, want die verkiezingen betekenden de doorbraak van de Open VLD en de ondergang van de SVHV dat terugviel van 8 naar 4 zetels. Danny Van Den Broucke stond ook op die lijst van Verlinde maar werd met 367 stemmen niet verkozen. Op de lijst troffen we toen ook Chris Niville (483 stemmen, nu LDD), Lode Maesen (462 stemmen, nu Progressief kartel) en Bianca Ryckewaert (280 stemmen, nu LDD) aan.
De lijsten voor de verkiezingen van 2006 hadden een gans andere gedaante. Geen sprake meer van de Stem van het Volk, maar sommige partijleden daarvan, hadden hun nieuwe roeping ontdekt. Lode Maesen koos, na lang twijfelen tussen N-VA en Progressief kartel, voor dat laatste.
De inmiddels opgerichte Middelkerkse N-VA, ook in Vlaanderen toen nog een minipartij, ging in kartel met de CD&V. Op die kartellijst kregen de N-VA’ers Henk Dierendonck, Danny Van Den Broucke, Bianca Ryckewaert en Nadège Deramoudt respectievelijk de 4de, 9de, 10de en 11de plaats, de laatste drie dus op een niet-verkiesbare plaats. Niemand werd rechtstreeks verkozen. Danny Van Den Broucke voerde toen nochtans campagne onder het motto “De leeuw laat zijn tanden zien”. Omdat verschillende verkozen leden van het kartel CD&V/N-VA verkozen of gedwongen waren om over te stappen naar de OCMW-raad, werd opvolger Henk Dierendonck toch gemeenteraadslid. Er ontstond echter een breuk en na eerst als onafhankelijke gezeteld te hebben, stapte hij in april 2007 over naar de lijst Dedecker. Op 20 april 2007 verklaarde Danny Van Den Broucke hierover: “We eisen dan ook zijn gemeenteraadszitje terug. Deze zetel is door het kartel behaald en daar hebben wij dan ook recht op. We rekenen erop dat Henk voldoende politieke eerlijkheid heeft om dit te doen”. Zo zie je maar: de reacties bij een overstap zijn steeds dezelfde maar niemand geeft er gevolg aan. Van Den Broucke zal zich die uitspraak 'niet meer herinneren', zeker?
Waarom haalde de N-VA bij de laatste gemeenteraadsverkiezingen geen goed resultaat in Middelkerke? Bijna overal in de rest van Vlaanderen boekte de N-VA enorme successen. Ze profiteerden van het Bart Dewever – effect dat overal een gunstige wind deed waaien. Middelkerke was één van de weinige gemeenten waar dat niet het geval was. Waarom? Het begon al bij de lijstvorming. Op 4 mei 2012 zouden negen van de twaalf in februari 2011 rechtmatig verkozen bestuursleden van de partij ontslag genomen hebben: André Clarysse, Chris Niville, Bianca Ryckewaert, Jan Vandenberghen, Eddy Weerbrouck, Kristof Vandenbroucke, Mike Weerbrouck. Koen Dierendonck en Wendy Denecker deden dit reeds eerder. Volgens hen wilden ze de dictatoriale houding van de voorzitter en zelf benoemde lijsttrekker Dany Van Den Broucke niet langer meer aanvaarden. Ze spraken van ‘opportunisten met een eigen agenda’ en beweerden dat er in de opgestelde partijlijst geen plaats meer was voor enkele verdienstelijke leden met een lange staat van dienst. Omwille van de slogan ‘Kiezen voor verandering’ werden ze vervangen door jongere nieuwkomers. Voorzitter Danny Vanden Broucke zou gewoon zijn laars gelapt hebben aan de statuten van de partij.
De N-VA betwistte één en ander van die beweringen. Jan Vandenberghen zou al jaren geen lid meer zijn. Koen Dierendonck en Wendy Denecker zouden al maanden geleden ontslag genomen hebben om privéredenen en zouden niets met de ontslagnemende te maken willen hebben. Bianca Ryckewaert en Eddy Weerbroeck zijn een paar en Mike Weerbroeck is hun zoon. Nogal logisch, vond het NV-A, dat ze samen ontslag namen.
Een mes snijdt natuurlijk aan twee kanten en de partij kan het best goed bedoeld hebben met de verjonging, maar de verkiezingen hebben uiteindelijk bewezen dat die misschien geleidelijker hadden moeten doorgevoerd worden.
De N-VA beweerde eveneens dat de dissidenten (zoals ze die noemden) al langer, achter de rug om van het bestuur, een kartel tussen de N-VA en LDD wilden. Hun ‘kiezersbedrog’ zou de aanleiding van de breuk geweest zijn. N-VA (Van Den Broucke?): "Men moet oliedom zijn om zich te laten manipuleren om een boegbeeld van een andere partij te willen helpen aan de burgemeesterszetel en ten koste van de eigen partij niet te beseffen dat men gebruikt wordt als een pion in een schaakspel".
Enkele van de ontslagnemende leden van de N-VA stapten over naar LDD (Chris Niville, Claude Prinzie, Bianca Ryckewaert, Annick Soete, Pascale Huart) waar ze welkom waren en ook een goed resultaat behaalden, natuurlijk ook omdat hun leider Jean-Marie topscorer werd in het stemmenaantal. Kris Niville en Bianca Ryckewaert werden zelfs verkozen, de tweede weliswaar na ruil met Henk Dierendonck die de OCMW-raad verkoos.
Na de partijtwist moest de N-VA in extremis nog de nodige kandidaten vinden om een volledige lijst te kunnen indienen. Toen er bovendien nog twee afvielen, die zelfs al op een affiche prijkten, werd dat een acuut probleem. Er moest toen zelfs een beroep gedaan worden op ‘Hervé’, vader van Danny en Eddy Van Den Broucke. We kunnen dus gerust stellen dat de lijst te zwak was en met haken en ogen aan elkaar hing. Het feit dat de partij moest optornen tegen de LDD, in een tweestrijd gewikkeld met Open VLD, was nog een ernstiger handicap.
Dat Danny Van Den Broucke een autoritaire figuur is, die weinig tegenspraak duldt maar steeds eigengereid zijn weg wil gaan, dat is algemeen gekend. De leden vonden dat het Vlaams bestuur hem had moeten terechtwijzen. Hij wekte als lijsttrekker weinig vertrouwen en bleek dus geen bezieler van een ploeg maar hij speelde die eerder uit elkaar. Ik kende hem niet persoonlijk maar zijn optreden op het lijsttrekkersdebat kon mij niet bekoren.
Besluit Dany Van Den Broucke stelt weliswaar regelmatig een mondelinge vraag in de gemeenteraad, maar we kunnen bezwaarlijk beweren dat hij al veel positieve sporen achtergelaten heeft in de Middelkerkse politiek. Hij beweert zich 15 jaar ingezet te hebben voor de partij, maar die duur is lichtjes overdreven als je het onderscheid maakt tussen SVHV en N-VA. Hij zegt ook ‘constructief’ te zijn in de raad, “ten gunste van de bevolking”. Boze tongen beweren dat hij er, als uitbater van een tennisschool in de gemeente en organisator van gesubsidieerde tennistornooien, alle belang bij heeft om op een goed blaadje te staan bij de Open VLD – CD&V meerderheid.
Bronnen Artikel uit ‘Het Nieuwsblad’ van 13.10.2014 door Danny Van Loo “N-VA zet raadslid Danny Van den Broucke uit partij’ Artikel uit ‘Het Laatste Nieuws’ van 13.10.2014 door Paul Bruneel “N-VA zonder mandatarissen in gemeenteraad” Mijn blogartikel: Gemeenteraadsverkiezingen Middelkerke (3)
Is de ‘Eurométropole Tour’ nu de ‘Omloop van de Vlaamse kust’ geworden?
Er werd alweer gefeest in Middelkerke! Er waren namelijk weer wielrenners (geen fietsers) op komst! En niet de minste! Ons bestuur gierde het uit: “voor het eerst sinds vele jaren zullen nog eens beroepsrenners aankomen in Middelkerke!” Als dat geen buitenkansje was dat gevierd moest worden! Tenminste voor diegene die van wielrennen houden. En voor het gemeentebestuur zelf, dat maar niet genoeg kan krijgen van het subsidiëren van sportmanifestaties, die volgens onze heersers de lokale economie van onze gemeente en de reputatie van onze badplaats telkens een enorme boost geven. Tenslotte beginnen ze dat zelf nog te geloven ook. Ik heb vroeger nochtans al eens (tevergeefs) gevraagd om cijfers boven te halen die dat bewijzen.
Worden die sportevenementen bedoeld als verlenging van het seizoen? Tennisgoeroe Danny Van Den Broucke organiseerde van 6 tot 14 september 2014 zijn 15.000 dollar + ‘hospitality’ op het Epernayplein. Hij verklaarde toen dat het verlengen van het zomerseizoen één van zijn doelstellingen was. Mogen wij dat nu ook beweren over de wielerwedstrijd ‘ Eurométropole Tour’ die gereden werd van 2 tot en met 5 oktober 2014 met aankomst van de derde rit op zaterdag 4 oktober in Middelkerke? Laat mij eerder toe te denken dat daar niets van aan is. Is dat niet gewoon een eindeseizoenwedstrijd? De ‘Eurométropole Tour’ is inderdaad de laatste rittenwedstrijd van het seizoen. Nu alle grote wedstrijden (op één na) met als bekroning het wereldkampioenschap, gereden zijn, heeft zo’n wedstrijd toch zeker heel wat aan interesse ingeboet. De concurrentie van de Ronde van Lombardije op zondag 5 oktober 2014 en het ontbreken van veel grote namen zal deze organisatie ook geen goed gedaan hebben. Zo is ook de ‘Noordzeecross’, in februari, de laatste van de superprestigewedstrijden in het veldrijden. Meestal zijn op dat moment de prijzen al verdeeld. Ook daar vermindert de spanning, maar eigenaardig genoeg NIET de belangstelling. Moeten we daaruit besluiten dat Middelkerke wat achteraan hinkt? Mochten al die wielerorganisaties geen enorm stuk uit de gemeentekas snijden, dan zou ik zeggen ‘maar laten we toch liever positief blijven’.
Wat omvat de wedstrijd? Ziehier het rittenschema en de sponsors:
Op een kaartje ziet dat er dan als volgt uit:
Jullie zien dus dat de wedstrijd zich vooral op Vlaams grondgebied afspeelt.
Waarom die verschillende veranderingen van naam? Tot in 2010 heette de koers ‘circuit Franco-Belge’. In 2011 werd dat ‘Tour de Wallonie – Picarde’ en met ingang van 2012 is de officiële naam ‘Eurométropole Tour’ geworden. Waarom? Ik heb eens het rittenschema nagezien van de koers in 1980, 1990, 2000 en 2005. Toen speelden de ritten zich af in Noord-Frankrijk (departementen Basse-Normandie en Nord-Pas-de-Calais) en in de Belgische provincie Hainaut met een zeldzame keer een aankomst in Kluisbergen (Oost-Vlaanderen)). ‘Franco-Belge’ gaf dus juist aan waar het om ging.
Maar langzamerhand was er nog nauwelijks sprake van Frankrijk, een zeldzame aankomst of een zeldzaam vertrek in Maubeuge of Hazebrouck daargelaten. Dat rechtvaardigde de naam niet langer en daarom werd het maar ‘Tour de Wallonie Picarde’. Picardië is weliswaar een Noord - Frans departement maar het gaat hier over ‘Wallonie picarde’ of ‘Picardisch Wallonië’. Dat is een regio in het uiterste westen van Wallonië die 23 gemeenten overkoepelt: Antoing, Aat, Beloeil, Bernissart, Brugelette, Brunehaut, Celles, Chièvres, Komen-Waasten, Ellezelles, Edingen, Estaimpuis, Vloesberg, Frasnes-lez-Anvaing, Lessen, Leuze-en-Hainaut, Kluisbergen (?), Moeskroen, Pecq, Péruwelz, Rumes, Silly en Doornik. Die streek wilde zich als toeristisch aantrekkelijk profileren en hoopte dat de wielersport daarbij zou helpen. Daarom vinden we van 2008 tot 2012 meerdere van die steden als aankomst- of vertrekplaats terug: Mouscron, Tournai, Antoing, Péruwelz, Lessines of Lessen.
Waarom wilden de Franse gemeenten niet meer meedoen? Werd het hen financieel te veel? Ik heb aan de administratie van de Franse steden Maubeuge en Hazebrouck gevraagd naar de reden van het afhaken, maar ik kreeg helaas geen antwoord. Geen nood, dan maar weer een beroep gedaan op Vlaanderen en enkele Vlaamse gemeenten deden maar al te graag mee: Poperinge, Ichtegem en Menen. De naam ‘Tour de Wallonie – Picarde’ dekte dus stilaan ook de lading niet meer.
In 2012 werd het officieel de ‘Eurométropole Tour’. Met die nieuwe naam wilden de organisatoren meer sponsors aantrekken. "We willen onze horizon verruimen. We zoeken nieuwe investeerders en nieuwe start- en aankomstplaatsen in Wallonië – Picarde en in de zone Rijsel-Kortrijk-Doornik", verklaarde wedstrijddirecteur Louis Cousaert. "We zijn ervan overtuigd dat het onze naamsbekendheid alleen maar ten goede zal komen."
Maar wat betekent ‘Eurométropole’ eigenlijk? De Eurometropool, opgericht op 28 januari 2008, is een Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking. Ze bestaat uit 147 Franse en Belgische gemeenten. Er zijn drie centrale steden Lille, Kortrijk en Tournai en verder maken Zuid-West-Vlaanderen en Wallonie – Picarde er deel van uit. Heeft meneer Cousaert niet gevonden wat hij zocht? Het ziet er naar uit want plots moeten de renners ook de Vlaamse kust aandoen. Het begint in 2013 met Nieuwpoort (in samenwerking met Koksijde), dat tot dan toe de ‘weldaad’ van het subsidiëren van wielerwedstrijden nog niet ontdekt had. Daarmee hadden ze wel de concurrentie warm en wakker (en jaloers?) gemaakt want in 2014 wilden Blankenberge en Middelkerke niet achterblijven. Zijn de (rijke, wielergekke) kustplaatsen misschien de enige die zich, dank zij de inkomsten van de taks op tweede verblijven, zoiets nog kunnen veroorloven? Een andere uitleg valt me niet direct te binnen!
Zijn de organisatoren misschien het Vlaams niet machtig? Langs het parcours worden uiteraard borden opgesteld en affiches gekleefd om de renners te informeren over de belangrijkste punten van de omloop. Daarbij wordt wel verondersteld dat alle renners Frans kennen, de Franse taal bedoel ik. Hier bij ons spreken we ook wel van ‘de narrivee’ als we aankomst bedoelen, maar voor ‘dérivation’, ‘début de ravitaillement’, ‘circuit’, ‘accès protocole’, ‘contrôle doping’, ‘organisation’, ‘Province de Hainaut’ en ‘Adeps’ (‘Bloso’ in het Vlaams) is dat niet het geval. Ik weet nu ook wel dat de Franstalige organisator ‘Royal Cazeau Pédale’ van Templeuve niet al zijn opschriften in de taal van het bezocht gewest alleen kan opstellen, maar dan toch tweetalig. De commentaar die door de micro’s schalt, is dan wel (onnodig) tweetalig. Op het moment van de eindspurt was 'toevallig' de Franstalige commentator aan het woord. Ik kreeg zowaar ook van een veiligheidsagent een Franstalig antwoord toen ik hem iets in het Vlaams vroeg. Aan de aankomst waren er geen Vlaamse vlaggen te zien, zoals dat tegenwoordig gebruikelijk is. De organisatoren zullen dat zeker niet toegestaan hebben?
De reclames tegen de nadar waren van Waalse firma’s, behalve dan die van Middelkerke in Nieuwpoort, maar omgekeerd heb ik daar niets van gezien.
Ziehier enkele voorbeelden van Franstalige propaganda; er waren er nog meer.
Mijn bezoek(en) aan de koers ‘s Vrijdags ben ik eens gaan kijken naar Nieuwpoort om te kunnen vergelijken. Het eerste wat me opviel was het feit dat de naam ‘Circuit Franco-Belge’ nog steeds volop gebruikt wordt. (zie ook affiche) Zowel in Nieuwpoort als bij ons vond ik de organisatie en de voorbereiding zeer goed. Alle inwoners van de gemeente werden met een schrijven op de hoogte gesteld van het feit dat je op die dag best niet plande om met de auto ergens naartoe te rijden. Verkeersborden wezen er al dagen van tevoren op dat er van parkeren geen sprake zou zijn. Nu zou ik toch graag eens van een specialist horen waarom er niet mag geparkeerd worden langs de straten van de omloop. Rijden, dat is vanzelfsprekend, maar parkeren! Het verkeer werd op een zeer goede manier omgeleid, wat de aangekondigde hinder tot een minimum beperkte.
Wat de publieke belangstelling betreft: Lombardsijde en Westende leken wel uitgestorven: geen auto’s en hier en daar een paar mensen die wachtten op de renners, voorwaar nog minder volk dan op een gewone zaterdag. Aan de aankomst in Middelkerke was er wel veel volk. Natuurlijk gaven de geparkeerde bussen en ik weet niet hoeveel personenwagens van de 24 ploegen, de indruk van een invasie. Ik vraag mij telkens bij zo’n wielerwedstrijd af wat er zou overblijven na aftrek van de ploegleiders, verzorgers, mecaniciens, VIP-genodigden en politici, politiebeambten, leden van de organisatie met een gekleurd lint rond de hals en seingevers.
Wat bracht de koers op voor Middelkerke? Even heb ik gezocht naar het 'VIP – dorp waar een hapje en een drankje kon genuttigd worden.' Zo staat het in de tekst die daarover verspreid werd. Waren dat de bierstandjes van de organisatie/sponsor brouwerij Vanuxeem uit Ploegsteert (Queue de charrue) die hieronder te zien zijn? Ik neem aan van wel.
Ziet de horeca van Middelkerke dat niet met lede ogen aan?
De media leken mij nauwelijks geïnteresseerd? Er was geen rechtstreekse reportage op TV. Op de slotdag werden de ritwinnaar en de einduitslag niet eens vermeld in het journaal van 19 uur. Focus (co-sponsor) besteedde er wel een beetje meer aandacht aan. De kranten waren helemaal niet geïnteresseerd. Een minuscuul artikel daargelaten en verder alleen de uitslag en de stand, verloren tussen andere sporten. Als Middelkerke daarmee in het nieuws moet komen!!!
Sommige denken misschien dat de hotels van Middelkerke en deelgemeenten toch een frank verdienden aan de passage van de tour. Dat klopt niet, want de renners en de officiëlen logeerden gedeeltelijk in Frankrijk (Neuville-en-Ferrain, Marcq-en-Baroeul en Lequin), in Vlaanderen (in De Panne 2 ploegen in 3-sterrenhotel ‘Royal’ normale kostprijs 102,5 euro per persoon en per nacht en in Kortrijk 1 ploeg in 3-sterrenhotel ‘Kennedy’ normale kostprijs 57,5 euro per persoon en per nacht) en in Wallonië (Mouscron, Mont Saint-Aubert). Deelnemen willen de Fransen niet meer, maar een graantje meepikken, dat nog wel…
Op de officiële website van de ‘Eurométropole Tour’ worden de positieve punten van de gemeenten van start en aankomst vermeld. Voor Middelkerke is dat: “VOOR EEN VAKANTIE OF EEN DAGJE UIT HETEN WE JE NU AL VAN HARTE WELKOM. Bij ons is het een plezier om te wandelen, zandkastelen te bouwen, te voetballen, bronzen stripbeelden te bewonderen of een terrasje te doen. Achter de kustlijn strekt zich het authentieke polderlandschap uit. Een oase van rust en een paradijs voor fietsers. Het strand en de polders zijn onze natuurlijke bondgenoten, maar Middelkerke is veel meer dan dat…”
En… hoeveel heeft dat weer gekost? Officieel bedroeg het subsidiebedrag dat Middelkerke, zoals ook Nieuwpoort, zogezegd aan deze wedstrijd spendeerde 30.000 euro. Ik heb daar al lang mijn twijfels over. Niet over de juistheid van dat bedrag, maar daar blijft het niet bij. Schepen Devey spreekt in een artikel in ‘Het Laatste Nieuws’ over ‘Het vele voorbereidende werk en het werk de dag zelf door onze gemeentediensten, politie en de medewerkers.’ Zijn de prestaties van het gemeentepersoneel en van de 60 à 70 politiemensen (lokale en federale samen) inbegrepen in die 30.000 euro?
Besluit Als het van mij afhing, dan zou ik niet meer stemmen voor een subsidie van 30.000 euro+ voor deze wielerwedstrijd. Ik zou een herhaling afraden, maar dat zal wel tevergeefs zijn. De gemeente krijgt er veel te weinig voor terug. Dat de wedstrijd volgend jaar rechtstreeks zou uitgezonden worden op TV, dat is toch maar een aalmoes. Veel supporters kijken dan liever thuis vanuit hun luie zetel, want dan heb je echt iets aan een wielerwedstrijd. Nu zie je de renners enkel maar een paar keer voorbijflitsen. Het is toch niet omdat Middelkerke een ’traditie heeft in de wielersport’ en ‘webewezen hebben dat we het kunnen en er klaar voor zijn’ (dixit Johnny Devey), dat de ‘Eurométropole Tour’ op de Middelkerkse agenda moet blijven staan!
Michel Landuyt, schepen van toerisme, heeft op internet gevonden dat Middelkerke de 3de populairste vakantiebestemming is
Op 18 augustus 2014 verscheen in ‘Het Nieuwsblad’ een artikel van kvd met als titel ‘Deze bestemmingen zijn het populairst in eigen land’.
Uit een studie van EuropAssistance zou gebleken zijn dat meer dan de helft van onze landgenoten een vakantiebestemming kiezen dicht bij huis, in plaats van een verafgelegen exotische bestemming. Kapaza, een Belgische zoekertjesgids, zou dat afgelopen zomer ook gemerkt hebben. De site zou veel zoektermen voor vakantieverblijven aan de kust geregistreerd hebben en dat zou volgens hen duidelijk maken dat onze Noordzee nog steeds een trekpleister is. De acht populairste kustbestemmingen in eigen land zouden volgens hen zijn:
Blankenberge
Nieuwpoort
Middelkerke
Oostende
Duinbergen
Zeebrugge
Wenduine
Westhoek
Ik was wel benieuwd op hoeveel zoekertjes Kapaza zich steunde om die rangschikking op te maken. Ik heb tevergeefs geprobeerd daar achter te komen. Dat belet schepen van toerisme Michel Landuyt echter niet van die ‘enquête’ gebruik te maken om er een klein artikel aan te wijden in het partijblad ‘open vld blik’ jaargang 5 nr 2 van september 2014, mijn favoriete blad (tussen haakjes en tussen aanhalingstekens) omdat ik er steeds weer stof in vind voor een blogartikel. Michel is daar een meester in: gunstige enquêtes gebruiken om Middelkerke te bejubelen maar ongunstige afbreken omdat ze ofwel met een aantal factoren geen rekening houden ofwel van een verkeerd standpunt vertrekken ofwel … noem maar op.
Het ligt niet in mijn bedoeling met het hiernavolgend artikel Middelkerke af te breken, maar ik moest reageren op de bewering van de schepen, die volgens mij op valse grondvesten staat.
Wat denken jullie van de volgende bewering? “Tussen Knokke en de Franse grens, over een totale lengte van zo’n 67 km, kom je vele kleine en enkele grote plaatsen tegen. Bekende plaatsen als Knokke, Blankenbergeen Oostende trekken jaarlijks vele vakantiegangers. Maar ook De Panne, Koksijde, De Haan en Nieuwpoort zijn de laatste jaren enorm in populariteit gestegen……. De verschillende plaatsen hebben ieder een eigen karakter en zijn geschikt voor families met kinderen, jongeren en ouderen.”
Dat staat op de website van ‘Youropi’, die beweert ‘Alles over citytrips in de leukste steden én informatie over wat er dichterbij huis te doen is, aan te bieden aan 1 miljoen bezoekers per maand: de restaurants, de leukste pleinen, de verborgen straatjes, de winkels, de hotels, de bed & breakfasts, de café’s, de bijzondere activiteiten en de evenementen overzichtelijk gerangschikt op één site.’ Hebben ze Middelkerke misschien vergeten of kennen ze onze badplaats niet?
De beschrijving van al onze kustplaatsen in één kort zinnetje, ziet er bij hen als volgt uit: ‘Blankenberge, dé gezinsbadplaats. Bredene, de kleine badplaats die bekend staat om haar prachtige duinen. De Haan, de kleine charmante badplaats. De Panne, de gezellige badplaats aan de Belgisch-Franse grens. Knokke, de mondaine badplaats. Koksijde, de veelzijdige en gezellige badplaats. Middelkerke, de badplaats bekend vanwege het jaarlijks stripfestival. Nieuwpoort, een historische stad met de grootste jachthaven van Europa. Oostduinkerke, waar het garnaalvissen nog te paard beoefend wordt. Oostende, de grootste plaats van de kust. Veurne, de charmante gezellige stad op slechts 6 km van de kust en van Noord-Frankrijk. Westende, de kleine rustige badplaats. Zeebrugge, de badplaats met de grootste vissershaven van België.’
Moeten we daar tevreden mee zijn? Westende is inderdaad zeer rustig, te rustig, er gebeurt nauwelijks iets. Middelkerke en zijn jaarlijks stripfestival!!! Hoe verdienstelijk dat ook mag zijn!
In de rubriek ‘Meer Info’ lees ik dan ‘Middelkerke is een typische badplaats met de voor de Belgische kustplaatsen kenmerkende hoogbouw aan de Zeedijk. Men zegt dat men er het meeste zonuren heeft van de gehele kust. Niet gek dus dat het strand hier een zo belangrijke rol speelt.’ Die hoogbouw verhindert wel dat de zon ’s voormiddags de dijk bereikt!
We kunnen verder ook nog informatie lezen over allerhande facetten van het kustleven ’s zomers.
Winkels ‘Lekker shoppen tijdens je verblijf aan de Belgische Kust? Knokke en Oostende doen niet onder voor de grote steden. Maar ook in de kleinere kustplaatsen tref je prachtige winkels, exclusieve boetieks en leuke shops. Helemaal leuk zijn de verruimde winkelopeningstijden waardoor vele winkels ook op zondag open zijn.’ In het daarbij vermeld overzicht met 23 winkels, vind je niet één Middelkerkse.
Restaurants ‘Laat je de toeristische eetschuren links liggen dan is er nog steeds heel veel keuze uit leuke, bijzondere en luxe restaurants. Uiteraard staat hier in de zomer het pannetje mosselen voor je klaar en kun je de overheerlijke garnaalkroket zo’n beetje overal krijgen.‘ Op 63 vermelde restaurants, de leukste, beste en meest bijzondere vond ik enkel ‘Mange Tout’!
Evenementen "Een weekendje weg of vakantie vieren aan de Belgische Kust wordt extra leuk met de vele evenementen die er worden gehouden: gratis concerten, geweldige vuurwerkfestivals of kleine evenementen voor familie en kinderen, bloemenjaarmarkten en –corso’s." Echt waar, volgens hun evenementenlijst schijnen er in Middelkerke geen evenementen plaats te grijpen!!
Uitgaan "Genieten van een lekker pintje of van een glaasje wijn? Of toch liever tot in de kleine uurtjes op stap? Van grote disco’s in Knokke, Blankenberge en Oostende tot de gezellige café’s, bars en terrassen in de kleinere kustplaatsen." Ook dat schijnt niet te bestaan in Middelkerke!
Hotels "Je kunt kiezen voor een appartement, bed & breakfast of (luxe) hotel. Iedere badplaats heeft haar eigen sfeer en mogelijkheden." Op 29 geselecteerde hotels ‘op basis van verschillende criteria’ wordt enkel ‘Harmonie’ in Westende vermeld.
En/Of, wat vinden jullie van de informatie door ‘HotelsSpecials’? “Heerlijk met je voeten in het zand uitkijkend over de golvende zee. Wat wil een mens nog meer! Het is prima vertoeven tijdens een last minute aan de kust. Naast het heerlijke zandstrand, wat ideaal is voor het bouwen van zandkastelen, zijn de omringende badplaatsen bijna net zo aantrekkelijk.”
Activiteiten aan de kust “Ben je met kinderen? Dan moet je tijdens een hotel aanbiedingen aan de kust zeker even een bezoekje brengen aan pretpark Plopsaland De Panne. Deze stad heeft hiernaast nog veel meer te bieden zoals prachtige duinen, natuurreservaat De Westhoek en is ook prima gelegen voor een uitstapje naar buurland Frankrijk! Uitgaan is ook goed mogelijk tijdens een hotel arrangement aan de kust in de grotere steden zoals Knokke, Blankenberge en Oostende die bekend staat als “koningin der badsteden”. Geniet tijdens een weekje aan de kust ook van de vele streekproducten zoals de Belgica Mossel, de Vlaamse grijze garnaal en de vele bieren uit de streek. Ook voor de actieliefhebbers is dit een prima bestemming waarbij er vele watersportactiviteiten zijn zoals zeilen, surfen, varen en duiken.”
Leuke tips “Tijdens een vakantie aan de kust zijn er talloze uitstapjes mogelijk. Verken de Vlindertuin in het Zoute of ontdek de onderwaterwereld in Sea Life Blankenberge. Ook een bezoekje aan het Oostends Historisch Museum De Plate of natuurgebied Het Zwin is zeker de moeite waard tijdens een hotelarrangement aan de kust. Tevens behoort een bezoek aan de historische stad Brugge tot de mogelijkheden tijdens je bezoek aan de kust. Bewonder het stadshart met historische gebouwen, prachtige bruggen over de reien en talloze paardenkoetsen en waan je in de middeleeuwen.”
En de ‘Dronkenput’ dan? Op de 95 vermelde hotels is er 1 in Middelkerke (Zeegalm Aparthotel ), 2 in Westende-dorp (Westendia en Zon en Zee), 3 in Westende-bad (Alice, Belcasa en Zeeparel Budgethotel)
Of ik dat nu allemaal zelf geloof? Natuurlijk niet! Vanzelfsprekend heeft Middelkerke iets meer te bieden. Het was alleen mijn bedoeling erop te wijzen dat je op internet een onoverzichtelijke massa aan informatie kunt vinden, over elk onderwerp. Je kunt er uit selecteren wat jou het beste past.
Ik denk dus dat de schepen van toerisme dat dan ook gedaan heeft. Hij zou beter de toeristische sites over de Belgische kust eens afschuimen of laten afschuimen om na te gaan of Middelkerke eerst en vooral op een billijke manier beoordeeld wordt en zo nodig bijkomende informatie laten plaatsen om zijn kustgemeente beter te promoten. Elk zegge het voort!
Een specialist werpt zijn licht op het voetbalgebeuren in Middelkerke
Waarom wil ik het nu alweer over voetbal hebben? Tijdens de voorbije zomer stelde ik vast dat het hoofdterrein van Goldstar Middelkerke gebruikt werd als speelplein voor de kinderen. Ik verneem dat in het seizoen 2014-15 geen enkele ploeg er zijn thuismatchen zal spelen. De samenwerking Middelkerke – Spermalie wordt dit seizoen verdergezet. Ik zag op het veld van Davo Westende dat er nieuwe kleedkamers opgetrokken werden door eigen clubpersoneel, terwijl Lombardsijde verder kan genieten van een luxestadion. Ik wilde dus wel eens weten hoe de toekomst er voor de Middelkerkse ploegen zal uitzien. Ik ging daarvoor te rade bij Dirk De Poortere en geef dus hieronder zijn mening weer. Ik stelde hem een aantal vragen, waarop hij bereidwillig antwoordde, waarvoor mijn hartelijke dank.
Wie is Dirk De Poortere? Hij is een ex-hoofdinspecteur van de Middelkerkse politie. Sedert 20 jaar is hij bestuurder van SK Spermalie en sedert 1979 bijna onafgebroken lid van deze vereniging. Hij is gemeenteraadslid voor de Lijst Dedecker. Hij geeft onderstaande mening ‘vrank en vrij’ want zo zegt hij ‘wat ik schrijf is realiteit’
Hoe ziet de geschiedenis van onze voetbalverenigingen er uit? “Ongeveer gedurende meer dan 40 jaar waren er vijf voetbalverenigingen in "Groot-Middelkerke". Na de fusie tussen VV Leffinge en KGS Middelkerke waren er dat nog slechts vier om tenslotte na de opslorping in 2013 van KGS Middelkerke door SK Spermalie (geen fusie in de wettelijke zin) op drie te komen, elk met hun eigen visie en fanatisme. Gedurende ongeveer 25 à 30 jaar was er onder impuls van Ronny Devriendt ( SK Spermalie) en Aimé Baert (SC Lombardsijde) een goede en degelijke jeugdsamenwerking.”
Zal er nog ooit gevoetbald worden op de terreinen aan de Duinenweg? “Op die vraag kan ik enkel antwoorden dat er op de terreinen aan de Duinenweg tijdens het seizoen 2014-2015 niet meer zal gevoetbald worden door een ploeg uit Middelkerke in competitieverband!”
Zijn daar besprekingen over gevoerd? “Eigenlijk niet, dat is wat men noemt een ‘visie’ van het gemeentebestuur in casu van sportschepen Devey, dus...”
Wat houdt die visie in? “Sedert het aantreden van sportschepen Devey Johnny is het steeds zijn bedoeling geweest naar één grote club te streven, wat ik een nobel doel vind, doch eigenlijk niet te realiseren wanneer de clubs van zichzelf vinden dat ze het zelf kunnen redden.”
Die visie moest dan toch aangepast worden? “Inderdaad, aangezien ook de schepen wist dat dit niet van een leien dakje zou lopen werd de visie bijgestuurd naar twee ploegen, namelijk west (fusie Lombardsijde & Westende) en oost (KGS Middelkerke/ Leffinge en SK Spermalie). In die optie veronderstel ik dat de infrastructuur te Lombardsijde werd vernieuwd.”
Was het ontbreken van een tweede veld niet het hoofdbezwaar? Zo ja, waarom werd dan niet gepoogd om een stuk grond te kopen van de daarnaastliggende opgedoekte camping? Ik weet niet of men ooit een poging ondernomen heeft om daar het RUP te wijzigen zodat men eventueel een stuk van de camping kon kopen voor een tweede veld. Nu is het zo dat gezien de situatie tussen de clubs SC Lombardsijde en Davo Westende, die een fusie niet zagen en zien zitten, er zeker geen draagvlak was voor die optie. Er is niemand bij de beide clubs die staat te springen om met de andere in zee te gaan. De verbouwingen in Westende zijn daar het mooiste voorbeeld van.
Ondertussen werd wel gewerkt aan de jeugdsamenwerking… “Ja, een beetje onder druk, al is dat niet te bewijzen. Er werd samengewerkt door alle ploegen van Groot-Middelkerke met een afzonderlijk jeugdbestuur en afzonderlijke financiën.”
Wat kwam daar van terecht? “Dit project is helaas op de klippen gelopen op het einde van het seizoen 2011- 2012. Wie daar verantwoordelijk voor is laat ik in het midden, waar ook wel ergens de ware toedracht zal liggen, gezien ik geen deel uitmaakte van het jeugdbestuur en er enkel bij geroepen werd als officieel afgevaardigde van SK Spermalie toen de problemen begonnen. Maar ondertussen was de herinrichting van de campus Leffinge in volle aanbesteding en werd aldaar een nieuwe infrastructuur opgericht met het doel dit te gebruiken als jeugdcentrum en thuishaven voor damesvoetbal Leffinge. Er was dus wel een nieuwe infrastructuur maar geen jeugdsamenwerking meer!!! Zo was de kans groot dat deze enkel dienst zou doen voor de damesvoetbal en een liefhebbersploeg maar dan was nog de vraag wie de uitbating op zich zou nemen gezien de kosten die eraan verbonden zijn. Dus voor het seizoen 2012 - 2013 moesten de clubs zich dan maar zelf behelpen en zelf jeugdploegen vormen.”
Hoe kwam SK Spermalie-Middelkerke dan tot stand? “Tijdens de maand april 2013 besliste de raad van bestuur om verkennende gesprekken te voeren met KGS Middelkerke-Leffinge welke financieel aan de grond zat teneinde een " fusie" te realiseren zonder overname van hun vzw. Tegen alle verwachtingen in verliep dit uitermate snel en was er reeds een akkoord vanwege KGS Middelkerke-Leffinge om hun voetbalactiviteiten te laten opgaan in de vzw SK Spermalie om als club SK Spermalie-Middelkerke in competitie te komen. Hierop werd onmiddellijk de burgemeester ingelicht van het samengaan van beide clubs die dus vrijwillig instapten in de visie van het gemeentebestuur om de ploeg kant ‘oost’ te vormen. Uiteraard moeten we eerlijk zijn en zeggen dat de financiële toestand van KGS Middelkerke-Leffinge de zaak zeer eenvoudig gemaakt heeft. Bijgevolg zou deze fusie moeten bijdragen tot het besparen op de kosten verbonden aan het onderhoud van de installaties. Maar deze fusie was tevens de oplossing voor de nieuwe accommodatie te Leffinge. De nieuwe club moest met zijn jeugd en trainingen verhuizen naar Leffinge en bijgevolg was er ook een uitbater.”
In Leffinge zijn er wel twee velden. Hoe worden die uiteindelijk gebruikt? “Deze velden worden dagelijks gebruikt. Onze ploeg SK Spermalie-Middelkerke is hoofdgebruiker van de campus wat wil zeggen dat wij ook in staan voor uitbating, alle verzekeringen, onderhoud, telefoon, internetverbinding, belijningen en noem maar op. Wij gebruiken de pleinen voor onze jeugdwerking en trainingen alsook voor een veteranenploeg die door ons wordt ondersteund. Het gebruik wordt als volgt gecoördineerd:
Bal-bal, U7, U8, 2 ploegen U9, U11, U17, beloften Meisjes U13, U15 en eerste ploeg van damesvoetbal Leffinge (training) Thuiswedstrijd veteranenploeg SK Spermalie-Middelkerke (volgens kalender)
donderdag
Beloften SK Spermalie-Middelkerke (training)
vrijdag
Eerste ploeg dames Leffinge (training), eventueel thuiswedstrijd veteranen SK S-M (volgens kalender)
zaterdag
Afwisselend voor zover de kalender het toelaat: wedstrijden jeugdploegen SK S-M en damesjeugdploegen * Thuiswedstrijd U8 op terrein in Slijpe.
zondag
Voormiddag wedstrijd liefhebbersploeg X-treme-de Kegel/De Sluzenoare Namiddag: wedstrijd eerste elftal dames Leffinge Beloften en eerste elftal SK S-M spelen volgens kalender in Slijpe.**
*Indien gelijktijdig wedstrijden thuis van Dames Leffinge en Sk Spermalie-Middelkerke wijken wij uit (in onderling overleg met de dames) naar Slijpe met de ploegen U9 en U11.Voor de wedstrijden U17 trachten wij de uren aan te passen in overleg met de tegenstander. namiddag door de Damesvoetbal Leffinge(eerste elftal) **Onze jeugdwerking begint uit te breiden en wij zullen vermoedelijk na nieuwjaar met nog een jeugdploeg voor hun matchen uitwijken naar Slijpe.
En dus bleef de site in Middelkerke dan maar ongebruikt? “Na de beslissing om ons naar Leffinge te sturen was er geen enkel overleg meer met betrekking tot de site in Middelkerke waar men grootse plannen mee heeft, maar waar vooral veel rook rondhangt. Er werd een ambtenaar aangeduid die zou moeten werken aan dit plan, dat, volgens mijn persoonlijke mening althans, nogal wordt aangezwengeld door de gemeentesecretaris.
Ondertussen is de infrastructuur reeds volledig gewijzigd en verbouwd om de jeugdopvang te realiseren. Voorts hoor ik geruchten, gezien niets officieel is, dat op het eerste veld een olympisch zwembad zou komen en dat het tweede terrein zou uitgerust worden met kunstgras om ploegen uit hogere reeksen stages aan te bieden. Geen gemeentelijk voetbal meer, dus, maar een luxeproduct.”
Er doen ook nog andere geruchten de omloop, naar het schijnt? “Ja, ik hoor ook dat men plannen zou hebben met de tennis en met de manège’. Beide zouden opgenomen worden in het "sportpark crocodile". Gezien men laat uitschijnen dat men dit alles wil verwezenlijken met inbreng van de privé, dan moet en mag men zeker de rol van het plots in volle opbouw zijnde hotel (of zijn eigenaar) niet onderschatten!”
Besluit Er heersen dus nogal eigenaardige en ingewikkelde toestanden in het Middelkerks voetbal. SK Spermalie moet telkens weer puzzelen om elke ploeg een speelveld te bezorgen. Het stadion van Middelkerke wordt echter niet gebruikt!! Zelf ben ik geen voorstander van fusies. Elk dorp moet volgens mij een ploeg hebben, die financieel gezond is, wat waarschijnlijk niet eenvoudig is, maar zo alleen kan de verbondenheid van de supporters met hun ploeg optimaal zijn. Andere meningen zijn natuurlijk steeds welkom.
Zonder de taks op de tweede verblijven zou Middelkerke de broeksriem strakker moeten aanspannen
Erop uit kunnen trekken wanneer men maar wil naar een tweede verblijf aan de kust, ontsnappen aan de dagelijkse sleur of aan het drukke stadsleven... Het klinkt aanlokkelijk, niet? En toegegeven, dat ís het ook! Maar ‘bezint eer ge begint’, zou men kunnen zeggen, want een vakantieverblijf kost veel geld, vaak meer dan men verwacht!
Wat wordt verstaan onder ‘tweede verblijf’? Een tweede verblijf is elke private woongelegenheid die voor de eigenaar, de huurder of de gebruiker ervan niet tot hoofdverblijf dient, maar op elk ogenblik door hen voor bewoning kan worden gebruikt. Tweede verblijven zijn landhuizen, bungalows, villa’s, appartementen, studio’s, weekendhuisjes, optrekjes en alle andere vaste woongelegenheden, die al of niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger. Worden niet als tweede verblijf beschouwd:
lokalen uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit;
woonaanhangwagens, verplaatsbare caravans en stacaravans
Waarom die taks nodig is volgens de burgemeesters Vanzelfsprekend is het politiek interessanter om de belastingen te verhogen voor tweedeverblijvers dan voor de eigen inwoners. Roland Crabbe, burgemeester van Nieuwpoort: “De echte reden is echter dat de situatie totaal veranderd is. Vroeger kwamen de tweedeverblijvers enkel tijdens de vakanties, nu zijn ze er bijna elk weekend, het hele jaar door. Daardoor lopen onze kosten op voor infrastructuur, onderhoud, politie, brandweer, afvalophaling, zelfs voor ons sport- en cultuuraanbod. Ik spreek dan ook liever van ‘servicetaks’ dan van ‘tweedeverblijftaks’. Het geld vloeit terug naar stadsvernieuwing en –verfraaiing.” 'Onze' Michel Landuyt verklaarde ooit dat de eigenaars best zo’n hoge taks kunnen dragen. ‘Eén week een gemiddeld appartement verhuren’, zei hij, ‘en de taks is teruggewonnen’.
Hoe is die taks geëvolueerd? De Belgische kustgemeenten samen hebben tussen 2007 en 2012 meer dan 12 miljoen extra geïncasseerd door een verhoging van de taks op een tweede verblijf. Dat hebben de Vlaamse Confederatie van Immoberoepen en de studiedienst van de Vlaamse Confederatie van Immoberoepen (CIB) berekend. Ze stelden vast dat de inkomsten uit de belastingen op tweede verblijven aan de kust sinds 2007 met 29,72 procent toenamen terwijl de opbrengsten van de aanvullende personenbelasting slechts met 1,4 procent stegen (plus 1 miljoen euro). Zonder het atypische Brugge – meer stad dan kustgemeente – bracht die aanvullende personenbelasting zelfs bijna 6 procent minder op voor de gemeentekas.
In Bredene en Middelkerke (600), De Haan (650) en De Panne (575) werd besloten om de tarieven voor een tweede verblijf onder 650 euro te houden. Koksijde (913), Nieuwpoort (918), Oostende (1.000) en Knokke-Heist (746) hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de belasting recent te verhogen. ‘Geen wonder dat tweedeverblijvers zich stilaan een melkkoe voelen’, klinkt het bij de vastgoedmakelaars. De onderstaande cijfers voor Middelkerke (in euro) duiden goed aan hoe de belastingdruk sinds 2007 is verschoven naar de tweede verblijver. (Bron : Agentschap Binnenlands Bestuur).
2007
2012
Belasting op tweede verblijven
8.010.075
8.407.793
Aanvullende personenbelasting
3.426.065
3.243.286
Totale belastingen
27.862.484
30.780.287
'Stadsvernieuwing is positief', vindt Dajo Hermans, CIB-driecteur. ‘Dat neemt niet weg dat het evenwicht totaal zoek is. Ik vrees dat de overheid onvoldoende beseft dat tweedeverblijvers de motor zijn van de kusteconomie. Zij doen niet alleen de lokale horeca en boetieks draaien, maar ook de bakker, de slager, de superette, zelfs de elektricien en de schilder. Vandaar onze oproep: herstel het evenwicht in plaats van, zoals nu, het gouden kalf te slachten. Zeker in de wetenschap dat tal van gemeenten ook de komende jaren nog verdere stapsgewijze verhogingen plannen.’
En de provincie wil ook een stuk van de koek De provincie West-Vlaanderen heeft de belasting in 2013 forfaitair vastgesteld op 113 euro per tweede verblijf.
Wat vinden de eigenaars ervan? ‘Eigenaars van een tweede verblijf aan de kust kunnen ook rekenen. Loop hier gewoon even rond en tel het aantal appartementen dat te koop staat’, zegt Dirk Coelus van Immo Woestyn uit Koksijde, ook voorzitter van CIB Kust. ‘Ik ben de eerste om toe te geven dat de crisis, stijgende kosten voor onderhoud of renovatie en dalende huuropbrengsten er ook voor iets tussenzitten, maar elke nieuwe taksverhoging is voor veel eigenaars de druppel die de emmer doet overlopen en die hen doet besluiten hun appartement te verkopen. Met alle gevolgen van dien: een groter aanbod, panden die langer te koop staan, dalende verkoopprijzen, meer leegstand, enzovoort.’
Wat voegen de vastgoedmakelaars daar nog aan toe? Het zijn niet allemaal steenrijken die het zich probleemloos kunnen veroorloven. 85.000 tweede verblijven, dit zijn geen 85.000 rijken. Dit is een sociale mix van eigenaars. Er zijn eigenaars die zich een mooi tweede verblijf met alle jaarlijkse kosten kunnen veroorloven zonder zich pijn te doen. Maar veel eigenaars van een tweede verblijf zijn gewone gezinnen voor wie de jaarlijkse kosten wel beginnen door te wegen.” Ook dat zegt Dirk Coelus.. Hij schat het aantal gegoeden dat de hoge taks niet aan het hart laat komen, op slechts 20%. Volgens hem zijn de eigenaars van een tweede verblijf aan de kust voor 62 procent doorsneegezinnen, hardwerkende tweeverdieners die rond hun 45-50 jaar hun droom van een appartement aan de kust realiseren. Voor die groep zou elke verhoging meteen een impact hebben.
Vastgoedmakelaars luiden dan ook de alarmbel over de aanhoudende stijging van de tweedeverblijftaks CIB Vlaanderen begrijpt dat de (kust)gemeenten, gezien de moeilijke economische context, op zoek gaan naar extra inkomsten en dat de bedragen na 7 jaar geïndexeerd werden. ‘Maar het wordt wel problematisch wanneer diezelfde gemeenten voor hun inkomsten vooral of soms uitsluitend inzetten op tweedeverblijvers. Sommigen hebben de taks op een tweede verblijf met maar liefst 54 procent verhoogd. Dat is buitensporig!’, klinkt het.
Hoeveel kost een tweede verblijf aan de kust jaarlijks? Het kopen van een vakantiehuis als tweede verblijf lijkt voor veel ‘binnenlanders’ zeer aantrekkelijk, maar vele van hen houden te weinig rekening met de financiële kant. Ik wil het hier enkel hebben over de jaarlijkse kosten en niet over de kosten bij aankoop van een onroerend goed in nieuwbouw, die schommelen tussen de 19 en 23%.( notariskosten Incl registratierechten, btw-kosten, enz…) De voorzitter van CIB Kust, verklaarde in ‘Het Nieuwsblad’ van 3 mei 2014 dat zo’n tweede verblijf alles bijeen al gauw jaarlijks zo’n 3.000 euro kan kosten. Mevrouw Sonia Dierkens uit Melle schrijft op 5 mei in dezelfde krant dat ze dat een veel te lage schatting vindt en zij heeft berekend dat 6.000 euro per jaar een realistischer bedrag is. Laat ons zelf eens de kosten opsommen en optellen. De vermelde bedragen gelden enkel voor Middelkerke. Ik som ze eerst even op om ze daarna in detail te bespreken. 1. Onroerende voorheffing 2. Personenbelasting 3. Taks op tweede verblijf 4. Milieubelasting 5. Abonnement elektriciteit, gas en water 6. Verzekeringen (brand, glasschade, …) 7. Gemeenschappelijke kosten: syndickosten
Onroerende voorheffing Ben je eigenaar van een onroerend goed, dan wordt daarop jaarlijks een belasting of onroerende voorheffing geïnd. Dat geldt ook voor een tweede verblijf. De grootte daarvan hangt af van het kadastraal inkomen (KI) van dat eigendom. Het KI is een fictief inkomen dat voor elk onroerend goed vastgelegd wordt door de hogere overheid. Het is het gemiddelde netto-inkomen dat dit onroerend goed (woning, appartement, perceel, …) jaarlijks zou opbrengen. Omdat men zich nog steeds baseert op de gegevens met als referentietijdstip 1 januari 1975, wordt het KI sinds 1991 geïndexeerd. Het niet-geïndexeerd kadastraal inkomen van een appartement met 1 slaapkamer schommelt tussen de EUR 800 en EUR 900. Voor een appartement met 2 slaapkamers schommelt het kadastraal inkomen ongeveer tussen de EUR 1.000 en EUR 1.100.Voor een studio zal dat gevoelig minder zijn, voor een villa gevoelig meer. De indexatiecoëfficient voor het aanslagjaar 2014 (indexcijfer op de kleinhandelsprijzen) is gelijk aan 1.7000. Stel dat jouw kadastraal inkomen 1.000 euro bedraagt, dan wordt dat, geïndexeerd, 1.700 euro. De onroerende voorheffing is voor een gedeelte bestemd voor het Vlaams Gewest (basisheffing). Het andere gedeelte, opcentiemen genoemd, is bestemd voor de provincie en de gemeente. Gemeenten en provincies bepalen zelf volledig vrij de hoogte van de opcentiemen. Voor Middelkerke zijn er dat 1750, voor de provincie West-Vlaanderen 355. De onroerende voorheffing is één van de belangrijkste inkomstenbronnen van provincies en gemeenten. Het Vlaams Gewest krijgt het basistarief, zijnde 2,5 %, dus 42,5 euro. De bedragen voor gemeente en provincie in euro worden bekomen door het basistarief te vermenigvuldigen met de grootte van de opcentiemen en daarna te delen door 100. Dat geeft dus: Aan de provincie 42,5 euro x 355/100 = 150,875 euro Aan de gemeente 42,5 euro x 1750/100 = 743,75 euro Hier heb je geen recht op kortingen zoals bij een gezinswoning wanneer je kinderen ten laste hebt.
Personenbelasting Een eerste woning is vrijgesteld van personenbelasting, een tweede verblijf is dat niet. Daartoe moet je het kadastraal inkomen van de woning vermelden op het jaarlijks aangifteformulier. De eigenaar van een tweede verblijf betaalt echter geen aanvulling op de personenbelasting Je mag wel kiezen welke van je twee woningen je laat vrijstellen als ‘eigen woning’. Uiteraard vul je als tweede eigendom best de woning in met het laagste kadastraal inkomen in, want dan moet je de minste belastingen betalen.. In Middelkerke bedraagt die aanvullende perszonenbelasting 5% en de vrijstelling daarvan is dus een soort compensatie voor de belasting op het tweede verblijf. Aangezien de personenbelasting zelf functie is van het kadastraal inkomen, moet de eigenaar dit invullen op het jaarlijks belastingformulier als hij/zij de woning verhuurt. Het belastbare bedrag is gelijk aan het geïndexeerde kadastraal inkomen verhoogd met 40%. In mijn voorbeeld: 1.700 euro (geïndexeerd KI) + 40% = 2.380 euro Van het onroerend inkomen van een tweede verblijf worden ten slotte ook nog de intresten afgetrokken van 'een' woonlening zodat je er mogelijk toch niet op belast wordt. Het is dus onmogelijk er een juist bedrag op te plakken.
Taks op tweede verblijf In de periode 1.1.2014 – 31.12.2019 betaalt men in Middelkerke voor een studio kleiner dan 40 m² 525 euro per jaar, voor een appartement 600 euro per jaar. Daarnaast is er ook nog de tweede verblijfsbelasting voor de provincie West-Vlaanderen. Die werd in 2013 forfaitair vastgesteld op 113 euro.
Milieubelasting gemeente: 50 euro per jaar.
Energiekosten - abonnementen Water: jaarlijkse bijdrage per woongelegenheid in de kosten van het drinkwaternet en een vergoeding voor het administratief verwerken van de klantgegevens. Bij TMVW bedraagt die 54,37 + 6% BTW = 57,63 euro, gebruik van teller met diameter 15 of 20 mm is inbegrepen Gas: 41,322314 + 21% BTW = 50 euro Electricteit: 75 euro + 21% BTW = 90,75 euro
Telefoon, Internet, TV Een mobiele telefoon is overal bruikbaar. Een vaste telefoonverbinding in het tweede verblijf is dus niet nodig. Mobiel internet via smartphone vraagt geen meerkost. Verbruikskosten tel ik hier niet mee. Het maakt geen verschil of je nu in je eerste of in je tweede woning verblijft.
Gemeenschappelijke kosten In een appartementsgebouw woon je niet alleen en zijn er naast jouw privaat eigendom ook gemeenschappelijke delen waarvoor een verplichte onverdeeldheid bestaat. Dat zijn onder meer de grond waarop het gebouw staat, de buitenmuren, het dak, de gangen, de inkomhal, de trappen, de lift en de hoofdleidingen. De kosten die hiermee gepaard gaan, zoals het reinigen van die delen, het onderhoud en de herstellingen ervan, de vergoeding voor de syndicus en de gemeenschappelijke verzekeringen en belastingen, vallen ten laste van alle eigenaars van het gebouw en worden als dusdanig over hen verdeeld. Dat hoeft trouwens niet altijd voor iedereen gelijk te zijn: zo kan het perfect dat de eigenaar van een appartement op het gelijkvloers niet moet tussenkomen in de kosten van de lift.Die syndickosten variëren van gebouw tot gebouw. Meestal zijn volgende kosten gemeenschappelijk: brandverzekering gebouw, onderhoud gemeenschappelijke inkomhall en andere gemene delen, elektriciteit gemene delen, lift (onderhoud, controle en elektriciteit), onderhoud tuin, ander onderhoud (bv. brandblussers), vergoeding syndicus. Kortom: voor een appartement met 1 slaapkamer schommelen die kosten tussen de EUR 40 en EUR 65 per maand. Voor een appartement met 2 slaapkamers schommelen die kosten tussen de EUR 65 en EUR 90 per maand.
Brandverzekering Naast de gemeenschappelijke verzekering voor het gebouw, moet ook nog de inboedel van het appartement verzekerd worden. Dat kost 75 – 100 euro.
Huren autostandplaats Per jaar kost dat 750 à 800 euro voor een staanplaats en 1.000 à 1.200 euro voor een afgesloten garagebox. De wagen op straat laten staan, is natuurlijk ook een oplossing, maar waar geraak je die nog kwijt?
Totale jaarlijkse kosten (voor een appartement met twee slaapkamers)(afgerond tot op 1 euro)
In euro
Min
Max
Onroerende voorheffing
895
Taks tweede verblijf gemeente provincie
600 113
Milieubelasting gemeente
50
Abonnementen energie (gas, water, elektriciteit)
198
Syndickosten per jaar
780
1.080
Brandverzekering inboedel
75
100
Huren autostandplaats
800
1.200
TOTAAL
3.511
4.236
Personenbelasting
?
?
Besluit Een tweede verblijf aan de kust is dus niet goedkoop. De mening daarover hangt natuurlijk af van de belangen van de beoordelaar. De gemeenten vinden de opgelegde bedragen normaal, de eigenaars en vastgoedmakelaars zijn er niet over te spreken. De argumenten van beide kampen bevatten punten waarmee rekening moet gehouden worden. De taks op tweede verblijven is natuurlijk een geschenk voor de (kust)gemeenten, maar bestaat er geen gevaar dat de lokale economie er te fel onder lijdt? Dat is de vraag!
Als er sprake is van ons onroerend erfgoed of van onze monumenten, dan kijk ik toe of luister ik met veel aandacht. Dat is altijd al zo geweest, vooral dan als het Westende en Lombardsijde betreft. Het is dus niet verwonderlijk dat ik er elk jaar bij ben als ‘Open Monumentendag’ georganiseerd wordt op de tweede zondag van september. Elke keer wordt een bepaald thema gekozen en deze keer is dat ‘Erfgoed, vroeger, nu en in de toekomst’. De ervaring heeft mij ook geleerd dat ik zelden of nooit ontgoocheld word en dat je inderdaad nooit te oud bent om te leren.
Wie neemt daartoe het initiatief? Open Monumentendag is een Europees initiatief dat in niet minder dan 50 landen wordt georganiseerd. Het evenement startte in 1984 in Frankrijk. Het was van meet af aan een groot succes en het idee werd al snel opgepikt door andere Europese landen. Eigenaars werden aangespoord om hun gebouwen open te stellen voor het publiek en openbare besturen, partners uit de privésectoren en het verenigingsleven werden gestimuleerd om gezamenlijk actie te ondernemen. In 1989 sprong België als vijfde lidstaat eveneens mee op de kar. België behoort dan ook tot de pioniers van dit evenement. Op zondag 14 september 2014 waren we al aan de 26ste editie toe. Bij ons ligt het initiatief bij de Vlaamse overheid, de provincies, steden en gemeenten. Ze worden gesteund door meerdere commerciële partners. Ziehier alle diensten en organisaties die meewerken aan het welslagen van het jaarlijks evenement.
Voor deze editie plaatsten 165 steden en gemeenten hun monumenten, landschappen en archeologische sites in de schijnwerpers. De coördinatie en dagelijkse werking van Open Monumentendag Vlaanderen werden verzorgd door Herita vzw, een organisatie die iedereen met een hart voor erfgoed samenbrengt en ondersteunt. Ze willen jong en oud fan maken van erfgoed. Op 23 juli 2014 publiceerden de coalitiepartners N-VA, CD&V en Open VLD een regeerakkoord voor de nieuwe Vlaamse Regering (2014-2019). Voor het eerst krijgt onroerend erfgoed een apart hoofdstuk. Er is aandacht voor onder meer een resultaatgericht onroerend erfgoeddecreet, een klantgerichte Vlaamse administratie onroerend erfgoed, een grotere rol voor lokale besturen en herbestemming van monumenten. Ook Herita wordt expliciet vernoemd in het regeerakkoord. De nieuwe regering wil bekijken ‘welke initiatieven nodig zijn om Herita te doen uitgroeien tot dé onroerend erfgoedorganisatie in Vlaanderen en spreekt over de ‘uitbouw van Herita’. De rol van Herita voor de ontsluiting van erfgoed, voor het verbreden van het maatschappelijk draagvlak, het stimuleren en ondersteunen van het vrijwilligerswerk in de sector en de samenwerking in binnen- en buitenland krijgt bijzondere aandacht. Ook Open Monumentendag blijft een belangrijk instrument, met meer betrokkenheid van roerend, varend en immaterieel erfgoed.
Met welke bedoeling doen ze dat? (overgenomen officiële tekst) “Open Monumentendag sensibiliseert de bevolking en de overheid in Vlaanderen om collectief zorg te dragen voor het onroerend erfgoed en het roerend en immaterieel erfgoed dat er deel van uitmaakt. Zowel het bouwkundig, landschappelijk als archeologisch patrimonium maar ook varend, rijdend, rollend en vliegend erfgoed – kortweg mobiel erfgoed – maken deel uit van het programma”.
Hoe beantwoordde Middelkerke aan het thema? Honderd jaar na het begin van de eerste wereldoorlog, organiseren alle gemeenten bijzondere activiteiten die ons daaraan herinneren. Van de Middelkerkse deelgemeente Lombardsijde, net zoals van Westende trouwens, stond geen steen meer op de andere. De moeizame wederopbouw, waarvan vandaag toch nog veel sporen overblijven, loont dan ook de moeite om op de open monumentendag de volle aandacht te krijgen. Het thema luidde dus: ‘De Wederopbouw van Lombardsijde’. Het programma van de dag voorzag in een fototentoonstelling, een geleide wandeling langsheen merkwaardige in verschillende bouwstijlen wederopgebouwde gebouwen van de deelgemeente en een muzikaal optreden..
Fototentoonstelling In de eetzaal van de gemeenteschool van Lombardsijde werd ons vanaf 10u30 door de dienst ‘Erfgoed’ van de gemeente een tentoonstelling aangeboden die bestond uit een slideshow van een dertigtal mooie postkaarten en een drieluik met uitvergrote foto’s. Deze herinnerden aan de beloftevolle toeristische ontwikkeling van het dorp en vooral van een eventuele badplaats waaraan helaas door WO 1 een einde gesteld werd. Ook de ruines en de wederopbouw kregen de volle aandacht. Hoe verdienstelijk ook, maar het had wel wat meer mogen zijn.
Gegidste wandeling Omdat te grote groepen het nadeel hebben dat het aansluiten van de toehoorders te lang duurt, had men twee groepen voorzien. Om 14u30 nam Marc Constandt, de gids bij uitstek voor deze opdracht, de eerste groep, bestaande uit 50 personen, wat te veel is volgens mij, op sleeptouw. Een tweede groep onder de leiding van Wim Boydens, vertrok om 15 uur. Wim is een aangename gids met een grote kennis van erfgoed maar vooral van de natuur. Spijtig vond ik dus dat zijn groep maar uit acht personen bestond. Of vooraf inschrijven daaraan iets had kunnen veranderen, is me niet echt duidelijk! Maar goed, waarover kregen we uitleg? We startten op het verzamelpunt, de gemeenteschool zelf. De straat, nu de Schoolstraat, heette vroeger de Hoogstraat, omdat die leidde naar de hoogste punten van de gemeente. De gids startte zijn uitleg met een korte inleiding over de geschiedenis van Lombardsijde, de enige deelgemeente van Middelkerke, die ooit stadsrechten bezat en die ooit een haven had maar die constant overhoop lag met Nieuwpoort. Hij stelde zich terecht ook de vraag wat er van Lombardsijde zou geworden zijn, mocht de eerste wereldoorlog niet bruusk een einde gesteld hebben aan de plannen van de familie Crombez die van Lombardsijde-bad en Nieuwpoort-bad samen één grote badplaats wilde maken.
De gemeenteschool, een bakstenen gebouw in neo-Vlaamse renaissancestijl uit het begin van de jaren 1920 en ontworpen door architect A. De Vreese, bestaat uit de school zelf, waarvan de gevel links op de foto hieronder, uit de directeurswoning rechts en uit een haaks ingeplante klassenvleugel met daarlangs de speelkoer.
De bonte groep begaf zich daarna naar de Hoogstraat. Hier werd onze aandacht gevestigd op drie merkwaardige aan elkaar gebouwde bakstenen woningen uit 1920. Een dergelijke bouwwijze noemt men ‘eenheidsbebouwing in repeterend schema’. De stijl is ‘eclectisch’ omdat de architect ervoor gekozen heeft om diverse vormen, technieken, constructieprincipes, architectuurregels, verhoudingen, symbolen en sferen te laten samensmelten. Let op de voortuintjes, de gecementeerde plint, de banden en de borstweringen, de rechthoekige vensters met verzorgd houtwerk en de rondbogige deur.
We begaven ons daarna naar de Zeelaan, die oorspronkelijk tot aan de zee liep, de centrale as van Lombardsijde, aangelegd door de familie Crombez, die achtereenvolgende namen kreeg: Avenue de la Reine, Avenue Benoit en Zeelaan.
Hier maken we nader kennis, want we rijden er anders zomaar voorbij, met de villa ‘Rosette’, een alleenstaand modernistisch getint enkelhuis in gele baksteen uit 1935. Merkwaardig is de naam van de architect, op het gebouw af te lezen, namelijk ir Ph.Van Marcke, zowaar een Lombardsijdenaar, die nog andere huizen op zijn naam heeft staan o.a. in de Hovenierstraat nr 20 in Westende, in de Oude Nieuwpoortstraat nr 1 in Lombardsijde, in de Bamburgstraat nr 4 in Lombardsijde. Van Marcke zou later naar De Panne getrokken zijn waar hij verschillende ‘art deco’ gebouwen op zijn actief heeft.
En toen trok onze groep naar de Bassevillestraat, waar twee alleenstaande bakstenen gebouwen, de nummers 5 en 7, konden/kunnen bewonderd worden. Het linkse, heropgebouwd in 1920 valt speciaal op door de voorgevel met witte siertegels waarin blauwe banden op groene plint aangebracht zijn. Wie van een bouwstijl met Anglo-Normandische inslag houdt, zoals onze gids, vindt zijn gading in de rechtse villa, die in 1921 heropgebouwd werd.
Vóór WO1 telde Lombardsijde-dorp drie hotels, alle drie in de Lombardsijdelaan. Het eerste was ‘Hotel de l’Avenue’, zo genoemd omdat het uitzag op de ‘Avenue’. Dat werd na de wederopbouw in 1924 ‘Hotel de l’Yser’, gebouwd door de familie Hendrik Dewulf-Ramoudt.
Hieronder zien jullie twee paren foto’s: het eerste toont, links, hoe het hotel er uitzag na de wederopbouw en rechts na de uitbreiding in 1931. Op de postkaart staat dat Philibert Ramoudt de eigenaar was. Hij was gehuwd met Alida De Boodt.
In de officiële inventaris van het erfgoed staat bij het hotel ‘nadien Patisserie – L’Yser – Bakkerij'. Daarmee wordt de bakkerij ‘Kemel’ bedoeld. Ik heb natuurlijk herinneringen daaraan, ook aan de kleermaker Kemel, maar ik heb nergens een foto daarvan kunnen vinden.
Het tweede paar toont hoe het gebouw er vandaag uitziet. Het heet nu ‘Zeekameel’, een Verblijfscentrum, toegankelijk voor iedereen maar in het bijzonder voor scholen (zeeklassen, bezinningsdagen, vriendschapsdagen...), groepen (jeugdverenigingen, sportclubs, wielertoeristen en motoren, andersvaliden...).
Jullie zien dus dat het rechtse gedeelte van het gebouw door de jaren onveranderd gebleven is. Enkel de ingangsdeur van het hotel is er niet meer.
Verder naar Westende toe staat nog een mooi gebouw, vroeger een brouwerij, ‘L’Avenir’ genaamd, wat nog steeds af te lezen is op de gevel.
De brouwer, die de ouderen onder ons zeker gekend hebben, is Albert Vandekerckhove. Het gebouw is opgetrokken in baksteen in neogotische wederopbouwstijl, een ontwerp van architect Jules Gunst (Koksijde) uit 1922.
Het hotel ‘L’Yser’ en de brouwerij, beide in de Lombardsijdelaan, bevinden zich eigenlijk op het grondgebied van Westende. De gids verwonderde er zich over dat niemand uit het publiek daarover een opmerking maakte. Het is inderdaad zo dat dit stuk van de Lombardsijdelaan, tot aan de kerkhofmuur, ‘Klein Westende’ genoemd werd. Het is juist dat het leven van de bewoners daar wel bijna volledig afgestemd was op Lombardsijde, maar… Albert Vandekerckhove (° Alveringem 17.10.1899 + Oostende 15.11.1977) is meer dan 40 jaar (9.10.1932 tot aan de fusie met Middelkerke in 1977) gemeenteraadslid of schepen, zelfs 1e schepen geweest van … Westende en daarna van de fusiegemeente Westende-Lombardsijde, dus…
En dan trokken we naar het tweede van de nog bestaande gebouwen, ooit hotel, namelijk ‘A la Belle Vue’. Vóór 1914 was dat het hotel voor het ‘betere’ publiek.
Het gebouw bepaalt het beeld op de Dorpsplaats. Het werd in 1922 in eclectische stijl heropgebouwd naar een ontwerp van architect E. Van Massenhove.
Het eindpunt van de wandeling, het pronkstuk eigenlijk, was de kerk. De gids wees eerst even op de grote troeven van het gebouw, dat hij ‘mooi’ noemde, ‘mooier dan de kerk van Westende’. Binnen zijn er in eerste instantie het beeld van Onze-Lieve-Vrouw maar ook de glasramen naar een ontwerp van de Oostendse kunstenaar Cor Westerduin. Ze stellen de hoofddeugden en de mirakelen voor die aan Onze-Lieve-Vrouw van Lombardsijde toegeschreven worden.
Op het kerkhof, op de rand naar Westende toe, staat een steen met de beeltenis van Joe English en vier Keltische zerkjes, door hem ontworpen. Hij was een tekenaar en kunstschilder, weliswaar geboren in Brugge, maar van Ierse afkomst. De kunst van Joe English als frontsoldaat tijdens WO I is het best bekend wegens de symboolfunctie die hij kreeg in de Vlaamse Beweging. Hij stelde zijn kunstenaarstalenten enerzijds ten dienste van de intellectuelen achter de frontlinie, en anderzijds van de gewone frontsoldaten. Hij was toen een betwist figuur maar wordt nu alom als kunstenaar geëerd. Rond de kerk is er de rondgang met zeven geschilderde taferelen van 'O-L-V van de zeven smarten', samen ontworpen met de kerk. Vóór iedere afreis gingen de vissers de omgang.
Toen gaf Marc Constandt, het woord aan meester ‘Eddy‘ (Viaene). Dat is een kenner van Lombardsijde, die er een boek over schreef met als titel 'Lombardsijde: zeven eeuwen historiek'. Vooraleer binnen te gaan wees spreker op onderstaand bordje. Heet die kerk nu ‘O.L.V. Bezoeking’ of ‘Onze-Lieve-Vrouw Bezoek’? Natuurlijk het eerste, vind ik. In Vlaanderen zijn er namelijk 12 kerken met die naam. Waarom? Omdat‘bezoeking’ betekent: beproeving, kwelling, nood, onheil, ongeluk. Onze-Lieve-Vrouw van Lombardsijde was namelijk de toevlucht van de vissers die op IJsland vaarden die haar aanriepen om gespaard te blijven van rampen en gevaren op zee. De kerk was dus niet zo maar het onderwerp van een bezoek.
Ziehier de foto’s van al het mooie dat de kerk van Lombardsijde te bieden heeft.
Omdat ik ook nog wilde weten hoe de finale van het tennistornooi in Middelkerke verliep (voor mijn artikel van verleden week), heb ik de uitleg van meester ‘Eddy’ niet meegemaakt. De kerk en omgeving ken ik trouwens voldoende, want ik heb er ook een nog niet gepubliceerd artikel over geschreven.
Muzikaal optreden Van 15 tot 17 uur was er op de speelkoer van de gemeenteschool ook nog een optreden voorzien van de Joe Mullen band uit Oostende. Ook daar moest ik dus verstek geven. Ik weet echter dat het een goed ensemble is, want ik hoorde en zag ze aan het werk op de ‘Open Monumentendag 2012’ op 9 september 2012 in Middelkerke in de Sint-Theresiakapel, Jullie zien ze alvast hieronder de voorbereidingen treffen voor hun optreden.
Bronnen Huys M., Kerrinckx H. & Vanneste P. 2005: Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Middelkerke, Deelgemeenten Leffinge, Lombardsijde, Mannekesvere, Schore, Sint-Pieterskapelle, Slijpe, Westende en Wilskerke, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen https://inventaris.onroerenderfgoed.be/dibe/geheel/21825
Middelkerke: Epernayplein wordt voor even tennisterrein. Kan het nog gekker?
Als er in Middelkerke iets geks gebeurt, dan schrijf ik daar natuurlijk over. Is het dan misschien zo gek een nieuw tennisplein aan te leggen? Het moest namelijk dienen voor de Rising Stars Tennis Tour tussen 6 en 14 september 2014. Laat ons dan maar eens onderzoeken wat daar allemaal mee samenhangt om beter te kunnen oordelen.
Algemeen over tennis De tennissport heeft in de voorbije jaren een enorm hoge vlucht genomen. Vooral in de tijd van Kim Clijsters en Justine Henin, werd elke opslag en elke lob en elke terugslag of misser door een camera geregistreerd en op onze nationale zenders breed uitgesmeerd. Dat heeft er enorm toe bijgedragen dat tennis, vroeger een elitaire sport, nu min of meer een populaire sport geworden is, niettegenstaande het Engels er de voertaal is. Iedereen wil er een steentje toe bijdragen of er een graantje van meepikken. Door de talloze TV – uitzendingen zijn veel sponsors er fel in geïnteresseerd.
De Vlaamse tennisfederatie Tennis Vlaanderen werd op 30 juni 1979 onder de naam VTV opgericht nadat op 3 februari in datzelfde jaar in de schoot van de Koninklijke Belgische Tennisbond werd beslist om over te gaan tot de oprichting van een Nederlandstalige en een Franstalige vleugel (AFT). Op 29 maart 2014 kreeg VTV haar huidige naam: Tennis Vlaanderen.
Welke tornooien (of toernooien) worden er allemaal gespeeld? Er is een internationale tornooimolen op gang gekomen die niet meer te stoppen is. Het ligt niet in mijn bedoeling hier alle tornooien op te sommen. Dat zou trouwens onbegonnen werk zijn want er zijn er oneindig veel en er komen er nog steeds bij. Er zijn vooreerst internationale tornooien. De belangrijkste, die jullie natuurlijk ook wel kennen, zijn de US Open, de Australian Open, Roland Garros en Wimbledon. Deze vier samen worden ‘Grandslam’ genoemd. De ‘ATP World Tour Finals’ is een tornooi voor mannen aan het eind van het seizoen. Alleen de acht beste tennissers uit het enkelspel en teams uit het dubbelspel van het betreffende seizoen mogen deelnemen. Het tornooi staat dan ook bekend als het officieuze wereldkampioenschap van het tennis. Qua prestige komen na de Grandslam de ATP World Tour Masters 1000, een serie van negen toernooien die sinds 1990 worden georganiseerd door de ATP. De ‘1000’ slaat op het aantal rankingpunten dat de winnaar verdient. De tornooien worden gespeeld in Indian Wells, Miami, Monte Carlo, Madrid, Rome, Montral/Toronto, Cincinnati, Shangaï en Parijs. De ATP organiseert jaarlijks ook nog World Tour 250 en World Tour 500 tornooien. Daarnaast worden tornooien van een ‘lager’ niveau ingericht, namelijk ‘Challenger’ en Futures – tornooien (=laagste).
Welk prijzengeld is er aan de verschillende tornooien verbonden? Het prijzengeld voor hoog gequoteerde internationale tornooien is fabuleus hoog. Roger Federer, de beste speler ooit, heeft in zijn loopbaan reeds meer dan 75 miljoen dollar aan prijzengeld opgestreken. Tel daarbij zijn verdiensten uit reclame, sponsoring en demonstratiewedstrijden en je komt aan ‘aardige’ (lees: ongehoorde) bedragen. Om een idee te geven: de winnaar krijgt tussen minimum 1.650.000 dollar (Roland Garros) en maximum 3.000.000 dollar (US Open). Ook de ‘verliezers’ worden nog ruim vergoed: 1e ronde (24.000 – 35.754), 2e ronde (42.000 – 60.420) en zo telkens bijna verdubbeld voor elke ronde verder. De prijzen voor de ‘Masters’ zijn ook niet te versmaden. Ze bedragen van 1.750.000 dollar voor de winnaar tot 130.000 dollar. ‘Challenger - tornooien’ zijn begiftigd met prijzen tussen 35.000 en 150.000 dollar en ‘gewone’ of ‘Futures’ tornooien met prijzengelden van 10.000 tot 25.000 dollar. De ‘Rising Stars Tour’ zijn dus met 10.000 $ of 15.000 $ + H (eten en logement door organisatie?) ‘Futures’. (15.000 $ = ca 11.500 euro). Ik weet niet wat die ‘H’ of Hospitality juist inhoudt. De prijzengelden voor mannen en vrouwen zijn dezelfde. Sommige vrouwen zijn wel aantrekkelijker maar hun tennisspel is dat toch minder. Ze moeten meestal ook minder sets spelen. De discussie daarover is nu wel afgerond.
Waaruit bestaat de ATP – ranking? (WTA bij de vrouwen) Om te bepalen wie de beste tennisspelers (-speelsters) ter wereld zijn, stelt men rangschikkingen op die tevens de leidraad zijn om diegene aan te duiden die aan de internationale tornooien mogen deelnemen. De ‘ATP Rankings’ geeft de prestaties van mannelijke tennisspelers over de laatste 52 weken weer. In de tornooien kan een speler een aantal punten winnen, in functie van de belangrijkheid van het tornooi en van de bereikte ronde. Elke maandag wordt de lijst bijgewerkt. De speler die bovenaan de ranglijst staat is de World Number 1. Dat is op dit ogenblik Novak Djokovic, gevolgd door Roger Federer en Rafaël Nadal.
Hoe wordt men prof-tennisser? Wie wil meedoen aan internationale tornooien, moet eerst een nationale ranking hebben. Hiervoor moet men aansluiten bij een tennisvereniging en via deze vereniging kan men zich inschrijven voor tornooien. Als je hier goed in presteert, krijg je punten voor de nationale ranking en mag je meedoen aan de laagste internationale tornooien, waarin punten te verdienen zijn voor de ATP-ranglijst. Als je hier genoeg punten scoort, kan je meedoen aan de challenger - tornooien, waar weer meer punten te verdienen zijn voor de ranglijst. Hierna kun je meedoen met prestigieuze ATP-tornooien en grand slamtornooien. Professioneel tennis begint bij ITF Future of ITF Satellite tornooien. Sommige van die tornooien hebben geen open kwalificatie, hier word je alleen toegelaten op basis van je ATP of WTA ranking. Een plek bij de beste vijftig van de wereld garandeert in de praktijk wel zo’n beetje toegang tot alle tornooien. Anders is er altijd nog de mogelijkheid om eerst kwalificatiewedstrijden te spelen.
Kan een goede speler met tennissen zijn brood verdienen? Daar kan alleen bevestigend op geantwoord worden. Hij of zij verdienen meer dan een aardige stuiver. Maar, niet iedereen schopt het tot vooraanstaand internationaal speler en veel spelers die niet tot de top 100 behoren moeten het stellen met veel minder, vaak ontoereikend om van tennissen hun beroep te maken. Daarom gaan steeds meer stemmen op voor een andere (of betere?) verdeling van het prijzengeld, dus de toptennissers (winnaars en finalisten) zouden moeten inleveren ten voordele van de andere deelnemers. Of ze dat willen/zullen doen? Natuurlijk moeten de spelers belastingen betalen op hun winsten (ca 30%), voor hun transport moeten ze zelf opdraaien (3.500 euro naar Australië!) en diegene die goed genoeg zijn om er een coach op na te houden, moeten die ook betalen (50 à 70.000 euro per jaar + reis + maaltijden). Een speler krijgt wel een dagelijks krediet voor het eten maar dat zou zelfs niet volstaan voor het avondmaal. Dat is wel verschillend van tornooi tot tornooi en van speler tot speler. Sommige hebben persoonlijke sponsors of worden financieel gesteund door hun club of door hun federatie. Olivier Rochus, één van de betere Belgische spelers Rochus verheelt niet dat sommigen andere bronnen van inkomsten zoeken om de eindjes aan elkaar te knopen. ‘Als je in het rood zit en je krijgt een telefoontje om iets te regelen voor 5.000 of 10.000 euro...’
Hoe zien de tennis-organisatie en de infrastructuur in Middelkerke er uit? Er zijn (of moet ik zeggen 'waren') twee clubs: de Westend TC Lacodam vzw met zetel in de Duinenweg 435 en de TC Middelkerke, met zetel in de Parijsstraat 17. TC Lacodam ontstond in Westende, maar is nu met hetzelfde nummer een entiteit van TC Middelkerke want de terreinen zijn petanquebanen geworden en de club had geen reden tot bestaan meer. In de Duinenweg 435 in Middelkerke zijn er 5 courts indoors (in de ballon) en 3 courts in open lucht. (volgens de websites, maar ik heb er toch 5 gezien?). In de Priorijlaan in Westende zijn er zes terreinen in open lucht met 2.500 zitplaatsen voor toeschouwers. De grote man van het tennisgebeuren in onze gemeente is N-VA gemeenteraadslid Danny Van Den Broucke. Hij wordt de ‘tennisgoeroe’ genoemd en ook ‘een vakman die moet genomen worden zoals hij is’.
De wedstrijden van de ‘Rising Stars Tour’ Het circuit omvat volgende acht tornooien voor heren, die aan onze kust, inclusief Damme (??), georganiseerd worden:
Het tornooi is aan zijn vierde editie toe, maar Middelkerke en De Panne maken er voor de eerste maal deel van uit.
Hoofdsponsor is BNP Paribas. Ik stelde ter plaatse ook vast dat er ook nog twee lokale sponsors zijn: het aannemersbedrijf Norré – Behaeghel en ‘Middelpunt’.
Alles in het Engels ‘RISING STARS’ verwijst naar jonge Belgische tennistalenten of rijzende sterren van bij ons. ‘TOUR’ verwijst naar de verschillende deelnemende clubs waar de wedstrijden zullen plaatsvinden. Andere klassieke en waarschijnlijk gekende woorden uit de tennisterminologie: point, game, set en match; smash, ace, forehand, backhand, volley, return en lob; first en second service, out, fifteen – thirty, fourty, advantage, tiebreak, fault, break, love (nul punten), deuce; X leads by three games to two, ...
Doelstellingen Rising Stars Tennis Tour
De organisatie wil een springplank aanbieden aan jonge Belgisch tennistalenten om hun de kans te bieden om zich ten volle te laten ontwikkelen. Dat is lovenswaardig! Alleen stelt zich de vraag hoe ver die ontwikkeling kan reiken. Wie is een tennistalent? Volgens mijn begrippen is een tennistalent in principe heel jong. Spelers van in de twintig kan je bezwaarlijk nog als echte talenten beschouwen, zelfs al kunnen het wel goede spelers zijn. Ziehier de jonge spelers die geselecteerd werden voor de ‘Rising Stars Tour’. Achter hun geboortedatum vinden jullie hun plaats op de ATP ranking (in het enkelspel) en het aantal behaalde punten op 8 september 2014.
Er werden ‘grote namen’ aangekondigd voor het tornooi in Middelkerke. Buiten Desein (ATP 208 en de best gerangschikte van het hele deelnemersveld) waren er geen gevestigde Belgische spelers, maar die zijn ook de leeftijd van talent al voorbij (Rochus, Darcis, Bemelmans) en Goffin is al te groot voor Middelkerke. Wel aanwezig waren De Loore, Cagnina, Geerts, Geens, Merckx en Storme, waarvan vooral de eerste twee tot de betere jonge spelers in België behoren. De concurrentie is natuurlijk ‘moordend’: Daviscup met onder andere België – Oekraïne (12-14.9) met Bemelmans, Goffin en Rochus en 16 tornooien overal in de wereld, waaronder verschillende ‘challenger’ tornooien met Belgen op de deelnemerslijst en uiteraard met hogere prijzengelden: Banja Luka, Sevilla, Mulhouse, Carthage, Bietta, …
Meldenswaardig vind ik toch wel dat Coppejans, terwijl het Middelkerks tornooi aan de gang is, in Banja Luka (Bosnië-Herzegowina) deelneemt aan een 64.000 $ (+H). Hij nam trouwens in 2014 enkel deel aan het tornooi van Oostende (26.7 – 2.8). Maar ja, als je zoals hij kunt deelnemen aan de Open US, aan Roland Garros en aan de Australian Open of aan tornooien in Brazilië of Polen of Nederland, waar je veel meer kan verdienen! (vb 11.000 $ in Parijs)! Cagnina nam enkel deel aan het tornooi van Duinbergen en Middelkerke en De Loore enkel aan die van Damme en Middelkerke. Die zullen dus geen steun meer nodig hebben van de ‘Rising Stars Tour’, zeker? Als ik lees dat jonge, zogeheten ‘talenten’ overal in de wereld tornooien spelen, dan vraag ik mij af wat de bijkomende financiële steun van de ‘Rising Stars Tour’ nog voor hen betekent.
Op 22.5.2014 verklaarde Justine Henin, misschien wel onze beste Belgische tennisspeelster ooit, dat het de jonge tennistalenten aan de nodige inzet ontbreekt. Ze vroeg zich af of ze zich nog wel pijn willen doen en uit de comfortzone willen gaan. Ze vindt dat als je uitzonderlijke dingen wil doen, nu eenmaal moet lijden en de moeilijkheden onder ogen zien: 'Ik weet dat ik hiermee niet veel vrienden ga maken maar is dat niet juist het probleem in België? Het is hier allemaal zo sympathiek, we hebben een goed leven. We mikken ook heel hard op een mooie tennistechniek, ik denk zelfs dat we daarin wereldkampioen zijn. Maar waar zijn de superatleten? En wat met de mentaliteit, de spirit? Kan daar niet meer aan gewerkt worden?'
Hierdoor drukken we de zware onkosten van de spelers, trainers, ouders en federaties die de ontwikkeling van een professional met zich meebrengt. Maar wat verdient een talent in zo’n Rising Stars Tornooi? Als hij wint, wat toch eerder een zeldzaamheid is, want er doen soms ook oudere reeds half gevestigde waarden mee (Olivier Rochus, Steve Darcis, …) en buitenlandse spelers. In Damme won Joris De Loore, in Duinbergen was dat Julien Cagnina en daarmee is de kous af. De andere geraakten meestal niet verder dan de eerste of 2de ronde en uitzonderlijk eens een kwartfinale (Vanneste in Damme, Merckx in De Haan en Geens in Duinbergen) en eens een halve finale: Merckx in Duinbergen en De Loore in Middelkerke. Cagnina speelde de finale in Middelkerke. Er worden ook dubbels gespeeld in de tornooien. Dit waren de resultaten van onze talenten: Merckx 2x 1e ronde en 1 x halve finale en 1x finale samen met Geerts, Cagnina won 1x, en Storme kwam 2x in de finale, 1 x in de halve finale en werd 1x uitgeschakeld in de 1e ronde. De vraag stelt zich dus of hun financiële verdiensten in die RST tornooien wel degelijk de zware onkosten van hun ontwikkeling kunnen helpen drukken. De verdeling van het prijzengeld verschilt van tornooi tot tornooi. Voor de Rising Stars Tour vond ik volgende bedragen. De punten verschillen naargelang de belangrijkheid van het tornooi.
Verdeling prijzengeld
Punten
10.000 $
15.000 $ + H *
10.000 $
15.000 $ + H
Enkel
Dubbel
Enkel
Dubbel
Enkel
Dubbel
Enkel
Dubbel *
1e ronde
104
36
156
54
0
0
0
0
2e ronde
172
-
258
-
1
-
1
-
¼ f
292
64
438
96
2
0
4
0
½ f
502
108
753
162
6
6
10
?
finale
848
180
1.272
270
10
10
20
?
winnaar
1.440
310
2.160
465
18
18
35
?
* Misschien zijn het wel de gegevens voor een 15.000 $ tornooi; ik heb die voor een 15.000 $ + H nergens gevonden
Hieronder volgt de lijst met de verdiensten, punten en geld,van onze talenten in de Rising Stars Tour 2014, Middelkerke inbegrepen:
Geldgewin in dollars
Winst aan ATP punten
Enkel
Dubbel
Totaal
Enkel
Dubbel
247
Coppejans Kimmer
172
-
172
1
-
339
Cagnina Julien
2.288
310
2.598
28
18
425
De Loore Joris
1.942
-
1.942
28
-
686
Merckx Jonas
1.638
424
2.062
12
16
1068
Vanneste Jeroen
672
-
672
3
-
1088
Geerts Michaël
1.172
504
1.676
5
26
1289
Storme James Jr
1.000
504
1.504
4
26
1436
Geens Clement
688
-
688
4
-
Door de ‘Rising Stars Tour’ zou het behalen van de eerste ATP punten meer realiseerbaar worden. De punten zijn altijd meegenomen maar dat alleen brengt ze (nog) niet in de grote tornooien!! Maar… je weet maar nooit!
Waarom een nieuw terrein aanleggen? Wat is er voor nodig? Op een beschermend tapijt werd een ondergrond van 40 ton aarde, zand en keien aangebracht en daarop kwam een toplaag van 35 ton gravel. En zo ontstond een officieel tennisterrein van 36,88 op 18,9 meter op het Epernayplein in Middelkerke, vlak voor het Casino. Rondom het terrein werden tribunes aangebracht voor 1.700 toeschouwers. Ziehier een maquette van het terrein en daarnaast een foto van hoe het er echt uitzag:
De argumenten voor deze locatiekeuze zouden volgens de voorzitter van vzw Tennis Middelkerke Danny Van Den Broucke zijn: "Het gaat niet enkel om sport en educatie, maar ook om toerisme. Door het tornooi hier te organiseren en niet op een bestaande tennislocatie in Middelkerke of Westende, willen we de mensen naar een centrale plek in de badplaats brengen. Dit evenement past bij de spreiding van het zomerseizoen." Op de locatie in de Duinenweg 435, is het gewoon onmogelijk zoiets te organiseren. Waarom moet Middelkerke nu perse twee tornooien inrichten? Ligt de Priorijlaan in Westende dan niet in het centrum? Wordt in Westende dan niet aan toerisme gedaan?
En mijn klassieke vraag: Hoeveel gaat dat weer kosten? Het kostenplaatje voor dit 15.000 dollar – tornooi bedraagt 85.000 euro. De organisatoren rekenen op een aantal sponsors. Ook de gemeente Middelkerke verleent haar medewerking aan het evenement. De belastingbetaler moet dus weer mee opdraaien. Als zoethoudertje krijgen de scholen de gelegenheid om met de kinderen naar het terrein te komen en om hen tennislessen te laten volgen Natuurlijk moet Middelkerke niet achterblijven bij de andere badplaatsen, wat Bredene en Nieuwpoort wel doen (Koksijde heeft eigen tornooien), maar als een club groots wil uitpakken met twee tornooien en er geen geschikt terrein voor beschikbaar is in Middelkerke, vind ik dat die club en de sponsors zelf moeten opdraaien voor de kosten. Roeien met de riemen die men heeft, noemt men dat! Sponsorgelden, die betaalt de belastingbetaler weliswaar ook gedeeltelijk, maar de gemeente moet redelijk blijven en mag niet meedoen aan dergelijke hoogheidwaanzin. Waarom is de de toegang tot alle wedstrijden, inclusief de finale, helemaal gratis? Waarom zouden de geestdriftige tennisfans er, bijvoorbeeld, geen 5 euro voor over hebben om hun geliefkoosde toekomstige kampioenen aan het werk te zien? Voor voetbal en voor de ‘Noordzeecross’ moet je toch ook ingangsgeld betalen? Of heeft men te veel schrik dat er minder toeschouwers zullen verschijnen?
Mijn bezoeken aan het tornooi Op de openingsdag 6.9.2014 bracht ik om 14 uur een bezoek aan ‘centre court’ in Middelkerke. Daar was een wedstrijd bezig van de eerste ronde tussen De Weerdt en Kevelaerts. Twee sets waren reeds gespeeld, maar blijkbaar moesten toen eerst wat oneffenheden in het terrein weggewerkt worden. Werklieden van dienst waren de tornooidirecteur Danny Van Den Broucke en de scheidsrechter van de aan de gang zijnde wedstrijd. Ik stelde vast dat er 70 toeschouwers waren. Het was al heel lang geleden dat ik nog een wedstrijd op dat niveau gezien had en ik besefte maar al te goed hoe verwend wij worden door de TV uitzendingen, met lijnscheidsrechters en ballenjongens die het spel vlotter en correcter laten verlopen. De spelers doen hun best maar de spelkwaliteit is natuurlijk niet te vergelijken met wat wij op de televisie te zien krijgen. Toen de match afgelopen was om 14u35, telde ik 95 toeschouwers. Het ging natuurlijk nog maar om de eerste ronde.
Mijn volgende bezoek was op zondag 7.9 om 19u30 kwestie van eens de toestand te registreren op totaal verschillende tijdstippen. Er werd een match van de kwartfinales gespeeld en er zaten of stonden 40 personen te kijken.
Volgens vrienden zouden er in de namiddag van 8 september 400 à 500 toeschouwers geweest zijn bij de match van De Loore. Dat is toch al iets beter.
Op 9.9 om 11 uur was ik er weer. Nog steeds een wedstrijd van de eerste ronde (Merckx – Netuschil). Het niveau was beter dan wat ik totnogtoe al gezien had. Er zaten 40 kijkers op de tribunes en 25 zaten iets te drinken in het cafeetje.
Ook op zaterdag 13.9 in de namiddag om 15 uur ben ik de temperatuur eens gaan meten. De aan de gang zijnde wedstrijd was er één van de halve finales tussen Julien Cagnina en de Oostenrijker Michaël Linzer. Er waren bij mijn aankomst in totaal 380 toeschouwers, verdeeld als volgt: (op één na) 70 in café, 230 op de drie tribunes aan de zonnekant en 80 op de drie schaduwtribunes. Het spel was van een zeer voortreffelijk niveau, uiteraard steeds beter naargelang het tornooi vordert.
Op zondag 14 september was er om 15 uur de finale tussen twee Franstaligen (Cagnina en Guigounon, voorafgegaan door een demonstratiewedstrijd rolstoeltennis. Die heb ik helaas moeten missen omdat ook de open monumentendag op mijn programma stond.
De finale heb ik volledig meegemaakt. Het spelniveau was uitstekend. De tribunes waren goed gevuld: in het zonnetje voor 90% en in de schaduw voor 60%. De stoelen tegen de reling aan een toegang blijven veelal onbezet omdat het er geweldig tocht.
Er waren nu ook ballenrapers, jongens en meisjes en één lijnrechter. Het publiek gaat op en af en ik vroeg me af of dat allemaal wel tennisliefhebbers zijn. Sommige gaven me de indruk alleen maar wat in het zonnetje te komen zitten. Moeten sommige nu absoluut iets te drinken halen? Dat over en weergeloop is wel storend, zeker voor diegene die op de hoek van een rij zitten. De beker- en geschenkenuitdeling moest niet onderdoen voor die van een groot tornooi. De Middelkerkse top van de politiek was bijna voltallig aanwezig, speeches bleven elkaar maar opvolgen. De burgemeester wenste de toeschouwers die nog overbleven, "Tot volgend jaar!' Het geld is dus nog niet op. Na de prijsuitreiking werd het RSTT-tornooi afgesloten met een afterparty, die ik niet bijwoonde (... om kosten te sparen ... grapje!).
Is dat publiciteit voor Middelkerke? Profiteert de horeca ervan? Ik heb vruchteloos gezocht in de sportkrant van ‘Het Nieuwsblad’ en in ‘Het Laatste Nieuws’. Geen spoor of uitslagen daarvan te bekennen! Het tornooi wordt zelfs niet vermeld in de kalender van de sportactiviteiten van de dag. Zoals altijd bij een sportevenement in Middelkerke, vraag ik mij ook nu weer af wat dit betekent voor de horeca, als verlenging van het seizoen. Niet veel, vrees ik!.
Besluit De organisatie heeft al bij al geluk gehad met het weer. Wandelaars - voorbijgangers kijken wel eens en vervolgen dan hun weg. Ik vind dat de opgesomde doelstellingen van dit tornooi bij het haar getrokken zijn, behalve dan de bewering dat jonge tennissers hier wat punten kunnen verdienen voor de ATP ranking. De argumenten voor de locatiekeuze in Middelkerke vind ik absurd. Er waren misschien wel enkele mooie wedstrijden te zien, maar … de gemeente mag dat niet langer ondersteunen: één zo’n tornooi per zomer volstaat en aangezien de infrastructuur daarvoor voorhanden is in Westende, moet het dan maar in Westende. Tot spijt van wie het benijdt!!! En aan het gemeentebestuur: wees nu toch eens verstandig!
De Crombez’, in Nieuwpoort, Lombardsijde en Westende (in die volgorde) veelbesproken rijke grootgrondbezitters en ook mecenassen
Daar kan geen ogenblik aan getwijfeld worden: de ouderen onder jullie hebben zeker ooit wel over de familie ‘Crombez’ horen spreken? In verband met Nieuwpoort, Lombardsijde of Westende, bedoel ik. Ik heb ook al één en ander in verband met die familie aangehaald in één van mijn artikels, maar nu wil ik het even wat grondiger doen.
Stamboom van de Crombez’ die ons in het kader van mijn artikel interesseren Ik heb niet kunnen terugvinden hoe Benoit Crombez zijn fortuin vergaarde en wat hem ertoe bracht duinen aan de Belgische kust aan te kopen. Alle hieronder vermelde Crombez’ speelden een rol in de liberale beweging. Opdat jullie een beter inzicht krijgen in welke Crombez wat deed, volgt hier een deel van hun stamboom.
Benoît, Georges, Alexis CROMBEZ was de zoon van Jacques-Antoine en van Henriette-J. Jacquelart. Hij werd geboren in Leuze op 17 juli 1785 en overleed in Tournai/Doornik op 13 januari 1854. Hij verwierf op 31 mei 1826 de adelstitel en verscheen op de derde officiële lijst van de edelen. Hij kocht op 30 juli 1830 542 ha 85 a 10 ca gronden in Nieuwpoort-bad (+ Groenendijk) voor de som van 122.850 fr. In 1839 kocht hij het duinengebied van Lombardsijde, op de rechteroever van de IJzer. Hij huwde, in Tournai, voor de tweede maal, op 18 september 1811, met Henriette-Frse-Je Lefebvre, geboren in Tournai op 31 januari 1790 en er overleden op 5 februari 1873.
Zijn zoon van Henriette Lefebvre, Benjamin CROMBEZ, werd geboren in Tournai op 14 maart 1832 en overleed in Brussel (of in Nieuwpoort volgens een tweede bron) op 23 augustus 1902. Hij was baron. Hij kreeg bij erfenisakte, verleden op 2 juni 1862 bij notaris Simon te Tournai, onder andere de gronden in Nieuwpoort-Bad in naakte eigendom (maar genoot dus niet van het vruchtgebruik), namelijk 553 ha 93 a 26 ca. Zijn moeder, weduwe van Benoit Crombez, had het vruchtgebruik krachtens het huwelijk van 16 september 1811. Op 21 juli 1864 werd Nieuwpoort-bad officiëel gesticht, als vierde badplaats langs de Belgische kust. Het lag op dat ogenblik nog op het grondgebied van de gemeente Oostduinkerke. In de eerste fase stond de ontwikkeling van het gebied onder leiding van Benjamin Crombez, de eigenaar van alle gronden tussen Nieuwpoort-stad en de zee. Baron Crombez wou een ‘aristocratische’ badplaats met luxueuze hotels en villa’s creëren. Belangrijk voor de toeristische ontsluiting was de aanleg van de drie kilometer lange verbindingsweg tussen de stad Nieuwpoort en de zee in 1865. Tijdens de zomermaanden verbond een directe spoorverbinding Nieuwpoort-bad met Brussel. Met het doel mensen van alle geloofsbelijdenissen naar zijn kustplaats te lokken, bouwde Benjamin Crombez in 1877 een neo-romaans kerkgebouw zonder toren. De katholieken weigerden echter er gebruik van te maken en woonden de mis bij in de salon-suite van een villa. De mis werd opgedragen door de principaal van het college te Nieuwpoort. Inmiddels bleef de kerk jarenlang een bergplaats voor kruiwagens en materiaal. Na de dood van Benjamin verkocht zijn neef Henri Crombez in 1907 de kerk aan monseigneur Waffelaert, bisschop van Brugge.
In de periode 1889-1896 is er in de akten van de burgerlijke stand in Lombardsijde sprake van ‘waarnemende burgemeesters’, maar eigenlijk was Benjamin Crombez de burgemeester. Hij nam op het einde van de 19de eeuw het initiatief tot de ontwikkeling van een badplaats in Lombardsijde. Het gemeentebestuur trok zich daar niet veel van aan omdat Crombez toch de eigenaar was van alle terreinen. Tussen het dorp en het zogenaamde "Lombartzyde-Bains" werd de ‘Avenue Benoit’ (huidige Zeelaan) aangelegd. Bemerk de spoorlijn links, waarmee met wagonnetjes zand afgevoerd werd uit de duinen van Crombez.
Crombez was ook van plan Nieuwpoort-bad en Lombardsijde – bad met elkaar te verbinden via een brug om er aldus één grote badplaats van te maken. Na de Eerste Wereldoorlog is hij niet meer teruggekeerd naar onze verwoeste gewesten. Benjamin had geen erfgenamen en werd daarom opgevolgd door de zoon van zijn broer François, Henri.
Henri-Louis-Benjamin-Ghislain CROMBEZ werd in Brussel geboren op 27 april 1856. Hij was landbouwer en eigenaar van beroep. Hij werd parlementslid en senator en schepen en burgemeester van Taintignies waar hij overleed op 23 januari 1941. Hij stelde in 1887 een schoolgebouw te Nieuwpoort ter beschikking van de stad Brussel en schonk in 1900 een villa in Westende-Lombardsijde aan de stad Brussel. Henri Crombez werd in 1902 erfgenaam van de eigendommen van zijn oom Benjamin Crombez. Hij sloot een overeenkomst met de maatschappij van Buurtspoorwegen betreffende de aanleg van de stoomtramlijn van Nieuwpoort -stad naar -bad, later doorgetrokken naar Oostduinkerke.
Henri Benjamin CROMBEZ Jr (Lombardsijde 16 mei 1893 – Brussel 28 januari 1960), volgde zijn vader op. Hij was één van de eerste piloten van ons land. Voor de promotie voor de Wereldtentoonstelling in Gent vloog hij op een dagelijkse basis van 1 mei tot 25 augustus 1913 met een ‘Deperdussin’ ééndekker (zie foto’s) tussen Gent en verschillende Belgische steden de eerste half officiële luchtpostdienst. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was hij hulpluitenant-vlieger .
Hij was één van de piloten van koning Albert I tijdens WOI en voerde in die hoedanigheid verkenningsvluchten uit langs het IJzerfront. Hij verliet de luchtmacht in 1932. Hij ontving verschillende belangrijke onderscheidingen met volgende motivaties.
Ridder in de Leopoldsorde op 11 augustus 1915. “Heeft met durf talrijke verkenningen uitgevoerd. Heeft blijk gegeven van permanente dapperheid bij het uitvoeren van jachtvluchten.”
Oorlogskruis met palm op 5 maart 1916 Vermelding op het korpsorder van 27 april 1916 “Eersterangspiloot die zich sinds het begin van de oorlog voortdurend doet opmerken door zijn moed, doorzettingsvermogen en professionele kennis. Heeft gedurende vele uren verkenningen uitgevoerd boven de vijandelijke linies – waaronder meerdere ver in het achtergebied van de vijand – alsook vele moeilijke en belangrijke opdrachten van luchtfotografie” in 1918.
Frans Oorlogskruis met palm op 14 november 1918 “Zeer moedig piloot. Heeft op 14 oktober 1918, terugkerend van een liaisonvlucht naar de Franse infanterie, een vijandelijk jachtvliegtuig, dat één van onze ballons kwam afschieten, neergehaald.”
Vermelding op het dagorder van het Leger op 19 januari 1919 “Elitepiloot die zich gedurende de gehele oorlog ingezet heeft met veel moed en toewijding. Heeft op 14 oktober 1918, tijdens een opdracht van luchtfotografie, dank zij zijn professionele eigenschappen en zijn koelbloedigheid, een vijandelijk vliegtuig neergeschoten.”
Decoratie ‘De Witte Arend’ van Servië 3de klas met zwaarden op 30 januari 1919. “Buitengewoon officier-piloot, bescheiden en dapper, met een bewonderenswaardige vliegkennis. Heeft talrijke zendingen op volmaakte wijze uitgevoerd.”
De toestand rond het jaar 1860 De topografische kaart van rond 1860 toont nog een slikken- en schorrengebied langs de rechteroever van de IJzer. Het sloot aan op het duingebied, waarin al een paar gebouwtjes opgetrokken waren. Zo was er een ‘aubette de la douane’ een soort strandcabine of hokje dat diende voor de bescherming van de douaniers die langs de kuststrook opgesteld stonden om de bewegingen van personen en goederen in de gaten te houden. Ook de ‘pavillon de chasse’ of ‘jachtpaviljoen', van de familie Crombez stond er toen al. Die werd ook wel de ‘villa Crombez’ genoemd wat verwarring kan scheppen met de later opgerichte schoolkolonie, die ook een tijdje de naam ‘home Crombez’ droeg.
Rond de jaarwisseling Rond de jaarwisseling 1899-1900 werd een begin gemaakt met de ontsluiting van het duinengebied. Er werd doorheen de duinengordel een weg aangelegd in blauwe kasseien, de voorloper van de ‘blauwe baan’ die nu het militair domein doorkruist. Deze sloot aan op de openbare overzetdienst (veer), die opgericht werd bij koninklijk bestuit van 11 oktober 1898 en moest de verbinding verzekeren tussen Nieuwpoort-bad en Lombardsijde-dorp. Met de overzet kon men tegen betaling (5 centiemen tot 25 kg vracht en verder 5 centiemen per 25 kg) op een gemakkelijke manier van de linker- naar de rechteroever. Het was ook een attractie voor de toeristen. De toen nog bestaande strandvlakte langsheen de rechteroever werd overbrugd door middel van een houten loopbrug (‘een passerelle’), een soort wandeldijk die liep tot aan de tramterminus van Lombardsijde. In het duingebied werd tevens een ‘station de sauvetage’ of ‘secours maritime’ gebouwd om vissersboten in nood te redden. Ook de vuurtoren zou uit die tijd stammen, althans volgens een kaart uit 1905.
Rond die tijd werd ook de eerste villa gebouwd in de duinen, namelijk deze van de Brusselse brouwer Alfred Madoux, aandeelhouder van het dagblad ‘Le Soir’, eigenaar van de krant ‘L’Etoile belge’ zoals Crombez afkomstig uit het Doornikse. Crombez verkocht geen grond uit winstbejag, maar aan vrienden uit de vrijzinnige bourgeoisie. De oorlog en de ontbrekende dijkbescherming, deden de villa ‘Madoux’ letterlijk in zee verdwijnen.
Een golfterrein Omstreeks 1908 werden plannen gemaakt door de familie Crombez om de attracties van Nieuwpoort-bad uit te breiden met een golfterrein, toen een extra troef tegenover de badplaatsen met een casino. De keuze viel op het grondgebied Lombardsijde, gelegen op de rechteroever van de IJzer, bij de villa Crombez. Baron Benjamin Crombez liet een golf met 18 holes aanleggen in het huidig kwartier Lombardsijde en wel ten zuiden van de Blauwe Kalsijde (“Kassie”), die hun villa gelegen aan de Zeelaan verbond met de havengeul. Deze villa werd dan ook gebruikt als clubhuis. Na het in gebruik nemen van het golfterrein kwam het veerbootje heel goed van pas. Het meerde aan nabij het oosterstaketsel.
De plannen voor het nieuwe golfterrein werden getekend door de Britse kolonel H.C. Vetch, naar Engelse traditie. Vruchtbare grond werd aangevoerd op het schorre- en slikkegebied met een tijdelijk Deauville-spoorlijntje. De werken werden uitgevoerd door Engelse specialisten ter zake, werklui van de Londense firma Park and Son. Het zou nog vijf jaar duren tot het golfterrein volledig klaar was, op de vooravond van de Eerste Wereldoorlog. Tijdens die oorlog werden zowel de villa als het golfterrein volledig verwoest.
Na de eerste wereldoorlog, in 1923, liet Henri Crombez het golfterrein opnieuw aanleggen. Het werd in juli 1929 heropend. Uit die periode dateert dan ook de kleine watertoren, die nog steeds in de kazerne te zien is. Die werd gebruikt om het terrein te besproeien. Een nieuw clubhuis werd gebouwd ten zuiden van de huidige blauwe baan ter hoogte van het natuurreservaat (zie foto hieronder links ). Rechts zien jullie een plan uit 1923.
Het clubhuis deed dienst als vestiaire, restaurant en hotel. Heel wat jongeren uit de streek verdienden in die tijd wat drinkgeld door als caddie in de golf te werken. Een caddie verdiende 18 franc per 18 holes, 9 frank voor een ‘mid-way’ - spel en 6 frank voor een oefenspel. Koning Leopold III kwam er vaak spelen.
Ontstaan van het militair kamp In 1939, naar aanleiding van de groeiende oorlogsdreiging, werd het golfterrein opgeëist door de Belgische regering/leger. Het werd omgebouwd tot een vliegveld op oorlogsvoet. Henri Crombez, zelf piloot, steunde de aanleg en offerde de golf van Lombardsijde op. Het clubhuis werd tijden WO II gebruikt door de Duitse bezetter en werd gedeeltelijk vernietigd op het einde van de oorlog. Er zijn geen sporen meer van overgebleven.
Waarom vakantiekolonies? Op 21 maart 1875 werd in de ‘Université libre de Bruxelles’ de ‘Association des « Marçunvins »’ opgericht. Dat gebeurde na een stoet georganiseerd door ‘Le Denier des Ecoles’ (Schoolpenning) ter ondersteuning van het officieel onderwijs. De stoet kende een groot financieel succes en daarom besloten een veertiental jonge liberalen tot de stichting van een vereniging, die “Marcunvins” genoemd werd, zijnde de stichtingsdatum omgekeerd gelezen. (21 mars => mars un vingt en fonetisch “Marçunvins”).
Vanaf 1875, in volle schoolstrijd, verzamelden zich in Brussel enkele mannen van goede wil, uitsluitend vrijwilligers, kleinburgers, ambachtsmannen, om te proberen te verhelpen aan de noodtoestand waarin veel kinderen zich bevonden. Zij besloten zich te verenigen en aan welzijnswerk te doen. De leden kwamen zowel uit het onderwijsmilieu als uit diverse andere milieus. Wat hen verenigde was de overtuiging dat het van primordiaal belang was dat onze schoolkinderen moesten kunnen studeren in de gunstigste voorwaarden en dat het onderwijs moest steun krijgen opdat het verder een uitstekend instrument zou kunnen blijven voor eenieders ontwikkeling, ten gunste van de hele gemeenschap. Ze begonnen kledij en schoolmateriaal te schenken aan de kinderen die de openbare school bezochten. Om te vermijden dat die kinderen permanent aan zichzelf zouden overgeleverd zijn terwijl hun ouders 12 uur of meer werkten, van maandag tot zaterdag en dat het ganse jaar door, beslisten de « Marçunvins » en de vrijzinnige liberale filantropische organisatie ‘Cercle Le Progrès’ in 1888 permanente villa’s op te richten, één in Hastière aan de Maas en de andere in Westende. Bij de oprichting van verscheidene badplaatsen werd immers een grote publiciteit gevoerd betreffende de curatieve eigenschappen van de zee. Men plaatste collectebussen in handelszaken en organiseerde stoeten en feesten om geld in te zamelen voor studiebeurzen en kinderkleding.
Benjamin Crombez stelde reeds in 1887 tijdens de vakantie een schoolgebouw te Nieuwpoort ter beschikking van de Stad Brussel, namelijk de ‘Palais de l'Enfance’. Vanaf dan kon de stad Brussel ieder jaar behoeftige kinderen voor veertien dagen naar dit ‘Palais’ sturen. Bij zijn dood in 1902, schonk Crombez het gebouw aan de stad Brussel. Het had een capaciteit van veertig bedden en telde ook nog twee onderwijzerswoningen. Met opgehaald geld zonden Les Marçunvins reeds in 1898 kinderen naar Nieuwpoort en Lombardzijde waar ze logeerden in gebouwen die door Benjamin Crombez ter beschikking werden gesteld.
De bouw van de houten ‘Villa scolaire de la ville de Bruxelles’ midden in de duinen in Lombardsijde Rond de jaarwisseling werd eveneens midden in de duinen een ‘villa scolaire’ gebouwd. Het was een houten constructie met een dak in golfplaten. Er was een slaapkamer met 40 bedden, een speelkamer, een eetzaal en een keuken. Ze kreeg de naam ‘Villa scolaire Benjamin Crombez’ of ‘Villa Scolaire de la ville de Bruxelles’
Daarover werd in 1902 een jeugdboek geschreven door Ch. Mertens met de titel ‘Quinze jours à Lombartzijde’. Uiteraard werd dat boek opgedragen aan Benjamin Crombez. De juiste bouwdatum ervan is niet gekend, het werd gebouwd door en in opdracht van stad Brussel, uiteraard met steun van Crombez. Dat laatste zou er ook enkel in bestaan kunnen hebben door de grond ter beschikking te stellen.
Bouw van de villa des Marçunvins’ in Westende Ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan in 1900 besloot de vereniging eveneens een kinderhome aan de kust in te richten. De grond, gelegen in de duinen van WESTENDE, werd kosteloos afgestaan door Benjamin Crombez, bij notariële akte op 1 mei 1900 aan het Brusselse stadsbestuur. Les Marçunvins konden zelf geen eigenaar worden omdat de vereniging geen rechtspersoonlijkheid had. Pas met de wet van 27 juni 1921 kwam er een wettig statuut voor verenigingen zonder winstbejag, waardoor die giften konden aanvaarden en eigenaar zijn. De grond moest gebruikt worden ten gunste van de Brusselse gemeentescholen. De grote villa die erop gebouwd werd in 1902 (1900 volgens opschrift boven de deur) met 95 bedden, kreeg de naam “Villa Scolaire des Marçunvins”. Ze mag niet verward worden met de houten constructie hierboven, waarvan de capaciteit heel wat lager was. Hieronder zien jullie daarvan een foto uit 1910.
De bouw was slechts mogelijk dank zij de vrijgevigheid van sympathiserende families zoals de Richard’s en de Crombez’. De rest werd gefinancierd met een tombola en ledenbijdragen. De stad Brussel gaf de ‘Marçunvins’ de mogelijkheid om de schoolvilla uit te baten mits betaling van de onbeduidende som van 40 frank per jaar.
Twee wereldoorlogen gooien roet in het eten De houten ‘Ecole Scolaire’ in Lombardsijde was niet enkel dicht bij de zee gelegen maar ook (te) dicht bij het IJzerfront tijdens de eerste wereldoorlog en werd dan ook vernield in die periode. Dat was ook het geval voor het home Benjamin Crombez in Westende. De eerste werd helemaal niet heropgebouwd en ook voor de tweede duurde het een hele tijd. Om ondertussen aan de noden van de scholen te voldoen huurde de Stad Brussel 3 gebouwen in Mariakerke. Omdat het particuliere huizen waren, beantwoordden die niet aan de noden. Daarom besloot men in 1923 dat de villa in Westende moest heropgebouwd worden. Dat gebeurde uiteindelijk in 1931 naar plannen van de architecten Léon Govaerts en Alexis Van Vaerenbergh. Het gebouw met de naam ‘Home Benjamin Crombez’ was sober, modern en functioneel: in het midden lagen de hall en de gemeenschappelijke voorzieningen (sanitair, burelen, opslagruimten), met daar rond de kamers die zonlicht nodig hadden. In 1935 werden, los van het oorspronkelijk gebouw, vier klaslokalen bijgebouwd, naar een ontwerp van architect J.G. Evers (Brussel). In 1936 werd de naam ‘Home Benjamin Crombezet Anne et Georges Brichard (of Brichart)’ op het gebouw aangebracht, omdat het sponsors waren. Die naam werd echter zelden gebruikt als er over het gebouw sprake was.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het home opnieuw beschadigd. Alles moest dus herbegonnen worden. Een derde home werd opgericht onmiddellijk na de oorlog, naar plannen van architect Louis Cardon. Dat kon pas op 17 december 1950 opnieuw ingehuldigd worden. Het home in Hastière werd verlaten en het terrein werd verkocht omdat het gebouw niet meer voldeed aan de veiligheidsnormen voor kinderen opgelegd door de ONE (Office de la Naissance et de l’Enfance). De opbrengst van de verkoop werd in 1962 besteed een de bouw van een infirmerie die aan het home in Westende aangehecht werd. Het hoofdgebouw werd verbonden met de uitbreiding uit 1935. Hiervoor ontwierp architect Paul Emile Vincent (Brussel) een eenvoudig tussengebouw. In dit gedeelte kwamen onder meer bijkomende klassen en de infirmerie. Jullie zien hieronder een recente foto met achteraan de nieuwe gebouwen verbonden met de oude.
De homes van de « Marçunvins » betrokken hun financiële middelen uit filantropische giften, uit subsidies toegestaan door de gemeenten, uit verenigingen zoals ‘la Ligue de l’Enseignement’ en uit omhalingen op vette dinsdag in de cafés. De gemeenteadministratie gaf ooit per dag en per kind 2 frank aan de Marçunvins. Na aftrek van transportkosten en eten, werden de overblijvende 50 centimes gebruikt om meer kinderen gratis te laten deelnemen. De tijden veranderen, de sociale noden groeiden en de eisen op het gebied van veiligheid en professionalisering van de omkadering van de jeugd verhoogden. Dat alles dwong de « Marçunvins » ertoe de wrede beslissing te nemen om het home in Westende op te geven. In 1983 werd het gebouw verkocht aan de bvba Calidris, die het uitbouwde tot een selfservicerestaurant . Toen gaven de nieuwe eigenaars het ook de naam ‘Calidris’, die verwijst naar een vogelsoort: de strandloper. In 1987 kocht de gemeente Middelkerke de gebouwen om ze om te vormen tot een centrum voor socio-culturele activiteiten.
Ook de polder was eigendom van Crombez Niet enkel de duinen maar ook de polder met zijn bloeiende hoveniersbedrijven, was eigendom van de familie Crombez. De tuinbouwers pachtten de grond aan 12.000 BFr voor 2 Ha, wat ruim onder de prijs lag van wat onze boeren betaalden. Tien jaar geleden kregen de hoveniers de kans de grond te kopen aan een schappelijke prijs, wat ze natuurlijk allemaal deden.
Extra’s Jullie kunnen dus vaststellen dat Westende-bad niet voorkomt in bovenstaand artikel. Daar hadden de familie Otlet en de almachtige ‘societeit’‘La Westendaise’ het voor het zeggen. Aangezien het hun bedoeling was van Westende een mondaine badplaats (‘Plage de l’Elite’) te maken, die een exclusief en rijk cliënteel wilde aantrekken. paste een vakantiekolonie voor armere en soms zieke kinderen niet in hun plannen en in hun buurt. Het home Crombez werd daarom gebouwd op zijn huidige geïsoleerde plaats.
Zodra Westende-dorp zijn eigen strand had, Sint-Laurentius, rond het midden van de twintiger jaren, zette de familie Levecque er een tentje neer, om aan de recreanten verfrissingen te kunnen verkopen. Dat tentje werd omstreeks 1927 vervangen door een houten constructie. Marc Constandt schreef dat hem verteld werd dat de grootgrondbezitter Crombez langs het strand voorbijkwam toen de Levecques hun barakje aan het schilderen waren. Hij was ontroerd door de inzet van die familie en verkocht hen een stukje bouwgrond. Dat was zeer uitzonderlijk omdat deze eigenaar normaal geen percelen daar wou afstaan. Zo ontstond ‘De Welkom’ nu ‘Sint-Laureins’.
Bronnen gebruikt in bovenstaand artikel Graningate jaargang 6 nummer 22 juni 1986 door Carlo Van Troostenberghe Het toeristisch verhaal van Westende en Lombardsijde. Middelkerke, Marc Constandt, 1988, p. 64 Wikipedia Lombardsijde-Bad in de Belle Epoque door Marc Constandt 100 jaar toerisme – Een eeuw vakantie in West-Vlaanderen, Marc Constandt Uitg Lannoo 1986. http://familiekunde-westkust.be/Pdf%20files/Nieuwsbrieven%202012.pdf Tijdschrift van de Luchtdoelartillerieschool ‘Te Wapen’ Nr 75 MAR –APR – MEI 1996, Nr 76 Jul-Aug-Sep 1996 en Nr 109 van januari 2009 http://www.zone-nieuwpoort.be/golf.html Natuurtechnisch beheersplan voor de duinen van het militair domein te Nieuwpoort door Tine Degezelle en Maurice Hoffmann van het ‘Instituut voor Natuurbehoud’ Topografische kaart van 1860, Dépôt de la Guerre, Kaartblad XII,5 Topografische kaart uit 1905 (uit Massart) Postkaart ‘Avenue Benoit’ uit ‘Lombardsijde graag gezien’ Uitgeverij ‘De klaproos’ http://paola.erfgoed.net/sdx/inventaris/toon.xsp?id=54881&base=objekt&qid=sdx_q4&p=2
Nog meer bronnen Ik had de keuze tussen talloze bronnen in diverse archieven, maar ik ben ze zelfs niet ter plaatse gaan raadplegen, omdat er toch al zoveel over terug te vinden is in artikels op internet of van lokale auteurs, onder wie vooral Marc Constandt (zie hierboven). Misschien is er ooit nog wel eens een zoeker die er nog meer over wil weten en later eens mijn artikel vervolledigt, op basis van nieuwe wetenschappelijke documentatie. Enkele interessante bronnen wil ik hier aanhalen: CH. MERTENS, Quinze jours à Lombartzijde. Bruxelles, J. Lebègue et Cie, 1902 Inventaris meubels Villa scolaire Westende voor WOI + waarde (kostprijs) + beschrijving lokalen, Brussel, Stadsarchief Brussel, IPII 1095. Home des Marçunvins à Westende. Pavillon d"infirmerie. Architecte: Paul E. Vincent. In: La Maison, octobre 1964 (XX,10), p. 316-317 J. BOURGONJON, M. BREYNE, E. DE GROOTE, S. GERVOYSE, L. JANSSENS, D. VAN RENTERGEM, K.VANROBAEYS, L. VERHAMME, Het kind in 'Les Marçunvins' in Westende. Theoretische achtergrond bij kindstudies, Universiteit Gent, onuitgegeven oefening 3e licentie pedagogische wetenschappen interoptie kindstudies, 2008, p. 6-22. Séjour à Westende (Marçunvins) en 1958-1961, Brussel, Stadsarchief Brussel, IPII 856 Bouwdossiers, Middelkerke, Gemeentearchief Middelkerke, WL(L) 596, 597, 603. Lombartzyde: construction, ameublement, installation, Brussel, Stadsarchief Brussel, IPII 1033.
Het Brussels stadsarchief bewaart bovendien verschillende plannen van de opgerichte gebouwen - vakantiekolonies en documenten die handelen over de schenking van grond aan de stad Brussel, huurakten en rekeningen en bewijzen van betalingen, briefwisseling van het schepencollege met het departement onderwijs, met de ‘Association des Marçunvins’ en met de ‘Cercle du Progrès’
Aangezien de Crombez’ behoorden tot de Belgische adel en deel uitmaakten van het Parlement, zijn hun biografische gegevens terug te vinden in repertoria daaromtrent. In de ‘Blauwe Wie is Wie’ (Gent, Liberaal Archief) vindt men ook bibliografische en zeer summiere biografische informatie over meer dan 3.000 personen die tussen 1830 en vandaag een rol speelden of spelen in de brede liberale beweging in België, dus ook over de Crombez’.
Mijn ‘blik op Westende’ wordt na zeven jaar nog steeds niet neergeslagen maar kent nog steeds een toenemend succes
Elk jaar, begin september, maak ik een balans op van mijn opzoekingswerk en kritisch schrijfwerk op deze blog. Nu ben ik aan mijn wekelijks artikel nummer 369 en mijn enthousiasme en inspiratie zijn nog steeds niet uitgedoofd. Zeven jaar een ‘blik werpen’ !!! Dat roept bij mij één en ander op!
Waarom heb ik die naam voor mijn blog gekozen? Het zelfstandig naamwoord ‘blik’ kan omschreven worden met talloze bijvoeglijke naamwoorden. Hier zijn ze: een wijde of ruime of open blik of een eenzijdige of vernauwde blik, een troebele of wazige blik, een heldere of wezenloze of doffe blik, een wijze of verdwaasde blik, een blik vooruit of een vooruitziende blik of een terugblik, een frisse of verfrissende blik, een kritische blik, een boze of vriendelijke blik, een bruisende blik, een leuke of trieste blik, een strakke of starende blik, een scherpe of onscherpe blik, een vergelijkende blik, een juridische blik, een multiculturele blik, een wetenschappelijke blik, een dreigende of vernietigende blik, een verbaasde blik, een priemende of doordringende of indringende blik, een gretige blik, een vluchtige of snelle blik, een verliefde blik, een veel- of weinigzeggende blik, een veelbetekenende blik, een wellustige of geile of wulpse of zwoele blik, een dwangmatige blik, een geïnteresseerde blik, een afgeleide of afgewende of neergeslagen blik, … Het woord ‘blik’ wordt ook gebruikt in uitdrukkingen: een blik op het leven, een blik op de wereld, een blik in de eeuwigheid, iemand geen blik waardig gunnen, de blik afwenden, een blik achter de schermen, zonder blikken of blozen, blik op oneindig, een blik van verstandhouding, beperkt van blik,… Welke van die adjectieven en uitdrukkingen waren er in de loop van die jaren van toepassing op mijn ‘Westendse blik’? Het zullen er waarschijnlijk heel wat zijn. Mijn ene blik was zeker de andere niet, afhankelijk van het onderwerp en van mijn gemoedstoestand. Maar ik laat jullie maar beter zelf oordelen over hoe mijn blik er al die tijd uitzag!!
Kan het verhaal van de zeven ‘vette’ en de zeven ‘magere’ jaren hier van toepassing zijn? Zeven blogjaren! Waren dat zeven goede of vette jaren, vraag ik mij af. Dat doet mij denken aan een Egyptisch verhaal uit de Bijbel. In een droom zag de farao zeven mooie vette koeien uit de Nijl komen en op de oevers grazen. Daarna kwamen zeven lelijke magere koeien uit het water die de vette koeien opaten. Van Jozef werd verwacht dat hij die droom zou uitleggen. Volgens Jozef zouden er zeven jaar van overvloed zijn in Egypte, gevolgd door zeven jaar van honger. De honger zou zo groot zijn dat de overvloed van de voorafgaande jaren geheel opgeslokt zou worden.
Als de voorbije zeven blogjaren wel degelijk vette jaren waren, zullen ze dan ook gevolgd worden door zeven magere? Er is geen enkele reden om dat te veronderstellen. Inspiratie heb ik nog genoeg en de actualiteit zorgt anders wel voor nieuwe. Ik weet trouwens niet eens of ik nog zeven jaar zal mogen bloggen. Hopelijk wel, bij leven en welzijn!
De voorbije zeven jaar waren voor Middelkerke zeven vette politieke jaren, althans volgens ons gemeentebestuur, dat nochtans lustig onze euro’s heeft laten rollen. Niet steeds in de geest van ‘een goede huisvader’. Ik heb daarom vaak de vinger op die wonde gelegd. Het zou dus wel eens kunnen dat de komende zeven jaren noodgedwongen magere jaren worden. Alle gemeenten, ja, ja zelfs de onze, beginnen (of proberen of doen alsof) nu al te sparen. Ik vrees dat geplande wegenwerken zullen moeten uitgesteld worden en dat megalomane projecten van Janna en Michel in de kast zullen moeten opgeborgen worden. Middelkerke heeft enorm hoge schulden en het zal dus wel niet mogelijk zijn de magere jaren op te vangen met de besparingen uit de vette jaren.
Het getal 7 is een heilig getal Het getal “7” wordt beschouwd als heilig of goddelijk. Het wordt in de Heilige Schrift vaak gebruikt om volledigheid en volmaaktheid of voltooiing van een bepaald werk aan te duiden. Hoe komt men daarbij? Het menselijk lichaam is opgebouwd uit cellen die zich voortdurend vernieuwen. Er wordt aangenomen dat een mens om de zeven jaar verandert: zijn smaak, zijn geur, zijn inzichten, zijn handelingen, eigenlijk praktisch alles. ‘Zeven’ wordt dan ook in allerlei omstandigheden en uitdrukkingen gebruikt, vooral om die verandering te onderstrepen. Laten we even de interessantste en bekendste voorbeelden overlopen. Er zijn er nog oneindig veel meer.
Mensenleven In onze ontwikkeling als mens hebben wij zeer dikwijls met het getal zeven te maken. Zo heeft onderzoek kunnen aantonen dat de hartslag van de mens de zevende dag steeds iets lager is dan andere dagen… De toonladder telt zeven noten. Er zijn zeven klassieke schoonheden: donker haar en lichte ogen of licht haar en donkere ogen, bleke huid, een schoonheidvlek, amandelvormige ogen, sproeten, kuiltjes in de wangen en lange gekrulde wimpers. Hoewel als "schoonheden" betiteld, zijn dat juist afwijkingen van "schoon". Het is iets uiterlijks dat opvalt.
De som van de stippen op twee tegenover elkaar liggende vlakken van een dobbelsteen is steeds zeven. (1+6, 2+5 en 3+4)
Op de zevende dag verdwijnt bij een baby het restant van de navelstreng. Op de veertiende dag kan het kind met zijn ogen een lichtpunt volgen. Op de eenentwintigste dag kan de baby zijn hoofd omdraaien, en na zeven maanden komen de eerste tandjes, op zeven jaar wordt onze peuter kleuter of doet hij zijn eerste communie enz...
Natuur In de natuur heerst "de wet van zeven", een archaïsch begrip dat men in allerlei leringenen overleveringen kan tegenkomen en waaraan de gehele schepping, de mens inbegrepen, onderworpen is. Er zijn zeven zeeën en zeven continenten: Noord- en Zuid-Amerika, Europa, Azië, Afrika, Oceanië en Antarctica. Bloeiende planten van een zuiver ras hebben zeven buitenste bloemblaadjes. De regenboog heeft zeven kleuren.
De Oudheid In de Oudheid kende men zeven wijzen en zeven wereldwonderen waarvan er vandaag nog slechts één overeind staat, namelijk de piramide van Cheops. Rome werd gebouwd op zeven heuvels, had 77 koningen, en 77 keizers en werd 77 jaar door de Goten beheerst. Het Heilige Roomse rijk in Duitsland bestond 777 jaar! In het oude Babylon beschouwden ze de zon, de maan en de planeten Mars, Venus, Mercurius, Jupiter en Saturnus als heel bijzondere sterren. Als de plaatsen waar de Goden woonden, zeven Goden dus en elke dag regeerde een andere God. De zeven dagen van de week zijn in veel talen genoemd naar deze planeten. Lange tijd werd aangenomen dat dit ons zonnestelsel alleen hieruit bestond. Men sprak daar ook van zeven demonen die ongeluk over de mensen brachten en de zondvloed veroorzaakten. De Babylonische levensboom had ook zeven takken met zeven bladeren en Gods hand werd door hen met zeven vingers afgebeeld. En in hun geneeskunde werd een zieke of een huis gewijd door zeven besprenkelingen of door het innemen van zeven plantaardige stoffen enz.
In sprookjes Zelfs in sprookjes is het getal zeven niet onbelangrijk. Denk maar aan: Sneeuwwitje en de zeven dwergen, de zeven raven, zeven witte geitjes, de 7 koppige draak. De reus uit het verhaal van Kleinduimpje liep op zevenmijlslaarzen.
In de godsdienst God schiep de wereld in zes dagen en rustte de zevende dag. Dat bepaalt ook de lengte van een week. Zeven is een ondeelbaar getal en daarom vergelijkbaar met God. Volgens de rooms-katholieke traditie bestaat een veelvoud aan lijstjes van zeven items. Deze zijn vaak uit de Heilige Schrift gedestilleerd. De rooms-katholieken kennen zeven sacramenten, zeven hoofdzonden, zeven plagen, zeven engelen, zeven smarten en deugden van Maria, zeven lichamelijke en zeven geestelijke werken van barmhartigheid en zeven martelaren. Het Onze Vader bestaat uit zeven beden. Na zeven dagen droogte liet Noach de duif van zijn ark vliegen. In zeer vele religies over de ganse wereld verspreid heeft het getal zeven een mystieke of religieuze betekenis. De joden vieren het religieuze nieuwjaar in hun zevende maand "Tisjri". Vanaf die maand begint ook hun jaartelling. De joodse Kabbala noemt de zeven het getal der voltooiing… In de islam symboliseert het getal zeven perfectie. Er zijn volgens moslims zeven hemelen, aardes, zeeën en hellen en zeven deuren naar het paradijs. Pelgrims lopen zeven keer rond de heilige Kaäba in Mekka. Zij kennen zeven profeten, van wie Mohammed de laatste was. In de Islamitische kosmologie werd de aarde als het middelpunt van de zeven planeten gezien, Er zijn 7 manieren om de Koran te reciteren. In de hindoeïstische traditie heeft de zon zeven stralen. De zevende straal is een symbool van het middelpunt, de macht van God.
En nu even vooruit kijken Aangezien ‘zeven’ staat voor voltooiing, zal in 2019, zeven jaar na de vorige gemeenteraadsverkiezingen, misschien de tijd rijp zijn voor een politieke ommekeer in Middelkerke.
Moet ik daaruit afleiden dat na zeven jaar ook mijn blogwerk kan/moet afgesloten worden? Ik ga er toch maar mee door omdat ik het graag doe en omdat ik mijn geest verder wil doen werken.
Enkele cijfergegevens Op 29 maart 2008 mocht ik mijn 1000ste unieke bezoeker begroeten. Op 30 augustus 2014 bedroeg het aantal viewers 209.696 waaronder 140.066 unieke bezoekers. In de klassering van de top 1000 van Seniorennet bekleedde mijn blog op 29 augustus 2014 de 50ste plaats. Dat gaat op en neer met 40ste als beste rangschikking ooit, maar ik heb nu toch een vaste stek binnen de ‘Top 100’, de laatste weken zelfs binnen de ‘Top 50’. En dat … om eens met mezelf te stoefen … op een totaal van 22.627 blogs van Seniorennet. Met het doel een nog breder lezerspubliek aan te spreken werden enkele links gelegd naar andere blogsites, zoals die van Jean Dragonetti en ‘Bruisend Middelkerke’. Andere zijn altijd welkom! Via ‘Facebook’ en de groepen ‘Je bent van Westende als …’ en ‘Je bent van Lombardsijde als…’ worden vrienden en kennissen, die nog geen weet hadden van het bestaan van mijn blog, er nu attent op gemaakt. Hieronder vinden jullie de grafieken die de evolutie weergeven van de populariteit van mijn schrijfsel: links het aantal viewers per jaar, rechts het gemiddeld aantal per week in die zes jaren. Let wel, dat zijn viewers, dus geen unieke bezoekers.
Volgens de statistieken van ‘Seniorennet’ zouden die lezers uit 55 landen komen, waarvan 26 met minder dan 5 bezoeken. Totnogtoe publiceerde ik 716 foto’s, meestal zelf genomen, vandaar dat de kwaliteit niet steeds 100% is, maar misschien vallen de artikels die geïllustreerd zijn, toch meer in de smaak van de lezer.
Hoe evolueert het aantal lezers? Het aantal bezoekers per jaar en het gemiddelde per maand gaan dus nog steeds in stijgende lijn. De ene maand/week zijn er meer dan de andere en dat geldt ook voor de dag in de week-gemiddelden. De reden is niet gemakkelijk te achterhalen. Bij mooi weer zullen er wel minder zijn dan bij slecht weer. Dat is ook zo tijdens de vakantieperiodes omdat de computer dan minder aangesproken wordt. De titel van een artikel speelt ook een rol. Er zijn internetsurfers die toevallig op een blog terechtkomen na het invoeren van één woord, bijvoorbeeld Middelkerke of Westende, omdat die plaatsnamen in de titel van het artikel voorkomen. Andere komen er nog toevalliger op terecht omdat ze geïnteresseerd zijn in ‘politiek’, ‘criminaliteit’, ‘geschiedenis’, ‘erfgoed’, ‘natuur’, ... Ik neem echter aan dat vooral de inhoud primeert. Dan zijn er ook meer lezers die meerdere keren per week naar het artikel terugkeren of het aan collega’s aanbevelen. Het is zeer duidelijk dat de gemeentepolitiek het meest in de smaak valt terwijl dat minder het geval is voor de natuur, voor het milieu en voor monumenten, evenals voor kerken en aanverwante. Aangezien het mij echter niet absoluut om hoge leescijfers te doen is, blijf ik natuurlijk ook onderwerpen behandelen die minder kans maken op een succesvol onthaal.
Het spreekt vanzelf dat ik er mee zal ophouden als er geen of onvoldoende interesse voor mijn blog meer bestaat.
Valt het aantal reacties mee? Eigenlijk niet! Hebben jullie aanvullingen? Deel ze mij gerust mee, ik zal ze met plezier vermelden of ontleden in een volgend blogartikel. Jullie zouden er mij een groot plezier mee doen. Dat is ook zo als eens iemand de loftrompet steekt over mijn blog. Mijn ijdelheid mag toch ook eens gestreeld worden, of niet? Het doet mij deugd als mensen beweren elke week uit te kijken naar een nieuw blogartikel of als mijn blog lezen hun eerste werk is op maandag. Sommige vinden mijn info vaak prachtig, interessant en gevarieerd en daarvoor doe ik het ook natuurlijk, alles over Westende en Lombardsijde verzamelen en kritisch zijn voor wat zich op gemeentelijk vlak afspeelt. Diegene die mij aansporen om ‘zo voort te doen’, hoop ik nog lang voldoening te mogen verschaffen. Er zijn er ook die mij feliciteren omdat ik het al zo lang volhoud.
Mijn dank gaat naar al die mensen. Ik doe het wel niet om geloofd te worden, maar het doet toch deugd.
Middelkerke en Westende: restaurants beoordeeld door experts in zomer 2014
Een woordje uitleg over het initiatief Tijdens het ganse zomerseizoen heb ik, zoals in 2013, zowel in ‘Het Nieuwsblad’ (tot en met 23.8) als in ‘Het Laatste Nieuws’ (tot en met 16.8) de rubrieken gevolgd waarin bekende koks of andere culinaire specialisten elke week in de verschillende kustplaatsen hun oordeel gaven over één welbepaald zelfde gerecht in verschillende restaurants/tearooms/handelszaken. Er was geen enkel top- of veelgeroemd restaurant bij en het waren ook geen gastronomische menu’s die de revue passeerden. ‘Het Nieuwsblad’ kondigde zijn initiatief ‘De Grote test’ opnieuw als volgt aan ‘Met een expert en veel honger’ trekken ze van kustgemeente naar kustgemeente 'om er de Vlaamse klassiekers te proeven en te beoordelen.' Volgens ‘Het Laatste Nieuws’ heette het dat redacteur Stefan Vanderstraeten en tweesterrenchef Luc Bellings de eetzaken langs onze kustlijn aan een ‘onverwachte smaaktest onderworpen, streng en zonder blad voor de mond, maar steeds rechtvaardig en beargumenteerd’. Voor het derde jaar na elkaar stapten ze zeven zaterdagen incognito zaken binnen voor alweer een resem typische kustklassiekers, ‘met nooit eerder zulke onthutsende resultaten’.
Meeneemmilkshake voor een juiste prijs Lekker, maar een bommetje in foute glazen
Beoordeeld door (1) Angelo Rosseel van 2-sterrenzaak ‘La Durée’ in Izegem (Het Nieuwsblad 12.7 (salade) en 16.8.2014(croque-monsieur) (2) wijntester Alain Bloeykens (Het Nieuwsblad 19.7.2014) (3) Dominique Persoone, Brugse topchocolatier (Het Nieuwsblad 26.7.2014 en 23.8.2014) (4) Luc Bellings in ‘Het Laatste Nieuws’ van 19.7 (Kreeft), 26.7 (brochette), 02.08 (chocomousse en capuccino), 9.8.2014 (garnalen) (5) Peter De Clercq voormalig wereldkampioen barbecue
Enkele persoonlijke ervaringen In een Nieuwpoorts restaurant heeft Luc Bellings ooit een vispannetje bekroond met een 10/10. De uitbaters zijn daar (uiteraard) fier op. Zij hebben er nu een bijzonder item op hun spijskaart van gemaakt en maken er nu extra reclame voor. In een ander Nieuwpoorts restaurant werden de mosselen ooit geprezen als de ‘beste van gans de Belgische kust’. Toen ik die fameuze mosselen ook eens wilde proeven, werd mij een potje geserveerd met (onderaan!) meer dan de helft ongeopend gebleven schelpen. De ene mossel schijnt dus de andere niet te zijn. In een Westends restaurant hadden wij als tafelburen twee dames die in het zicht van de ‘patron’, een test- bladzijde bovenhaalden. Dat viel niet al te best in de smaak want ‘dat was oneerlijk’ en ‘dikke zever’. In een restaurant/tearoom/snackbar in Westende-bad, dit jaar ook (negatief) beoordeeld, maakten wij ooit aan de dienster een terechte opmerking over wat ons geserveerd werd. Dat meisje kon er zelf niets aan doen en bracht onze boodschap over aan de ‘patron’. Iemand van ons gezelschap, op weg naar het toilet, hoorde hem antwoorden ‘Als ze niet content zijn, dat ze dan op een ander gaan’. Wat wij dus daarna altijd gedaan hebben en ook altijd zullen doen!!
Is dat een eerlijke en juiste beoordelingsmanier? Ik twijfel er geen ogenblik aan dat de sterrenchefs steeds rechtvaardig en zeker onbevooroordeeld hun mening neerschrijven. Gezien hun sterrenstatuut zijn ze daarvoor beter geschikt en bekwamer dan wie ook, zelfs als ze in hun eentje optreden. Ik weet het, men kan ze niet tot de nederigste bevolkingsgroep rekenen. Maar, wie zijn klanten goed bedient, krijgt lof en wie er met zijn klak naar gooit uit onbekwaamheid of uit winstbejag, wordt bij manier van spreken de grond ingeboord. Volgens een artikel in ‘Het Nieuwsblad’ van 4.8.2014 is ‘Horeca Oostkust’, dat de uitbaters in Blankenberge en Knokke verenigt en dus niet alle uitbaters van onze kust, een totaal andere mening toegedaan. Ze roepen zelfs hun leden op om in de toekomst de ‘gefrustreerde’ recensenten te weigeren. De horeca-uitbaters aan de kust zijn het beu dat topchefs à la Angelo Rosseel, Stéphane Buyens of Luc Bellings op ‘zomertest’ gaan aan zee en een streng oordeel vellen over wat ze op hun bord krijgen. ‘We worden afgerekend door één man en we kunnen ons niet verdedigen. We doen keihard ons best.’, zegt Wim Aneca van Horeca Oostkust. Ze hebben het daarbij vooral op Luc Bellings gemunt. Deze wordt zelfs ‘de schrik van de kusthoreca’ genoemd. Doen ze dat enkel omdat ze zich daartoe, als vertegenwoordigend orgaan voor Blankenberge en Knokke-Heist, verplicht voelen? Maar wat denkt men in de andere badplaatsen? De sectorfederatie Horeca Vlaanderen treedt hun klacht bij en beweert hun frustratie te begrijpen. ‘Veel uitbaters aan de kust voelen zich als een boksbal: het is een gewoonte geworden om vernietigende kritiek te geven’, zegt afgevaardigd bestuurder Danny Van Assche. ‘Als zo’n negatief artikel dan nog gedeeld wordt op Facebook, gaat dat jaren mee.’
Wat valt er te verdedigen als de chef vindt dat ijsjes smaken als ‘goedkope industriële shit’, als je bij een witte wijn ‘beter een doosje Rennie serveert’, als ‘ je kan metselen’ met chocomousse, ‘als je een kettingzaag nodig zou hebben voor’ een stuk vlees, als een milkshake smaakt als koude cécémel? Ik kan best wel begrijpen dat deze kleurrijke en strenge taal niet in al te beste aarde valt, maar het kan alleen maar een stimulans zijn om beter te doen. Worden ze ongenadig met de grond gelijk gemaakt? Is dat negativisme of sensatie? Is dat maar een momentopname? Gaat het om kritische oneliners? Moet er meer genuanceerd worden? Zo luidt namelijk de taal van de verdediging.
Topchef Stéphane Buyens van tweesterrenrestaurant ‘Le Fox’ in De Panne ziet het anders. "Ik kan mensen toch niet ergens naartoe sturen als het op niets trekt. Er zijn nu eenmaal veel nestbevuilers aan de kust: horecazaken die met een minimum aan investeringen een maximum aan geld uit de zakken willen kloppen. Die ga ik nooit verdedigen". Ik kan hem deze keer enkel maar gelijk geven.
Ook klantvriendelijkheidsexpert Kevin Strubbe vindt dat de uitbaters blij zouden moeten zijn met de aandacht.
De sterrenchefs worden herkend door de ‘garçons’ Dat de controleurs, die uitvoerig in de belangstelling staan, door TV-optredens en door krantenartikels, vooral door wat jullie hierboven konden lezen, bij het binnenkomen in een horecazaak herkend worden, lijkt mij vanzelfsprekend. Worden ze dan niet beter bediend dan de gewone burger? Men heeft er het raden naar. Sommige beoordelingen hierboven lijken daar nochtans niet op te wijzen. Straf toch?
De verslagen van de controleurs Ziehier de knipsels uit de twee kranten die testen lieten uitvoeren. Waar ik geen figuur had en ook geen quotering, heb ik alleen maar de tekst bijgevoegd.
Brochette met Provençaalse en pepersaus "Zo hoort pepersaus altijd te zijn: voldoende romig en pittig én met een subtiel vleugje aan cognac. Duidelijk huisgemaakt, voor elke persoon netjes in een apart potje geserveerd en op zich een 9/10 waard. Alleen haalt de brochette het algemene niveau danig naar beneden. Zo blijkt de cuisson al 'bien cuit' terwijl we om 'saignant' hadden gevraagd. Waarom vraagt de ober ons dan eerst expliciet naar de gewenste cuisson, als ze het in de keuken toch niet kunnen waarmaken? Maar het vreemdste aan de - qua portie nochtans correcte - brochette is de kleur: vanbinnen zien de stukjes vlees opvallend bleek, haast wit zelfs. Werd hier kalf in plaats van rund gebruikt? Ik kan er alleen maar naar gissen, want ook hier wordt de smaak weggedrukt door te veel marinade. Zo'n lekkere pepersaus verdient veel kwalitatiever vlees."
Kreeft ‘Belle Vue’ "Vlak na onze bestelling weegt de uitbater onze kreeft en komt hij het gewicht aan tafel melden: 565 gram. 'Of dat voldoende is?', vraagt hij attent. Met een vaste prijs van 8 euro per 100 gram weten we meteen dat dit kreeftje ons 45,2 euro zal kosten. Ook het gerecht zelf valt in mijn smaak. Eindelijk een bord waar de kreeft - zoals het hoort - náást de sla ligt. Waar de tomaatjes gepeld werden én de eitjes vers gekookt. Maar bovenal: waar in de kreeft tenminste smaak zit. Door nog maar aan een pootje te zuigen, proef ik al veel peper én kruiden. Alleen de geur al verraadt dat deze kreeft in een pikant bouillonbadje heeft gelegen. Ook de serveertemperatuur is perfect lauwwarm. Zelfs de cocktailsaus is dankzij de stevige scheut whisky duidelijk huisgemaakt. Eén minpuntje toch: ik zou die andijviesla van het bord houden en alleen kropsla gebruiken."
Besluit Ik vind dat testen van onze ‘kustklassiekers’ een heel goed initiatief. Ik vind dat er niet moet genuanceerd worden. Het heeft ook geen zin dat een uitbater reageert en de controlerende chefs moeten geen discussies aangaan met een gecontroleerde uitbater. Natuurlijk zal dat zijn/haar eetgelegenheid geen goed doen, wat sommige briefschrijvers-klanten ook mogen beweren. Alleen dan echter zullen de nodige lessen getrokken worden die de kwaliteit van onze eetgelegenheden een positieve injectie zullen geven.
Bronnen Het Nieuwsblad 12, 19 en 26.7 en 2, 9, 16.8 verzameld door Chris Snick, foto’s door Kurt Desplenter Het Laatste Nieuws Vanderstraeten Artikel ‘Het Nieuwsblad’ van 4.8.2014 ‘Kusthoreca boos op topchefs met 'vernietigende' zomertests’ door Tom Le Bacq
Zomerse vuiligheid in Westende… en niet alleen hier, zeker?
De politiek bij de ophaling van het huisvuil in Middelkerke is duidelijk 'Eerst sensibiliserend, maar daarna repressief'’. Dat is zeer mooi, als het ook iets oplevert, wat ik betwijfel.
Het ophalen van het huisvuil – Enkele genomen maatregelen Van 1 juli tot en met 31 augustus is er in de toeristische zone geen dagophaling voor restafval meer! Dat gebeurt enkel nog ‘s nachts vanaf 24u00. Buitenzetten mag vanaf 22u30 tot het moment van ophaling. Er werden in Westende ook zeven ondergrondse betaalcontainers geïnstalleerd. Mensen die hun restafvalzak niet kunnen buitenzetten op de voorziene dag, kunnen daarvan gebruikmaken (zelfs een niet reglementaire afvalzak mag) tegen de prijs van 0,5 euro voor 30 liter afval.
Omdat onze bestuurders echt niet willen dat de straten er uitzien als een stort, hebben ze onlangs nog enkele bijkomende maatregelen gelanceerd. Er werden twee nieuwe kleurenstickers gelanceerd met de duidelijke boodschappen: ‘je gebruikt een niet-reglementaire afvalzak’ en ‘je afval staat niet buiten op het juiste tijdstip’. De oranje of gele sticker wordt op de afvalzak gekleefd. Boetes kunnen oplopen tot 250 euro. ' Zo zien de stickers eruit:
Schepen van reinigingsdienst en afvalbeheer Johnny Devey (Open VLD) verduidelijkt 'We willen de inwoners en verblijvers een duidelijke boodschap meegeven. Wij willen hen informeren en sensibiliseren om de afvalkalender na te leven. We investeren jaarlijks vele duizenden euro’s om de gemeente proper te houden. Zo is er komende zomer iedere nacht afvalophaling in de toeristische zone voorzien. We sturen ook elke morgen iemand van de reinigingsdienst op pad om opengepikte zakken op te halen, zodat de straatvegers zich enkel hoeven toe te spitsen op het straatvegen en niet op de opengepikte zakken. De mensen moeten duidelijk weten waarom hun afvalzak buiten is blijven staan. Aan diegene die hardleers is, willen we ook meegeven dat er bij niet-naleving een boete van maximum 250 euro mogelijk is'.
Betreffende het tijdstip van buitenzetten van de afvalzak De zakken met plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons (PMD) moeten tussen 7 uur ’s morgens en het tijdstip van ophaling buitengeplaatst worden en worden ten vroegste om 7 uur weggehaald. Vroeg opstaan dus, midden in de nacht, maar vaak gebeurt het ophalen een heel stuk later. Voor restafval mag het buitenzetten gebeuren vanaf 6 uur, maar de gemeentelijke ophaaldienst komt ten vroegste om 8 uur. Alhoewel in mijn straat, buiten de toeristische zone, veel afvalzakken de avond voordien buitengezet worden, heb ik er nog nooit één gezien met een gele sticker. Ze zijn hier nog steeds aan het sensibiliseren, waarschijnlijk?
Ik keur het wel niet goed, maar ik begrijp dus wel dat sommige de zakken (vooral de blauwe PMD), gezien het ‘nachtelijk’ ophaaluur de avond ervoor buitenzetten.
Demonstratie van de bestraffing door het gemeentebestuur In Westende-bad in de Zonnelaan, zag ik onderstaande ‘repressiemaatregel’ wegens het buitenzetten van een niet-reglementaire afvalzak. En wat nu? Wie is de dader? De zak lag op de grens tussen twee huizen. En wie heeft die zak kapot gescheurd om de overtreding nog wat aanschouwelijker te maken? Wie betrapt wordt, moet niet afkomen met ‘ik wist dat niet’. De stickers werden afgebeeld in ‘De Sirene’, het tweemaandelijks gemeentelijk informatieblad. Tevens verscheen daarover in juni 2014 een artikel in de kranten.
Of zouden de overtreders Franstaligen zijn, die geen Nederlands verstaan? Of zijn ze geen bestemmeling van ‘De Sirene’?
En nog maar eens over de hondenpoep… Na een gunstige evaluatie werden er in de voorbije maanden 30 nieuwe hondenpoepbuizen, waarvan drie in Westende, geplaatst zodat een groot aantal hondentoiletten kon verwijderd werden. Het gemeentebestuur doet alleszins zijn best in zijn strijd tegen hondenpoep.
Ze worden daarin ook nog bijgestaan door inwoners die de voorbijgangers een bijkomende hint geven.
Is dat geen duidelijke taal?
Bron ‘Het Nieuwsblad van 24 juni 2014 ‘Gemeentebestuur treedt strenger op tegen niet-reglementaire afvalzakken’ door Dany Vanloo
Middelkerke: wordt de toerist volledig maar ook deftig geïnformeerd?
Je moet maar eens een toerismebureau binnenstappen, of een gemeentehuis of een station van de NMBS of een hotel, en je wordt overweldigd door of versmacht in informatie. Elke kustplaats, elke kustattractie biedt je massa’s folders aan. Voor elk evenement wordt een kleurrijke en dus dure folder voorzien, met om ter meest foto’s. Iedereen vindt natuurlijk ook dat een grondplan aangewezen is om de toerist of de bezoeker wegwijs te maken.
Wat betekent ‘folder’? ‘Folder’ is eigenlijk Engels. De woordenlijst ‘2400 × liever Nederlands' geeft de voorkeur aan ‘vouwblad’. Het aantal gebruikte termen is anders groot genoeg: brochure, circulaire, flyer, informatieblaadje, prospectus, reclameblaadje.
Welke info verschaft Middelkerke allemaal? Wie zijn licht wil laten schijnen over de kwaliteit van een folder, zou vier punten moeten beoordelen: is het drukwerk wel nodig, staat de noodzakelijke informatie er wel in, is de layout verzorgd, staan er geen fouten in. Laten we even overlopen wat door onze gemeente uitgegeven wordt en ons afvragen of er wel voldaan is aan bovenstaande eisen.
Het begon met de toeristische brochure (in A4 – formaat). Op 16 juni 2014 besprak Fred Vandenbussche in mijn blogartikel ‘Nieuwe toeristische infofolder van Middelkerke-Westende voorgesteld: een pareltje of juist niet?’ (zie map ‘Allerlei’) de kwaliteiten ervan of liever het gebrek daaraan.
Dat zette hem er schijnbaar toe aan ook de andere uitgaven of uitgiften van ons bestuur, in het bijzonder van de toeristische dienst van schepen voor toerisme Michel Landuyt, eens nader te bekijken. Ik ben zo vrij geweest mijn bemerkingen daaraan toe te voegen. Het gaat vooreerst over de folder met de evenementen, één voor juli en één voor augustus. Aangezien de kaft ervan dezelfde is, mag die niet verward worden met bovenstaande brochure. Het formaat is deze keer A5, de helft van een gewoon blad, dus.
Er is ook een cultuurbrochure in A5 – formaat.
Wat een grondplan!!!! Zoals elke andere kustgemeente geeft Middelkerke ook een grondplan uit. Jullie zien hieronder het gedeelte Westende-Lombardsijde en de plannetjes van de niet aan de kust gelegen deelgemeenten.
Een grondplan heeft pas zin als het duidelijk is en als het de belangrijkste onderdelen van de gemeente weergeeft. Daarom is het onbegrijpelijk, om slechts één voorbeeld te geven, dat de ‘Petanque’ in het gedeelte sportpark er wel op vermeld wordt en het veel belangrijker en interessanter ‘X-Treme – De Kegel’ niet. Toch geen favoritisme, hoop ik!!
De ‘Gids voor Badgasten’ Naast de officiële documenten uitgegeven door de gemeente, krijgen we ook nog ‘De Gids voor Badgasten’: één voor elke zomermaand en één voor Middelkerke en één voor Westende. Die wordt gerealiseerd en gedrukt door ‘Grafidruk Middelkerke’, “met medewerking van Middelkerke – Westende” en ingeleid door het triumviraat Janna-Michel-Carine, wat zou kunnen doen veronderstellen dat het ook een uitgifte is van de gemeente. Jullie zullen misschien opmerken dat de verantwoordelijke uitgever toch op de brochure moet staan? Juist, maar volgens het Belgisch strafwetboek mag dat ook de drukker zijn, dus … De brochure bevat publiciteit van in totaal 143 bedrijven (79 Westende, 96 Middelkerke, 32 gemeenschappelijk) en van 26 inrichtingen of organisaties van de gemeente zelf. Men vindt er ook het programma van de evenementen in BEIDE gemeenten, wat in feite de folders met de maandelijkse evenementen overbodig maakt.
Ook het grondplan van het toepasselijk gedeelte komt er nogmaals in voor.
Let ook op de schrijfwijze van ‘augustus’ in het Frans. Natuurlijk moet het niet aoüt zijn, maar août of zelfs aout (sinds 1990). Ziet er dan echt niemand die brochures na, vooraleer ze gedrukt en uitgegeven worden?
Prijzen Ik heb ook eens mijn licht opgestoken om de prijs te kennen die bedrijven moeten betalen om in één van de uitgaven opgenomen te worden. In de gids voor badgasten is dat 492 euro zonder BTW voor een gekleurde pagina. In de toeristische brochure kost een bladzijde 650 euro zonder BTW.
Als er iets op Fred’s lever ligt, dan moet het eraf!!! Fred Vandenbussche zal aan de regelmatige bezoekers van mijn blog nu stilaan wel voldoende bekend zijn. Als er de ex-journalist iets op de lever ligt, dan moet het er gewoon af, onder zijn eigen naam en eigen verantwoordelijkheid. Het werd deze keer weer een zeer kritische, soms harde ‘ Open brief aan alle medeburgers’.
Middelkerke, zijn burgemeester, zijn schepen, zijn président, zijn museum, zijn villa… (in die volgorde)
Om met het goede nieuws te beginnen: “ze” hebben de Miamiwijk teruggevonden! De Golfbrekerslaan, de Logierlaan, de Klaprozenlaan en tutti quanti – onvindbaar op de plattegrond 2013 - prijken op het nieuwe stratenplan dat de Dienst voor Toerisme nu meegeeft met de toeristen die erom vragen.
En nu het minder goede nieuws: het plan lijdt aan een paar kwaaltjes. Westende bijvoorbeeld ligt volgens de kaart dichter bij de zee dan Westende-Bad en ook Lombardsijde lijkt een beetje afgedreven. Erger is dat het stratenplan alleen Middelkerke, Westende en Lombardsijde kent. De andere dorpen van Groot-Middelkerke zijn er helaas naast gevallen. Weliswaar staan (ter grootte van een flinke postzegel) de dorpscentra van Slijpe, Sint-Pieters-Kapelle, Wilskerke, Schore, Mannekensvere en Leffinge apart in kaartjes als lichtelijk abstracte tekeningen (een rode streep met wat witte wormpjes), maar hoe die centra vastzitten aan de rest van Middelkerke, daar hebben u en ik het raden naar. Dus hoe u naar die dorpen rijdt, fietst of stapt vindt u zeker niet in het stratenplan, dat nochtans allicht bedoeld is om de niet-Middelkerkenaars wegwijs te maken in onze grote fusiegemeente. Het valt ook een beetje tegen dat de daders van deze plattegrond zich niet spontaan melden. De beruchte blauwe drievuldigheid van het Middelkerkse toerisme pronkt anders graag genoeg in gedrukte toestand op allerlei papier dat u en ik betalen. Noem het een vorm van permanente kiescampagne op kosten van de belastingbetaler of een pathologische vorm van ijdelheid, grenzend aan narcisme (dat een echte ziekte is).
In de officiële evenementenkalender voor juli vinden we ons trio op de binnencover, paginagroot en kamerbreed: Janna Rommel-Opstaele, burgemeester, maire, bürgermeister, mayor; Michel Landuyt, schepen toerisme, échevin du tourisme, schöffe für tourismus, alderman for tourism en Carine De Jonghe, voorzitter, président, vorsitzende, chairman. Voorzitter van wat? Van wie? Dat weten we nog altijd niet, net als zij zelf kennelijk. Maar alsof dit niet volstaat, sukkelt ze nu ook met haar geslacht. In het Frans heet een vrouwelijke voorzitter présidente, met een e achteraan, en het Engels heeft daar het woord chairwoman voor. Ja, als ze het zelf al niet weet hé?
Toch nog een beetje goed nieuws ook: het welkomstwoord van de drie klinkt weliswaar nog even schutterig en knullig, maar nu spreken ze de toeristen toch al aan met u en uw, dàt hebben ze blijkbaar al geleerd. Voorbij het platte gejij en gejou! Maar nog altijd vinden ze zichzelf ruim belangrijker dan al de rest wat Middelkerke te bieden heeft: de villa Les Zéphyrs en het museum Kusthistories krijgen maar half zoveel plaats als de Drievuldigheid zelve. Deze boodschap is ten minste duidelijk: eerst wij en dan de rest. En over het casino, onze roemruchte Motor Van Het Toerisme, vinden we al helemaal geen woord…
De uitgave is bovendien volkomen overbodig. Meer en nuttiger informatie vinden toeristen in de twee privé uitgegeven edities (Middelkerke en Westende) van de Gids voor Badgasten Juli. Ook hier is de blauwe drievuldigheid natuurlijk van de partij, met hetzelfde nietszeggende speechke tot de toeristen, weer met foto en al – even onvermijdelijk als de drie aapjes Horen, Zien en Zwijgen uit de volkscafés van onze jeugd. Maar! Hier leren we tenminste dat Carine De Jonghe voorzitter is van Toerisme (met een hoofdletter). Toerisme is een economische activiteit – hoe kan men daar voorzitter van zijn? Is er dan ook een président of présidente van bijvoorbeeld landbouw of van onderwijs? In deze Gids adverteert overigens het casino dan weer wel – net als het gemeentebestuur.
De evenementenkalender en de Gids voor Badgasten maken ook dezelfde fout wat de programmering betreft. Beiden laten het “evenement” gsm-werpen op 21 juli plaatsvinden op het strand ter hoogte van de L. Logierlaan, op de wijk Krokodille, zoals het trouwens aanvankelijk voorzien was. En toch was het oostelijkste deel van het strand van Middelkerke, ter hoogte van de Carlton, het decor van dit waardeloze (al betalen wij met zijn allen er zo’n zestigduizend euro voor) spektakel. Welke en wiens belangetjes zijn hiermee weer gediend? Natuurlijk: “ze” zullen wel weer een smoes verzinnen om deze onverhoedse verhuis goed te praten (de Krokodille te lang, te kort, te breed, te smal, het zand te geel of te groen), maar waarom het tot een week voor die peperdure manifestatie moest duren om de juiste locatie te vinden, dat zullen ze nooit kunnen verklaren, behalve door hun eigen volslagen incompetentie.
Fred Vandenbussche
Besluit
Na het lezen van de commentaren hierboven zal het jullie zeker ook duidelijk zijn dat de uitgiften die op de toerist afgevuurd worden, dringend toe zijn aan een herziening. Vooreerst moet nagegaan worden of ze nog allemaal nodig zijn. Waarom nog een folder met de evenementen? Waarom twee ‘Gidsen voor Badgasten’? De slordigheden en de onnauwkeurigheden moeten er uit gezuiverd worden. De belangrijkste troeven van de gemeente moeten eerder op de voorgrond staan en niet de foto’s van onze politici. Ze moeten ook vroegtijdiger verspreid worden.
Westende: zomercampagne en andere zomerse waarnemingen
'Indevuilbak' Dat is de benaming van een gezamenlijk initiatief tegen zwerfvuil van de Openbare Vlaamse Afvalmaatschappij (OVAM), de Vereniging Van Steden en Gemeenten (VVSG) en Fost Plus. Dat laatste is een private organisatie die instaat voor de promotie, coördinatie en financiering van de selectieve inzameling, sortering en recyclage van huishoudelijk verpakkingsafval in België. De campagne werd gelanceerd op 18 juli 2014 in Oostduinkerke. Met unieke zandaffiches en ludieke animaties, in samenwerking met het Radio 2 programma 'Plage Préférée', wil die alle kustbezoekers sensibiliseren om het strand netjes te houden. Want ... het enige wat echt thuishoort op het strand, is zand! Dat klinkt op het eerste gezicht raar, natuurlijk. Ook geen toeristen dus? Die zijn het natuurlijk die hun afval op het strand achterlaten. Ik besef dat het niet eenvoudig moet zijn om overtreders te bestraffen, maar ik vrees dat er onvoldoende inspanningen voor gedaan worden.
In de Calidris wordt nog steeds getreurd omdat België op het WK uitgeschakeld werd in de kwartfinales Ik schreef reeds op 23 juni 2014 (zie map ‘Sport’) dat er een gemeentelijk defect moest opgetreden zijn aan de Calidris waar in volle WK Voetbal de Belgische driekleur halfstok hing. Het moet echter meer geweest zijn dan dat want ook einde juli is dat nog steeds het geval. Is het omdat al de verenigingen eruit verjaagd werden? Is het omdat het gemeentebestuur alweer een dossier op gebrekkige manier aanpakte? Of is het gewoon omdat het werk van de verantwoordelijke voor de job onvoldoende gecontroleerd wordt? Wie zal het zeggen?
Zullen er dan in de Heidestraat toch auto’s in- en uitrijden naar en van de camping Westende? Een tijdje geleden kaartte ik een (eventueel) probleem aan van verkeersoverlast, ingevolge de uitbreiding van de camping ‘Westende’ langs de Heidestraat. In de vergunning staat uitdrukkelijk vermeld dat langs die straat enkel in- en uitgang toegelaten is voor voetgangers en fietsers. Auto’s moeten via de uitrit in de Westendelaan. Op de onderstaande foto is te zien dat een grote poort aangebracht werd. De vraag is: wanneer gaat die open? En voor wie?
De cel mobiliteit van de gemeente zou de eventuele verkeersproblemen onderzoeken. Mogen we misschien het resultaat daarvan kennen?
Onze straten liggen weer vol met paardenpoep Natuurlijk zullen jullie mij nooit horen zeggen of zien schrijven dat de gemeente geen harde strijd voert tegen hondenpoep. Ik heb er trouwens al eens mee de draak gestoken, gewoon door op te sommen welke middelen er allemaal tegen ingezet worden. Ik heb inderdaad al verschillende artikels gewijd aan de heroïsche strijd tegen eigenaars van honden die ‘vergeten’ de poep van hun lievelingsdier mee te nemen. Ik heb daarbij wel altijd getwijfeld aan de bewering dat er ook sancties opgelegd worden.
Waar ik echter, tot mijn grote verbazing, nooit iets over hoor of lees, zijn de maatregelen tegen baasjes van paarden die hun vijgen op de openbare weg achterlaten. Je, en daarmee bedoel ik ook de gezagvoerders van onze gemeente, kunt er niet naast kijken. Een paard laat immers geen kleine drol maar reusachtige vijgen achter, die ongeveer 30 keren groter zijn dan hondenpoep. Wat zou men kunnen ondernemen tegen die vijgenoverlast? Een paardenpoepzak zou de oplossing moeten zijn. In verschillende Nederlandse gemeenten is het gebruik daarvan verplicht. Zoals hieronder te zien is, wordt die onder de staart van het dier gehangen, vastgehaakt aan het zadel.
Tegenwoordig heeft een milieubewust ruiter een paardenpoepzak en een scheptuig bij. Links zien jullie de meegedragen voorraad aan zakken. Er zijn er meerdere nodig want een zak is vlug vol. Ze moeten ook in vuilbakken kunnen gedeponeerd worden.
Ik wacht wel nog steeds op die milieubewuste ruiters en op dat scherp toezicht van de gemeente!!!!
Lees hierover ook mijn artikel “Hondendrollen en paardenvijgen” met datum 26.09.2007 in de map ‘Milieu’
Het landschapspark in augustus Wie ooit eens een bezoek wou brengen aan het landschapspark in de Hofstraat, moet het zeker nu niet doen. Wat een ontgoocheling! Niets dan dorre struiken, nauwelijkis nog een bloem, paadjes bijna volledig overwoekerd door onkruid! Als het onderhoud voor de gemeente te zwaar wordt, dan kan men het park maar beter opdoeken!
Lombardsijde werd ooit ‘de moestuin van Oostende’ genoemd. De hoveniersbedrijven zijn (op één na) gelegen in de Hemmepolder (zie verder) en die behoort sinds de fusie van 1977 tot de stad Nieuwpoort. Ze hebben echter zo’n lange geschiedenis verbonden met Lombardsijde, dat ik daarvoor wel eens een uitzondering mag/kan maken en eens buiten de grenzen van onze gemeente kan/mag gaan. Ik kan me trouwens niet voorstellen dat de tuinbouwers die er gevestigd zijn, zich Nieuwpoortenaar zouden voelen. Toen ik hen de vraag stelde, gaven ze mij gelijk.
Ik wil hiermee geenszins de volledige geschiedenis van Lombardsijde hernemen. Zoals de bronnen onderaan aangeven, hebben enkelen/velen mij dat reeds voorgedaan. Ik wil enkel een paar facetten ervan enigszins uitdiepen.
De Hemmepolder De polder werd aangelegd in het begin van de 14de eeuw door het indijken van een actief systeem van kreken in het IJzer estuarium. Het is een gebied van 9 hectare groot tussen de kustweg, het militair kamp en de IJzermonding.
Daarin zijn, ook vandaag nog, enkele tuinbouwbedrijven gevestigd: Frank Dewulf (in de Schorrestraat 2) en J. Deconinck (in de Lage Duinenstraat 3 en 3a) en de landbouwer Joseph Veramme (in de Alexisstraat 1) . Over die hoveniers/tuinbouwers wil ik het in dit artikel hebben.
Wie waren de Crombez' ? De familie Crombez heeft altijd voor een stuk het leven in Lombardsijde beheerst. Benjamin Crombez, grootgrondbezitter en stichter van Nieuwpoort-Bad, nam eind 19de eeuw het initiatief tot de ontwikkeling van een badplaats in Lombardsijde met onder meer de aanleg van de Zeelaan tussen het dorp en het zogenoemde "Lombartzyde-Bains" De Crombez’ waren er eigenaar van alle terreinen. en dus huurden de tuinbouwers hun grond van die familie. Elf jaar geleden kregen zij echter de kans om die tegen een ‘schappelijke prijs’ aan te kopen, via deurwaarder Brys. Zelfs toen kregen ze nog steeds geen Crombez te zien.
Tuinbouw of natuur? De polder maakt reeds enkele jaren het onderwerp uit van commotie. Verscheidene natuurorganisaties en ook de sp-a ijveren ervoor om er een deel van het natuurreservaat ‘De IJzermonding’ van te maken. Volgens de burgemeester van Nieuwpoort, Roland Crabbe (CD&V), zouden de landbouwers (*) in het gebied actief moeten kunnen blijven. “In 1999 werd dit landbouwgebied via een gewestplanwijziging omgevormd tot een gebied met extra ecologische waarde. Voor de verdere bestemming ervan ontwikkelde de universiteit van Gent een studie waarin voorgesteld wordt de kreken te herstellen en het gebied te vernatten, al dan niet met verzilting. Een derde mogelijkheid die de studie opperde, was het gebied zo inrichten dat eb en vloed kunnen heersen. Maar wij staan achter geen enkele van die voorstellen omdat ze absoluut niet verenigbaar zijn met eventuele verdere landbouwactiviteiten in dit gebied. Wanneer zout water over deze zone zou stromen, is de grond voor de boeren onbruikbaar. Gelet op de stedenbouwkundige bestemming van de Hemmepolder - landbouwgebied met ecologische waarde - moet via een beheerscontract een consensus worden gezocht tussen de landbouwactiviteiten en het milieu". * Tuinbouw valt, samen met akkerbouw en veeteelt, onder het begrip landbouw.
Wat hij daarmee juist bedoeld heeft, is niet zo duidelijk. Zou het hem niet eerder te doen geweest zijn om de uitbreiding van de jachthaven? Zelfs een aanvraag om een serre bij te bouwen zou al op tegenstand van de burgemeester stuiten!
Lombardsijde, een ezeldorp, in de letterlijke betekenis van het woord, natuurlijk. … Vele tientallen jaren geleden was de ezel het trek- en lastdier van garnaalkruiers en van hoveniers. Deze laatste voerden met hun ezeltjes hun groenten naar de markten van Oostende, Nieuwpoort, Veurne en Diksmuide.
De groenten van Lombardsijde waren ‘verre en naar’ bekend, en de vroege duinaardappels zijn tegenwoordig nog geprezen. Zo ontstond de spreuk ‘Geen markten zonder ezels!’ Daaraan werden twee betekenissen gekoppeld. De eerste verbond daarmee de dommigheden die bij elke vergadering 'uitgemeten' en uitgekraamd werden. De tweede: op alle markten zijn er stijfhoofdigen, die ‘in een koopmanschap niets willen lossen en, in den tijd, op een half frankske per beest bleven steken.’ Taai en koppig als een ezel! Dat deze spreuk voornamelijk te Lombardsijde in gebruik was, maar ook wel elders in de Westhoek, moet niemand verwonderen. Lombardsijde was immers een zeventigtal jaren geleden een echt ...ezeldorp. En de driehoek tussen Lombartsijde-Nieupoort-Oostduinkerke was een echt kweekoord van ezels. De mensen aldaar wisten toen wat een ezel waard was en wat een ezel kon.
Vandaag wordt aan die ‘goeie oude ezeltijd’ herinnerd via de jaarlijkse ezelcavalcade, door de ‘orde van de Ezel’ en door roestige ‘Bebert’ in de Oude Nieuwpoortlaan.
Vóór de eerste wereldoorlog Tot in het laatste kwart van de 19de eeuw vormde Lombardsijde een bescheiden kustdorp met visserij en marginale landbouw. Het dorp stond vooral bekend als bedevaartsoord van Onze-Lieve-Vrouw van Lombardsijde, patrones van de IJslandvaarders.
In de zomer van 1914 voelde men de oorlog aankomen. De lokale groenteboeren, waarvan hieronder een paar huisjes afgebeeld zijn, die hun producten naar de markt in Oostende brachten, geraakten hun groenten niet meer kwijt.
Tijdens de eerste wereldoorlog Veel hoveniers vluchtten naar Frankrijk. Zij werden daar met hun gezin op een boerderij geplaatst. Aangezien ook de Franse boeren gemobiliseerd waren, werden zij er onder de leiding van de boerin aan het werk gesteld. De meeste inwoners van Lombardsijdse bleven in het bezette land, in omliggende gemeenten bij collega’s, bij familie of bij kennissen. Er wordt gezegd dat 2/3 van hen een onderkomen vond in Oostende, waaronder verschillende hoveniers. De toenmalige burgemeester en groentekweker August Liebaert was één van hen. In het voorjaar van 1915 werd in de stad een hoveniersbond opgericht waarbij de Lombardsijdse hoveniers zich aansloten. Zij leverden door hun aangelegde tuinen niet enkel een belangrijke bijdrage aan de voeding van vluchtelingen en autochtone inwoners, maar ook aan de tewerkstelling, ook van de vrouwen. Dat laatste bracht ook mee dat de mannen daardoor vrijgesteld werden van opeising door de Duitsers.
Na de eerste wereldoorlog De teruggekeerde vluchtelingen vonden in Lombardsijde na hun terugkeer enkel een wildernis en … een met de grond gelijk gemaakt dorp. Door hun noeste arbeid en met de nodige hulp (premie, ….) slaagden de hoveniers erin uit die puinen te verrijzen.
De hedendaagse bedrijven Zoals hierboven reeds gezegd zijn er nog maar twee echte tuinbouwbedrijven in de Hemmepolder. Een derde bedrijf is een landbouwbedrijf met daarnaast als toemaatje een commercieel bedrijfje waar aardbeien en enkele groentesoorten kunnen gekocht worden.
De tuinbouwers kweken vooral prei, selder, gekleurde salade, rode kool, andijvie, … geen bloemkool. Daarvoor bestaan er gespecialiseerde bedrijven. Ze brengen hun producten naar de Coöperatieve Veiling in Roeselare. De zomer is voor hen natuurlijk de drukste periode.. De producenten van openluchtgroenten hebben de voorbije jaren geïnvesteerd in snel voortschrijdende mechanisatie van hun teelt. Dit laat onder andere toe dat de producten kwalitatief beter worden door de juiste plant- en teelttechnieken en dat de diverse openluchtteelten quasi permanent beschikbaar zijn, ook bij minder gunstige weersomstandigheden. In het voorjaar betrekken ze hun preiplantgoed ook uit Marokko.
Het tuinbouwbedrijf van Frank Dewulf (zoon van Georges en achterkleinzoon en Seraphinus, ex-burgemeester van Westende na WO1 en uitbater van de molen in de Essex Scottishlaan tot 1926) en Marianne Huyghe, heeft zich ontwikkeld tot het tuin- en vijvercentrum "Duinflora" . Elke generatie van de familie Dewulf (3 generaties) voegde er nieuwe elementen aan toe en breidde uit. Gepassioneerd door kwaliteit en groen leven, bloemen en planten, sierteelt,... en sinds enkele jaren ook door tuinornamenten en visvijvers. Daarbovenop kwam er ook een dierengamma bij. Ziehier een foto van het tuincentrum.
Het huis van Michel Deschacht, nu 92 jaar oud, staat er nog steeds maar zijn tuinbouwgrond werd verkocht aan andere tuinbouwers.
Het uitgebreid bedrijf van J. Deconinck heeft percelen langs weerszijden van de Lage Duinenstraat. Zij hebben ook een ‘goed draaiend’ groentestalletje geïnstalleerd langs de kustweg. Ziehier een foto daarvan:
Konijnenplaag In de kazerne en in de vroegere marinebasis, nu omgedoopt tot natuurgebied, wemelt het van de wilde konijnen, geen hazen. Die verhuizen dan wel soms, via de kazerne, naar de tuinbouwgronden waar ze alles kaal vreten en dus een ravage aanrichten. De tuinbouwers haten dus konijnen… tenzij ze er één in handen krijgen. Dat is tegenwoordig een echte plaag geworden, waartegen weinig aan te vangen is. Omdat er vroeger van vossen geen sprake was in de polder, denken de tuinbouwers dat ‘iemand’ vossen uitgezet heeft tegen de konijnen. Deze slaan dan ook op de vlucht. Waar naartoe? Naar het groenteparadijs van de tuinbouwers, natuurlijk!
Men zou ook klachten over meeuwen verwachten, maar neen, het zijn de wilde duiven die zich maar al te graag te goed doen aan de lekkere groenten.
Komen er dan geen jagers meer, zoals vroeger tijdens de weekends in de kazerne? (meestal 'hoge' heren!) Het agentschap Natuur en Bos afdeling West-Vlaanderen was zo vriendelijk mij volgend antwoord op die vraag te geven: “Van het jachtrecht wordt gebruik gemaakt door jachtrechthouders aangesloten bij de plaatselijke wildbeheereenheid Westhoek”. U vindt er alles over op de website http://www.natuurenbos.be/~/media/Files/Themas/Wildbeheer/Openingstijden/nieuw_20130628%20Jachtopeningstijden%202013-2018.pdf . Het natuurgebied ‘De IJzermonding’ bezit het statuut van Vlaams natuurreservaat en dus mag daar niet gejaagd worden. Ook in de kazerne van Lombardsijde is het verboden te jagen. Tussen de kazerne en het centrum van Lombardsijde is er wel jacht mogelijk."
Bij voetbalclub DAVO Westende vliegen er nog zeldzame vogels
Middelkerke telt drie voetbalploegen: twee in derde provinciaal, SK Middelkerke-Spermalie, zopas gezakt uit tweede, en Davo Westende en één in vierde SC Lombardsijde. Ik heb over het onderwerp voetbal al twee artikels geschreven. één op 13 december 2009 met als titel ‘Voetbal in Middelkerke en zijn deelgemeenten’ en één op 13 juni 2013 met als titel ‘Middelkerke: over voetbal, geld, fusies en toekomstperspectieven.’ Jullie kunnen ze beide vinden in de map ‘Sport’.
De terreinen Ik heb het al veelvuldig gehad over het stadion in Lombardsijde en ik had eigenlijk beloofd daar niet meer op terug te komen. In het kader van mijn huidig artikel moet ik toch nog even zeggen dat van het uitermate buitensporig bedrag (1.860.570,85 euro) dat de gemeente eraan besteedde, er 1.115.952,31 euro gingen naar het voetbalgedeelte. Hoeveel het stadion van Middelkerke-Spermalie gekost heeft, dat weet ik niet. Eén ding weet ik wel: men heeft ook daarvoor op geen 1.000 euro gekeken. Hieronder vinden jullie foto’s van beide stadions, links Lombardsijde en rechts Spermalie:
Ik hoor jullie al vragen “En het stadion van Goldstar? Wat is daarmee gebeurd? Goeie vraag! Daar zijn inderdaad twee terreinen, een mooie tribune en een mooie kantine. Maar er speelt geen ploeg meer sinds de fusie met Spermalie!. Het wordt tijdens de zomerse verlofmaanden als speelplein gebruikt. Het tweede terrein zal gebruikt worden als trainingsveld en bijvoorbeeld als vervangterrein voor een club waarvan het terrein tijdelijk niet beschikbaar is, zoals straks het geval zal zijn bij DAVO. Ziehier ook daarvan afbeeldingen:
Al de bovengenoemde terreinen zijn eigendom van de gemeente. Dat is niet het geval met dat van DAVO Westende. Dat behoort toe aan de kerkfabriek van Westende. Die hebben uiteraard geen enkele verplichting, noch behoefte om de installaties op te waarderen. Het gemeentebestuur heeft zopas de onderhandelingen afgesloten met de kerkfabriek en zal het terrein voor een nieuwe periode van 30 jaar huren.
Enkele palen die het dak van het tribunetje ondersteunen belemmeren het goed zicht op het veld. De bestaande kleedkamers zijn klein en vier douchekranen per kleedkamer lijken mij onvoldoende. Vooral bij trainingen van meerdere ploegen tegelijk kan dat een probleem stellen. Westende is dus op het gebied van infrastructuur het zwart schaap van de Middelkerkse voetbalverenigingen. Ziehier hoe hun kleedkamers er nu van buiten uitzien.
Maar... toen klaarde de hemel op! Dan ontving ik volgende uitnodiging: “Voetbalploeg Davo-Westende bouwde, samen met het gemeentebestuur van Middelkerke, nieuwe kleedkamers. Deze worden plechtig geopend op vrijdag 18 juli om 20.00 u. in aanwezigheid van burgemeester en schepenen.”
Ik wist natuurlijk al dat er iets roerde aan de Zandstraat 26. Op 27 januari 2014 las ik namelijk volgende oproep op Facebook:
ENKEL SERIEUS GEINTERESSEERDEN GELIEVE ZICH DRINGEND TE MELDEN BIJ PETRA (Coussaert), SVEN (Legein), BART (Bouton) OF RONY (Reynaert): Zoals iedereen ondertussen weet, hebben we nood aan 2 extra kleedkamers, en gezien niets mogelijk is om te krijgen via de gemeente, buiten het materiaal, zijn we op zoek naar vrijwilligers die tijdens het bouwverlof bereid zijn die kleedkamers te plaatsen op Davo! Twee kleedkamers met douches en een aparte kleedkamer voor de scheids. Wat hebben we nodig: eerst en vooral iemand die een plan kan tekenen, en dan het uitvoeren: bouwvakkers, elektriciens, loodgieters... Aan alle spelers, ouders, vrienden, sympathisanten, supporters...wie ook maar met iets van dienst kan en wil zijn...laat het ons weten, we zouden dan half februari met alle medewerkers graag eens rond de tafel zitten voor concrete afspraken. Dank bij voorbaat voor jullie bereidwilligheid.”
Als dat geen pure discriminatie is! Moest de Westendse ploeg dan zelf het initiatief daartoe nemen? Waarom krijgen de andere ploegen zo’n comfortabel prachtig stadion met alles erop en eraan en waarom moet DAVO zijn plan maar trekken ::: plannen tekenen, bouwen en dat allemaal door vrijwilligers? Niets te krijgen van de gemeente ‘buiten het materiaal’!!!! Daarvoor heeft de gemeente een investeringstoelage van 25.000 euro ‘vrijgemaakt’, aangevuld met een extra van 6.000 euro ingevolge noodzakelijke aanpassingen aan het plan. DAVO is daar blij mee, maar iedereen ziet dus wel dat dit maar een ‘peulschil’ is in vergelijking met de kostprijs van het stadion in Lombardsijde. Ik herhaal nog maar eens dat ik de geel- blauwen hun infrastructuur gun. Zij kunnen er maar goed bij varen, maar … Is het onderstaand bord op de parking dan maar een verkiezingsbord?
Let op dat is geen pleidooi opdat DAVO een even luxueus en duur stadion zou krijgen als de andere, maar toch degelijke kleedkamers en WC’s en douches … voor 11 Westendse en even veel bezoekersploegen en voor de scheidsrechter. Het totaal aantal spelers van DAVO bedraagt 150. De vroegere concentratie van jeugdploegen in Middelkerke bestaat namelijk niet meer. Als zoveel mensen zich ontfermen over zoveel jeugdige spelers, dan verdienen ze toch zeker wel daarvoor beloond te worden door de gemeente? Op ‘Twitter’ kon ik dan op 7 mei 2014 lezen “Hoi hoi, het is zover...na de voetbalperiode kunnen de werken worden gestart voor onze extra kleedkamers!
Op 1 juli 2014 pas leverde het schepencollege uiteindelijk de stedenbouwkundige vergunning af.
Een bezoekje vooraf Omdat men nooit weet welk weer er op komst is en ik absoluut wat foto’s wilde nemen van de nieuwe installaties, bracht ik reeds op 16 juli een voorbereidend bezoek aan DAVO. Ik kon natuurlijk onmiddellijk vaststellen dat er geen sprake kon zijn van een ‘plechtige opening van de kleedkamers’ omdat de bouwwerken nog niet halfweg gevorderd zijn. Hieronder zien jullie daarvan een afbeelding.
Ik versta dus eigenlijk niet zo goed de bedoeling. Het is geen inhuldiging, geen inwijding maar de persartikels hadden het initiatief onder de aandacht moeten brengen en misschien hulpvaardige supporters aanwakkeren. Dat kan dus moeilijk een succes genoemd worden, want de pers liet verstek gaan!
In een vorig artikel schreef ik dat voetbal meer en meer draait om geld en steeds minder om clubliefde en vriendschap. Het eerste deel van mijn bewering blijft juist, natuurlijk, maar DAVO bewijst hier dat er nog wel degelijk clubliefde bestaat. Het bouwen van die kleedkamers gebeurt namelijk, bij gebrek aan gemeentelijke hulp, door bestuursleden, trainers en spelers van de club op zaterdagen en tijdens het bouwverlof. Bij mijn bezoek kon ik vaststellen dat drie jonge mensen hard aan het werk waren. Op andere dagen zouden er dat nog meer zijn.
Davo is altijd al een voorbeeld op dat gebied geweest: de broers Etienne (nu gestopt) en Gilbert Renty en echtgenote Jeanine hebben jaren de club rechtgehouden. Onbezoldigd! Je moet het maar doen!
De plechtige opening Als ik ergens uitgenodigd word, dan ben ik steeds op tijd. Mijn hele leven al! Dan kan ik zien wie er allemaal te laat komt. Op het voorziene aanvangsuur was er geen spoor van leden van de lokale pers, noch van schepenen (behalve Dirk Gilliaert, voorzitter OCMW-raad), noch van gemeenteraadsleden, die zelfs niet uitgenodigd waren. Dat gaf mij wel de gelegenheid, samen met enkele collega’s – ouders die 25 jaar geleden ook een zoon hadden die bij DAVO voetbalde, de goeie oude tijd op te rakelen. Ik bedank voorzitter Rony Reynaert en zijn mensen trouwens voor de hartelijke ontvangst. Rony beantwoordde ook welwillend al mijn vragen. Ik heb nu reeds één en ander meegemaakt wat de stiptheid van politici betreft. Een academisch kwartiertje is heel gewoontjes, maar drie academische kwartiertjes!! Burgemeester Janna Opstaele, in een roze zomers partypakje, kwam inderdaad toe om 20u45, juist op het moment dat ik weg wilde gaan. Maar ja, ze moest eerst nog naar de ‘Beach Party’ aan de Kwinte en daar was Balthazar Boma (!). Ik zal het nooit gewoon worden dat die mensen zich permitteren om een gezelschap zo lang op hen te laten wachten. Maar goed, zij was er tenminste nog! De voorzitter had een mooie speech voorbereid maar kwam er schijnbaar niet toe om die ook uit te spreken. En toen legde Janna symbolisch de eerste (!) steen!!!! Zij feliciteerde terecht al die vrijwilligers en noemde DAVO ‘een voorbeeld’ voor de andere gemeentelijke verenigingen. Dan volgde een rondleiding om de diverse nieuwe lokalen te tonen aan de aanwezigen: een stooklokaal, twee kleedkamers voor de ploegen en 1 voor de scheidsrechter, sanitair, een vergaderlokaal voor afgevaardigden en scheidsrechters teneinde te vermijden dat dit nog langer in de kantine moet gebeuren. Het plan werd getekend door architect Ronny Van Troostenberghe die de relatief beperkte beschikbare ruimte optimaal gebruikte.
Besluit Ik stelde vast dat de club blij is met de toekomstige verbeteringen. Het is een vriendschappelijke club van vriendelijke mensen. ‘DAVO is magic!’ Dat is hun leuze. Ik kan dat alleen maar beamen.
Middelkerke/Westende: Vriendjespolitiek? Verspilling van belastingsgeld?
Toen ik de agenda voor de gemeenteraad van 27 juni 2014 toegestuurd kreeg, was ik heel verbaasd daarop slechts 1 agendapunt te vinden. Om daarvoor te vergaderen en al die zitpenningen van gemeenteraadsleden te moeten betalen (aan 175 euro per raadslid), moest het wel over een punt van uitzonderlijk belang gaan. Maar neen, het ging ‘maar’ over “Erfpachtovereenkomst vleugel Calidrisgebouw aan I.K.W.V. – goedkeuring”. De gemeente wil namelijk een gedeelte van het gebouw in erfpacht geven aan IKWV. Voor diegene onder jullie die niet zo vertrouwd zijn met deze materie, wil ik vooraf enige informatie verschaffen.
Waarvoor staat I.K.W.V? De ‘intercommunale kustreddingsdienst van West-Vlaanderen’ is een opdrachthoudende vereniging die moet instaan voor de veiligheid van baders, zwemmers en watersportbeoefenaars. Ze is de enige die aanwezig is aan de Belgische kust en stelt op haar zetel twee personen tewerk
Tijdens de maanden juni-juli-augustus-september heeft ze ongeveer 1.400 strandredders in dienstverband, verdeeld over 82 reddersposten. Hieronder vinden jullie de lijst van de posten voor Middelkerke.
NAAM
SITUERING
AANTAL METER
Carlton
Middelkerke Oost
400
Excelsior
Middelkerke Oost
400
Casino Oost
Casino Oost
400
Casino West
Casino West
400
Pouletstraat
Middelkerke West
400
Theresiastraat
Middelkerke West
400
Houyouxstraat
Middelkerke West
400
Kwintestraat
Middelkerke West
230
Rotonde
Rotonde Westende
500
Mezenlaan
Mezenlaan Westende
500
Priorijlaan
Priorijlaan Westende
500
Meeuwenlaan
Meeuwenlaan Westende
500
Flandrialaan
Flandrialaan Westende
400
St-Laureins
St-Laureinsstrand Westende
400
Cristal Palace
Cristal Palace Westende
400
Van 28.6 tot 30.6 en van 6.9 tot 7.9 zijn er slechts twee posten: Casino West en Meeuwenlaan.
De IKWV is een intercommunale en bijgevolg worden in de raad van bestuur en in het directiecomité leden van het gemeentebestuur opgenomen. Middelkerke stuurt ook een afgevaardigde naar de algemene vergaderingen.
Algemene vergadering (NB)
1 vertegenwoordiger 1 plaatsvervanger
1 lid raad van bestuur (B) 1 lid raad van bestuur (B) met raadgevende stem
Natacha Lejaeghere Franky Annys
Johnny Devey
Martine D’Hondt
NB = niet bezoldigd B = bezoldigd
De organisatie is zeer goed ( te goed?) voorzien van bestuursorganen. Ziehier welke bevoegdheden de gemeentelijke vertegenwoordigers hebben:
Algemene vergadering: Goedkeuren van statutenwijzigingen, begrotingen en jaarrekeningen, aanvaarden nieuwe leden, ontslag en uitsluiting van deelnemers. Iedere deelnemer heeft 1 vertegenwoordiger: (aan te stellen door hetzij provincieraad hetzij gemeenteraad). De algemene vergadering bestaat uit 11 leden.
De Raad van Bestuur: Heeft de meest uitgebreide bevoegdheid. Kan in feite over alles een beslissing nemen met uitzondering van datgene dat onder de bevoegdheid valt van de ”Algemene Vergadering”. De bestuurders worden benoemd door de Algemene Vergadering op voordracht van de provincieraad/ gemeenteraad. De Raad van Bestuur bestaat uit 12 personen. De wetgeving voorziet de mogelijkheid om bestuurders met raadgevende stem te benoemen. In de Raad van Bestuur van de I.K.W.V zetelen 4 bestuurders met raadgevende stem. Schepen van Middelkerke Johnny Devey is voorzitter. De raad komt jaarlijks 8 keer bijeen. De zitpenning bedraagt 75 e, dus 600 euro per jaar. Op mijn vraag naar het bedrag van die zitpenning reageerde een trouwe medewerkster van IKWV met de volgende woorden: “ik wil evenwel toch opmerken dat onze voorzitter, doorheen het jaar heel wat tijd vrijmaakt om alle reddersposten te bezoeken en ook op andere activiteiten aanwezig is, dit geheel onbezoldigd. Het IKWV-voorzitterschap is dan ook veeleer een belangeloos engagement gesterkt vanuit de persoonlijke interesses van de voorzitter.”
Het directiecomité: De Raad van Bestuur kan zekere bevoegdheden naar het Directiecomité delegeren. Meestal gaat het om beslissingen van zeer dringende aard (soort dagelijks bestuur). Het aantal leden is beperkt tot 1/3 van dat van de Raad van Bestuur.
Adviescomités Onder bepaalde voorwaarden kunnen adviescomités ingesteld worden bv. wanneer de geografische spreiding dat verantwoordt.
Waar is de IKWV nu gelokaliseerd? De dienst is nu gevestigd aan de Zuidwinderhelling in Oostduinkerke. De huurprijs bedraagt 800 euro per maand voor een oppervlakte van 25 m². Als reden voor de verhuis wordt ‘plaatsgebrek’ opgegeven. Er zou onvoldoende ruimte zijn om al hun materiaal te stockeren. In de winter zou de vergaderzaal ook niet altijd voldoen. Omdat de Koksijdse burgemeester Vanden Bussche de IKWV niet graag ziet vertrekken, zou hij bijkomende stockageruimte ter beschikking willen stellen in twee ondergrondse garageboxen onder de Groenendijk. Voorzitter Devey vindt de Calidris echter een ideale toekomstige locatie: voldoende ruimte, in het midden van de kust en dicht bij strand en zee (en bij Middelkerke).
Voordat de kustreddingsdienst zich in Oostduinkerke vestigde, bevonden de kantoren zich aan de visveiling in Nieuwpoort.
Het Calidrisgebouw In één van mijn bronnen las ik dat op het einde van de vorige eeuw voor de aankoop en de restauratie door de Middelkerkse belastingbetaler nog 15 miljoen euro betaald werd. Zou dat echt wel kloppen? Zo'n astronomisch hoog bedrag? Het is haast niet te geloven! Naast een hotel met 7 kamers en 56 slaapplaatsen, een ruime cafetaria, een tv-zaal en een inkomsecretariaat doet de Calidris ook dienst als tentoonstellingsruimte tevens verkiezingsbureaus, lokalen voor lokale verenigingen en als locatie voor de buitenschoolse kinderopvang en speelpleinwerking voor onze kinderen. Er worden ook zeeklassen georganiseerd. Het is een prachtig gebouw, gelegen in de duinen en vlakbij het Sint-Laurentiusstrand. Met 4.000 overnachtingen per jaar is/was het een toeristische troef voor Westende. Er werden ooit ook lessen gegeven voor het realiseren van jobs binnen het werkervaringsproject art.60 in het kader van een keukenproject OCMW. Dat project werd naar Middelkerke overgebracht.
Volgende verenigingen hadden een vaste werking in centrum Calidris: - Okra Trefpunt Westende-Lombardsijde - Kreativa: vriendenkring van kunstenaars die schilderen, tekenen, pastel of aquarel beoefenen - Littera vzw: naast de afdelingen keramiek en klei volgt de vereniging ook al 20 jaar een literair parcours - Palet: verzorgt een aanbod aquarelschilderen en keramiek - Coloriet - Middelkerkse Modelbouwvereniging: club van vrienden met een passie voor bouwen en schilderen - Turnclub Westendia - Country & Westernclub The Nacogdoches: wekelijkse danslessen - Bizart vzw: atelier tekenen, schilderen, beeldhouwen en boetseren voor kinderen van 6 tot 13 jaar - Karateclub Middelkerke-Westende - Vriendenkring Senioren Calidris: één van de vele clubs van lokale senioren maar dan een apolitieke (?) - Iselandiakoor - Anonieme alcoholverslaafden Een kaartersvereniging, die niet in de Verenigingengids van de gemeente opgenomen is, zou er ook zijn bijeenkomsten houden.
Mocht het de bedoeling geweest zijn de verenigingen van Middelkerke te groeperen en te komen tot fusies en/of samenwerking, dan zou ik daar, al naargelang de resultaten, nog akkoord mee kunnen gaan. Maar het gaat hier om andere motieven! Nu zeg ik: "Ze pakken nog maar eens iets af van Westende!!"
Wat is het gemeentebestuur van plan met het gebouw? De blauw-oranje meerderheid wil het gebouw één of meerdere andere bestemmingen geven… omdat het op vandaag teveel kost aan de gemeente. Alle hierbovengenoemde verenigingen moeten ophoepelen. Waarom juist moet bespaard worden op een gebouw waar sociale activiteiten plaatsgrijpen, is mij een groot raadsel; Als je dan weet hoeveel de gemeente jaarlijks uitgeeft aan wielerwedstrijden, die zogezegd opbrengen voor de bekendheid van Middelkerke en voor de lokale economie, dan kan je enkel het hoofd schudden uit onbegrip. Op 10.1.2010 heb ik hier (in de map ‘Evenementen’) een artikel gepubliceerd met als titel ‘Hebben jullie al eens het buurthuis in Westende-bad bezocht’. Daaraan wordt jaarlijks een klein fortuin besteed aan huur, verzekeringen, personeel, energie, documentatie, … uiteindelijk voor een relatief klein aantal bezoekers. Waarom wordt daar niet eerst op bespaard?
Een eerste stap is dus reeds gezet na de goedkeuring van de erfpacht door IKWV op de gemeenteraad van 27 juni 2014. Het onderstaand gedeelte van het (achter)gebouw zal voortaan bezet worden door de IKWV voor de veel te lage prijs van 1.000 euro per maand. Het gaat hier immers over 7 lokalen en niet over 25 m²!!
Wat denkt de oppositie daarvan? De 'Lijst Dedecker' wil deze toeristische troef, deze culturele en historische accommodatie, in eer houden en zijn bestemming niet wijzigen. Zij willen dat onze kinderen ook in de toekomst van deze parel aan de Vlaamse Kust kunnen blijven genieten. Ze zijn ook niet te spreken over de intentie van de Open VLD-CD&V- meerderheid om een gedeelte van het centrum Calidris voortaan te verhuren (voor een habbekrats, zijnde 1.000 euro per maand, beweren ze) aan de Intercommunale Kustreddingsdienst (IKWV) en dat voor hun administratieve diensten. De Calidris is volgens hen een toeristische troef voor Westende die men moet koesteren en dit zeker in tijden van economische crisis. Bovendien is er een groot tekort aan jeugdverblijfcentra voor groepen aan onze Vlaamse kust. Het is tevens een vitaminekuur aan het strand voor onze kinderen en onmisbaar voor het cultureel leven in Westende. Op 28 mei 2014 kwam het punt al ter goedkeuring op de agenda van de gemeenteraad, zonder raadpleging van de cultuurraad of enig ander beheersorgaan van de gemeente en zonder dat daarvoor een aanbesteding uitgeschreven werd, voor zover die een ander resultaat zou opgebracht hebben. Het punt werd dan maar verdaagd, op vraag van Jean-Marie Dedecker. Ik had graag de financiële balans van vandaag eens vergeleken met de toekomstige! Ik hoop dat de leden van de oppositie dat wel gedaan hebben Ikzelf kan immers niet beschikken over de nodige gegevens.
De gemeenteraadsleden van het Progressief Kartel antwoordden spijtig genoeg niet op mijn vragen. Ik hoop dat dit niet gebeurde uit onwil maar om verlofredenen.
Is hier geen belangenvermenging in het spel? De Lijst Dedecker is van mening dat schepen Devey, tevens voorzitter van IKWV, niet had mogen meestemmen toen beslist werd een gedeelte van de Calidris aan zijn vereniging te verhuren. LDD vindt dat hier belangenvermenging in het spel is. Belangenverstrengeling of belangenvermenging duidt op een situatie waarbij iemand meerdere belangen, die een zodanige invloed op elkaar kunnen uitoefenen dat zijn integriteit ten aanzien van het ene of het andere belang in het geding komt. Als Devey werkelijk meegestemd heeft, dan heeft hij zich inderdaad aan belangenvermenging schuldig gemaakt. Het was bovendien niet slim van zijnentwege, want ook zonder zijn stem zou de Open VLD met 3 overblijvende stemmen het gehaald hebben van de twee stemmen van CD&V, als die partij zou tegengesparteld hebben. Maar dat hebben ze niet gedaan volgens de LDD. Zij hadden er inderdaad omwille van hun partijgenoot Gerard Soete, belang bij het bivakhotel op te doeken omdat het een rechtstreekse concurrent was van de Zeekameel in Lombardsijde, een instelling die gerund wordt door de zoon van het CD&V-gemeenteraadslid Soete. De logementen op de verdieping van de Calidris zouden nu gehuurd worden door diezelfde Gerard Soete! Zo zou er voor elk wat wils zijn. Boze tongen beweren zelfs dat dit al ter sprake zou gekomen zijn bij de coalitievorming na de gemeenteraadsverkiezingen van 14.10.2014.
Officieel is er echter daarover nog niet beslist! Komt er dan weer geen aanbesteding? Ik ken alvast één andere geïnteresseerde uit de horecasector.
En wat gebeurt er met de daar nu gehuisveste verenigingen? De helft van de verenigingen zou verhuizen naar ‘De Rille’ De kaarters moeten plaats ruimen voor de redders? Niet getreurd echter! Naar het schijnt zou de gemeente voor hen het lokaal huren in het gebouw van Gruwier in de Essex Scottishlaan, waar vroeger de videotheek was. Als dat klopt, dan vraag ik mij af hoeveel ze daarvoor per maand zouden moeten betalen aan huur, verzekeringen, onderhoud, …?
Hoe luidt het verweer van het gemeentebestuur, met name van Michel Landuyt Schepen van toerisme Michel Landuyt (Open VLD) weerlegt de aantijgingen. ‘We onderhandelen slechts over de herbestemming van een beperkt gedeelte. Dat gebeurde nadat de gemeente een interessant aanbod kreeg van de Kustreddingsdienst. De Calidris blijft het huis van de verenigingen met cafetaria en exporuimtes. Ook de speelpleinwerking blijft er doorgaan.'
Wat je ‘interessant’ noemt!!! Zou Michel toen nog niet geweten hebben dat de verenigingen allemaal elders een onderkomen moesten vinden! Ik denk dat niet, want hij heeft dat nog niet zo lang geleden herhaald.
Als 'tegenprestatie' zou de IKWV les geven over de zee aan de kinderen die in de 'Calidris' verblijven. Moeten we nu ernstig blijven?
Bronnen website lijst Dedecker Artikel ‘Het Nieuwsblad’ van 19 maart 2013 ‘Dedecker beschuldigt schepen van belangenvermenging ‘ door vln Artikel in ‘Het Laatste Nieuws’ ‘Verhuist kustreddingsdienst van Oostduinkerke naar Westende?’ door Paul Bruneel
Westende: hoe zag het landschapspark er uit … in de maand mei?
Mei is genoemd naar Maja, de godin van wat bloeit en groeit in het voorjaar en van de vruchtbaarheid van de vrouw. De maand wordt daarom ook wel bloei-, bloemen- of vrouwenmaand genoemd. Het leek me dus voor de hand liggend en interessant om mijn tweede bezoek te brengen aan het landschapspark in de Hofstraat van Westende. Op 9 december 2013 verscheen hier inderdaad mijn artikel ‘Westende heeft ook een park… of … het gelijkt er toch op… Ik ben een fan van de natuur en ik vind het park een origineel idee ... als het goed onderhouden en bijgewerkt wordt! De aanleg werd voor 100% door eigen technische diensten (wegen- en groendienst) uitgevoerd. Omdat het in de maand december niet in bloei staat of stond, heb ik toen beloofd dat ik later zou terugkeren, als dat wel het geval is. Dat deed ik dus op 9 mei 2014.
Dit waren mijn waarnemingen/vaststellingen Bij het betreden van het park liep ik een ontgoocheling op. Burgemeester Janna sprak bij de aanleg over “Slingerend tussen onder meer appels, peren, maar ook mispels en kweeperen loopt een blote voetenparcours voor wie van een uitdaging houdt: zonder schoenen of sokken de verschillende soorten ondergrond letterlijk aanvoelen”. Om te vermijden dat het onkruid zich ook hier kan doorzetten, werd een doek aangebracht met daarop grint. De foto's hieronder maken duidelijk dat het doek schijnbaar de rol niet vervult, die ervan verwacht wordt.
In december zag het middenplein, door Janna in haar typische megalomane woordenschat het ‘evenementenplein’ genoemd, eruit zoals links hieronder. Nu is dat een grasplein zoals jullie op de rechtse foto’s zien. De natuur is inderdaad op weerstand gestoten van de omwonenden, die niet akkoord gingen met het vooropgezet plan van de gemeente om de natuur zijn gang te laten gaan om aldus een wandelnatuurpark te creëren door hier en daar wandelcorridors te maken. Ze vreesden waarschijnlijk al dat onkruidzaad in hun eigen tuin binnen te krijgen of hadden ze nog andere bezwaren?
Er werden nog geen evenementen op gepland, maar het zou perfect mogelijk zijn. Bemoedigend is wel dat op een paar plaatsen bloemen kleur beginnen te geven aan het park. Die werden niet gezaaid maar ze zijn het werk van de natuur. Op termijn zullen de hellingen met bloemenmengsels ingezaaid worden. Het is vooral de boterbloem die weelderig groeit. De tweede meihelft is er inderdaad de periode voor. Een tweede soort is de papaver.
Wie er nog zou aan twijfelen dat er heel mooie onkruidbloemen bestaan, moet maar eens op http://www.wildebloemen.info/ kijken.
Het amfitheater dat in december 2013 nog geïntegreerd bleek in de onkruidperken was bij mijn eerste bezoek maagdelijk vrij. Ik heb er wel half juni nogmaals een foto van genomen en maagdelijk is dat dus niet meer. De groendienst van de gemeente beweert dat er op termijn muurbloemen zullen op groeien,
De vele palen die op de bermen staan zullen later nog met touwen met elkaar verbonden worden om zo speelgangen te creëren.
De fruitbomen De fruitbomen (geboortebos of nieuwe aanplanting met bomen) zijn een mengsel van appels, peren, kersen en pruimen. De bloeitijden kunnen erg verschillen per jaar, de volgorde waarin de fruitbomen bloeien zal ongeveer gelijk blijven. Mensen die aan de kust wonen hebben vaak een zachtere winter, daardoor zal de bloesemtijd aan het begin van de aangegeven periode staan. Bloesems van fruitbomen kunnen prachtig zijn, maar vaak bloeit een fruitboom niet langer dan twee weken. Ziehier de bloeitijd van de meest voorkomende fruitbomen in onze streken.
Appelbomen 15 april - 15 mei Kersenbomen 15 april - 15 mei Perenbomen 15 april - 15 mei Pruimenbomen 1 – 30 april
Was ik dus te laat om de bloei mee te maken? Ja dus, of bloeiden ze dit jaar nog niet? Voor het dragen van vruchten en het plukken is het alleszins nog veel te vroeg. Hiervoor dient voor de meeste soorten tot enkele jaren na het aanplanten gewacht te worden (voorbeeld voor peren 5 jaar). Naar het schijnt moesten er al enkele boompjes vervangen worden, na vandalenstreken.
Heeft een nieuw (sociaal?) vakantiecentrum in Westende dan toch nog een toekomst?
Alhoewel ik niet meer zo rap verrast ben als het gaat over ‘Duinenzicht’, keek ik toch met enige verbazing naar het nieuws dat bouwpromotor ‘Twin Properties’ uit Oostduinkerke van plan is het verloederd gebouw nieuw leven in te blazen door er een vakantiepark met 109 verblijven van te maken. ‘Verloederd’ is weliswaar nog iets te zacht uitgedrukt, want het gebouw was stilaan een echte ruïne aan het worden. In een dagbladartikel staat dat ‘Duinenzicht’ daarmee een tweede leven begint. Het aantal levens is wel wat groter. Laten we ze even overlopen. Wie er alles wil over weten, kan in de map ‘Zon en Zee‘ mijn vorige artikels daarover lezen. ‘Hoogheidwaanzin, slecht beheer en verspilling doen een mooi project ineenstuiken.’ van 12.6.2011 ‘Help! Na ‘Zon en Zee’ wordt nu ook ‘Duinenzicht’ verkocht’ van 23.11.2007. In het tweede artikel doe ik de ganse geschiedenis van het centrum uit de doeken. Even een korte samenvatting.
Hoe het allemaal begon – Het Rustoord Op 8 november 1932 vond de Christelijke Mutualiteit dat iedereen de kans moest krijgen om op een betaalbare manier vakantie te nemen, Zowel volwassenen als kinderen moesten van een luchtkuur kunnen genieten. Met dat doel werd ‘Ons Rustoord’ opgericht. Het centrum kende veel bloeiende jaren maar op het einde van de jaren ‘70 kwamen steeds minder kinderen naar het home en in 1980 werd het opgenomen in het gezinsvakantiecomplex van het Algemeen Christelijk Werknemersverbond (ACW): ‘Zon en Zee’. Toen brak de glorietijd aan voor het centrum maar ook voor Westende-dorp.
‘Duinenzicht’ en ‘Formatio’ Einde 2000 werd ‘Zon en Zee’ echter weer gesplitst. Er werd een omheining geplaatst op de grens met het vroegere ‘Ons Rustoord’ dat nu eigendom werd van de grootste politievakbond van het land, de NSVP (Nationaal Syndicaat van het Politie- en Veiligheidspersoneel) en de militaire vakbond ACMP, Algemene Centrale van het Militair Personeel. De bouwheer NV Formatio had volle vertrouwen in een nieuwe en bloeiende toekomst. Daarom werd op geen miljoen euro gekeken. Enerzijds bestond het nu uit een vakantiecentrum met een capaciteit van 48 kamers met 200 bedden en appartementen voor 2 tot 8 personen en anderzijds uit een internationaal congres- en vormingscentrum voor seminaries, congressen, productvoorstellingen, feesten,... met alle denkbare voorzieningen (auditorium voor 200 personen, cabines voor simultaanvertaling en 11 vergaderzalen voor 15 tot 200 personen. Alle bestaande gebouwen werden vernieuwd, met nieuwe ramen en de graspleinen werden heraangelegd. Er kwam een restaurant voor 180 personen.
Waarom leidde het dan toch niet tot de ‘wedergeboorte van Westende-dorp’? (zoals zo ‘wijs’ voorspeld door toenmalig burgemeester Michel Landuyt) Ja, eigenlijk had het een succes moeten worden, maar … Kort na het opstarten kocht de Staat ‘Zon en Zee’ en in het centrum werd een asielcentrum gevestigd. Minister voor Maatschappelijke Integratie Johan Vande Lanotte beweerde toen dat er geen toekomst meer was voor sociaal toerisme en dat dergelijke vakantiecentra gedoemd waren tot verdwijnen. Duinenzicht had zich wel een betere buur kunnen dromen. Daardoor werden namelijk heel wat potentiële klanten afgeschrikt. We zagen de ene beheerder na de andere defileren. Zonder succes! ‘Nooit opgeven’ moet één van hen gedacht hebben en prompt werd er nog een nieuw clubhuis bijgebouwd. Maar het wilde maar niet vlotten … Duinenzicht en alles er rond is gewoon één reusachtige geldverspilling geweest. Een echte schande! Waarom worden toch nooit de schuldigen voor zo iets opgespoord en gestraft?
De NV Formatio zag het uiteindelijk ook niet meer zitten en zocht een koper voor het centrum. Er was toen even sprake van het Rode Kruis van Luxemburg dat er appartementsblokken van 3 lagen hoog wilde bouwen om ze aan hun leden te verkopen, maar de gemeente wilde maar 2 lagen toestaan. Even was ook de provincie West-Vlaanderen geïnteresseerd om er een jeugdvormingscentrum te vestigen, maar ook daar kwam tenslotte niets van in huis...
En toen kwam weer de firma ‘Twin Properties’ uit Oostduinkerke, ook al medekoper/-eigenaar van ‘Zon en Zee”, op de proppen. Die dachten zeker dat het gemeentebestuur uiteindelijk wel zou toegeven en toch drie bouwlagen zou toelaten. Maar neen! Dat gebeurde niet! Ze besloten dan maar het centrum Duinenzicht om te bouwen tot een hotelcomplex met twee verdiepingen, goed voor 119 logies. Maar voor de zoveelste keer kwam er maar geen schot in een project omtrent het centrum en beetje bij beetje namen vandalen bezit van het gebouw dat eigenlijk nog maar pas gerenoveerd was: ruiten werden verbrijzeld, deuren werden uitgerukt, de omgeving en de vakantiestraat werden herschapen in een woestenij, kortom ‘echte propaganda voor een badplaats’. Zonder reactie vanwege de gemeente!!! Maar nu komt ‘Twin Properties’ opnieuw met een vers plan. Ze willen het domein nog maar eens nieuw leven inblazen. Het doel is opnieuw betaalbaar vakantiegenot te bezorgen aan jonge gezinnen. Mag men dit dan ‘sociale vakantie’ noemen? Geloven ze dan niet wat de ‘keizer van Oostende’ beweerde bij de sluiting van ‘Zon en Zee’? Maar ja, vroeger ging het over goedkope verblijfsrecreatie en nu over (zogezegd goedkoop) kopen door jonge gezinnen. Het zijn gewoon vakantieverblijven/-woningen. De bouwpromotor zal het hoofdgebouw laten verbouwen en uitbreiden - met respect voor de oorspronkelijke, karakteristieke architectuur - tot moderne, betaalbare vakantielogies. Met andere woorden heet dat ‘ze willen het gebouw zijn oude glorie teruggeven’
Het vijf hectaren groot domein zal ook een speelplein hebben en er komt voldoende parkeergelegenheid. Het onthaal ondergaat een complete 'make-over' en er wordt rekening gehouden met de nieuwe eisen inzake akoestiek en isolatie. Daar gaat een investering van 10 miljoen euro mee gepaard. Verwacht wordt dat de eerste logies klaar zullen zijn in 2016-2017. Een vakantieverblijf koop je vanaf 110.000 euro. De 109 verblijven worden via dochteronderneming Holiday Suites aan de man gebracht. De reclame ziet er als volgt uit:
Uniek: Wij bouwen vakantieverblijven waarvoor ze bedoeld zijn, aan prijzen van 10 jaar geleden * Slimme vastgoedbelegging = veel hogere opbrengst dan uw spaarboekje * Professionele verhuurdienst = hogere bezetting en volledig zonder zorgen * Uw eigen vakantieverblijf, incl. volledige inrichting = onmiddellijk en direct genieten * Locatie Westende = vlakbij zee en duinen * Laagste prijzen van de kust = goedkoper is strafbaar * Zowel voor eigen plezier als voor de belegger of beter nog, waarom niet beiden? * Wij ondernemen maatschappelijk verantwoord. * Per verkocht vakantieverblijf schenken wij een bedrag aan onderstaande organisatie.
Make-A-Wish® vervult de hartenwens van kinderen die vechten tegen een levensbedreigende ziekte om hoop, sterkte en vreugde te brengen. Make-A-Wish® Belgium-Vlaanderen wil de kinderen een hart onder de riem steken, hen moed geven voor de onzekere toekomst waar ze voor staan. De wensen worden alleen begrensd door de fantasie van het kind. Make-A-Wish neemt niet alleen de organisatie van de wensvervulling op zich, maar betaalt ook alle kosten die aan de wens verbonden zijn.
Mijn commentaar/aanvulling Volgens een artikel in ‘Het Laatste Nieuws’ gaat het over 250 euro per verkocht verblijf. Bedrijven die een bedrag storten voor een goed doel, doen dit niet zo maar. Het kan best zijn dat 'Twin Properties' een hart heeft voor zieke kinderen en dat juich ik natuurlijk toe. Maar … aan dergelijke schenkingen is ook een belastingsvoordeel verbonden. Op het bedrag van de storting geldt een forfaitaire belastingsvermindering van 45%.
Wie of Wat is ‘Twin Properties’? NV Twin Properties maakt samen met Chateau Residenties deel uit van NV Gromabel (Grondmaatschappij van België), een holdinggroep actief in projectontwikkeling met jarenlange ervaring in nieuwbouwprojecten en vakantieparken aan de Westkust, Limburg en Noord-Frankrijk (Côte d’Opal). Het wordt ook wel ‘NV Twin Invest’ genoemd en heeft zijn zetel in Oostduinkerke, Albert I – laan 104. Men noemt het soms ‘een groep rond de gebroeders Jonathan en Jochen Debucquoy’. De NV «TWIN INVEST» was ook al (mede)koper voor 50% van ‘Zon en Zee’ dat door de Staat verkocht werd met groot verlies voor de prijs van 9.005.000 EUR aan een groep vastgoedmakelaars. Partners waren de NV "leperse Bouwmaatschappij", afgekort "IEBO"(25 %)*, de NV "Immogroup JOYE" (12,5%), de NV Immo KAMAR» (6,25%) en de NV «SISSAU Immobiliën» (6,25%).
* In IEBO vonden we, behoudens latere wijzigingen: BVBA IMMAD, met zetel in de Albert I – laan 234 in Nieuwpoort, met als vaste vertegenwoordiger Luc Wille, NV FABIOLA, met zetel in de Lagaenestraat 5 in Diksmuide, vast vertegenwoordigd door Guido Declercq, NV NOORDZEEPARKEN, met zetel in Duinenweg 493 in Middelkerke, met als vaste vertegenwoordiger Louis Dobbelaere, NV ZEEPARKEN met zetel in Generaal Notermanlaan 22 in Oostduinkerke, vast vertegenwoordigd door Guido Declercq De NV Immogroup Joye (“IMMO JOYE”) met zetel in de Normandielaan 13 in De Haan De NV FABIOLA werd benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur, de andere werden benoemd tot gedelegeerd bestuurder.
‘Twin Invest’ investeerde eveneens verschillende miljoenen in ‘Hengelhoef’, een vakantiecentrum in Houthalen-Helchteren dat hetzelfde lot onderging als ‘Zon en Zee’ (asielcentrum en daarna verkocht met groot verlies door de Belgische Staat, zeg maar door Johan Vande Lanotte).
Waarom een holding? De NV Gromabel is een holding, ‘Holiday Suites’ een dochtermaatschappij van ‘Twin Invest’ … Wat houdt dat allemaal in? Waarom doen ze dat? Een holding is in beginsel niets anders dan een vennootschap (“moeder”) die aandelen houdt in een andere vennootschap (“dochter”). Een voordeel van een dergelijke constructie is dat in de moeder de activa kunnen blijven, die men wil afscheiden van het risicovolle ondernemingsvermogen dat wordt geplaatst in de dochter. Denk bij de activa bijvoorbeeld aan het vastgoed en pensioenrechten, maar ook aan vergunningen en intellectuele eigendomsrechten. Een holding kan daarnaast extra bescherming bieden omdat bijvoorbeeld eventuele schadeclaims gericht aan de dochter doorgaans niet kunnen worden verhaald op de moeder. Naast bovengenoemde voordelen zijn er tevens fiscale voordelen, die de onderneming in haar geheel meer flexibiliteit bieden.
De deelnemingsvrijstelling: De deelnemingsvrijstelling laat voordelen uit een deelneming buiten beschouwing bij het bepalen van de winst. Een voorbeeld: een dochtervennootschap maakt een winst van 100 en betaalt daar maximaal 25% vennootschapsbelasting voor. Blijft 75. Vervolgens keert zij dat uit aan haar moedervennootschap. Zonder de deelnemingsvrijstelling moet er hierover weer 25 % vennootschapsbelasting worden ingehouden waardoor er per saldo 75 -/- (25% van 75) 19 = 56 bij de moedermaatschappij aan winst overblijft. Met toepassing van de deelnemingsvrijstelling is de uitkering van de dochtervennootschap aan de moedervennootschap vrijgesteld van vennootschapsbelasting zodat er een winst van 75 overblijft.
De fiscale eenheid: De moedervennootschap die een fiscale eenheid aan wil gaan met één of meerdere dochtervennootschap(pen) bezit de juridische en economische eigendom van ten minste 95% van de aandelen in het nominaal gestorte aandelenkapitaal van de dochtervennootschap(pen). De belasting wordt dan geheven alsof er één belastingplichtige is, in die zin dat de werkzaamheden en het vermogen van de dochtervennootschap deel uitmaken van de werkzaamheden en het vermogen van de moedervennootschap. De belasting wordt geheven bij de moedervennootschap. Transacties tussen vennootschappen binnen de fiscale eenheid worden dan niet meer belast.
Goed nieuws: er beweegt iets … Op het einde van mei 2014 kwam er beweging in ‘Duinenzicht’: het puin werd opgeruimd, de deuren en ramen werden met houten platen afgesloten, er werd een omheining rond geplaatst, kortom men ziet dat er iets aan gedaan wordt. Nu nog de Vakantiestraat een beetje fatsoeneren voor het hoogseizoen want , die begint stilaan op de jungle te gelijken.
De burgemeester is toch zo blij!! Burgemeester Janna Rommel-Opstaele (Open Vld) is tevreden met de gang van zaken. "Een kustgemeente heeft nooit genoeg vakantiewoningen en dit project betekent zeker een meerwaarde voor Westende. Het aantrekken van jonge gezinnen als tweede verblijvers is heel belangrijk voor ons". Daarom liet ze zich maar, zonder enige schroom, fotograferen met de initiatiefnemers voor de ingang van het verkrot gebouw. Sinds de Open VLD begin 2001 aan de macht kwam, hebben ze nooit ook maar één vinger uitgestoken om het verlies aan vakantiewoningen in ‘Zon en Zee’ en in ‘Duinenzicht’ tegen te gaan of te compenseren. Een politieker, die bijna 14 jaar aan de macht is, kan zich zeker niet meer schamen?
Heeft de voetbalgekte ook in Westende toegeslagen?
Laat mij voorop plechtig verklaren dat ik zeer graag een voetbalmatch bekijk, zowel als toeschouwer in een stadion of achter een TV –scherm. Ik juich ook toe dat België voor het ogenblik een zeer getalenteerd elftal heeft, dat beloften inhoudt voor de naaste toekomst, op het wereldkampioenschap in Brazilië en ook voor de latere wedstrijden op het internationaal plan. Ik heb dus altijd met enthousiasme, met liefde zelfs, gereageerd op alles wat met voetbal te maken heeft. Daarin is weliswaar met de jaren een zekere afkoeling opgetreden om diverse redenen: wegdeemsteren van de clubliefde die vervangen werd door een spel van miljoenen euro’s, de overdaad aan wedstrijden op tv waardoor een mens kritischer wordt, het eindeloze gepalaver over voetbal in de media, de dominantie van het voetbal in de reclame, kortom het overvloedig aanbod dat ook bij grote voetballiefhebbers het verlangen kan oproepen naar een leven zonder voetbal.…
Op 12 juni is de wereldbekercompetitie van start gegaan met de match Brazilië – Kroatië. Ook in mijn krant werd dat begroet met een ‘Eindelijk’! Matchen zoals Spanje-Nederland (1-5) kunnen nog eens mijn geestdrift opwekken, maar goed, het gaat hier niet over mij. Elke dag wordt ons voorgehouden dat er voor het ogenblik in Vlaanderen een ‘voetbalgekte’ heerst. Laat mij toe dat verschijnsel, dat nieuw is voor ons gewest, even te ontleden.
Kan men de Vlaming gemakkelijk in vuur en vlam zetten? In een land dat normaal een hekel heeft aan vlagvertoon is de nationale driekleur of moet ik schrijven ‘Jupilervlag’ of 'Coca-Colavlag' op veel plaatsen te zien en worden zwart, geel en rood op wangen gesmeerd en in pruiken geverfd. Er wordt nochtans vaak gegrapt dat Belgen alleen in het buitenland een gezamenlijk nationaal gevoel hebben, als ambassadeurs van hun nationale tradities (meer bepaald bier en chocolade, die tot de beste van de wereld behoren). Je met een shirt, sjaal of petje van de Rode Duivels in het straatbeeld vertonen! Tot voor kort moest je er een masochist voor zijn.
Voetbalgekte: waarom plots? In 1986 bereikten de ‘Rode Duivels’ de halve finale van het WK in Mexico en werden zo vierde. Het beste resultaat ooit. Bij hun terugkeer werden ze onthaald als volkshelden, met uitzinnige - en intussen historische - vreugdetaferelen op de Grote Markt van Brussel. Sindsdien bleven de resultaten uit en er werd dan ook regelmatig gesproken van een crisis in het Belgische voetbal. Als schuldigen werd zowel verwezen naar de voetbalbond KBVB, de bondscoaches als de spelers zelf. Van deze laatste werd gezegd dat zij onvoldoende inzet toonden, sterrengedrag vertoonden, en geen echt team vormden. In reactie op deze crisis nam ook de interesse bij het publiek voor het elftal af. Dat waren de miseriejaren waar de Rode Duivels vegeteerden op de zeventigste plaats van het FIFA-klassement, waar stadions leegliepen voor de match gedaan was en waar de zeldzame sponsors verdwaasd achterbleven. Het enthousiasme dat het Belgische team nu opwekt, is indrukwekkend. Op enkele jaren tijd is het gezicht van onze nationale ploeg ingrijpend veranderd. Zelfs de kleinste vriendschappelijke wedstrijd kan rekenen op een buitengewone belangstelling en de kansen op een wereldbekerticket wakkerden de strijdlust bij alle supporters aan. Dat heeft alles te zien met een zogenoemde ‘gouden generatie’. België heeft inderdaad een aantal getalenteerde spelers, die in staat geacht worden hun mannetje te staan in de zwaarste kampioenschappen. Hazard, Lukaku, De Bruyne! Een jeugdige ploeg! Een gemiddelde leeftijd van 25 jaar maar een uitzonderlijke maturiteit… ervaring gecombineerd met fysieke kwaliteiten. Ze hebben zonder twijfel de mogelijkheden om met de allerbeste mee te kunnen. Ze moeten het nu nog wel waarmaken. Een ploeg die wint, lokt publiek. Succes lokt succes uit, zo gaat het in het leven. Het volk staat gretig te juichen.
De rol van de media Maar ook en vooral de communicatie- en nieuwswereld werkt mee aan de Braziliaanse voetbalgekte. De jacht op de kijkcijfers woedt nog meer dan anders in alle hevigheid. Reclamebureaus organiseerden Brasil-campagnes en net als vele andere communicatiebureaus staat het WK als opportuniteit ingepland in het communicatie-actieplan van zowat al hun klanten. “Zetten we een speciale klanten- of personeelsactie op tijdens het WK? Op welke manier heeft het bedrijf banden met Brazilië en/of met de tegenstanders van de Belgen?” Wie als communicatiespecialist het WK niet in zijn agenda heeft aangestipt, leeft op een andere planeet.
In de vroegere tijd van de tegenvallende campagnes verloren ook de TV – zenders hun interesse. De rechten werden vaak match per match verkocht. Niet zelden bleef het wachten tot het laatste moment vóór iemand de rechten voor een prikje alsnog binnenhaalde. Nu had elke zender er een pak geld voor over. Canvas haalde een piek van 1,4 miljoen kijkers voor België-Schotland, VIER piekte met 1,2 miljoen kijkers bij Servië-België. De VRT betaalde samen met RTL ongeveer vier miljoen euro per jaar voor de thuiswedstrijden van de Duivels. Ook het huidig WK is te zien bij de VRT. VIER kocht de rechten voor alle uitmatchen in de WK-campagne. Voor de nieuwe zender was het huidige succes een godsgeschenk. Ze hebben de rechten gekocht in april, nog voor de huidige nieuwe hype ontstond. Als ze nu zouden moeten onderhandelen, zouden de prijzen ongetwijfeld al gestegen zijn.
De media overstelpen de kijker of luisteraar of lezer elke dag met nieuws over de Belgische ‘sterren’. Alle TV-programma’s worden ermee volgestopt. De geschreven pers puilt ervan uit. De supporter moet toch weten dat Hazard even gezucht heeft. Hij/Zij moet toch weten welke kleur van schoenen zijn/haar idool draagt. Dat is toch belangrijk nieuws, of niet? Dat er een groen tapijt in het vliegtuig lag om de spelers te gewennen aan de grasmat in Brazilië, dat is toch wel wereldnieuws zeker? De harde kern neemt mij dat misschien niet in dank af, maar ik vind dat allemaal fel overdreven. Ik geraak eigenlijk oververzadigd en ik hoop dat die euforie niet moet omslaan in ontgoocheling. Daarom kijk ik enkel nog naar wedstrijden en niet meer naar nevenuitzendingen/praatprogramma’s over voetbal.
Supporters naar Brazilië: 4.000 euro is toch een peulschil! De Braziliaanse nieuwszender Globo meldt dat er 8.795 Belgen naar het WK in Brazilië zullen afreizen. We staan daarmee op de 22ste plaats van alle landen. De kosten beslaan de vlucht, het logement, de tickets en het eten. Even detailleren:
Vlucht: de goedkoopste vlucht (heen/terug) naar São Paulo kost al gauw om en bij de 850 euro. Daarnaast moeten nog eens (spotgoedkope) binnenlandse vluchten gerekend worden. Aangezien elk land de drie groepswedstrijden wellicht in een andere stad zal spelen, moeten nog eens minstens drie extra vluchten geboekt worden. Een Duivelse passage in Salvador, Porto Alegre en Fortaleza behoort in de eerste ronde tot de mogelijkheden. En daarna een achtste finale in thuishaven São Paulo, en daarna...? Doe er dus nog maar minstens 700 euro bij. De Belgische Voetbalbond legt een luchtbrug in die 3 à 4.000 fans naar Brazilië kan brengen. Zo kan de prijs gedrukt worden. (zie verder) Logement: mik op 100 euro per dag voor een tweepersoonskamer, en dat drie weken. Maakt 2.100 euro ongeveer of 1.050 euro per persoon. Tickets: de exacte prijzen zijn moeilijk te achterhalen, maar voor drie groepswedstrijden en een eventuele achtste finale wordt gewag gemaakt van iets meer dan 300 euro. Eten: je moet natuurlijk ook de dag doorkomen. Eten en drinken zijn dus een must. Thuis moet je dat ook, maar de plaatselijke horeca zal daarvan willen profiteren en hoge prijzen opleggen. Een vijftigtal euro per dag is een redelijke streefprijs, al mag je daarmee niet te gek doen. Komt op iets meer dan 1.000 euro voor drie weken. Alles samen iets meer dan 4.000 euro voor een trip van 21 dagen, met vertrek rond 10 juni en met terugkeer begin juli. Het WK begon overigens op 12 juni en eindigt op 13 juli.
De Belgische voetbalbond KBVB biedt aan zijn supporters enkele pakketten aan in een fandorp 'Devillage'. Dat heefteen capaciteit van 2.500 mensen en was geopend vanaf 12 juni, vijf dagen voor de eerste WK-wedstrijd van de Belgen tegen Algerije. De camping sluit twee dagen na de laatste groepswedstrijd, op 28 juni. De KBVB maakt onderscheid tussen een 'all-in' formule en een 'camping only' formule. Het grootste verschil zit hem in de verplaatsingen (vliegreizen en binnenlandse busreizen) die bij de 'all-in' inbegrepen zitten. De goedkoopste formuleis de ‘camping only’ die 3.639 euro kost, 95 euro per nacht. Die prijs betaal je als je met een eigen tent en matras in het fandorp slaapt, en de verplaatsing naar twee van de drie groepswedstrijden maakt. Als je alle groepsmatchen wil zien is de goedkoopste formule 3.899 euro. De duurste formule biedt verplaatsingen aan naar alle groepswedstrijden en een verblijf in een luxetent met echte bedden. Daar tel je wel 4.799 euro voor neer. Alle pakketten zijn exclusief de aankoop van de toegangstickets voor de wedstrijden. In het kamp zal overal gratis wifi aanwezig zijn, alsook een helpdesk. Er is uitgebreid ontbijt, alsook BBQ, Braziliaanse en Belgische keuken voor de 'all-in' formule. Alle 'inwoners' van 'Devillage' hebben ook toegang tot een privéstrand. Daarnaast zullen er gedurende het tornooi meermaals Belgische artiesten optreden.
Zo luidden de beloften, maar de media meldden echter op 19 juni dat ‘Devillage’, zacht uitgedrukt, geen groot succes is: onveilige overdekking, gebrekkig sanitair, geen wi-fi, soms geen eten, kortom verschillende kampeerders zijn naar een hotel getrokken. De KVBV moet nu de boel zelf in handen nemen, zogezegd omdat de lokale partner zijn verplichtingen niet nagekomen is.
Wat is er zo allemaal gepland voor de thuisblijvende supporter? Eén ding staat vast, als de Rode Duivels hun WK-wedstrijden spelen staat het land zo goed als stil en wordt er overal massaal naar de match gekeken, thuis in de sofa of voor één van de talloze grote schermen. Op onderstaande kaart staan meer dan 400 locaties waar de matchen op groot scherm worden uitgezonden, verspreid over Vlaanderen. Uiteraard zijn er de grote evenementen zoals ‘Dance with the Devils’ in het Antwerpse Sportpaleis of ‘Love The Samba’ in de Gentse Ghelamco Arena. Maar ook tal van lokale cafés of dorpspleinen plaatsen een groot scherm waar supporters samenkomen.
De enige badplaats die ik niet op de kaart of in de bijgaande tekst terugvond, was … Middelkerke. Ze denken er wel aan tijdens het bierfestival op 20, 21 en 22 juni (in Middelkerke kern!!!) een groot scherm te plaatsen.
Het belang van of voor de bedrijven Niet eens zo lang geleden kampte de bond nog met afhakende hoofdsponsors. Die waren het beu om opdoffer na teleurstelling te moeten verwerken. Nu stonden de bedrijven te dringen aan het bondsgebouw. De bond kreeg echt aanvragen voor van alles. Iedereen wilde zich verbinden aan een succesproduct, maar de KVBV moest telkens de toestemming geven en ging selectief te werk. Ze wilden rustig opbouwen en wilden enkel kwaliteitsproducten. De bond heeft tien grote sponsors en een aantal kleinere. Samen jaarlijks goed voor zo’n vijf miljoen euro. De Panini-stickers zijn weer hyperpopulair als vanouds en dat draagt bij tot de tijdelijke status van halfgod van sommigen. Het verzamelalbum Belgian Red Devils is exclusief verkrijgbaar in alle Carrefour-winkels: 180 stickers en 8 tatoeages te verzamelen! (1 sticker per aankoop van 25 euro) Coca-Cola schonk elke dag 500 ballen weg aan zijn consumenten, in totaal 23.000 ballen en deelde tevens driekleurige vlaggen uit met daarop hun merknaam. Voor elke bal die naar een supporter ging, schonk Coca-Cola er ook eentje aan de Football+ Foundation, de sociale pijler van het Belgisch voetbal, kwestie van één en ander van de belastingen te kunnen aftrekken. Vanaf 10 april kreeg je bij aankoop van 3 Unilever-producten bij Delhaize een bal met daarin een figuurtje van een Rode Duivel en een vurige supporter. In elke bal vond je een unieke code waarmee je een reis voor twee naar Brazilië kon winnen waar de wedstrijd België-Algerije kon bijgewoond worden. Jupiler schonk aan de kopers van hun producten een gratis-vlag met tekst en hun merknaam op zodat de bevlagging in steden en dorpen eigenlijk gratis reclame is. Ze boden ook een collectie van 24 glazen te koop aan met daarop een foto van een rode duivel. Er is ook nog een reeks speciale blikjes. Het is eigenlijk wel een beetje merkwaardig dat de voetbalbond beweert de sponsors zorgvuldig uit te kiezen en dat leveranciers van alcoholische dranken een sportwedstrijd mogen sponsoren. Maar ja, Jupiler is natuurlijk niet zo maar een sponsor!! Het zal wel om een hoop geld gaan!
Rodania biedt een ‘ Rode Duivels collectie’ aan, horloges aan prijzen vanaf 49,00 €. Mac Donald lanceert voor de gelegenheid een WK Snackbox bestaande uit 8 bitterballen, 8 Chicken McNuggets, mosterd en saus naar keuze. Ziehier hun aanbiedingen:
Van chips, over shirts, over sleutelhangers, tot prullaria en zelfs waterijsjes, iedereen wil zijn graantje meepikken van de hype.
Het Rode Kruis is wel geen bedrijf, maar ook zij zagen in het WK een ideale kans voor een campagne om bloedgevers te werven. Donoren die zich tussen 1 april en de finale van de Wereldbeker op 13 juli aanbieden, maken kans op één van de 11 gesigneerde shirts van de Rode Duivels.
Ook de FIFA heeft talloze sponsors: 15 officiële maar ook niet-officiële. Hyundai is al sinds 2002 de officiële partner van de FIFA en tekent dan ook present voor het wereldkampioenschap 2014. De logistieke aspecten, en in het bijzonder het wegvervoer van de 32 teams, de officiële delegaties, de scheidsrechters en andere vip-partners vergen aanzienlijke middelen. Daarom stelde Hyundai bij de jongste Wereldbeker in Zuid-Afrika niet alleen 727 personenwagens en minibusjes, maar ook een hele armada bussen ter beschikking. VISA heeft met de FIFA een overeenkomst tot 2022. Speciaal voor het WK in Brazilië fabriceerde Adidas een nieuwe bal: de Brazuca. Andere officiële partners: Continental banden, Budweiser bier, lenzen Johnson & Johnson, KIA motoren, sportdranken Powerade, vliegtuigmaatschappij Fly Emirates, motorolie Castrol, chicken 'Moy park', zonnepanelen yingli en oi telecommunicaties.
Puma is een niet-officiële sponsor maar betaalt dubbel zoveel aan sponsoring. Ook NIKE is er zo één, net zoals Bavaria. en nog enkele andere.
De doelstellingen van de overheid Het kan best zijn dat Koning Filip echt een fervent supporter is van de Rode Duivels. Misschien geeft dit hem de kans zijn kinderen een groot plezier te bezorgen, maar zijn aanwezigheid op veel matchen, ja zelfs op een training (!), geeft de indruk dat hij daarvan gebruik maakt om de Vlamingen te overtuigen dat de eenheid van België belangrijk is en helemaal niet in gevaar is. Ook premier di Rupo was alom aanwezig in de omgeving van de nationale voetbalploeg, wat het bovenstaande onderstreept. Je ziet dat ook op het voetbalveld, met spelers als de Congolees-Belgische Vincent Kompany. Hij spreekt even vloeiend Nederlands als Frans, is aanvoerder van het nationale elftal en volgens sommige journalisten is hij een figuur die de gemeenschappen samenbrengt.
Men mag gerust zeggen dat het enthousiasme van de Vlaming opgeklopt of georchestreerd werd via de media maar ook door acties van schoolhoofden die hun kinderen ertoe aanzetten in het rood en beschilderd naar school te komen. Ik had liever wat meer spontaneïteit gezien!!
Hugo Camps, een journalist die altijd al een uitgesproken mening gehad heeft, hoopt dat de prestaties van de Rode Duivels, ook mee de toekomst van België zullen helpen bepalen. “Maar ik vrees daar een beetje voor.” Camps denkt niet dat de Duivelsgekte een invloed zal hebben op de geschiedenis van het land. “Ik zou het hopen, maar ik vrees van niet”, luidt het bij Camps in Sport/Voetbalmagazine. “Als ik zie hoe onverschillig Bart De Wever en zijn N-VA reageert op de Rode Duivels, bijna afkerig van sport, denk ik niet dat het resultaat van de Rode Duivels een invloed zal hebben op de geschiedenis van het land. Kennelijk vinden mensen dat ook goed, want ze stemmen voor N-VA en De Wever. Voetbal, dat is een steekvlam. Steekvlammen van nationalisme, steekvlammen van geluk, maar wanneer het fout gaat ook steekvlammen van verraad en van haat.”
De voetbalbond in volle glorie Men kan gewoon zeggen dat er een kleine revolutie plaatsgreep in de Belgische voetbalbond. Ze schijnen daar plots professioneel geworden te zijn, nadat ze jaren oubollig en verstard waren. De bond werd een bedrijf, een efficiënte onderneming. Ze namen een reclamebureau in de arm en dat leidde tot successen. Met het gebruik van de dingen van deze tijd (sociale media, websites, fanclubs) werd een aparte sfeer geschapen waar plots iedereen bij wou horen. Het is inderdaad ook opvallend dat steeds meer vrouwen zich voor voetbal interesseren. Of het nu over transport naar Brazilië, sponsoring of ticketverkoop gaat, de voetbalbond houdt de touwtjes stevig in handen. Het is zo dat "de KBVB" en "de Rode Duivels" merknamen zijn geworden die auteursrechtelijk beschermd zijn en die je niet zomaar mag gebruiken. Dat is bijna de vorming van schaarste om het volk hongerig te houden. Maar dat is vooral ook vooruitgang. Merchandising. Marketing. Ver weg van het goed bedoelde amateurisme van vroegere tijden. De Duivels zijn "hot" en een label van hen doet verkopen als zoete broodjes. Mensen willen er nu eenmaal bij horen. En als dat voor een product is zonder kwade bedoelingen, kun je 't hen niet eens kwalijk nemen. Er wordt zelfs beweerd dat tijdens het WK onze economie er net iets meer op vooruit gaat en dat het goed is voor het consumentenvertrouwen.
Een geslaagd initiatief waren, naar het schijnt, de enorm populaire ‘Duiveluitdagingen’ van reclamebureau Boondoggle. De rode duivels schotelden hun supporters zogezegd zeven uitdagingen voor en beloofden daarvoor telkens een tegenprestatie te leveren. De bedoeling was de band tussen spelers en supporters te verstevigen. De Belgen op zeer luidruchtige manier naar de overwinning schreeuwen (op een moment dat men overal de geluidsoverlast probeert te beperken!), van je huis een stadion maken, een vak vullen met vrouwelijke supporters, het Boudewijnstadion vullen met kindertekeningen en de rode duivels uitwuiven op het tarmac van Brussels Airport, ziedaar voorbeelden van die uitdagingen. Een rondleiding geven in het Boudewijnstadion is één voorbeeld van een tegenprestatie.
Op mijn leeftijd vind ik dat allemaal nogal gek, zelfs naar het belachelijke toe, maar voor sommige supporters kan het blijkbaar niet gek genoeg zijn.
En in Westende? Als ik via de media verneem dat Vlaanderen zwart-geel-rood kleurt heden ten dage, dan ben ik wel wat verwonderd. Misschien doen de steden wel mee aan de hype, maar is dat hier ook zo? Ik heb eens een rondrit gemaakt in Westende-bad en –dorp en in Lombardsijde en eigenlijk stemt het enthousiasme van de inwoners alhier niet echt overeen met dat wat de media ons voorspiegelen.
Eén straat, de Badenlaan, is een uitzondering. Een paar huizen zijn zelfs niet zomaar bevlagd maar getooid met allerlei zwart-geel-rood attributen. Bovendien werden ook de boompjes in de laan opgesmukt met afwisselend een nationaal vlaggetje en een Middelkerks (blauw-wit). Het café op de hoek met de Graaf Janstraat, ‘The Champs’, geeft de toon aan. Heeft daar het Badenlaancomité, dat ook jaarlijks in september een rommelmarkt inricht, misschien een rol in gespeeld? Ook de Meeuwenlaan (eigenlijk moet ik schrijven de horeca) kleurt wat meer zwart-geel-rood dan de rest. In Westende-bad hebben toch wel enkele inwoners aan hun appartement of huis een vlag opgehangen. Dat varieert van 1 tot 4 vlaggen per straat in de Arendlaan, Distellaan, Portiekenlaan, Oorlogsinvalidenlaan, Flandrialaan, Zonnelaan, Zeedijk, Koning Ridderdijk, Priorijlaan, Zwaluwenlaan en Pelikaanlaan. (toestand tot en met 19.6.2014) Is dat misschien te verklaren door het feit dat op de badplaats Franstaligen wonen of verblijven? Eén van hen kwam zelfs met een Belgische en met een Franse vlag naar buiten. Ziehier een paar foto’s.
In de dorpen is het aantal vlaggen toch relatief beperkt. In een aantal straten ziet men er één à vier wapperen, meestal één en uitzonderlijk eens vier. In Westende zag ik er in de Essex Scottishlaan, de Duinenlaan, de Dorpplaats, de Lombardsijdelaan, de Dahlialaan, de Heidestraat, de Leliënstraat, de Begonialaan, de Noordstraat, de Hofstraat, de Steenstraat en de Langestraat. In Lombardsijde waren er op het Dorpsplein, in de Zeelaan, Kleitendijkstraat, Merdaenspolder, Tuinwijkstraat, 9de Liniestraat, Prinsenvelddreef en Nieuwpoortlaan.
Al bij al mag men zeggen dat ook hier toch een aantal voetbalgekke mensen wonen. Ik ben zelfs verbaasd dat het er toch nog zoveel zijn. Maar ja, de vlaggen bedrukt met reclame, werden gratis uitgedeeld. Zullen we evenveel 'echte' vlaggen te zien krijgen op de nationale feestdag op 21 juli? Overal doet zich hetzelfde verschijnsel voor: vooral de horecazaken hebben een Jupilervlag of Coca-Colavlag uitgehangen, zelfs al wijzen hun lichtreclames op ‘Cristal’ of op ‘Maes’. Ze willen daarmee natuurlijk de supporters aantrekken, of zouden ze misschien zelf zulke hevige supporters zijn? Voor de rest zijn er eigenlijk weinig private huizen bevlagd. Ik vond wel een vlag die halfstok hing (grapje, dat moet een gemeentelijk defect zijn!) Zijn wij dan ‘koele kikkers’? Of gewoon redelijke mensen?
Ik wil me alvast bij voorbaat excuseren mocht ik in een bepaalde straat een vlag te weinig geteld of zelfs helemaal niet opgemerkt hebben.
De Belgen zijn dus gestart met een weliswaar verdiende maar ‘bescheiden’ overwinning tegen een ‘bescheiden’ zij het stugge tegenstander. De wedstrijd tegen Rusland was één van de zwakste totnogtoe, vooral van de Belgen, op de laatste vijf minuten na: geen organisatie, geen snelheid, een onestrafte strafschop, kortom een onverdiende zege. De Russen waren stukken beter maar ook nog onvoldoende. Aangezien enkel de doelpunten tellen, gaan de Rode Duivels dus naar de achtste finale. In deze 'zwakke' groep, bijna een vanzelfsprekendheid. Daags na de overwinning op Algerije heb ik alvast een lichte verhoging van het aantal vlaggen vastgesteld. Zal dat nu weer het geval zijn? Hier en daar ziet men ook hoesjes rond de rug van de achteruitkijkspiegels van de auto’s. Er werd wel voor gewaarschuwd dat ze goed rond de spiegel moeten zitten of dat men anders gevaar loopt op een boete van 55 euro. Sommige plaatsen ook een vlaggetje op hun wagen.
Kan men nog ontsnappen aan die voetbalgekte? De voetbalgekte verstoort de komende dagen het openbaar leven. Is het voor veel voetballiefhebbers een reden om thuis te blijven, voor diegenen die niets met voetbal hebben, kan het juist een ideale periode zijn om er op uit te trekken. Voor wie zich niet uit het veld wil laten slaan door de voetbalhysterie, zijn er veel mogelijkheden. Ze kunnen kiezen uit talrijke tripjes tussen medio juni en medio juli. Ik vernam via het TV-nieuws dat 36% van de Belgen niet naar de voetbalwedstrijden kijken, dus...
Besluit Nu beweer ik toch wel de hele tijd dat er veel te veel geschreven wordt over het wereldkampioenschap voetbal en toch heb ik er zelf ook nog een epistel aan gewijd. Ik vond dat ik het verschijnsel ‘voetbalgekte’ toch niet onbesproken mocht laten. Vergeef het mij!