Malafide puppyhandelaren hebben nog altijd vrij spel
AlgemeenACHTERGROND - De problematiek rondom malafide puppyhandel is nergens zo groot als in onze provincie. Handhaving schiet tekort en zelfs als de autoriteiten uitpakken, deert dat fokkers vaak niet. Uit onderzoek van deze krant in samenwerking met onderzoekscollectief SPIT – waarover Follow the Money recent publiceerde - blijkt dat beruchte handelaren zo nog altijd vrij spel hebben. Een duik in de complexe wereld van de strijd tegen de broodfok, met een prominente rol voor de handhaver bij uitstek: de NVWA.
door Dieuwertje Kuijpers & Maarten Driessen
Overal duiken ze op, en dan vooral hier in Oost-Brabant: broodfokkers die het niet te nauw nemen met de regels en vooral uit zijn op winstbejag.
Neem de beruchte fokker die recent in Deurne het nieuws haalde, zoals hij dat eerder ook al in Veldhoven, Overbetuwe en Stein deed. De man bleek zijn honden dusdanig te verwaarlozen dat 21 dieren direct in beslag moesten worden genomen.
Tijdens een hercontrole een paar weken later bleek opnieuw van alles mis en werden wederom tientallen honden meegenomen. ‘Hoe kan het dat zo’n fokkerij niet wordt stilgelegd, dat zo’n man gewoon door kan gaan?’, klonk het vertwijfeld.
Bij een fokker in Deurne werden recent zwaar verwaarloosde honden aangetroffen. (Foto: LID)
De casus in Deurne staat echter niet op zichzelf. Soortgelijke situaties zijn er legio, met de bekendste gevallen in Hapert, Diessen en Eersel. Zo zit Someren momenteel met de komst van de eveneens beruchte Rajaa B. in de maag, die eind vorig jaar aan de Gelderselaan in Someren-Heide opdook. Daar bestiert ze ‘Puppy Nestjes’, een kennel met vele rassen van groot tot klein.
B. werd eerder nog weggestuurd uit de gemeente Chaam nabij Tilburg en in haar thuisland België werd zelfs haar vergunning afgenomen. Daar sloot de Inspectiedienst Dierenwelzijn haar kennels omdat er een waslijst aan misstanden was geconstateerd.
‘Hoe kan het dat zo’n fokkerij niet wordt stilgelegd, dat zo’n man gewoon door kan gaan?’
In Someren-Heide is de situatie niet veel anders. Tijdens een controleactie van onder meer het Peelland Interventie Team (PIT), de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) en de NVWA afgelopen februari werd bij Puppy Nestjes het nodige dierenleed aangetroffen. Hoewel de fokster daarbij diverse maatregelen kreeg opgelegd, verschenen een dag later alweer nieuwe advertenties van puppy’s op Marktplaats.
Het deert dergelijke fokkers dus allemaal niet. Serieuze straffen volgen er tenslotte zelden en de bestuurlijke boetes die gemeentes opleggen zijn vaak niets in vergelijking met de omzet die ze maken. In het ergste geval, voor fokkers dan, laat het bestemmingsplan geen fokkerij op hun bedrijfslocatie toe. Er wordt dan simpelweg naar een plek elders gezocht waar de handel onverminderd doorgaat.
Deze mensen écht aanpakken blijkt zo keer op keer nagenoeg kansloos. Om meerdere redenen grijpen de autoriteiten steeds mis: een gebrek aan handhavingscapaciteit, maar óók aan voldoende wettelijke instrumenten. Fokkers kan bijvoorbeeld, in tegenstelling tot in België, geen houdverbod worden opgelegd. Dat maakt dat ze steeds moeiteloos opnieuw kunnen beginnen.
Vandaag echter debatteert de Tweede Kamer over de mogelijke invoering van een Nederlandse variant van het houdverbod. Het bijbehorende wetsvoorstel werd al in 2020 ingediend, maar drie jaar later is daar dus nog altijd geen knoop over doorgehakt.
Angstcultuur
De handhavingsproblematiek komt misschien wel het best tot uiting bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit, ofwel de NVWA. Die deelt haar successen graag via de eigen website en social media. Recent omschreef EenVandaag echter hoe het toezicht vanuit de NVWA op dierenmishandeling in de veesector ernstig tekortschiet. Bij controles is maar weinig oog voor het welzijn van dieren, er wordt alleen gekeken naar het hoognodige op het gebied van dierengezondheid.
Dit zorgt er in de praktijk voor dat dieren niet de medische zorg krijgen die ze nodig hebben, in te krappe hokken of in hun eigen mest staan en geen water of beschimmeld voer krijgen. ‘De dienst constateert soms jarenlang dezelfde overtredingen, zonder dat er daadwerkelijk wordt ingegrepen’, aldus EenVandaag. Dierenartsen die hun werk willen doen, worden teruggefloten. Er zou sprake zijn van een angstcultuur.
‘Deze mentaliteit staat garant voor heel veel dierenleed’
Hoewel het item van EenVandaag zich dus richt op de veehouderij, blijkt uit onderzoek van deze krant en onderzoekscollectief SPIT dat de problematiek grotendeels vergelijkbaar is met het toezicht op de malafide hondenhandel. De focus op ‘dierengezondheid’ in plaats van dierenwelzijn is ook te zien in antwoorden die de NVWA geeft op vragen over handhaving: ‘We zetten een groot deel van onze capaciteit in voor het opvolgen van meldingen over niet (goed) gevaccineerde honden uit landen met een hoog rabiës-risico.’
Dierenwelzijn, zo stelt de NVWA, ligt primair bij de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID). Opvallend, want de beroepseed verplicht dierenartsen naast gezondheid ook naar de verzorging en dus naar het lichamelijk en geestelijk welzijn te kijken. Die eed geldt ook voor artsen in dienst bij de NVWA.
Dierenarts Paul Bours werkte twintig jaar als senior beleidsmedewerker dierenwelzijn bij het ministerie van Landbouw. Het jarenlange falen van de NVWA op het gebied van dierenwelzijn was voor hem reden om ontslag te nemen. Bours zag dat ook de controles op gezondheid zich enkel beperkten tot de ‘dierengezondheidsstatus’ in Nederland. Hier wordt - in samenwerking met de veesector - de gezondheidsstatus bijgehouden om mogelijke uitbraken van bijvoorbeeld Q-koorts te voorkomen.
Dit richt zich dus met name op ziektes die een risico zijn voor de voedselveiligheid of overdraagbaar zijn op de mens. “Dierenwelzijn en de gezondheid van een individueel dier hebben natuurlijk veel minder te maken met de economische belangen van een bepaalde diergezondheidsstatus”, legt Bours uit.
Het als dierenarts moeten toezien hoe gezondheid en welzijn langs de meetlat van agrarisch-economische belangen worden gelegd, stuitte hem tegen de borst: “Deze mentaliteit staat garant voor heel veel dierenleed en is wat mij betreft volstrekt onacceptabel.”
Tekst gaat verder onder de afbeelding
Dierenarts Paul Bours werkte twintig jaar bij het ministerie van Landbouw.
Eenzelfde benadering lijkt de NVWA te hanteren als het gaat om malafide hondenhandel: er wordt vooral gekeken naar landen waar hondsdolheid heerst, om daar vervolgens steekproefsgewijs ‘risicogericht’ te controleren. Bijvoorbeeld met behulp van het zogenaamde TRACES-systeem. Honden die vanuit het buitenland worden geïmporteerd, moeten in dit systeem worden aangemeld en worden voorzien van hun leeftijd.
Dit is belangrijk omdat pups pas na 15 weken hun inenting tegen hondsdolheid mogen krijgen: voor die tijd is importeren niet toegestaan, omdat zij anders drager kunnen zijn van deze - op mens overdraagbare - infectieziekte.
Deze krant en SPIT namen de proef op de som en bekeken de vrijgegeven TRACES-lijsten van vorig jaar. Direct valt op dat in de kolom waar de leeftijd moet worden opgegeven, het juist bij de ‘risicolanden’ misgaat. Zo zien we direct dat er honden uit Hongarije voorbijkomen waarbij leeftijden van 38, 48 en zelfs 79 jaar zijn ingevuld.
Onwaarschijnlijk, aangezien de gemiddelde leeftijdsverwachting van een hond 10 jaar is. Hoe oud ze dan wel zijn is niet duidelijk: er zijn losse getallen ingevoerd zonder aan te geven of het hier om dagen, weken of maanden gaat.
Een andere importeur maakt het zichzelf wel heel makkelijk: de duizenden pups (in totaal 2.356) op transport hebben allemaal precies dezelfde leeftijd (+15 weeks).
In systeem rommelen
Kamerlid Frank Wassenberg (Partij voor de Dieren) noemt deze bevindingen ‘echt schokkend.’ “Dit bevestigt het beeld dat kwaadwillenden wel heel makkelijk wegkomen met in het systeem rommelen.” Tegelijkertijd is het voor hem als Kamerlid, zo merkt Wassenberg op, ook bijna onmogelijk om goed zicht te krijgen op het aantal meldingen en hoeveel daarvan precies worden opgepikt.
Wanneer wij de NVWA naar deze onregelmatigheden vragen, verwijzen ze naar het - ondertussen welbekende - ‘risicogericht handhaven’, maar zonder specifiek op de voorgelegde bevindingen in te gaan. De NVWA beperkt zich tot de mededeling dat controles steekproefsgewijs gebeuren en ‘naar aanleiding van deze controles kan niet bevestigd worden dat een aanzienlijk deel van de zendingen niet voldeed.’
Vandaag debatteert de Tweede Kamer over een mogelijk houdverbod
Deze beperkingen van het registratiesysteem zijn opvallend, omdat toenmalig minister van Landbouw Carola Schouten (ChristenUnie) de Tweede Kamer juist beloofde medio 2021 verbeteringen aan te brengen. Meer transparantie en een verplichte registratie van importeurs (via het TRACES-systeem) zouden helpen de handhaving te verbeteren.
Ruim twee jaar na de beloofde verbeteringen kan de NVWA desgevraagd niet vertellen welke dat zijn geweest: ‘Het is niet eenduidig aan te geven in hoeverre er sprake is van concrete verbeteringen’, aldus de toezichthouder.
Een andere belofte was een betere samenwerking tussen de NVWA en Marktplaats, maar ook hier blijkt in de praktijk weinig van terechtgekomen. Zo kan het monitoren van advertenties een manier zijn om te kijken of bepaalde hondenhandelaren een risico vormen. Honden mogen bijvoorbeeld wettelijk gezien één nest per jaar krijgen, en het aantal nesten mag de gezondheid of het welzijn van de hond niet benadelen.
Wanneer deze regelgeving wordt afgezet tegen de hoeveelheid aan Marktplaats-advertenties, kan een inschatting van risicovolle handelaren worden gemaakt. Een continue aanwas van verschillende soorten honden kan bijvoorbeeld duiden op een verkoper die zich als fokker presenteert, maar in werkelijkheid een importeur en handelaar is.
Via een zogeheten ‘samenwerkingsconvenant’ beloofden de NVWA en Marktplaats in 2019 ‘om handel in niet toegestane producten te helpen voorkomen en op te sporen.’
Someren zit met beruchte fokker Rajaa B. in de maag, die zich met haar ‘Puppy Nestjes’ aan de Gelderselaan in Someren-Heide heeft gevestigd.
Niet ingegrepen
Toch blijkt die opsporingssoep niet zo heet te worden gegeten. Navraag bij de NVWA leert dat de verplichte invulvelden die verkopers op Marktplaats moeten invullen, bijvoorbeeld de herkomst en leeftijd van de hond, ‘zijn bedoeld als extra drempels’ en om ‘adverteerders bewust te maken’.
Handelaren kunnen in de praktijk invullen wat ze willen want ‘er is geen toezicht op de juistheid van de antwoorden’, de NVWA houdt ‘risicogericht en kennis gedreven toezicht op Marktplaats en andere online handel’. Wat dit precies betekent, wordt niet uitgelegd. Wel stelt de NVWA dat ‘fysieke inspecties’ vaak noodzakelijk zijn om misstanden te kunnen constateren.
‘Dit bevestigt het beeld dat kwaadwillenden wel heel makkelijk wegkomen met in het systeem rommelen’
Ervaringen van dierenrechtenorganisaties leren dat - los van de beperkte opvolging bij aantoonbaar dubieuze registratie - zelfs de fysieke inspecties van de NVWA niet zaligmakend zijn. Toen de NVWA in juni bij een beruchte hondenfokker in Eersel inspectie uitvoerde, werd er niet ingegrepen. Dit gebeurde pas in november nadat een dierenrechtenorganisatie - House of Animals - beelden had gepubliceerd van de staat waarin de honden daar verkeerden.
Karen Soeters, oprichter van House of Animals, schreef vervolgens op BNN/VARA hoe sindsdien ‘tientallen (ex-)medewerkers van de NVWA zich als klokkenluider bij ons hebben gemeld (...) Malafide hondenfokkers worden niet of nauwelijks bezocht en als ze worden bezocht worden ze niet aangepakt zoals het interventiebeleid voorschrijft.’
Lange weg te gaan
Zo is er nog een lange weg te gaan voordat de levendige malafide hondenhandel effectief kan worden bestreden. De bal ligt daarvoor in eerste instantie bij politiek Den Haag, dat kan inzetten op meer en betere handhaving én meer wettelijke instrumenten om hardleerse fokkers aan te pakken. Wat dat betreft is de invoering van een houdverbod, waarover de Tweede Kamer vandaag dus vergadert, mogelijk een eerste stap in de goede richting.
Het debat in de Tweede Kamer begint vandaag om 16.00 uur en is hier live te volgen.