BPRC

Het Biomedical Primate Research Center (BPRC) is het grootste apentestcentrum van Europa. Aan de Lange Kleiweg in Rijswijk worden jaarlijks vele apen gebruikt in dierproeven. Het gaat om resusapen, java-apen en penseelapen. Volgens de laatste telling (op 14 december 2020) zitten er 1073 apen in het BPRC.

WAAR KOMEN DE APEN VANDAAN?

Aan de Lange Kleiweg in Rijswijk worden grote fokgroepen aangehouden. Van 2010 tot en met 2019 zijn er maar liefst 1907 apen in het apentestcentrum geboren. Toch heeft het BPRC nog steeds nieuwe apen nodig om inteelt te voorkomen. 1 Deze apen worden aangekocht via apenhandelaar Hartelust uit Tilburg. De apen zijn afkomstig uit enorme Chinese apenfokkerijen en worden naar Nederland getransporteerd. Zelf verhandeld het BPRC ook apen aan andere laboratoria zoals de KU Leuven. Naar schatting zijn er sinds de oprichting van het apentestcentrum in de jaren 50, maar liefst 10.000 apen gebruikt in experimenten.

APEN WORDEN DOODZIEK GEMAAKT

Animal Rights bestudeert de onderzoeken van de betrokken dierproefnemers van het BPRC. Zo doet het BPRC onderzoek naar MS door penseelapen ziek te maken met stoffen die hun zenuwen aantasten. De dieren raken verlamd, blind en apathisch. Na een lange lijdensweg krijgen de apen een dodelijke injectie.

Maar liefst 137 penseelapen worden gebruikt in experimenten die tot 1 januari 2023 lopen. De proefapen worden meerdere malen per week in de buik geïnjecteerd met opiaten om de symptomen van Parkinson op te wekken. De dieren verliezen gewicht, worden apathisch en zitten trillend in hun kooi. De apen maken dagenlang ongecontroleerde bewegingen die ze niet kunnen stoppen. Hierdoor knallen ze in de hoeken van de metalen kooi waardoor ze zich kunnen verwonden. Als er een aap sterft tijdens het experiment komt het lotgenootje alleen in de kooi te zitten wat weer zorgt voor extra stress.

LANGE LIJDENSWEG

Het BPRC heeft apen-infectiemodellen opgezet waarbij gezonde resus-en java apen geïnfecteerd worden met virussen, bacteriën of parasieten zoals Zika, knokkelkoorts, vogelgriep, Corona, malaria of tuberculose. Daar bovenop worden experimentele medicijnen en vaccins op de dieren getest. De apen worden geselecteerd uit de sociale groepen en als duo in een kooi gestopt. De dieren krijgen 18 uur niets te eten voor aanvang van de operatie. Onder verdoving wordt een temperatuurmeter geïmplanteerd in de buikholte. Het infecteren kan op verschillende manieren plaatsvinden: via een operatie, ingebracht in de longen, injectie in de huid of via een inhalatiemasker. De symptomen van de infecties zijn koorts, huiduitslag, gewrichtspijn, lusteloosheid en oogontsteking. Het bestrijden van de ziekte in het lichaam kost de apen zoveel energie dat ze slecht eten. Met als gevolg gewichtsverlies en moeilijk ademhalen.

Een java-aap, die geïnfecteerd was met een griepvirus, werd dood aangetroffen in de kooi en bleek gestorven te zijn aan een ernstige longinfectie.

De apen worden regelmatig verdoofd voor bloedafname, het afnemen van monsters, het schoonspoelen van de longen, scans, huidbiopten en het wegen van het lichaamsgewicht. Tijdens deze handelingen worden de apen gedwangvoederd of krijgen ze sondevoeding om het lichaamsgewicht op peil te houden. Omdat de apen zo vaak verdoofd worden voor de vele handelingen verkeren zij vaak in een staat van desoriëntatie, sufheid en misselijkheid.

De duur van de experimenten variëren, afhankelijk van de testopzet, van een aantal weken tot wel 20 weken. Een deel van de dieren wordt na afloop gedood om de weefsels en organen te bestuderen. De overige dieren worden na een rustperiode ingezet in een nieuw experiment.

LOMP EN GEVOELLOOS

De undercoverbeelden die gemaakt zijn in het BPRC tonen aan hoe lomp en gevoelloos de medewerkers omspringen met de apen. Op de beelden is te zien hoe apen worden afgemaakt voor het oog van andere apen die doodsbang zitten opgesloten in hun krappe kooien.

AANTAL DIERPROEVEN IN HET BPRC

Volgens het laatste jaarverslag van het BPRC werden in 2019 maar liefst 154 apen gebruikt in 14 studies. Het BPRC laat in het eigen jaarverslag weten dat in het afgelopen jaar 2020 al weer meer apen zijn gebruikt dan in 2019. Deze cijfers zijn nog niet openbaar. Over de periode 2007 tot en met 2019 heeft het BPRC maar liefst 2890 dierproeven op apen uitgevoerd.

HOE ZIT HET NU MET DE REDUCTIE VAN 40%?

Het BPRC heeft in 2018 de opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap gekregen om het aantal dierproeven met 40% te verminderen. Daarnaast moest per direct begonnen worden met het verkleinen van de fokkolonie door geboortebeperking. In 2019 presenteerde het BPRC het plan dat meer weg heeft van een reclamefolder.

Tweede Kamerlid Frank Wassenberg van de Partij voor de Dieren is zeer kritisch: "Niet alleen een uitgewerkt plan ontbreekt, het BPRC sjoemelt met de cijfers door te stellen dat het aantal experimenten op apen wordt teruggebracht tot 150. Maar dat is NIET de opdracht. Het aantal proeven op apen moet tot 2025 met 40% worden verminderd. DAT is de opdracht. Het BPRC voert zo’n 200 tot 250 proeven op apen paar jaar uit, schrijft de minister. Het BPRC is preciezer, op pagina 13 van hun plan. In de laatste 5 jaar heeft het BPRC 1034 proeven op apen gedaan, gemiddeld dus 207 per jaar. En in de laatste 10 jaar waren het 2234 proeven, dus 223 per jaar. Dat zijn de gemiddelden. Daarmee betekent een reductie van 40% geen 150 dierproeven op apen vanaf 2025, maar 124 tot 134. Het voorstel van het BPRC komt neer op een reductie van zo’n 30%. Daar kan de minister toch niet mee akkoord gaan?"

WIE FINANCIERT HET BPRC?

De inkomsten van het BPRC fluctueren tussen de 10 en 14 miljoen euro per jaar. Het apentestcentrum heeft drie belangrijke inkomstenbronnen: de exploitatiefinanciering vanuit het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (50%), de inkomsten uit externe projecten (circa 45%) en de overige inkomsten zoals subsidies van het Bill & Melinda Gates Foundation en Michael J. Fox Foundation (5%). 2

Externe projecten zijn geld en middelen voor ingediende en goedgekeurde onderzoeksvoorstellen van o.a. EU-fondsen.

ZIJN APENTESTEN MOREEL ACCEPTABEL?

In het proefdierkundig jaarverslag 2012 van het BPRC staat het volgende: “mensen zijn de slimste apen. Een van deze menselijke slimmigheden is het vermogen om te begrijpen dat ook andere individuen gedachten, wensen, bedoelingen en kennis hebben.” 3

Het BPRC geeft aan dat apen gebruikt worden omdat deze nauw verwant zijn aan de mens. Maar dat zou ook direct de belangrijkste afweging moeten zijn om juist geen dierproeven uit te voeren. Dieren die zoveel op ons lijken verdienen dezelfde wettelijke bescherming.

Film over de campagne van Een DIER Een VRIEND voor sluiting van het apentestcentrum BPRC

WAT HEBBEN DIERPROEVEN IN HET BPRC OPGELEVERD?

Het morele argument van het BPRC is dat dierproeven uitgevoerd worden om ernstige ziektes voor de mens te bestrijden met als doel het ontwikkelen van effectieve medicijnen of vaccins. Deze argumentatie wordt ook ingezet om fondsen bij de EU en goede doelen los te weken. Wanneer je echter de behaalde resultaten op de website van het BPRC bekijkt dan valt het morele argument weg. Volgens het BPRC heeft het onderzoek ‘tot belangrijke inzichten geleid in ziektes als aids, artritis en malaria. Recente doorbraken zijn de ontwikkelingen en verfijning van modellen voor multiple sclerose, Parkinson en tuberculose.’ 4

Deze belangrijke inzichten, ondanks tientallen jaren onderzoek, hebben niet geleid tot de oplossing van ziektes of het ontwikkelen van effectieve medicijnen of vaccins. Deze inzichten resulteren in vervolgvragen bij de onderzoekers: nog meer dierproeven.

De ontwikkeling en verfijning van modellen voor multiple sclerose, Parkinson en tuberculose is wetenschapsjargon. Hiermee wordt bedoeld dat er methoden zijn ontwikkeld om deze ziektes in apen na te bootsen. De apen zijn de modellen. De resusaap is, na de mensaap zoals de chimpansee, het proefdier dat het meeste op mensen lijkt. Toch zit er 25 miljoen jaar evolutie tussen een resusaap en een mens. De dierproefnemers lopen dan ook tegen tal van problemen aan.

Ziektes die in de apen worden opgewekt zijn vaak niet dezelfde ziektes als bij de mens: zo krijgen apen geen HIV maar SIV. Apen zijn ook niet ontvankelijk voor de malaria parasiet die juist zo gevaarlijk is voor mensen (p falciparum en p vivax). De 'oplossing' van de onderzoekers is om de apen te infecteren met de apenvariant p cynomolgi.

Bovendien worden de ziektes kunstmatig opgewekt waardoor het verloop van de ziekte weer verschilt met die van de mens. En dan moeten de 'resultaten' in dieren ook nog eens vertaald worden naar de mens.

GEEN RESULTAAT

Uit een studie van biofarmaceut Peter van Meer van de Universiteit Utrecht blijkt dat het nut van dierproeven zeer beperkt is. Hij trok deze conclusie nadat hij 33 Europese registratiedossiers bestudeerde waarbij ruim 5.000 makaken en 68 chimpansees in ruim 6.000 experimenten zijn ingezet als proefdier voor biotechnologische medicijnen. 5

Het is dan ook niet vreemd dat het BPRC de ontwikkeling en verfijning van modellen voor multiple sclerose, Parkinson en tuberculose als een resultaat ziet. Echter de reden waarom dierproeven gefinancierd en goedgekeurd worden is voor de ontwikkeling van effectieve medicijnen of vaccins. Door het uitblijven van resultaten valt deze morele vergoelijking volledig weg.

WAT WIJ WILLEN

Animal Rights en dierenrechtenorganisatie Een DIER Een VRIEND voeren campagne voor stopzetting van de apenexperimenten. We willen dat de miljoenen euro’s subsidie besteed worden aan moderne dierproefvrije technieken en niet aan verouderde dierproeven. De apen die nu opgesloten zitten moeten met pensioen: zij verdienen de juiste zorg in een gespecialiseerd opvangcentrum.