Inhoud blog
  • Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Kronieken van Leest
    bij Mechelen
    29-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1977 – 15 januari : Dansavond in de parochiezaal.

                Organisatie : Meisjesschool Leest met muzikale begeleiding van

                “The Come-Backs”. Deuren 20 uur. Toegang : 60 frank.

     

    1977 – Zondag 23 januari : Toneel met Rust Roest

                De 55-jarige jonge toneelgroep bracht “De maan van de lente” van Rose

                Gronon.

                De opvoering vond plaats in het parochiehuis aan de Kouter.

     

    G.H. in ‘De Band’ :

    “Bij het 55-jarig bestaan van ‘Rust Roest’ Leest voerde deze toneelgroep het mirakelspel op van Rose Gronon : DE MAAN VAN DE LENTE.

    De parochiezaal zat voor de gelegenheid stampvol.

    Rose Gronon is de schuilnaam voor Martha Bellefroit uit Antwerpen (1901). Haar toneelstukken zij niet gemakkelijk, daar ze een grote belezenheid veronderstellen bij het publiek. Zo was het ook op deze bewuste zondagavond 23 januari. Al gaven onze spelers van het beste wat we tot nog toe zagen, en al was het decor prachtig, toch kwam het stuk niet tot zijn recht bij onze mensen, zelfs niet bij onze grootste ‘évolués’ omwille van de ingewikkelde symboliek van dit mirakelspel.

     

    Regisseur : Guido Hellemans

    Decor : Tony Baarendse

    Garcia de lekebroeder : Pierre De Wit

    Ridder Ramiro Iniguez : Guido Hellemans

    Herder Ramon Iniguez : Wim Baarendse

    Oude vrouw Tota : Renild Polfliet

    Het koor : Mariette Verbeeck, Imelda Van der Hasselt, Marleen Lauwers, Erna Vloebergh,

                       Annie Van Nick.

    De andere : Guy Mollemans

    Andere medewerkers : Dirk Baarendse (voorzegger), Albert Jean (grime), Karel Mertens (bandmontage), Wim Jacobs (sonorisatie), Milou Van Stijvoort (kostuums), Vik Diddens (belichting-techniek), Vik Michiels (dans), Marcel Spoelders en Willy Lauwers (decorbouw).

    Wij hopen deze ploeg nog meer op de Leestse planken te zien, maar dan met een stuk ‘ad captum’ van ons publiek. Misschien eens een fijne klucht ?’

     

    Dat eerste jaar na de fusie ontving ‘Rust Roest’, zoals elke Mechelse toneelvereniging, van de stad een subsidie van 16.545 fr. Vanaf 1978 gebeurde de uitkering op basis van de geleverde prestaties met als minimum voorwaarde : twee volavondstukken spelen per jaar.

    (‘Rust Roest Leest Ontmaskerd’, Guido Hellemans, 1986) 

     

    1977 – Zaterdag 29 januari : Chinees Chiro-feest

                In de parochiezaal van Leest werd het feest om 20u30 opengebroken met een

                mis opgedragen volgens Chinees ritueel door de pater.

                Om 21 uur was er eten, gevolgd door dans.

                Alles in functie van China.

     

    Bijgevoegd :

    -Illustratie bij  ‘De Maan van de lente’ - Georges Herregods.

    -Advertentie van de Chiro in ‘De Band’.

     





    29-09-2012 om 15:20 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Foto :

    Burgemeester Jos Vanroy.

     

     

    1977 – 2 januari : De Mechelse gemeenteraad werd geïnstalleerd met Jos Vanroy (CVP)

                 als burgemeester. (KH)

     

                                                                  Jos Vanroy

    Joseph “Jos” Vanroy werd te Mechelen geboren op 29 januari 1936.

    Hij studeerde af als maatschappelijk assistent en was vanaf 1962 ACV-secretaris in Duffel. In 1956 stapte hij in de gemeentepolitiek in Duffel voor de CVP en was er gemeenteraadslid tot 1969.

    Na zijn verhuis naar Mechelen werd Vanroy er in 1971 schepen van Sociaal betwiste zaken, jeugd, eigendommen en stadsvernieuwing.

    Bij de gemeenteraadsverkiezingen van eind 1976 werd hij lijsttrekker voor de CVP. De kiezers van de meer landelijke deelgemeenten, die in 1977 bij Mechelen gevoegd werden, stemden eerder katholiek zodat de socialisten hun positie als grootste partij van de stad verloren.
    Vanroy volgde begin 1977 de socialist Désiré De Saeger op als burgemeester van de nieuwe fusiegemeente.

    Bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen in 1982 werden de socialisten onder leiding van oud-minister Jef Ramaekers terug de grootste partij van Mechelen waardoor de CVP en Vanroy in de oppositie verzeilden. Na de verkiezingen van 1988 werd de CVP terug de grootste partij van de stad en werd Vanroy opnieuw burgemeester. De laatste jaren van zijn tweede ambtstermijn werden echter gekenmerkt door hevige interne ruzies binnen de partij.

    Vanroy richtte in 1994 de scheurpartij ‘Christen Democratische Vernieuwing’ op en trok hiermee naar de gemeenteraadsverkiezingen. De partij behaalde slechts één zetel.

    In de aanloop van de verkiezingen van het jaar 2000 werd opnieuw toenadering gezocht tot de CVP maar de verzoening mislukte. Opnieuw behaalde de scheurpartij slechts één zetel en Vanroy hield de politiek voor bekeken.

    Eind 1988 was Vanroy gedurende enkele maanden provinciaal senator voor Antwerpen. Door het cumulatieverbod dat door de CVP werd vooropgesteld was dit mandaat niet verenigbaar met het burgemeesterasambt dat begin 1989 een aanvang nam.

    (Wikipedia)

     

    1977 – 6 januari – Gazet van Mechelen : Laatste gemeenteraad te Leest

     

                Geen raadszittingen meer te Leest

    “De dagorde van de laatste gemeenteraadszitting te Leest telde slechts drie punten op de openbare zitting. De raadsleden (allen aanwezig) stemden het eerste punt unaniem goed. Dit punt behelsde het advies voor de verkoop door de kerkfabriek van 81 m2 grond (waarop een electriciteitshoogspanningspaal staat) aan de S.V.Gecoli. Deze grond is gelegen aan de Winkelstraat.

    Het tweede punt omvatte de voorlopige goedkeuring van het ontwerp B.P.A. nr.1 = De Maal. Dit is gelegen langsheen de Vinkstraat en het plan is opgevat om in totaal ongeveer 140 woningen op te trekken.

    Oppositielid Duysburg replikeerde hierop dat hij voor deze laatste zitting niet moeilijk meer wilde zijn, maar dat dit plan een studie vergde van 6 jaren en er gedurende deze tijd niets meer over vernomen werd, hij niet in de mogelijkheid was dit plan goed te keuren. Stemming gaf 5 voor, 3 tegen en 1 onthouding.

    Als laatste punt op de openbare zitting werd overgegaan tot de voorlopige goedkeuring van het ontwerp B.P.A. nr.2 – Sportterrein.

    De plaats voorzien voor dit sportterrein is gelegen in de driehoek tussen de Dorpsstraat en de Kruisweg. Duysburg vroeg zich af hoe het toch kwam dat beide plannen juist voor de fusies terug in Leest verzeilden.
    Raadslid Emmeregs zei dat dit plan door de oppositie niet kon goedgekeurd worden, daar er voor dit plan reeds ongeveer 8 ha onteigend werden, alsook voor het feit dat de gemeente Leest reeds beschikt over twee sportinstellingen, kon dit geld beter besteed worden aan betere bestratingen enz. in plaats van een mastodont van een sportterrein te maken.
    Burgemeester Lauwers replikeerde dat het zeker geen mastodont zou worden en slechts 1 voetbal-, 1 volleybal- en 1 basketbalplein zou omvatten.

    Dit punt werd gekeurd met vijf stemmen voor en vier tegen.

    Nadien werd overgegaan tot de uitreiking van een oorkonde aan ereburger Pater Van Aken.

    (...)”

         

    26-09-2012 om 09:13 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1977 – Gazet van Mechelen : Leest is Mechelen

    Op 1 februari 1977 werd ook Leest inderdaad bij het Mechels grondgebied samengevoegd, dit is 931 ha met circa 1900 inwoners. Van de vijf gemeenten die integraal Mechels grondgebied zullen worden, is Leest de meest landelijke gebleven.

    In 1939 ontdekte men bij bouwwerken resten van een Romeinse villa uit de tweede eeuw, een bewijs dat ook deze streek reeds vroeg bewoond moet zijn geweest.

    In 1129 stond Leest onder het patronaat van de vrouwenabdij van Kortenberg, wat aansluit met de stichting van het klooster Vallis Lilliorum te Hombeek, waarvan de eerste zusters eveneens uit Kortenberg afkomstig waren. Kortenberg inde de ‘tienden’ waarvan een derde werd afgestaan aan de pastoor van Leest. Vanaf  1637 werd deze belasting vervangen door een vaste som.

    De oorspronkelijke kerk  werd in het begin der 17de eeuw volledig vernield, met uitzondering van de basis van de toren in witte natuursteen en een gedeelte van het hoogkoor.

    Het huidig schip van de St.-Niklaaskerk is van 1852.

    In de kerk treft men nog merkwaardige beelden aan, twee mooie armenbanken en vooral het opvallend rijk koorgestoelte op het hoogkoor.

    Verder het beeld van de h. Cornelius, vereerd tegen kinderziekten.

    Dit beeld heeft meer folkloristische dan historische waarde. Cornelius, een paus uit de 3de eeuw, die begraven ligt in de Romeinse catacomben, staat afgebeeld met boek en gouden hoorn.

    Op het kerkhof treft men van verre de imposante grafsteen , quasi monument van de Familie Empain. Achter de gesloten deur die de grafkapel afsluit bemerkt men twee neerdalende trappen die naar een crypte moeten leiden. Volgens de inscripties op de opgaande muren van de kapel, werd in 1971 de laatste mevrouw Empain bijgezet in de ouderdom van 100 jaar.

    Het gemeentehuis is erg vervallen, een onooglijk gebouw zonder enige waarde. Alleen de gemeenteschool is nieuw en beantwoordt aan de normen van een moderne school.

    Ook hier kan de stad Mechelen nuttig werk verrichten door hertekening van het gemeenteplein, de bouw van een gemeenschapscentrum, eventueel in de plaats van het oude gemeentehuis en door het aanbrengen van bomen, groen, bloemen en enige rustbanken.

    Zeer schilderachtig is de Molenbeek, een grillige, smalle loop doorheen gans de gemeente.

    Als straten noteerden we o.a. de Kouter, als verbinding met Hombeek, de Juniorslaan die naar Kapelle leidt, maar gedeeltelijk verzakt is in de buurt van de Molenbeek, de Tiendeschuurstraat, de Kleine en de Grote Heide en de Bist (te Mechelen : Biest). Verder nog Winkelstraat, de onvermijdelijke Molenstraat en een Scheerstraat (weer dubbel gebruik met Mechelen).

    Waar Mechelen Leest in genen dele mag verwaarlozen als een Assepoester, ware het toch hopelijk dat Leest  steeds zijn eigen landelijk karakter mocht behouden. Mits enige moderne nutsvoorzieningen en een algemene verfraaiing, kan Leest best zijn eigenheid en gemeenschapsleven bewaren. Welkom Leest in het vergrootte Mechelen.”   

     

    1977 – Eerste Communicanten 1977

    Sonja Daelemans, Alemstraat 10

    Pascale Aerts, Kouter 9

    Anne De Prins, Dorp 10

    Anja De Prins, Juniorslaan 88

    Sonja De Prins, Juniorslaan 88

    Ilse Diddens, Vinkstraat 43

    Spruyt Daisy, Tisseltbaan 46

    Stokmans Sarah, Kouter 120

    Simons Hilde, Molenstraat 21

    Van den Bergh Gwendy, Dorpstraat 82

    Van den Heuvel Nancy, Dorpstraat 38

    Van Winghe Christiane, Grote Heide 3

    Verbruggen Ingrid, Tiendeschuurstraat 6

    Verbruggen Marleen, Larestraat 1

     

    Van Camp Serge, Kouter 41

    Adriaenssens Geert, Veurtstraat 45 Breendonk

    Bernaerts Christoph, Juniorslaan 136

    Debroey Michel, Vinkstraat

    De Wit Geert, Molenstraat 14

    Duysburgh Dries, Juniorslaan 56

    Huys Werner, Elleb oogstraat 10

    Peeters Benny, Blaasveldstraat 14

    Puttemans Pascal, Kouter 154

    Spoelders Kurt, Molenstraat 4

    Van den Heuvel Chris, Dorp 9

    Verbruggen Koen, Tiendeschuurstraat 21

    Verschueren Geert, Blaasveldstraat 14

     

    Plechrtige Communicanten 1977

    De Bondt Veerle, Kouter

    De Maeyer Kristel, Dorpstraat

    De Smedt Brigitte, Cecilalaan

    Muysoms Ann, Alemstraat

    Polspoel Christa, Juniorslaan

    Schillemans Karin, Kouter 51

    Spruyt Conny, Tisseltbaan 46

    Stock Christiane, Juniorslaan

    Van den Sande Rita, Grote Heide

    Van den Vondel Ann, Kouter 102

    Verbeeck Ingrid, Rennekouter

    Vermeulen Anja, Tisseltbaan

    Verschuren Ingrid, Blaasveldstraat

    Van Kerkhoven Lief, Kleine Heide

     

    Apers Ronny, Grote Heide

    Casteels Hugo, Kouter 67

    De Bruyn Geert, Dorpstraat 53

    De Laet Dirk, Kouter 146

    De Nijn Chris, Vinkstraat

    Doms Victor, Rennekouter

    Fierens Danny, Vinkstraat

    Huys Rudy, Elleboogstraat

    Muysoms Marc, Alemstraat

    Robijns Geert, Alemstraat

    Van den Brande Johan, Vinkstraat

    Verbruggen Koen, Kouter 12

    Vermeulen Jurgen, Tisseltbaan

    Croons Dirk, Kouter 45

    (DB)

     

    1977 – Met ingang van 1 januari 1977 werd de legerdienst voor dienstplichtigen op

                8 maanden gebracht voor hen die in Duitsland gekazerneerd lagen en op 10

                maanden voor de soldaten in België gekazerneerd.            

    26-09-2012 om 08:53 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1977 – 1 januari : Hombeek, Leest, Heffen, Walem en Muizen zijn bij Mechelen gevoegd en vormen samen Groot Mechelen. Samen vormen deze gemeenten een gemeenschap van ongeveer 80.000 inwoners. Jos Vanroy was de eerste burgemeester van Groot-Mechelen.

     

    “De” Gemeente.

    Het is pas sinds de Franse revolutie dat er één enkel model voor de gemeenten bestaat. Aangezien wij vanaf 1 oktober 1795 officieel bij Frankrijk hoorden, werd het ‘decreet voor lokale besturen’ ook bij ons van toepassing.

    Vanaf dat ogenblik verkozen de ‘actieve’ burgers de leden van de ‘gemeenteraad’ en van de ‘algemene raad’ van de gemeente, die door een burgemeester werd geleid.

    België bleef onder Franse bezetting  tot 1815. In die periode verloren de gemeenten sommige van hun bevoegdheden en werden ze administratieve deeltjes van de centrale macht. De leiders werden ambtenaren die door het oppergezag werden benoemd.

    Tijdens de Hollandse periode (1815-1830) vonden de gemeenten een zekere vrijheid terug. Tegelijkertijd werden ook vele elementen nog meer gecentraliseerd.

    Het onafhankelijke België keerde naar de principes van het Franse decreet uit de Revolutieperiode terug. Op dat ogenblik waren er 2.498 gemeenten in België.

    Na de ‘fusie der gemeenten’, van 1977 werd het aantal gemeenten tot 589 verminderd.

    (Willebroek in Vogelvlucht – juni 2012)

     

    1977 –Stad Mechelen –  (Mechelen, 18 januari 1977.)

     

                Welkom aan de inwoners van Muizen, Hombeek,Leest, Heffen en Walem.

     

    “Vanaf 1 januari 1977 maakt U allen deel uit van de nieuwe fusiestad Mechelen.

    Het college van burgemeester en schepenen van Mechelen heet U hartelijk welkom. Ook de bevolking van het vroegere Mechelen is verheugd U te mogen begroeten.

    Samen vormen wij thans een gemeenschap van ongeveer 80.000 inwoners, samen hebben wij allen onze rechten en onze plichten, onze problemen en onze zorgen.

    Het is de vaste wil van de nieuwe gemeenteraad en vooral van het nieuwe College van Burgemeester en Schepenen van onze stad U, in alle aspecten van ons aller maatschappelijk leven, bij te staan, te helpen en er zorg voor te dragen dat de integratie van U allen in de oude Dijlestad zal verlopen op een soepele administratieve wijze ;

    daarbij zullen de contacten van mens tot mens de stempel dragen van hartelijkheid, dienstvaardigheid en respect voor ieders overtuiging. Het ligt vanzelfsprekend niet in onze bedoeling uw levenswijze en levensgewoonten als inwoners van vroegere landelijke gemeenten zo maar te veranderen. Een stad van de tijd waarin wij thans leven dient tal van aspecten  te vertonen : een stadskern, waar restauratie van historische gebouwen meer luister brengt aan de vroegere hoofdstad der Nederlanden, stadsvernieuwing die, in zovele aspecten, verandering en verbetering brengt voor onze leef- en arbeidskernen, behoud van natuur- en landelijk schoon van de gebieden die thans deel uitmaken van Mechelen.

    Dit is de geest waarin wij U in dit nieuwe Mechelen wensen te verwelkomen.

    De leden van het College van Burgemeester en Schepenen zijn vanzelfsprekend te uwer beschikking om U bij te staan en te helpen.

    De Burgemeester en alle Schepenen zullen daarom zitdagen houden op het gemeentehuis van de vroegere fusiegemeenten vanaf 1 februari 1977, evenals op het stadhuis te Mechelen en dit volgens dagen en uren vermeld op de hiernavolgende tabel.

    De administratieve contacten zullen over een paar maanden worden gespreid om U toe te laten week na week, gewoon te worden uw problemen te verschuiven van uw vroeger gemeentehuis naar het Mechelse stadhuis, waar U met de meeste dienstvaardigheid zult worden ontvangen.

    U kunt dus ofwel een beroep doen op de gemeentesecretaris van uw vroegere gemeente tot 28 februari 1977 ofwel vanaf nu op de diensten van Mechelen-stad volgens de inlichtingen hierna vermeld.

                Met de beste groeten,

                Namens het College van Burgemeester en Schepenen :

                Bij verordening: de Secretaris Fr. Geys                   De Burgemeester J. Vanroy.”

     

    Mededeling aan de inwoners der voormalige gemeenten Hombeek – Heffen – Leest – Walem en Muizen in verband met de fusie met Mechelen

     

    SECRETARIAAT :

    Grote Markt, tel. 21.30.37. Openingsuren van 8 tot 12.30 u. (de zaterdag niet)

    Woensdagnamiddag van 13.30 tot 17u.

    Op het Stadssecretariaat kan men zich o.m. wxenden voor :

    Attesten : afleveren van allerhande attesten en toelatingen o.a. slachten van varkens voor eigen gebruik, aankoop van loodwit (schilders, hoveniers, enz.) , afvuren van vreugdeschoten bij feestelijkheden, verlies van titels, e.a.

    Eensluidend verklaring van afschriften  :(…)

    Erfrechtverklaringen : (…)

    Geesterzieken : (…)

    Vestigingswet : (…)

    Wettiging van handtekeningen : (…)

     

    OPENBARE WERKEN

    Befferstraat 4 – tel. 21.30.37. openingsuren : zelfde als secretariaat.

    (…)

    Ruimingsdienst :  (…)

    Reinigingsdienst : (…)

    Stadsmagazijn : (onderhoudsdienst openb. Werken) Koningin Astridlaan.

    Sociale dienst : (…)  Fred. De Merodestraat 88.

    -in afwachting van een definitieve regeling zal tijdens de maanden januari en februari de stempelcontrole zoals voorheen plaatshebben in de vroegere gemeentehuizen waar de uren van controle zullen aangebracht worden.

    -pensioenen en minder-validen : alle formaliteiten moeten zoals voorheen op het vroegere gemeentehuis vervuld worden.

    Burgerlijke stand – bevolking en militie : (…)

    Brandweer : Dageraadstraat 4.

    De bewoners van de fusiegemeenten worden verzocht, in afwachting van de aanpassing van de straatnamen, voor elke dringende oproep aan de brandweerdiensten nog duidelijk de naam van de oude gemeente te vermelden, dit om elke mogelijke verwarring met andere straatnamen van andere gemeenten te vermijden.  

    26-09-2012 om 08:45 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    13-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – Zondag 14 november : Kinderen kijken naar Kinderen. Een leerlinge van het 5de jaar van de Leestse meisjesschool schreef :

     

    Een mooie voorstelling

    “Zondag 14 november werd voor de Leestse jeugd een echt aangename dag. De toneelgroep ‘De Spellentappers’ vertolkte het gemoderniseerde sprookje ‘Hans en Grietje’, geschreven door Liva Willems.

    Zo was bijvoorbeeld de heks geen lelijke oude vrouw, maar een mooie jongedame. De gluiperige zwarte kat van de heks Spyona, was voor deze keer in een speciaal pakje gestoken. Het stuk handelde over een boze heks die van dieren koeken bakte en deze verkocht aan de niet al te snuggere bakker van het dorp. Door een handige list wist de heks Hans en Grietje mee te lokken in het bos. Toen de vrienden van Hans en Grietje dit bemerkten  snelden zij hen achterna. Dank zij de lieve fee Marijke kwam het sprookje toch nog tot een goed eind. De bazige Mrs Jones en John, haar volgzame man, kwamen er de sfeer inhouden.

    Verbazend was zelfs hoe aandachtig, met ingehouden adem, de kinderen naar het podium zaten te staren. Zichzelf nieuwsgierig afvragend ‘hoe zou het nu eindigen ?’

    Na afloop van het stuk kregen alle jonge spelers een anjer. Aan de leiding van de toneelgroep (Lieve Vermeulen, Lief Bradt en Lutgard Lauwers) werd nog een mooi boeket bloemen ten geschenke gegegven.

    Enthousiast keerden de kinderen terug naar huis. En de leden van de toneelclub en het Davidsfonds waren er niet minder gelukkig om. Er waren immers ongeveer 350 toeschouwers komen opdagen !”

    (DB, december 1976)

     

    1976 – 4 december 1976 – Gazet van Mechelen : Voorlaatste gemeenteraad

     

                Er zijn 2.077 Leestenaren

    “Op de dagorde van de gemeenteraad stonden 10 punten op de openbare zitting en 2 punten in geheime zitting.

    Iedereen was aanwezig en de zitting verliep in een zeer vriendschappelijke stemming.

    Het jaarverslag van het schepenkollege voor het dienstjaar 1975 bracht o.a. aan het licht dat Leest op 31/12/74 een totaal had van 2.046 inwoners, terwijl ze op dezelfde dag in 1975 2.077 Leestenaren telde. (...)

    In 1975 werd ook 583.000 fr. Uitgegeven voor de aankoop van het speelterrein enz.

    De belastingsreglementen voor 1977 werden niet verhoogd en oppositielid Duysburg stelde voor, dat in tegenstelling met andere jaren voor deze laatste keer eens een éénparigheid van stemmen zou bereikt worden, en dat ze niet zouden vechten tot de laatste druppel bloed, zodat als er ooit iemand de boeken van Leest zou bezien er toch eens een éénparigheid zou genoteerd zijn ook.

    Het eerste paspoort kost dan 25 fr. Het afhalen van het huisvuil : 300 fr. Begravingen : 7.000 fr, tewerkgesteld personeel : 300 fr, drijfkracht : 300 fr , drankslijterijen betalen 1.000 fr. De retributie van de plaatsrechten op markten kost 10 fr/m2/dag.

    De onroerende voorheffing blijft vastgesteld op 1900 opcentiemen en de personenbelasting blijft 6%.

    (...)

    Op deze zitting werd eveneens de definitieve beslissing bekomen voor de ruiling van gronden (gelegen in de Bist en de Alemstraat) met de heer Prion Pansius. De gemeente Leest staat 1133 m2 af (ter waarde van 80.500 fr) en ontvangt hiervoor van de heer Prion Pansius een lap grond van 1304 m2 met een waarde van 107.750 fr.

    (...)

    In geheime zitting werden dan nog 2 punten verwerkt : de goedkeuring van de werkuren (uitbreiding) van de kuisvrouw aan de gemeenteschool en ook nog een punt dat door de CVP-raadsleden op de dagorde werd geplaatst : de toekenning van het ereburgerschap aan pater Van Aken ter erkenning van de vele diensten die hij bewezen heeft aan de Leestse gemeenschap en in het biezonder aan de Leestse jeugd.”

     

    1976 – 4 december : “Sint Niklaasbal” van de KWB

                De Leestse KWB organiseerde samen met de volleybalclub haar “Sint-Niklaasbal”.

                Dit ging door in het parochiehuis aan de Kouter. Deuren : 20 uur. De muzikale noten
                werden gespeeld door het orkest “The Sunbeats”.

                Toegangsprijs was 60 fr.

     

    1976 – Vrijdag 17 december : Vevoc – Filmavond : “Once upon a time in the West”

                ‘Vevoc nodigt u allen uit voor de grootste western ooit gemaakt. Het is een meesterwerk
                 van de inmiddels overleden regisseur Sergio Leone.

                We draaien deze film in SCOPE d.w.z. groot scherm.

                “Eens in het verre Westen”, een film van 2 uur is het mooie epos van het aanleggen van
                 de spoorweg tussen Oost en West. Het is een waar gebeurd verhaal.

                Spanning en ontspanning verzekeren u een mooie filmavond. De afwezigen hebben
                 ongelijk. 
    In de hoofdrollen alleen klasse acteurs : Henry Fonda, Claudia Cardinale,
                 Charles Bronson, Jason Robards.

                Aanvang : 20.45u. Prijs : 40 fr.Kinderen niet toegelaten.

                (Flyer van Vevoc)                       

     

     

    1976 – 27 december – Gazet van Mechelen : Leest heeft tweede ereburger

     

    “Met pater Karel Van Aken heeft de gemeente Leest haar tweede ereburger gekregen. Nadat ongeveer 2 jaar geleden Leest haar eerste ereburger, de h. Hendrik Diddens, huldigde voor zijn werk en opzoekingen naar de geschiedenis van Leest, was het maandag 27 december l.l. de beurt aan pater Van Aken.

    Na de raadszitting kwam pater Van Aken naar het gemeentehuis waar hij zijn oorkonde in ontvangst nam.Pater Van Aken mocht de eerbetuiging in ontvangst nemen voor de vele verdiensten voor de gemeenschap, en vooral voor de jeugd van Leest, die hij gedurende de laatste 10 jaren heeft verwezenlijkt.

    Raadslid Duysburg sprak in naam van het ouderkomitee van de Chiro dat pater Van Aken een man is die zichzelf steeds op de tweede rij zet en als het kan zelfs  op de derde rij.

    Pater Van Aken staat heel eenvoudig tussen de gemeenschap als knecht van de kleinsten. Zoals hij op die zondagen uren na elkaar in de Chiro de cola aan het verkopen is, of als hij zich samen met de jeugd mee verkleedt, dan zou een mens zich kunnen afvragen waarom doet hij dat toch allemaal ? Pater Van Aken doet dit allemaal omdat hij dan veel beter in contact kan komen met groot en klein en omdat hij dan

    ook heel goed kan zien hoe het in de afdelingen gestaan en gelegen is. Pater Van Aken is er en laat zich zien en doet het kleinste werk op een barmhartige wijze. De pater dankte op zijn beurt het gemeentebestuur van Leest voor deze uitzonderlijke eer die hij in ontvangst mocht nemen. Hij dankte vooral de mensen van het Sint-Theresiacollege van Kapelle-o/d-Bos, omdat ze hem daar de gelegenheid hebben gegeven om met de gemeenschap van Leest ook te kunnen meeleven.

    “In Kapelle ga ik naar school en te Leest maak ik mijn huiswerk”, aldus pater Van Aken.

    Pater Karel Van Aken, geboren te Malderen op 22 februari 1928 werd in 1958 tot priester gewijd en heeft als kloosternaam de naam van pater Damiaan gekozen.

    Te Leest heeft pater Damiaan gevonden waar hij zijn priesterzijn mag beleven en dit vooral tussen de jongeren die ook wel eens iemand nodig hebben waar ze kunnen heengaan met kleine of grote problemen.

    De h. Hendrik Diddens, woonachtig te Mechelen en eerste ereburger, drukte de vreugde uit dat hij niet de enige ereburger van Leest is gebleven. Hij zei ook dat de verdienste van de pater veel hoger ligt dan de zijne en dat hierdoor ook zijn eigen verdienste in de hoogte ging. Hij zei ook dat hij menigmaal gezien heeft en heeft kunnen vaststellen dat te Leest het dienstbetoon en de omgang met de mensen zeer goed was.

    Tot slot bracht hij hulde aan de gemeenteraadsleden voor wat Leest geweest is en wat Leest in de harten zal blijven. Het is van 1796 dat Leest de onafhankelijkheid gekregen heeft, en van deze periode van 180-jarige onafhankelijkheid zullen vele mooie en goede herinneringen blijven.” (GvM 5/1/1977)

     

     

    1976 – 27 december : Karel Soors in De Band – januari 1977 :    Afscheid van Leest.

     

    “De afscheidsceremonie startte om 19u45 met het aanbieden van het ereburgerschap aan pater Van Aken. Na Hendrik Diddens mocht de pater, in de gemeente berucht om zijn werklust en dienstbaarheid, na een korte plechtigheid in het gemeentehuis, de oorkonde van het ereburgerschap in ontvangst nemen. Nadien kon de eigenlijke afscheidsceremonie beginnen. In de gloednieuwe turnzaal van de jongensschool waren bijna honderd Leestenaars samengekomen om de afscheidsreceptie bij te wonen en om naar de dankbetuigingen van de burgervader en de schepenen te komen luisteren.

    Burgemeester Lauwers vertelde over zijn laatste werk : het uitreiken van de oorkonde van ereburgerschap. Ontroerd bracht hij hulde aan z’n gemeente en dankte hij al de aanwezigen voor de fijne samenwerking.

    Hij dankte zijn schepencollege, de geestelijkheid, de kerkfabriek, het onderwijzend personeel voor het vertrouwen.

    Hij verwees ook naar de verwezelijkingen onder zijn bestuur zoals de verwarming van de pastorij, de herstellingswerken aan de kerk, de nieuwe dorpsplaats en de kroon op zijn werk, de bouw van de nieuwe jongensschool. Voorts dankte hij de fanfare St.-Cecilia, zijn partijgenoten en de mensen van de  andere partijen.

    Daarna was het de beurt aan de heer Emmeregs, de gekozene van Leest in het Mechels gemeentebestuur. Hij wees op de moeilijkheden voor een oppositiepartij om tot een samenwerking te komen.

    Zijn dank ging naar de burgemeester omdat die zich steeds had ingezet voor zijn mensen. Steeds werden die bij hem thuis zeer vriendelijk ontvangen om hun moeilijkheden uiteen te zetten. De heer Emmeregs dankte ook

    het schepencollege waarmee hij had samengewerkt, hij beloofde dat dhr Vloebergh en hijzelf als nieuwe verkozenen in Mechelen de belangen van Leest zo goed mogelijk zouden behartigen. Een overvloed aan hartige hapjes en fijne dranken maakten de tongen nog losser.

    Over de ganse lijn leek men de fusie met Mechelen maar somber in te zien. Vooral de menselijke kant, het contact met de gewone burger, dreigt hiermee verloren te gaan.

    Het fusieverdriet werd nog lang daarna weggespoeld.

    Vaarwel arm Leest, voortaan kun je de maan helpen blussen.”           

     

    Foto’s :

    -Tweemaal pater Karel Van Aken, de tweede ereburger van Leest.





    13-09-2012 om 17:36 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 23 oktober – GvM : Leest ruilt grond

                “Voor de jongste gemeenteraadszitting te Leest werd door oppositielid

                Duysburg gevraagd om een klein huldebetoon te brengen aan

                gemeenteraadsleden Emmeregs en Vloebergh die tijdens de laatste

                gemeenteraadsverkiezingen respectievelijk als verkozene van de CVP en als

                1e reserve van de BSP uit de bus kwamen.

                Beide raadsleden werden gefeliciteerd en men drukte de hoop uit dat ze de

                belangen van de Leestenaren zouden behartigen.

                Emmeregs voegde daaraan toe dat ze zeker op hem mochten rekenen en dat alle

                inwoners van Leest (en van de andere gemeenten) die problemen hebben,

                steeds bij hem terecht kunnen.

                (...)

                ...als elfde  en laatste punt op de dagorde stond de principebeslissing van de

                ruiling van de gronden gelegen in de Bist en de Alemstraat met de h. Prion

                Pansius. De gemeente zou dus in principe (nog niet definitief) 1100 m2 grond

                afstaan in de Bist en zou hiervoor van de h. Prion Pansius ongeveer 1300 m2

                grond ontvangen in de Alemstraat.

                Als het laatste punt van de openbare zitting was afgewerkt stipte oppositielid

                Emmeregs aan dat er in verscheidene straten van Leest aan de kanten het gras

                zo hoog staat dat het regenwater steeds op de wegen blijft staan zodat de

                weggebruikers zich moeten verplaatsen in het water (o.a. in de Elleboogstraat

                en de Tiendeschuurstraat). Voor dit probleem is reeds een oplossing voorzien en

                zal zo vlug mogelijk verholpen worden.”

     

    1976 – 30 oktober : Frietkraam aangereden en vluchtmisdrijf

                Toen José Van der Meulen rond de middag haar frituur op de Dorpsplaats wou betreden

                stelde zij vast dat de zijruit van het bijgedeelte gebroken was. Scherven alom en de

                aluminium buitenkant van het kraam was geblutst.

                Vermoedelijk werd het kraam door een voertuig aangereden. José diende klacht in.          

     

    1976 – 2 november – Gazet van Mechelen  :

     

                Groeten van overzee : Broeder Romain De Laet

     

    “Het naburige Leest, dat zoals men weet, Mechelen een stukje landelijker zal maken, telt meer dan één merkwaardige figuur onder haar inwoners.

    Een zeer verdienstelijk man is wel broeder Romain De Laet die reeds 53 jaar lang missiewerk presteert in Canada.

    Wij willen hem hierbij eens in de schijnwerper zetten. De brief met hartelijke “groeten van over zee” werd niet door hem zelf geschreven maar door iemand die hem het best kent.

    Als broeder Romain beantwoordde Karel De Laet uit Leest destijds de oproep van zijn oversten van de broeders van Scheppers om pionierswerk te gaan verrichten in Canada.

    Broeder De Laet had van huis uit een rotsvast geloof en een apostolische ijver meegekregen. Ook had hij als verpleger in de oorlog “14-18” in krijgshospitalen dienst gedaan en had zich de vorming, hem verschaft door het St.-Victorinstituut van Alsemberg, zeer ten nutte gemaakt. Met volle bereidheid voor het werk dat hem wachtte scheepte hij in voor Canada op 15 augustus 1923.

    Na meer dan een halve eeuw is hij er nog, geeft zich nog steeds met hart en ziel aan zijn taak met het idealisme van zijn jeugd.

    Wel is het ritme wat aangepast aan zijn leeftijd.

    Broeder Romain kwam in verlof in 1933, 1948 en 1956. (noot ook in 1973 en 1976)

    Ofschoon enkele weken verlof in zijn geliefde heimat telkens veel vreugde verschafte, vertrok hij steeds welgemoed terug naar zijn werkterrein in Laurentiden, provincie Quebec.

    Al die jaren bleef hij zich inzetten voor de materiële en geestelijke noden van de bevolking in het onderwijs, opvoeding, ziekenzorg, tuinbouw, administratie, als novicenmeester, of directeur of ook nog in de parochiale diensten.

    Hij is zowat de factotum voor alle jobs die een missie vergt.

    Globaal bekeken gaat de aandacht en de zorg van de broeders van Scheppers in Canada uit naar de armen, de nooddruftigen, de kinderen, speciaal dan toch naar verwaarloosde jeugd hoe ondankbaar dit laatste ook kan zijn.

    Toch kan broeder Romain met zijn psychische flair, zijn humor, zijn bemoediging met dit alles best overweg.

    Dat broeder Romain ook literaire aanleg heeft blijkt uit een aantal gedichten, Nederlands en Frans, meestal op bekende Vlaamse wijze.

    Bij elke feestelijke aangelegenheid is hij de man om die te organizeren en te leiden.
    Uit menig vers trilt zijn liefde tot zijn vaderland, zijn hunker naar totale blije gegevenheid.

    Broeder Romains levenswerk is dan ook een sterke Evangelische getuigenis.

    Aan hem ondervindt men dat een leven van algehele inzet voor God en de naaste een mens diep gelukkig kan maken.

    Aldus de brief over de Leestse missionaris Karel De Laet.”

     

    LG, blz. 274 :

    “Juist voor de oorlog, in april 1914, had Karel De Laet het kloosterkleed aangetrokken bij de Broeders van Scheppers. Hij werd voortaan ‘broeder Romain’. Bij het begin van de vijandigheden nam hij met zijn medenovicen de wijk naar Engeland. Hij werd er onder de wapens geroepen bij de ambulancedienst. Tot na de oorlog was hij ziekenverpleger in het Krijgshospitaal te Faverges (Frankrijk). Later, (1923) vertrok hij als missiebroeder naar Canada (Huberdeau) waar hij gedurende meer dan vijftig jaar zijn beste krachten gaf aan de zielzorg, de opvoeding, het onderwijs, de tuinbouw en de administratie. In februari 1953 werd hij Canadees staatsburger. Hij overleed er op 4 februari 1978 in de leeftijd van tweeëntachtig jaar.

    Broeder Romain had ook letterkundige talenten : hij schreef gedichten zowel in het Nederlands als in het Frans.”

     

    “Gegroet, o Leest, o dorp van vrede,

    Uw naam is als een eeuwig feest ;

    Ik draag uw ziel naar ’t westen mede,

    uw beeld zweeft immer door mijn geest.

    De goede God zal het behoeden

    bij dag en nacht van alle kwaal;

    Vertrekken doet het hartje bloeden,

    maar over zee wacht ’t ideaal.

     

    Gegroet van ver, o teerbeminden,

    gebleven in het vaderland;

    het beste wat men daar kan vinden,

    heb ik zeer diep in ’t hart geplant.

    Uw namen klinken in mijn oren

    als melodieën zacht en zoet.

    Geen enkel nootje gaat verloren,

    het trilt in ’t hart, ’t verfrist het bloed.

     

    We waren rustig, zo tevreden,

    en daar te blijven was de wens.

    Maar plicht is sterker dan de tranen,

    we werken toch voor God de Heer.

    Hij leidt ons naar de hemelbanen.

    We vinden daar elkander weer...

            

                Broeder Romain

     

    Op 14 en 15 juli 1973 werd broeder Romain in Leest gehuldigd bij zijn diamanten jubileum als broeder en zijn vijftigjarig verblijf in Canada. De burgerlijke overheid ontving hem op het gemeentehuis (14 juli).

    De volgende dag was er een eucharistieviering in de kerk met de Hombeekse pastoor-deken Jan Van Dyck en een feestzitting in het parochiehuis waarop ook een vertegenwoordiger van de Canadese ambassadeur aanwezig was.

    Goed ziek, stierf hij op 4 februari 1978 en werd te Huberdeau (Quebec) begraven op 7 februari.

    (Wilfried Hellemans : ‘De Sint-Niklaasparochie in Leest’ 2009)

     

    Foto’s :

    -De familie De Laet rond 1909. V.l.n.r. : Karel (broeder Romain), Frans (“Soo”), geboren in 1887, was gehuwd met Sidonie Diddens, en bleef in 1918 in een

    griepepidemie, vader Victor Der Laet (°1850, +1918), overleed een week na zijn zoon, moeder Adelia Selleslagh (°1857 +1914), Melanie (°1891 +1968), werd

    missiezuster in Kongo en Christine (°1901), werd kloosterzuster te Heverlee. Het gezin woonde in het “Wiphuis” op de Rennekouter, de vroegere Jezuïtenhoeve.

    -Links Karel De Laet naast Gust De Prins (“de Guide”) die met zijn nicht getrouwd was.

    -Broeder Romain werd 82.

     







    13-09-2012 om 13:40 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 15 oktober : Nieuwe wagen van Leestenaar zwaar beschadigd

                Toen Karel De Prins uit de Alemstraat met zijn wagen wou vertrekken vanop de
                parking van dancing het Witte Paard te 
    Kapelle-op-den-Bos constateerde  hij dat er
                een bromfiets in de weg stond.

                Toen hij die verplaatste werd dat opgemerkt door een persoon die dat snel 
                ging doorvertellen in de dancing. H
    ierop kwam een hoop jongelui naar buiten gesneld  
                die de wagen van De Prins bestampten en bestookten met bierglazen.

                Het resultaat : beschadiging aan dak, rechterdeur en kofferdeksel. Schrammen aan
                de rechtervoorruit en barst in het plastiek achterstuk tussen de lichten.

                Karel diende klacht in bij de veldwachter.

     

    1976 – 18 oktober – Gazet van Mechelen :

     

                Leest naar Mechelen met een nieuwe school.

    “In aanwezigheid van gouverneur Kinsbergen en van arrondissementskommissaris Rombout werd een nieuw schoolkomplex ingewijd te Leest.

    Op de plaats van de oude jongensschool werd een nieuwe school opgetrokken met 4 ruime en luchtige klaslokalen, een muziekklas, een refter en een gymzaal, die reeds bij de opening haar tweede funktie van feestzaal kon waarmaken.

    Burgemeester Lauwers gaf een overzicht van de administratieve rompslomp die maar eventjes acht jaar heeft aangesleept : van het ene voorontwerp naar de andere principebelofte...

    Hij dankte de ministers die voor de nodige handtekeningen hadden gezorgd, de architecten, de aannemers en onderaannemers.

    En als laatste burgemeester van het autonome Leest was Lauwers niet weinig fier een dergelijk schoolgebouw te kunnen overdragen aan de nieuwe bestuurders uit Mechelen.

    Schepen van Onderwijs, Polspoel, wilde onderstrepen dat de gemeente Leest haar steentje had bijgedragen in de onderwijsinfrastructuur ten dienste van de bevolking.

    De tijd is voorbij dat het lager onderwijs het eindpunt was voor de schoolgaande plattelandsbevolking.

    “We hebben geen monument willen bouwen, zoals de oppositie ons heeft verweten. Voor ons komt de fusie een jaar te vroeg, want we hadden graag onze inspanningen op onderwijsgebied nog wat voortgezet. We stellen nu onze hoop in de nieuwe Mechelse bestuurders”.

    Schoolhoofd Gobien betrok de ereschoolhoofden Meyers en Huysmans in het huldebetoon.

    “Zij hebben de goede naam van de gemeenteschool van Leest gemaakt. En in heel wat moeilijker omstandigheden vooral op materieel gebied”.

    Ook mevrouw Vloeberghen, die er voor zorgt dat alles elke dag netjes gehouden wordt, werd niet voorbijgegaan.

    En de burgemeester en de schepenen werden bedankt voor de talrijke begrotingswijzigingen die ze hebben moeten doorvoeren.

    Gouverneur Kinsbergen zei dat hij ondanks een zwaar gevulde agenda toch naar Leest gekomen was. Primo om die realisatie te zien waarover hij zoveel had horen vertellen.

    En ten tweede omdat het waarschijnlijk de laatste keer was dat hij naar Leest zou komen.

    “Nu de gemoederen wat bedaard zijn, zal men ook vlug de voordelen van de fusieoperaties ondervinden. De gemeenten zullen administratief verdwijnen maar de gemeenschappen die er leven zeker niet.”

    Aan de burgemeester vroeg hij verder zijn kracht te willen inzetten om te behouden wat er te Leest reilt en zeilt in het gemeenschaps- en verenigingsleven. En opmerkelijk noemde hij het feit dat de laatste belangrijke daad van het gemeentebestuur van Leest er een geweest is ten voordele van de jeugd.

    Investeren in de jeugd –ook al kost de jongensschool om en bij de 22 miljoen frank – is nog altijd een wissel trekken op de toekomst. (cdw)”

     

    En in een andere krant van 22 oktober 1976 :

     

    “Leest wijdde nieuwe school in

    Zaterdag vond te Leest de plechtige inwijding van de gemeentelijke jongensschool plaats. Onder aanwezigheid van talrijke prominenten knipte de burgervader van Leest, de heer Lauwers, het lint door dat de toegang verleent tot het nieuwe gemeentelijk schoolcomplex van Leest.

    De burgemeester zei dat deze dag een zeer langverwachte datum was voor de Leestenaren en alzo werd dit complex overgedragen aan de ganse bevolking. Daarna volgde een kleine rondgang in de gebouwen.

    Als men de school binnengaat is er op de speelplaats een windroos, een plan van de gemeente en een landkaart van België op de grond aangebracht. Het zeer moderne complex dat momenteel alleen voor jongens openstaat, bestaat uit sanitaire installaties, een speelplaats, een turnzaal, refter, bergplaats, 6 klassen en een reserveklas alsook een voorbereidende klas voor muziekonderricht. Na de rondgang werden alle genodigden in de turnzaal verzameld waar nog enkele toespraken werden uitgesproken.  Als eerste spreker kwam de burgemeester aan de beurt, die na de welkomstwoorden een korte schets van het ontstaan van deze school gaf. Van het voorontwerp tot de dag van heden is er een termijn van 8 jaar verstreken. Hij had ook een woord van dank voor de vele ministriële instellingen die het mede mogelijk maakten dat deze school tot stand kwam (o.a. de 60 t.h. staatstoelagen). Hij feliciteerde de h. Schaerlaken en de verscheidene firma’s die gelast waren met de bouw en de afwerking van dit complex.

    Hierna kwam de schepen van onderwijs. Hij wees er op dat de werknemers op 298 van de 300 overeengekomen werkdagen o.a. 523.000 machinestenen, 472.000 kg beton en 20.000 pannen te verwerken hadden. De aandacht ging niet alleen naar de gebouwen, doch werd er ook veel aandacht besteed aan de toestellen. En daar Leest een muzikale gemeente is, is er ook gezorgd voor een muzikale opvoeding.

    Schoolhoofd Gobien dankte de ere-schoolhoofden Meyers en Huysmans voor de basis die zij hebben gelegd om de goede naam van de school te bekomen die ze nu geniet. Hij dankte het gemeentebestuur voor de vele offers die zij zich hebben moeten getroosten (o.a. de vele begrotingswijzigingen) om tot de totstandkoming van deze school te komen.

    Als laatste spreker kwam gouverneur Kinsbergen aan het woord. Hij zei dat men het geld niet beter kon besteden voor diegenen die nog achter ons komen : de jeugd. Hij vestigde de aandacht op het feit dat de schepenen de infrastructuur aan deze realisatie hebben gegeven. Hij wenste de leraars het beste voor de toekomst, ook na het nieuwe tijdperk die de fusies zouden meebrengen. Maar met het verdwijnen van de gemeenten zullen zeker niet minder mogelijkheden komen, en het verdwijnen der gemeenten wil niet zeggen dat de administratieve entiteit zal verdwijnen. Tot slot dankte hij de burgemeester en de raadsleden voor het vele werk en de jarenlange inzet die zij gebracht hebben voor de gemeenschap van Leest. Na deze toespraken volgde een heildronk.”

     

    Foto’s :

    -Burgemeester Lauwers, geflankeerd door gouverneur Kinsbergen, Arrondissementskommissaris Rombout, het Leestse gemeentebestuur, onderwijzend personeel en prominenten uit omliggende gemeenten, tijdens het knippen van het lint tot opening van het nieuwe schoolcomplex.

    -De jongensschool tijdens verschillende stadia van de werkzaamheden.

     

     

     

     











    13-09-2012 om 11:34 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    12-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 26 september : Feestvergadering KVLV

                Meer vrouwen dan anders op deze feestvergadering waarop ze werden

                verwelkomd op een aperitief.

                Na een welkomstwoord en gebed door de proost, las de secretaresse haar

                verslag af waarop men aan de respectievelijke tafels werd bedacht met het

                thema : “Jij bent een deel van de ketting”.

                Ossetong met madeirasaus en champions, dampende koffie, men liet het zich

                smaken.

                Liedjes, sketchen, sport en spel en het rad van fortuin kwamen ook aan de beurt.
                (DB, oktober 1976)

     

    1976 – Oktober : Gemeenteraadsverkiezingen.

                Hombeek, Leest, Heffen, Walem en Muizen zullen bij Mechelen gevoegd

                worden. Op de eerste verkiezingen voor de grote fusiegemeente Mechelen waren

                43 raadsleden verkiesbaar.

     

                Het stadsbestuur was samengesteld uit CVP en BSP : Jos Vanroy (CVP) burgemeester,

                A. Stiers (SP) 1e schepen, J. Charlier (CVP) 2de schepen, J. Van de

                Sande (SP) 3e schepen, A. Van Stappen (CVP) 4e  schepen, Ch. Van de Plas (SP)

                5de schepen, A. Ribbens (CVP) 6de schepen, H. Vanderaerschot (SP) 7de schepen

                en K. Michiels (CVP) 8e schepen.  (KH)

     

    De Band over deze gemeenteraadsverkiezingen :

    ‘De maand december 1976 is van historische betekenis als men weet dat op 1 januari 1977 onze goede Leestenaren van gemeentelijke nationaliteit veranderen en deel zullen uitmaken van de grote sociëteit Mechelen.

    Zes jaren terug gaven we de uitslag van de toen gehouden gemeenteraadsverkiezingen, en we menen aan onze plicht te kort te zullen doen indien we ook NU geen mededeling ervan zouden geven.

    We bepalen ons tot de kandidaten van de fusiegemeenten, met aanduiding van behaalde voorkeurstemmen per lijst. De onderscheiden letters achter de naam staan voor respectievelijk : L=Leest, HE = Heffen, HO= Hombeek, M= Muizen en W=Walem.

     

    C.V.P.                          Behaalde voorkeurstemmen

    Ribbens Albert                       1581 (M)

    Emmeregs August                  1316 (L)

    De Potter R.                           955 (HO)

    Vloebergh Louis                     702 (L)

    Meuldermans                        681 (HO)

    Lembrechts R.                                    678 (HO)

    Verbist R.                               415 (HO)

    Van Aken J.                             729 (HE)

    Lemmens R.                           542 (HE)

    Lauwers J.                              683 (L)

    Morrens J.                              762 (W)

    Tournaye P.                            442 (W)

    Nuyts M.                                 297 (W)

     

    B.S.P.

    Mevr. Van der Aerschot        611 (M)

    Ureel B.                                  556 (HO)

    Vloeberghen J.                       251 (L)

    Verhoeven H.                         250 (L)

     

    P.V.V.

    Ceulemans P.                         105 (HO)

    De Peuter                               169 (HO)

     

    V.U.

    Jaspers W.                              1940 (HO)

    Fierens A.                               525 (HO)

    Keuleers E.                             456 (HO)

    Sneyers A.                              152 (L)

    Hellemans G.                         404 (L)

    Mertens K.                             212 (L)

     

    Stan Gobien – Leest in Feest 1999 :

    “Toen bekend werd dat er een fusie van gemeenten op het getouw stond, hebben de Blekken in 1975 en 1976 pogingen gedaan om samen met Heffen en Hombeek een landelijke gemeente te vormen.

    De pogingen liepen op niets uit. Het zou en moest één groot Mechelen worden…

    In tegenstelling tot de andere Mechelse fusiegemeenten werd er door de Leestse gemeentekas niet zo veel gelden overgedragen aan het nieuwe Mechelen. Er werd gezorgd dat er geen schuld was, want zoiets wilden de Leestenaars ook niet…

    Jean Verheyden, de Leestse gemeentesecretaris, werd het hoofd van de Mechelse Bevolkingsdienst. Veldwachter Vic Van Hoof bleef tot aan zijn pensioen in Leest de orde handhaven. José Tourné was voor de fusie gemeentebediende. Op dit ogenblik is zij nog de enige van het vroegere personeel op het gemeentehuis…”   

     

    1976 – 3 oktober : Vierde Vevoc Loopcross

                Het parcours doorheen het prachtige panorama van de zennevallei bood de
                toeschouwers de gelegenheid om de lopers gedurende de ganse omloop te volgen.

                Er waren drie grote tenten opgezet. De pupillen kregen een afstand voorgeschoteld van
                400 m, de miniemen 800 m, de kadetten 1200 m, de scholieren 1800 m, de veteranen
                1600 m en de 
    juniores-seniores 2800 m. 

                Buiten de bijgevoegde foto’s zijn ons geen details bekend.

     

    Foto’s :

    -Links : pupillen meisjes met Ilona Van Winghe, Christel De Merechy en Bea Van Praet. Midden : pupillen jongens met Wilfried Meiries, Alwin Mertens en Jan Lenaerts. Rechts : miniemen meisjes met Linda Prenen, Godelieve Saerens en Anne Vranckx.

    -Start van de pupillen-jongens.

    -Links : miniemen jongens met Raf Wijns, Patrick Van der Linden en Bruno Van Winghe. Midden : kadetten-meisjes met Anne De Greef, Hilde Janssens en Rita Wijmans. Rechts : kadetten-jongens met Jean-Pierre De Muyer, Jan Engels en Eric Bosmans.

     







    12-09-2012 om 10:35 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-09-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – Woensdag 8 september : Brass Band optreden te Leest

                georganiseerd door de Kon.Fanfare St.-Cecilia met de Rochdale Band uit

                Engeland. Dit met medewerking van BRT 2 Omroep Antwerpen en het

                gemeentebestuur van Leest.

                Het concert ging door in het parochiaal centrum aan de Kouter.

     

    1976 – 20 september : Stichting Kunstkring VOETSPOOR

                Met een zeer actief Davidsfonds, met de bedrijvige toneelkring“Rust Roest”, met de
                fanfare Sint-Cecilia, 
    kwam de Leestenaar op cultureel vlak goed aan zijn trekken.

                Op initiatief van de beroepsschilderes Friede Willems kreeg Leest ook een eigen

                kunstkring “Voetspoor” genaamd.

                Friede Willems, woonachtig in de nieuwe wijk in de Kouter, wilde contacten

                leggen met plaatselijke kunstenaars om op die manier gedachten of ideeën uit

                te wisselen.

                In Georges Herregods, Flor Meyers en Karel Soors vond zij medestanders die

                bereid waren samen te werken rond drie belangrijke doelstellingen.

                1. Een stimulans zijn voor de leden van de werkgroep.

                2. Tentoonstellingen organiseren –ook buiten de stad- met de bedoeling een

                breder publiek vertrouwd te maken met kunsttentoonstellingen.

                3. Organiseren van werkvergaderingen, studiebijeenkomsten, jeugdateliers

                en uitstappen.

                Friede Willems wou de kerngroep bewust beperkt houden om een zo groot

                mogelijke beweeglijkheid  aan de dag te kunnen leggen. Met een talrijke  

                groep was dat volgens haar niet mogelijk.

                Om die reden werd doelbewust gekozen voor een formule van “gasten”, die

                regelmatig zouden worden uitgenodigd. Zo kregen ze steeds een andere

                stemming op hun activiteiten.

                De benaming “Voetspoor” was afkomstig van een “lees”, een karrespoor, daaruit

                zou de naam Leest ontstaan zijn : “het eerste voetspoor voor het ontstaan van het

                dorp”.

     

                De in 1950 geboren kunstenares liep school in Dendermonde waar ze ook de

                academie volgde. Nadien volgde ze plastische kunst te Jette en zes jaar lang de

                leergangen aan de Mechelse Academie waar ze in 1975 als laureaat eindigde.

                In 1973 kreeg ze de 2de prijs van de jonge Dendermondse kunstenaars voor haar

                schilderkunst.

                Friede Willems hield van schilderen met olie en zocht haar onderwerpen

                vooral in figuren, portretten en voor de afwisseling waagde ze zich soms aan

                bloemen. Ze had haar atelier boven het postgebouw, naast het oude gemeentehuis

                van Leest.

     

                Op 11 april 1977, tweede paasdag, stelde de nieuwbakken kunstkring voor het

                eerst tentoon in de stedelijke jongensschool Scheerstraat Leest.           

                Naast werk van Friede Willems, was er ook werk te bewonderen van meester

                Floriaan Meyers, aalmoezenier Georges Herregods en Karel Soors.

                Het werd meteen een voltreffer.

                Zeer veel Leestenaars vonden de weg naar de tentoonstellingsruimte.

                Dit succes zorgde ervoor dat “Voetspoor” besliste ieder jaar met een grote

                tentoonstelling uit te pakken.

                In 1978 werd het een tentoonstelling rond “Het jaar van het Dorp”, 1979 “Het

                jaar van het Kind”, vormde de aanleiding om enkele jeugdatelierdagen te

                organiseren waaraan 67 kinderen deelnamen. De tekeningen en keramiekwerkjes

                van deze kinderen werden eveneens op de jaarlijkse tentoonstelling aan het

                publiek voorgesteld.

                In 1980 “Het jaar van de vrouw” werd naast het werk van de leden ook

                keramiekwerk van vier vrouwelijke keramiekers gebracht.

                Datzelfde jaar realiseerde de werkgroep de versiering naar aanleiding van de

                feestelijkheden die Leest op touw zette ter gelegenheid van de honderdste

                verjaardag van Stanne Van den Broeck.

                In 1981 kregen enkele jongeren de kans hun werk te laten zien en het jaar nadien

                betreurde men het overlijden van één van de leden, Flor Meyers, wat evenwel niet

                belette een tentoonstelling op te zetten met akwarellen van Yvan Van der Haegen

                en bloemstukken van Hugo Somers.

                In 1983 was de kartoonist Goal gast-exposant en in 1984 werd een Alfred

                Ost-tentoonstelling georganiseerd.

                Onder de gast-exposanten onthouden we de namen van : o.a. Frans Croes,   Jan

                Hermus, Emiel De Leers, Marijke Van Kenhove, Jan Casteels, Lutgard Moons,

                Yvan Vanderhaegen, Frie en Krista Leemans, Mieke Selleslagh, Chris Van Praet,

                Hugo Somers.

     

    Foto’s :

    -Achtereenvolgens werk van Karel Soors, Georges Herregods, Flor Meyers en Friede Willems.

     









    04-09-2012 om 11:33 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    13-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 5 augustus : Dit is de datum van een Koninklijk Besluit (verschenen in het BS van

                28/9/1976) waarbij het gewestplan Mechelen definitief werd vastgelegd en waarin

                werd gestipuleerd dat de ZENNEVALLEI in het landschappelijk waardevol

                bosgebied ligt.

     

    1976 – 15 tot 21 augustus : Vevoc ging op Bivak

                Bestemming : het ‘Vissershuis’ te Geel-Zammel.

     

    “Het Vevoc-bivak is een gezinsbivak dat wil zeggen dat de kinderen zeker niet mogen gezien worden als een beletsel om mee te gaan, maar eerder als een stimulans. En als je nog een beetje trekkers-, chiro- of Vevocbloed hebt, dan probeer je natuurlijk het onmogelijke om mee te gaan, is het niet voor de ganse periode, dan toch voor een gedeelte ervan. Bovendien betekent het een aanvullende, goedkope vacantie voor ons en onze kinderen, want ons eigen potje koken, is nog steeds goedkoper dan op restaurant gaan eten. In augustus zal het kampvuur dus ook voor Vevoc branden in de avondschemering van onze mooie Kempen en zal het woord ‘bivak’ voor Vevoc geen herinnering weergeven maar een uitkijken naar de toekomst.”

    (De Band, januari 1976 ‘Jaarverslag’)

     

    1976 – 22 augustus : Brand van een perceel bosgrond

                De zogenaamde “dreef” in de Grote Heidestraat (Sectie A, nr.99), bestaande

                uit licht kreupelhout en struikgewas stond in lichtelaaie. Een hevige wind

                zorgde voor een snelle verspreiding.

                Eerste Schepen Henri Van den Heuvel, tevens oppasser van deze gronden,

                verwittigde de brandweer die het vuur na enkele uren kon blussen.

                De dreef was eigendom van Guilbert Asselbergs uit Brussel.

                (VVH)

     

    1976 – 25 augustus : Ongeval te Leest met fatale afloop

                “Op de Juniorslaan te Leest reden dinsdag twee auto’s frontaal op elkaar in.

                Eén der chauffeurs, Frans Diddens, 67 jaar, Dorpsstraat 17 te Leest, werd

                zeer zwaar gewond en naar het Sint-Jozefziekenhuis te Mechelen overgebracht

                waar hij woensdagnamiddag bezweek.

                De tweede chauffeur, Georges Delmotte, Fonteinweg 6 Heffen, werd slechts

                licht gewond.”  (GvM-27-8-1976)

     

                Frans Louis Diddens was te Leest geboren op 17 juni 1909 en gehuwd met Maria
                Mathilde Vloeberghen.

                Hij was oudstrijder van 1940-45 en Erelid van VV Leest.

                ‘Niemand weet wat de dag brengt.

                Je staat op

                goedgeluimd

                boordevol plannen :

                ‘ik moet nog dit, ik moet nog dat’

                -véél meer dan één dag gevuld kan zijn…

                En plots

                één seconde is voldoende :

                een ongeluk, zegt de volksmens

                verwikkelingen, zegt de medicijnman

                de eeuwige ontmoeting…

                Alles stort ineen

                alles valt stil

                alles moet worden herdacht…

                God, de stilte van de dood

                die overledene aan overlevende bindt

                breekt Gij open.

                ‘Bemint elkaar’

                is voortaan de nieuwe naam

                waarmee je hem moogt noemen

                waarin we samen verder gaan.’   (uit zijn gedachtenisprentje) 

     

    1976 – 27 augustus : Bestuursvergadering Vevoc

                Verwelkoming van twee nieuwe bestuursleden : Alfons Huysmans en Frans De Decker.
                 Water Lefever was ontslagnemend.

     

    1976 – 1 september : Jan Piet Leveugle werd de nieuwe dirigent van de Kon.Fanf.

                St.-Cecilia.

                “Onmiddellijk werd van start gegaan met een 30-tal jeugdige mensen om als

                trommelaars op te leiden en tegelijkertijd de leer van de volksmuziek

                (notenleer) tot in de puntjes in te studeren.

                Na nauwelijks een kleine twee maanden noeste arbeid was de dirigent bereid

                mede te dingen aan het Provinciaal toernooi van Fedekam – Antwerpen, dat

                ingericht werd te Mechelen. Dit gebeurde op 24 oktober 1976.

                Resultaat was de titel : “Kampioen van de provincie Antwerpen in 3de

                afdeling”.

                (G.v.M., 12 oktober 1979)

     

    “Op 1 september 1976 werd Jan-Piet Leveugle dirigent van de fanfare St.-Cecilia.

    Hij had ondertussen bewezen wat hij waard was als slagwerkinstructeur, als leraar notenleer en als dirigent. Hij kreeg direct het volle vertrouwen van het bestuur, van Rik De Bruyn en de muzikanten. De nieuwe dirigent kreeg nog een belangrijk ander voordeel. Veeleer om psychologische redenen dan om muzikale mocht hij met de fanfare in de derde afdeling beginnen. Omdat er ondertussen jonge muzikanten waren bijgekomen, was dat in deze omstandigheden waarschijnlijk de beste oplossing. Op de eerste repetities van Jan-Piet Leveugle werd in ’t bijzonder aandacht besteed aan de ademhalingstechniek, het gelijktijdig aanzetten van de verschillende instrumentengroepen en aan de toonjuistheid. Amper na twee maanden trad de fanfare op in een provinciale wedstrijd te Mechelen. Hier werd de provinciale titel behaald in derde afdeling. Een half jaar later werd meegedaan aan het provinciaal kampioenschap in de tweede afdeling en hier werd de titel behaald met lof van de jury. Dankzij deze voor de meeste muzikanten vrij makkelijke wedstrijden ontstond er een goede sfeer. Door het enthousiasme en de bezieling van de groep was er een basis om de volgende jaren wat meer inspanningen te vragen aan de muzikanten.”

    (Stan Gobien, ‘Leest in Feest)

     

    Jan-Piet Leveugle werd in 1943 te Nossegem geboren en kreeg reeds op zesjarige leeftijd zijn eerste muzieklessen van zijn vader Paul Leveugle, bij de fanfare ‘St.-Cecilia”’ Nossegem, die daar dirigent was.

    In 1950 was hij al muzikant in deze vereniging en kreeg verdere lessen voor slagwerk aan de Muziekacademie te Etterbeek. Op veertienjarige leeftijd behaalde hij een eerste prijs notenleer en slagwerk aan het Koninklijk Conservatorium te Brussel. In 1969 behaalde hij een eerste prijs voor kamermuziek bij Jef Alpaerts. Verder studeerde hij orkestdirectie bij Fernand Terby te Antwerpen en harmonie bij Peter Cabus en André Laporte te Brussel. Hij behaalde een eerste prijs in 1978.

    Van 1957 tot 1970 was hij achtereenvolgens verbonden aan het Nationaal Orkest van België, het Groot Symfonisch Orkest van de BRT en de Philharmonie van Antwerpen.

    Als leraar slagwerk werkte hij aan de Muziekacademie Willebroek, het Stedelijk Conservatorium Mechelen en de Kunsthumaniora van het Koninklijk Conservatorium te Brussel.

    Als dirigent was hij verbonden vanaf 1975 aan de Brass Band Midden-Brabant, de Koninklijke Fanfare ‘Moed en Volharding’, Heist-op-den-Berg, de Socialistische Harmonie ‘Arbeid Adelt’ Puurs en vanaf ’76 St.-Cecilia Leest.

    Met de Brass Band Midden-Brabant werd hij meerdere malen Belgisch kampioen en was ook meerdere malen vertegenwoordiger van ons land bij de Europese Brassband Kampioenschappen, toen nog in de Royal Albert Hall in Londen.

    Met de Leestse fanfare zou hij provinciale titels behalen en Belgisch Kampioen worden. Op 2 juli 1978 was hij met de K.Fanfare St.-Cecilia Leest op het 8ste Wereld Muziek Concours te Kerkrade (NL) en behaalde in de 3de afdeling 311 punten, goed voor een 1ste prijs. Met dezelfde fanfare trad hij in 1981 op tijdens het 9de Wereld Muziek Concours te Kerkrade, dit keer in de 2de afdeling en behaalde 324 punten, goed voor een 1ste prijs met lof van de jury. Beide malen werd St.-Cecilia Leest Wereldkampioen in deze afdelingen en in de sectie fanfare.

    Erg belangrijke overwinningen werden daarnaast behaald op het Nationaal Tornooi van de stad Brussel in 1982 en op de Grote Prijs van de Lions Club in 1983.
    Jan-Piet Leveugle nam ontslag als dirigent van St.-Cecilia Leest op 12 maart 1985 omwille van perikelen rond de deelname aan het Wereld Muziek Concours te Kerkrade in de hoogste afdeling voor fanfares.

    Samen met zijn vrouw Ghislaine Poedts richtte hij te Willebroek een muziekhandel op, die aanvankelijk de naam ‘Muziek-Center Willebroek’ droeg en later veranderd werd in ‘Traxon Music’ en uiteindelijk vertrok naar Brussel. Intussen werd deze muziekhandel ‘Traxon Music Brussels’ door de volgende generatie gedreven.

    (Wikipedia en ‘Leest in Feest’)

     

    Foto’s :

    -Henri Van den Heuvel. Deze historische foto werd genomen in het gemeentehuis in 1971 toen de Blekken de stem van ‘Heinke van Tien’ nodig hadden in de gemeenteraad voor o.a. de benoeming van Stan Gobien tot schoolhoofd. Heinke was gehospitaliseerd en werd toen met bed en al naar het gemeentehuis gebracht.

    -Jan-Piet Leveugle





    13-08-2012 om 08:33 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    07-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 5 augustus – Gazet van Mechelen :

     

                “Honden-Hotel van Jan Peutermans in Leest

    “ “Gijlie komt juist op het uur dat ik gewoonlijk met mijn vrouw Arlette het aperitief neem. Een whisky soda of met ijs ? Da’s mannendrank.”

    “Zelfs geen plat water voor ons. Ijs graag”, zeiden we. Hij schonk de glazen vol. En dan maar keuvelen nadat zijn vrouw naar keuze één of meer ijsblokjes in het glas liet rinkelen.

    “Nog een whisky ?” Wij bedankten.

    “Kom, op één been kunt ge niet blijven staan.” Hij lachte breeduit.

    “Tiens, als ik het over één been heb, kan ik moeilijk mijn lachlust bedwingen. Want dan peins ik altijd aan mijne houten poot.” En met de vlakke hand sloeg hij lachend op zijn kunstbeen.

    Onze gezichten verstrakten. Je ontmoet de man voor ’t eerst in je leven. Je zit met hem al een kwartier te praten en je hebt van die jammerlijke handicap geen snars opgemerkt. Welke houding moet je in een dergelijke situatie aannemen ? Meelachen ? Of wat ? Wat doet men tegen zulke ontwapenende openhartigheid, gekruid met een dergelijke humor ? Zo verliep onze eerste kennismaking met de vijftiger Jan Peutermans en zijn veel jongere vrouw Arlette.

    Sinds mei van dit jaar wonen zij te Leest aan de Biest in “het kasteeltje van Lamot” zoals het landgoed in de omgeving bekend staat met zijn circa 5 ha grond eromheen, omzeggens totaal ommuurd.

    We hadden, ingevolge onze bijdrage over de Mechelse dierenbescherming van voor enkele weken, een tip gekregen i.v.m. hondenpensions. En het schromelijk tekort eraan.

    “Moet je eens met die man gaan kennismaken.”

    En wij trokken erheen, samen met Philippe Van de Velde, voorzitter van de Mechelse Dierenbescherming, die midderwijl plaatjes zou schieten.

    Wij zaten knus in de gemakkelijke zetels in de heel ruime en smaakvol ingerichte zitkamer van de Peutermans’ te luisteren. Jan Peutermans is een geboren Antwerpenaar. En meer dan onderhoudend en tevens boeiend. Rookt daarbij als een Turk.

    Is met wat hijzelf heet een “honden-hotel” begonnen in de jaren 1956-1957. Op heel kleine schaal. Vandaag weet Jan Peutermans op stuk van hondenpensions heel goed waar Abraham de mosterd haalt. En niet alleen op dit terrein.

    Hij zat jaren met een hondenpension in het Antwerpse. Kwam zich door toevallige omstandigheden in een uitgesproken landbouwzone vestigen, speciaal met het oog op zijn bedrijvigheid, een bedrijvigheid, welke zich spreidt zowat over het ganse jaar.

    Doch met de vacantiemaanden uiteraard als pieken.

    De klandizie van Jan Peutermans is alles behalve van de onderste laag. En bij ons bezoek, dat meer gold als een eerste kennismaking, stond die telefoon niet stil. Aanvragen tot opname van honden beantwoordt hij in ’t Engels, Frans, Duits  en vloeiend. Krijgt de meest verscheidene opdrachten : op Zaventem een hond afhalen en voor 14 dagen bij zich houden, een hond per vliegtuig naar Tokio sturen, naar New York, Parijs, Berlijn.

    Is in zijn specialiteit gekend in de hogere kringen en bij de NATO-officieren. Ontvangt telefoontjes uit gans Europa waarbij door dames wordt navraag gedaan hoe het met haar honden staat.

    “Prima,” antwoordt Jan Peutermans, “hij voelde zich van de eerste dag al thuis...is dik in orde.”

     

    Jeugdgeschiedenis

    Van zijn jongelingenjaren zou Jan Peutermans een boeiende novelle kunnen schrijven.

    Zoon uit een Antwerpse doktersfamilie, verbleef hij tijdens de oorlogsjaren met zijn mama in Biarritz.

    Op bijna 17-jarige leeftijd wou hij naar Spanje vluchten. Het spergebied lag vol landmijnen. Liep een duinhelling af. Precies dit hellend vlak is zijn “geluk” geweest.

    Een landmijn, zegt Jan Peutermans, vertoont aan de bovenzijde drie pinnetjes. Ik raakte een pinnetje, een ontploffing volgde waardoor de mijn 60 a 70 cm hoog vloog en op deze hoogte ontplofte. Honderden schrapnels stoven als zaden in alle richtingen. Door de eerste ontploffing werd een deel van mijn been afgeslagen, de rest verbrand. Ge begrijpt, precies omdat ik een helling afliep, kreeg ik de volle lading niet. Anders was het met me gedaan geweest. Gewond over heel mijn lijf ben ik vier uren lang met mijn beenstomp in mijn handen, op mijn achterste en mijn ander been weggekropen.

    Natuurlijk werd dat een alles behalve “propere affaire”.De Duitsers ziet ge. Maar dat moet ik zeggen : de Duitsers hebben mij prima verzorgd. Duwden me in een lazaret, stuurden mij daarna naar Fontainebleau, Parijs en Waterloo. Gaven mij een prothese, leerden mij opnieuw lopen. En goed. Zodanig dat ik enkele jaren later zelfs kon gaan dansen. Ik had toen regelmatig een oliepotje bij. Waren toen houten kunstbenen met ijzeren scharniertjes. En bij ’t dansen gebeurde het dat de scharniertjes begonnen te piepen. Ik gauw naar het toilet, scharniertje oliën en ’t was weerom in orde.

    Niemand kan merken dat ik een kunstbeen heb. Zelfs mijn tweede vrouw wist het niet. Van die landmijn–historie krijg ik als Franse invaliede een pensioen.

    Globetrotter

    Na de oorlog geraakte ik in Antwerpen en kreeg als taalman een job bij de Amerikaanse M.P.’s. Die kerels nodigden me uit om naar Amerika te komen. Als ex-GI heb ik dat gedaan. Jaren lang in Amerika geweest. IJsland, Mexico en zelfs zes maanden in Zuid-Amerika. Als assistent-purser op een vliegtuig ben ik zowat overal geweest.

    Tot ik dan in Antwerpen mijn eerste vrouw leerde kennen.

    Een handel in luxe-modekleren voor dames hield ze erop na. En precies daar werd de eerste steen gelegd van mijn honden-hotel.

    13 kostgangers

    Zijn eerste vrouw bezat een boxer, een goeie loebas van eerste gehalte.

    Als vader-boxer kreeg hij een tamelijk uitgebreid kroost. Tijdens de vacantiemaanden werd hem gevraagd de boxer van een kennis voor enkele weken “bij te houden”.

    En zo rijpte het plan om een honden-hotel op te zetten.

    (...)

    Op een moment zat ik met 13 honden thuis. In die tijd zette ik de honden apart van ’t ogenblik dat ze maar tegen mekaar grolden. In elke kamer, in elke plaats zat een hond. Dat kon zo niet blijven duren. Daarom ging ik me in Kalmthout installeren en bouwde een der grootste, zoniet het grootste honden-hotel op van België.

    Iets voelen

    In Antwerpen, vertelt Jan Peutermans, kende ik verscheidene veeartsen. Dank zij die boxer. Toen één van hen vernam dat ik een hondenpension zou openen zei hij :

    “Koop op den buiten een stuk grond, zet daar uw honden op en ga zelf in een caravan wonen, heel ver vandaan, of ander wordt ge zot.”

    Welnu, zei Jan Peutermans, die vent had overschot van gelijk. Want één ding staat vast : als ge geen echte dierenvriend zijt, houdt ge het eenvoudig niet vol. En het toeval wil dat mijn tweede vrouw Arlette er even goed mee over de baan kan.

    (...)

    Ik durf zeggen dat 90 a 95% van mijn cliënteel tevreden is. Ik werf tijdens de top-periode werkstudenten aan. Moet ik wel. Maar dag en nacht sta ik erbij. Die honden krijgen van mij vlees dat voor mensen bestemd is. (wij mochten zelfs proeven van het hondenvoer...)

    Regelmatig komt een veearts, ik ontsmet, houd een oog in ’t zeil. Kortom : ik verzorg de dieren precies alsof ze van mij zijn. En mijn cliënten weten dat.

    Bassen en janken

    (...)

    Neem nu mijn geval, zegt Jan Peutermans. Ik zit hier midden een landbouwzone, op een terrein van 5 ha. Ik heb slechts 3 buren. Aan de overkant van de weg staan koeien in de wei.

    En toch moet ik van het gemeentebestuur een –commodo en incommodo- aanvragen, en noteer : ik heb slechts drie buren. Waar moet men een hondenpension opzetten ?

    Ik zou menen dat een landbouwzone het meest geschikt is.

    Nu vraag ik u : kunt gij honden doen ophouden met bassen of janken ?

    Want als er ene begint vallen ze allemaal in koor. Maakt gij nu maar een hond wijs dat hij slechts voor 8 of 14 dagen op logies is. Ge moet een kat een kat noemen.

    Dus : wat is het resultaat ? Die honden bassen. Niets eenvoudiger dan dat.

    Ge kunt toch hun muil niet dichtplakken met een kleefpleister ?

    Kom, zegt Jan Peutermans, ik ben reeds 12 kg afgevallen en mijn vrouw 8, sinds wij hier wonen. Goed het is topseizoen, zal wel beteren.

    Nog een whisky terwijl mijn vrouw een mondvullertje klaarmaakt.

    De telefoon rinkelt. Arlette, de vrouw van Jan Peutermans, voerde een heel gesprek in het Engels, om te zeggen dat Bobby het echt heel goed stelt...

              Piet Langenus”

     

    Deze reportage in Gazet van Mechelen bleef niet zonder gevolg.

    De redactie ontving een boze brief van omwonenden waarin de situatie werd aangeklaagd en stuurde opnieuw een journalist op pad, (een andere ?) ditmaal om te kijken hoe de vork in de steel zat. Zijn bevindingen verschenen  in de krant van 24 augustus 1976 :

     

    Niet iedereen is gelukkig met “hondenhotel” te Leest

    (...)

    “Het hondenhotel van de h. Peutermans is gevestigd op het domein “de Mot”, zowat 5 ha groot en omgeven door bomen en een twee meter hoge muur.

    Die afsluitingen kunnen echter niet verhinderen dat bestendig, zowel tijdens de dag als gedurende de nacht, een op de duur enerverend geblaf van de meest diverse viervoeters welke in het hotel zijn opgenomen, in de lucht hangt.
    Toeval wil dat in de onmiddellijke omgeving van het Leests hondenhotel enkele jonge gezinnen wonen met studerende kinderen. Van studeren, laat staan van zich te concentreren, aldus de klagende buren komt niets in huis.

    “Onze kinderen zijn verplicht op school volledig gebruik te maken van de studietijd om daar hun huiswerk te maken en hun lessen te leren.”

    Mileustorend

    Maar dat is nog lang niet alles. De bewoners in de omgeving –en we konden ons persoonlijk overtuigen van de keerzijde van de medaille- zitten geplaagd met een haast onuitstaanbare geur van ontsmettingsmiddelen en vliegenzwermen die dieren nu eenmaal met zich meebrengen. Een avondje TV kijken is meestal niet mogelijk. Elke klank wordt overstemd door het aanhoudend geblaf van zenuwachtige honden.

    Het meest dramatische van de ganse zaak is het feit dat honden geen benul hebben van tijd. Eens de duisternis gevallen is en de omwonenden van het “hondenhotel” bedwaarts willen, worden ze wakker gehouden door (andermaal) het geblaf van de honden.

    Enkele buren brachten, omdat geen andere oplossing voorhanden was, hun kinderen onder bij familie.

    “Mijnheer,” vertelde ons één der mistevredenen omwoners, ge wordt hier zot van dat geblaf. Dag en nacht horen we niets anders dan hondengeblaf en gejank.”

    Zonder toelating

    We vernamen dat de h. Peutermans –die de opmerkingen van zijn buren in de wind slaat- sedert mei ll. zich te Leest kwam vestigen.

    “En toen mijnheer, begon voor ons de hel. We zijn naar de gemeentebestuurders geweest. Daar antwoordde men ons dat tot de exploitatie van het hondenhotel geen toelating was gegeven, maar dat men niets kon doen...”

    Tot voor enkele tijd baatte de familie Peutermans een soortgelijk hondenhotel uit te Kalmthout. Na er tien jaar te hebben verbleven zonder toestemming, belandde het hondenhotel te Leest.
    Ook te Leest werd ongunstig advies gegeven voor de uitbating van het hondenhotel, maar de h. Peutermans stoort er zich niet aan. Ook zonder bouwvergunning trok hij in het domein enkele plaatsen op waar de honden worden in ondergebracht.

    Een afgevaardigde van het ministerie van Volksgezondheid kwam reeds ter plaatse en stelde een negatief verslag op.

    Maar intussen blijft men in het hondenhotel ongestoord zijn gang gaan en zitten de omwoners nog steeds aan de klaagmuur.

    “Mijn vrouw, mijnheer,”aldus een andere buur, “lag voor enkele dagen met 40 graden koorts in bed. Het aanhoudende geblaf van, in het topseizoen wel 250 honden, werd haar te veel. Akkoord we hebben niets tegen hondenhotels en hondenasielen, maar zulke instellingen dienen ingeplant te worden in een omgeving waar ze niet milieuverstorend werken. Ten slotte zijn wij allen werkende mensen die na een harde dagtaak wel graag enkele ogenblikken rust zouden kennen...”

     

    De klachten van de buren bleven ogenschijnlijk zonder gevolg want drie jaar later werd  het honden-hotel nog altijd geëxploiteerd, het kwam voor een laatste keer in de belangstelling toen het kasteeltje volledig in de as werd gelegd door een brand. (zie juli 1979)

    De geschiedenis van het kasteel “De Mot” werd bewerkt onder het jaartal 1845 en in Toponiemen van Leest. (volgt op de Kronieken)

     

    Foto’s :

    -Jan Peutermans bij één van zijn gasten.

    -Peutermans samen met zijn vrouw en enkele van zijn werknemers.

     





    07-08-2012 om 09:17 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    1976 – Zondag 4 juli :  Tienjarige deelnemer wint Leestse fietsrally van Vevoc

    132 deelnemers hebben verleden zondag de tropische hitte getrotseerd om deel te nemen aan de 2de fietsrally, georganiseerd door Vevoc, te Leest.

    Het vrij vertrek mocht genomen worden tussen 11 en 14 uur en de aankomst was uiterlijk gepland om 17u30. Per minuut dat de vertrekkers te laat kwamen kregen ze één strafpunt. Op deze tijd hebben ze kunnen genieten van de warmte, alsook van het prachtige natuurschoon in Leest en omliggende gemeenten.

    Tijdens de prijsuitreiking bedankte de voorzitter, de heer Louis Vloebergh, alle deelnemers alsook alle medewerkers, die zich gedurende een ganse tijd met hart en ziel hebben ingezet voor het welslagen van deze rally.

    Iedere deelnemer werd bedacht met een prijs. Ook de ongelukkigste deelneemster, Emerance Van den Heuvel, kreeg een speciale prijs, omdat zij zich tijdens deze rally gekwetst had. Ook de mannen met de speciale tweewieler (Karel De Borger) en deze van de driewielers (Jos-Constant-Louis) kregen een speciale prijs.

    Daar er individueel of per gezin mocht gestart worden, werd er natuurlijk ook een klassement gemaakt voor de gezinnen waarvoor de familie van Miel Dons eerste werd met 595 punten voor de familie van Staf Tuyaerts met 588 punten. Als derde kwam de familie Soors met 458 punten voor de familie Verbruggen met 506 punten. Vervolgens was het de familie van Jean Van Dam met 499 punten voor de familie Verschueren met 491 punten en de familie De Borger met 463 punten.

    Bij het individueel klassement was het de 10-jarige Leestenaar Bart Hellemans die met 188 punten als laureaat werd bekroond.

    Maria Lamberts werd 2de  voor J.P.Potoms, Staf Tuyaerts, Conny Vervack, Godelieve Verbruggen, Jan Van den Heuvel, Jurgen Tuyaerts, Emiel Dons, Liliane Alewaeters, Benjamin Jrine, Karel Soors, Frans Spoelders, Stephan Dons, Bart Soors, Lief Lamberts, Hugo Casteels, Renilde Polfliet, Agnes Lamberts en Lieve Dons.

    (GvM)

     

    1976 – 5 juli : Distels

                Veldwachter Van Hoof, op dienstronde binnen de gemeente, stelde op een perceel

                land op het Hertsveld ((Sectie A,nr. 406) vast dat er distels in volle bloei stonden.

                Een overtreding van de provinciereglementering in het kader van distelbestrijding.

                Eigenaar van de grond : M. Driessens uit Mechelen.

                (VVH)          

     

    1976 – Vrijdag 16 juli : KVLV-Reis naar Holland

                De trip ging naar Ierseke met zijn oesters- en mosselkwekerijen, naar Goes

                met de grootse fruitveiling en indrukwekkende Grote Markt.

                Zierikzee werd bereikt met een overzetboot. Na Middelburg, Domburg,

                Vlissingen, Breskens, Sas Vangent over Axel naar Sint Niklaas en Leest.
                 (DB, augustus 1976)

     

    1976 – Van 21 tot 31 juli : Bivak Chirojongens te Maasmechelen.

                De meisjes gingen naar dezelfde locatie van 31/7 tot 10 augustus.

                De 78 monden op het jongensbivak verorberden 30 broden en  5 emmers

                aardappelen per dag.

     

    In De Band van september verscheen volgend (samengevat) verslag :

    “ ’Op zoek met Tijl naar Cupido’s pijl’, zo luidde het thema  van het jongensbivak. Het vertrek en aankomst van fietsers en autocar-reizigers werd waterrijk ingezegend en bovendien zegenrijk met water besloten.

    Daartussen lagen echter heerlijke dagen vol actie en levenslust om die pijl van Cupido te vinden.

    Met een totaal van 78 monden werden dan ook ettelijke broden (30 per dag) en patatten (5 emmers per dag) in de keuken en aan tafel verwerkt en binnengewerkt.

    Pelagie (haar negende bivak) had gelukkig jongere werkkrachten bij zich, nl. Maria Joos uit Buggenhout-Briel, en vanaf de bezoekzondag met de komst van de kleinste pagadders : Maria Lamberts – Mevr Dons.

    Onze piotten-leiders Patrick, Jan en Kamiel hebben een paar bivakdagen moeten prijsgeven, kwestie van verlof of voor de inlevering van de ‘kakkie’-broek.

    Een zeer ruime bivakplaats (gebouwen en speelruimte) bood een aangenaam en gemakkelijk werkend bivak.

    De prijs van de ongeluksvogel moest toegekend worden aan Mark Keulemans die bij het spel gekwetst raakte en bij ‘dokter-kleermaker’ even diende genaaid te worden.

    Op de bezoekdag mochten we niettegenstaande de verre afstand (ongeveer 112 km) heel wat Leestenaars begroeten. Een uurtje volksspelen en koordtrekken, waarbij enkele wijken van de parochie tegen elkaar werden uitgespeeld, bracht de nodige sensatie in deze namiddag.

    De dagen vlogen, ge zaagt het aan ons ogen : moe en spijt dat het ging eindigen. Al vrijdag en de laatste avond. Kampvuur ?! Kampvuur-avond zonder rook. ’t Was erg fris en bovendien : ‘Maasmechelen heeft van vuur genoeg’. Dan maar binnen de laatste uurkes flink beleefd met een Eucharistieviering en met aangename lachnummerkes om elkaar en ook alle mensen te bedanken die ons bivak hebben mogelijk gemaakt.

    Op zaterdag 31 juli : de aflossing van de wacht. Fietsende meisjes waren al komen opdagen omstreeks 11u30 (zonder platte banden). Meteen waren de jongens geklopt ‘in tijd en zonder stukken’.

    Omstreeks 14u30 arriveerde de autobus met een peleton meisjes en de aanval van de bivakplaats kon beginnen.

    Echt zomerweer kwam er pas toen de kleinsten kwamen op donderdag 5 augustus.

    Gezongen werd er met de vleet : liedjesteksten, nieuw en veel en bovendien nog actueel, klonken luid en overal.

    De kooksters Emmerence en Liza moesten soms hun oren stoppen. Josefine van Jang De Wit kwam met de kleinsten het keukenwerk wat verlichten, want voor zo’n 85 kwelers is er meer dan werk genoeg.

    Met 17 à 18 broden per dag, met anderhalve emmer patatten en de nodige groenten, met soms 30 liters melk, werd de honger uit de puttekes van de hongerige maag verdreven.

    De bezoekdag kende echt zomers weer en lokte nog meer volk van Leest naar Maasmechelen dan bij het jongensbivak.

    Het zeer zeldzame ongeluksvogeltje op het meisjesbivak kwam op diezelfde zondagavond bij Karine Schillemans terecht. Gelukkig zonder erg, hoewel ook hier de ‘dokter-kleermaker’ even diende te naaien.

    De laatste namiddag werd flink genoten van de verwarmde zwemdok te Eisden.

    De avond verliep glansrijk bij het licht van de ‘Olympische toorts’. Allen waren zelf in vlam en vuur zodat er onnodig nog rook moest bij te pas komen. Ook deze avond werd de Eucharistie in dank gevierd.

    In de late uurkes werd overal en door iedereen gebedeld om hun bivak-aandenken met tekeningen te versieren, want niemand mocht vergeten worden van dit bivak, dat voor iedereen de moeite waard was en beleefd werd onder het motto en met stuwkracht van het bivaklied : ‘gewoon buiten is buitengewoon’.”

    In dezelfde periodiek gaf Miel Peeters nog meer details van het jongensbivak :

    “Met veel moed vertrokken de jongens op bivak. Doch onze aankomst viel in het water, figuurlijk wel te verstaan. Gewoontegetrouw werd de eerste dag de omgeving eens duchtig uitgekamd. De rakkers hadden direct al de goede plaats gevonden. Op 8OO m. van ons kamp vonden ze een meisjesgroep, natuurlijk hadden ze allemaal direct een lief. (U hebt toch al wel eens over kalverliefde gehoord ?)

    Voor hun leiders werd ook gezorgd. Die kleine kadékes kunnen gemakkelijk een huwelijksbureau openen.

    Ons eerste avondmaal werd genuttigd : PAP !! Ge weet het misschien nog niet, maar op een bivak leeft men van pap, stoemp en poepgelei.

    De eerste dag vloog voorbij, maar de eerste nacht !! De Volksfeesten van Leest kunnen er niet aan rieken. Zoveel lawaai wordt er op geen enkel bal gemaakt. Maar ja, aan alles komt een eind en om drie uur sliep iedereen, maar om vijf uur waren ze reeds uit hun veren gesprongen en onze eerste werkelijke bivaksdag kon beginnen. Het regende, dus zet men dan een bivak in met waterspelen, de eerste wolkbreuk barstte los en er zouden er nog vele volgen.

    De speelclubleiding had die eerste dagen echter een schoon leven. Vijf dagen zonder speelclubbers dan kun je je wel eens amuseren en zo werd er naar de Olympische Spelen op de T.V.gekeken. Die avond volgde de eerste schildertocht van de kerels. De bedoeling was van iedereen te beschilderen, het resultaat viel echter anders uit. Ze werden spijtig genoeg betrapt…

    De volgende ochtend was het kamp herschapen in een pottenbakkerij. De aspiranten hadden klei buitgemaakt en vierden hun boetseerkunsten bot op dat spul.

    De volgende nacht was het weeral ‘opgelet’ geblazen. De aspiranten namen het initiatief en ontvoerden Eddy De Smet. Ze waren vermomd als makak. Den Eddy kwam er echter met de schrik vanaf.
    Op een bivak is er natuurlijk een bosspel voorzien. Er liepen een paar vieze mannen in het bos en die moest men daar proberen te pakken of te ontwijken.

    ’s Avonds kwam er daan dan ook nog een klein Hollanderke en beetje boel zoeken, maar hij was rap afgekoeld, want een koud bad doet soms wel eens deugd. Hij heeft dan maar snel de aftocht geblazen.

    De volgende avond verliep rustig. Natuurlijk gewoontegetrouw waren de leiders de mannen van de nacht. Maar ja, er mag ook wel eens rustig nagekaart worden, bij een lekker schuimend glaasje Jupiler.
    De estafetten verliepen feilloos, ze waren in handen van de aspiranten en het was echt een knap spel en mon merken dat er voorbereiding aan voorafgegaan was.

    Op bivak past er natuurlijk ook een avondspel en er mag wel eens geknokt worden en de besten hebben weeral gewonnen.

    Op een bivak moet natuurlijk ook een slot komen. Gewoontegetrouw vieren we de laatste avond met een kampvuur maar dat is niet doorgegaan, we hebben een binnenkampvuur moeten houden…”

     

    07-08-2012 om 08:45 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 27, 28, 29 en 30 mei : Leestse Volksfeesten

                Programma:

                Donderdag 27 mei : Freddy Breck en ensemble.

                Vrijdag 28 mei : Kinderprogramma met Poppenkast “Kabouter Slim” en  grote
                ballonwedstrijd.

                Zaterdag 29 mei : Oberbayernbal met Jos van Beeck en animator Rikske Samyn.

                Zondag 30 mei : Hollandse vedetten Spooky en Sue en orkest The Sunbeats.

                Gedurende al deze dagen : de tweede grote Handelsfoor. 

     

    1976 – 1 juni : Gemeenteraad van Leest kwam nog eens samen

                “Na een periode van bijna vier maanden rust kwam de Leestse gemeenteraad in

                vergadering bijeen. Vooraleer het eerste punt besproken werd merkte oppositielid

                Emmeregs op, het weinig sportief te vinden dat de gemeenteraadsleden daags

                na de Volksfeesten bij elkaar geroepen worden, na een periode van bijna 4

                maanden.

                Als eerse punt op de dagorde stond het proces-verbaal van het kasnazicht van de

                COO voor het 4de kwartaal van 1975. Dit geeft een batig saldo van 96.435 fr.
                Oppositielid Duysburgh (evenals de andere 3 oppositieleden) stemde tegen omdat

                inmiddels ook al 6 maanden verlopen zijn.

                Het kasnazicht van dezelfde COO voor het 1ste kwartaal van 1976 levert een batig

                saldo op van 72.726 fr. Het kasnazicht van de gemeente voor het 4de kwartaal

                (de oppositieleden stemden om dezelfde reden tegen) vertoont een saldo van

                12.822.765 fr., en voor het eerste kwartaal van 1976 : 13.109.951 frank.

                Leest gaat de oude schoolbanken verkopen tegen 100 fr/stuk. De gemeente

                beschikt over 36 in goede staat zijnde schoolbanken.

                Een gedeelte van de circa 100.000 kasseien van de Alemstraat zal verkocht

                worden tegen de prijs van 2 fr/stuk.

                Voor de 2de fase van het rooi- en onteigeningsplan van de Alemstraat en een

                gedeelte van de Bist en de Kleine Heide (de fefinitieve goedkeuring) ging

                iedereen akkoord.

                Voor de princiepsbeslissing van de aanvaarding voor de gratis grondafstand

                door de COO van Mechelen van een strook bouwgrond gelegen aan de

                Alemstraat (sectie A, deel van nr. 214 b) met een oppervlakte van 424 m2, en een

                strook grond, afgestaan door Ridder de Fontaine, gelegen aan de Kouter (sectie

                B, nr.448 y) met een oppervlakte van 394 m2, was geen oppositie.

                Dit laatste stuk wordt de toegangsweg tot het gemeentelijk speelterrein.

                De rekening van de Kerkfabriek vertoont een batig saldo van 373 frank.

                Het advies voor de verkoop door de Kerkfabriek van de woningen, gelegen aan de

                Dorpplaats nrs.20 en 22, werd eveneens goedgekeurd.

                Als laatste punt in de openbare zitting kwam de verkaveling van Daelemans in de

                Vinkstraat aan de beurt. Hiervoor werd eveneens de goedkeuring gevraagd van

                het tracé der ontworpen straten.

                Op dit punt werd wel even over en weer gepraat tussen oppositielid Duysburg en

                de burgemeester. Het plan is volledig volgens het BPA opgemaakt.

                Men is er reeds gedurende ruim 4 jaar mee bezig.

                De Vinkstraat moet verbreed worden. Er komt een riolering en wegbedekking.

                Voor dit laatste punt stemde de CVP eveneens tegen.” 

                (GvM) 

     

    1976 – Vrijdag 25 tot zondag 27 juni :  4de Sint-Ceciliafeesten

                Organisatie van de Koninklijke Fanfare Sint Cecilia, in samenwerking met het

                Ministerie van Nederlandse Cultuur, het Provinciebestuur van Antwerpen, het

                gemeentebestuur van Leest, de Belgische Muziekverbonden, BRT-2 Omroep

                Antwerpen en de ASLK.

                Programma :

                Vrijdag 25 juni : bal- en showavond met “De Nacht van het Vlaamse Lied”.

                Presentatie door de radiocoryfee Jos Baudewijn en begeleid door “The Romanos”

                traden o.a. op zangeres Ingriani, de lolbroeken “de Sinjoren”, Chris Edwards, de

                lead-zanger van de Spoetniks die op solotoer was, Eddy Romy en de gezusters

                Beeckman, beter bekend als de Lollipops.

                Op zaterdag 26 juni was er dan de “Nacht van het Levenslied”. Die dag trad de

                Nederlandse Zangeres Zonder Naam op voor een bomvolle tent.

                Op zondag 27 stond het Europees Kampioenschap voor Harmonies en Fanfares

                1976 op het programma.

                Van de 13 ingeschreven korpsen waren er slechts 8 komen opdagen.

     

    “Voor ’t eerst in de fanfaregeschiedenis werden de Ceciliafeesten niet georganiseerd op Ons-Heer-Hemelvaart en de daaropvolgende dagen, maar werd er gekozen voor het laatste weekeinde van juni. Op vrijdagavond 25 juni werd de ‘Nacht van het Vlaamse lied’ georganiseerd met een aantal Vlaamse vedetten uit de amusementswereld. Zij deden de feesttent deze keer niet leeglopen, maar geen van hen heeft het jaren in de showbizz kunnen volhouden.

    Op zaterdag 26 juni kwam het de ‘Nacht van het Levenslied’. Dit is op dit gebied de meest succesrijke organisatie van St.-Cecilia geweest. Voor de Zangeres zonder Naam waren bijna drieduizend liefhebbers van het levenslied naar de feesttent aan de Kouter gekomen. Er was zelfs een secretaris-generaal van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap bij, waaruit blijkt dat niet alleen gewone stervelingen van levensliederen houden.

    Op zondag 27 juni werd het Europees Kampioenschap voor harmonieën en fanfares georganiseerd. De beste Belgische verenigingen waren present en ook erg goede Nederlandse, Deense en Noorse muziekverenigingen, tot zelfs een Tsjecho-Slowaakse harmonie toe. De wedstrijd werd deze keer opgenomen door BRT 3. Deze zender kon er echter niet de uitstraling aan geven zoals dat in 1974 het geval was met de brassbanduitzendingen door BRT 2 Antwerpen.”

    (Stan Gobien, ‘Leest in Feest’)

     

    Gazet van Mechelen (16 juli 1976) over de Ceciliafeesten :  Leestse St.-Ceciliafeesten op hoogstaand peil

    “De Koninklijke Fanfare St.-Cecilia van Leest heeft steeds succes gehad met haar organisaties. In 1948 werd een eerste muziekwedstrijd georganiseerd waaraan 38  deelnemers deel namen. In 1960 werden 44 korpsen ingeschreven. Hierna volgde een tijd van rust, en als voorbereiding op het 75-jarig bestaan werd opnieuw schuchter gestart in 1972 met een stapmarsenwedstrijd met 12 verenigingen.

    In 1974 werd het eerste Europees kampioenschap ingericht met 45 deelnemers gekozen uit 117 kandidaten. Deze viering van het 75-jarig bestaan werd een enorm succes.

    Nog groter werd het muzikaal gebeuren in 1975 toen het Europees Kampioenschap voor Brass Bands ingericht werd.

    Het was toen voor de eerste maal dat zoveel Britse korpsen op dezelfde plaats tegelijk optraden op het vasteland. BRT-2 Antwerpen nam toen deze wedstrijd op en ze werd uitgezonden in een 4-tal andere landen. En dat jaar kwamen 8 van de 13 ingeschreven harmonieën en fanfares in competitie uit om te dingen naar de titel van Europees Kampioen 1976.

    BRT-2 Antwerpen zorgde weer voor een primeur door voor het eerst in België een wedstrijd voor amateurskorpsen in stereo op te nemen.

    Volgende buitenlandse zenders namen deze wedstrijd ook over : BBC 1 en 3, NCRV en VARA uit Nederland, ORTF Frankrijk, Radio Luxemburg, Radio  Kopenhagen, de Noorse Radio, de studio’s Zurich, Bern en Lugano uit

    Zwitserland, de Tsjechische Radio en twee Duitse radio-omroepen.

    (...)

    De bekers werden als volgt verdeeld : de beker voor de beste uitvoering van het opgelegde werk ging naar het “Kolbotn Ungdomskorps” uit Kolbotn (Noorwegen), dat eveneens een medaille ontving van het Ministerie van Ned.Cultuur.De Kon.Harmonie “Nut en Vermaak” uit Bornem werd algemeen Europees Kampioen 1976 alsook Europees Kampioen voor Harmonieën 1976.

    (...)”

     

    Foto’s :

    -Freddy Breck vormde de hoofdbrok van de Leestse Volksfeesten van 1976.

    -Voor Mary Servaes, beter bekend als de Zangeres Zonder Naam die decennia lang het Nederlandse levenslied vertolkte, waren duizenden naar de Ceciliafeesten gekomen.

     





    07-08-2012 om 08:26 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-08-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – Maandag 19 april : Tweede Paasdag : Fototentoonstelling Davidsfonds

                LEEST GEWEEST, Leest en zijn mensen in oude prenten.

                ‘Davidsfonds Leest houdt op tweede paasdag een fototentoonstelling ‘Leest Geweest’.
                Een honderdtal foto’s uit Leest vanaf 1900.
    Een wonderlijk groepsportret, arbeid,
                vroomheid, ontspanning zijn de thema’s voor dit boeiend verhaal in woord en beeld.

                De tentoonstelling wordt een ontdekkingstocht voor de mensen van nu die kijken naar
                 de mensen van vroeger.
    Iedereen welkom.

                (Advertentie De Band)

     

    1976 – Zondag 9 mei : Leestenaar Rudy Van Hoof won juniores koers te Heffen. (zie foto’s)

                In de voorlaatste ronde werd Rudi door drie achtervolgers ingelopen :

                zijn dorpsgenoot Marc Van Dam, Jean Beimans en de Tisseltenaar Vik

                Van Moer. Op het laatste raakte Rudy Van Hoof toch nog weg en

                behaalde zijn eerste palm van het seizoen. (GvM)

     

    1976 – 9 mei : Chirobedevaart Scherpenheuvel

    “De laaste nachtelijke auto’s vlogen om 3.30 uur door het dorp. Om kwart voor vier, nog donker en menselijke geketter op de dorpsplaats. Zalige slapers die ervan wakker werden, dachten natuurlijk aan de allerlaatste café-zitters. En op dat ogenblik licht in de kerk ?!? Dat was de vertrekplaats van 29 chiroleden-jongens en meisjes van de oudste afdelingen die klaar en wakker stonden om de bedetocht aan te vatten.

    Zonder veel tam-tam was dat verlangen : ‘eens naar Scherpenheuvel te trekken’, voorbereid en geregeld de zondag voordien, onder de kundige leiding van bedevaartlid uit Tisselt : de Cisse (Cooreman).

    ’s Maandags werd de tocht met de nodige ‘voorraad- en rustkapellekes’ uitgetest. De tocht kon beginnen. Vier uur in de morgen. Even een groet en een bede voor het Mariabeeld voor een goed verloop van de tocht…want zomaar op de baan in groep. Om 4u10 de eerste stappen, voorafgebold door de auto van de Verschuerens (voorraadwagen) en de groep gevolgd door de bezemwagen van J. De Smet. Auto’s waren voorzien van driehoek met uitroepingsteken en vermelding : ‘voetgangers’.

    In de Battelse bergen kweelden de eerste vogelkes voor de moedige trekkers : de dag kwam in de lucht.

    In Bonheiden onze eerste halte, goedwillige mensen wilden ons ontvangen om 6 u voor een korte rustpauze.

    ’t Ging een warme dag worden, dat was reeds te vermoeden. Daarom in de frisse morgenuren maar vlug en vrolijk doorgestapt naar Tremelo : onze eerste grote afspraak met de knapzak. Wat denkt ge wel, zo maar eventjes een half uur op het tijdschema voorop lopen.Gelukkig stond de koffie toch klaar. Alles ging fijn in groep : daarvoor hadden we de nodige begeleiding van het paternostergebed, cassette-marsmuziek en vooral onze eigen trekkersliederen. Stilaan werd Aarschot bereikt met een felle brandende zon in ’t gezicht. Voor alle veiligheid verlieten we de groepsvorm en de straat, om langs de voetpaden de rustplaats ‘ons huis’ te bereiken. En het bleef op een voorsprongtijd van 30 minuten.

    Nu nog Aarschot-Scherpenheuvel : golvend land, de kilometers die begonnen door te wegen, en de voeten met blaren. We moesten wat meer op de tanden gaan bijten, want we wilden er komen, temeer omdat al een paar auto’s van Leest langs de weg opdaagden. De middag werd gebruikt te Rillaar in het zicht van de basiliek-koepel. We gingen er dus geraken. Een drietal werd best tot Scherpenheuvel gevoerd : een stramme spier, pijnijke knieën en lastige voetzolen. EN Scherpenheuvel werd bereikt om 14 uur zowel met flinke stappers en hinkende pootjes, vermoeid of ‘bebladerd’.

    Stop aan ‘het Wit Huis’, waar de Leest-bedevaarders gekend zijn, en waar we lekker getrakteerd werden. Met de nodige zorgen en om er wat fatsoenlijk voor te komen, sommigen genoten er de zachte of pijnlijke verzorging van ‘het Rode Kruis’ dat bij de basiliek stond opgesteld. Trouw aan de voorgenomen en geschreven plannen, sloten wij ons aan bij de geleide Rozenkrans om 15 u. Het werd een Kruisweg voor onze kilometers-lange stappen. Gelukkig konden wij nadien in de Mariahal de Eucharistieviering ‘wel-gezeten’ bijwonen, een jeugdzangkoor van Vliermaal heeft ons tussen de vele aanwezigen wakker gehouden. Onze proost was er de celebrant.

    Om 17 uur kon eenieder zijn ‘eigen vrije bedegang’ gaan, allen waren gelukkig de autocar te zien opdagen om 18u20 en er werd stil gefluisterd : ‘terug te voet naar huis zou niet meer gaan, zelfs ‘morgen’ niet.’

    En om er volgend jaar opnieuw aan te beginnen : ‘daar wilden we eerst eens over slapen.’

    Geslapen hebben wij, de een al wat meer dan de ander. En naar gelang de dagen die op de bedevaart volgen, kwamen de stemmen los, en alles waaraan we deugd hadden beleefd : wel ja, het volgend jaar opnieuw, het is de moeite waard, maar daarom hadden en ‘HEBBEN WIJ ELKAAR HARD (t) NODIG’.

    (De Band, Juni 1976)  

     

    1976 – 16 mei : Derde Vevoc-Volleybaltornooi.

     

    Foto’s :

    -Juniores te Heffen : Marc Van Dam leidt de kopgroep voor zijn clubmaat Vik Van Moer uit Tisselt, Jean Beimans en dorpsgenoot Rudi Van Hoof.

    -Rudi Van Hoof liet zijn medevluchters in de steek en haalde zijn eerste palm van het seizoen binnen.

     







    05-08-2012 om 08:56 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    31-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – Zondag 11 april : Huldeconcert Rik De Bruyn

    “De Kon. Fanf. St.-Cecilia organiseerde haar jaarlijks muziekconcert. Het zou tevens een huldeconcert worden ter ere van RIK DE BRUYN, 40 jaar dirigent en hulpdirigent.

    Reeds om 19u15 was in de zaal geen enkele zitplaats meer vrij. Van overal bleven de muziekliefhebbers toestromen, zodanig zelfs dat ruim 100 mensen onverrichter zake moesten terugkeren omdat ze doodgewoon niet meer in de zaal binnen konden.

    Om 19u30 werd het concert ingezet. Eerst kwam de fanfare aan bod met uiterst geslaagde uitvoeringen. Daarna begeleide het korps het zangkoor in de ‘Postkoets’. Vlak voor de pauze bracht de jeugdfanfare, die nog geen jaar oud is, nog een paar geslaagde werken.

    Na de pauze speelde de fanfare o.m. ‘Suite’ van J. Segers en begeleidde het zangkoor in de ‘Lustige Weduwe’ van F. Lehar. Het jeugdkorps kwam dan nogmaals aan de beurt.

    Toen het concert op zijn einde liep, werden volgende verdienstelijke mensen in de bloemetjes gezet : Marleen Lauwers voor de presentatie, Rik Lauwens, de leider van het zangkoor en Eduard De Maeyer, de dirigent van de jeugdfanfare.

    Karel De Muyer uit Battel ontving een tinnen schotel omdat hij sedert de 2de wereldoorlog geen enkel muziekconcert te Leest miste. Hij dankte daarop de vereniging, sprak lovende woorden over de dirigent en zei nog het volgende : ‘Leest wordt binnenkort bij Mechelen gevoegd. Misschien bent u  voor of tegen. Een ding staat echter vast : Mechelen krijgt er in ieder geval een goede fanfare erbij !’

    Daarna werd RIK DE BRUYN, de dirigent van de fanfare, gehuldigd door de vereniging zelf om o.m. zijn 40  jaren leiding, het opleiden van jonge muzikanten (ongeveer 300 leerlingen) en de goede geest die hij er steeds wist in te brengen. Het zangkoor en de beide muziekverenigingen uit Tisselt bleven ook niet ten achter. Van de aanwezige toehoorders kreeg hij een daverend applaus en van de muzikanten een daverende ovatie.

    Met de pittige mars ‘Engeland-Vaarders’ van W. Schild werd het concert besloten. Iedereen was tevreden en kon blij en opgewekt naar huis terug.

    Na een periode van moeilijkheden gaat het terug opperbest met de Kon.Fanf. St.-Cecilia. Dit biedt dan weer gunstige perspectieven voor de toekomst. Iedereen kan er gerust over zijn : de Leestse fanfare zal nog lange tijd blijven bestaan !” (DB, mei 1976)

     

    Het jaarlijks concert

    “Het eerste muziekconcert van de fanfare vond plaats in 1945. Tot in ’57 gaf St.-Cecilia haar jaarlijks muziekconcert in de maand februari. Vanaf 1958 kreeg het een vaste plaats op de kalender en werd het georganiseerd op Palmzondag. In februari was het te dikwijls slecht weer, in buurgemeenten werd door bevriende verenigingen op dezelfde dag een concert gegeven en er waren heel wat jonge muzikanten die zich moesten voorbereiden op de examens op school. Door het concert te verplaatsen naar de zondag voor Pasen werden een aantal van deze minder gunstige factoren vermeden. Het Palmzondagconcert wordt beschouwd als de plaatselijke muzikale hoogdag voor de fanfare.

    Vroeger werd deze concertuitvoering voorbereid tijdens de wintermaanden, dit wil zeggen vanaf het ledenfeest in november. Gewoonlijk waren er toen in de wintermaanden niet zoveel festiviteiten en dan kon er rustig maar doelgericht gewerkt worden aan een nieuw programma. In de huidige tijd wordt er niet meer zoveel energie in dat concert geïnvesteerd omdat de uitvoeringen meer gespreid zijn over het hele jaar.

    Het Palmzondagconcert heeft wortels in de vooroorlogse periode. Toen was het een namiddag-, avond- en nachtvullend programma. Het concert begon in die tijd omstreeks 16 u. en er werd afwisselend toneel en muziek gespeeld. Er was een grote pauze omstreeks 19 u. die moest toelaten aan de landbouwers-muzikanten om hun koeien te gaan melken. Een goed uur later werd het programma voortgezet en toen iedereen zijn nummer had ten beste gegeven, volgde als slot een volksbal met een orkest dat werd samengesteld uit muzikanten die het concert hadden gespeeld.

    Na de tweede wereldoorlog werd het programma ingekort. Het volksbal werd naar een andere dag verplaatst. Toneel spelen was er niet meer bij. En toch oordeelden de mensen dat muziek alleen niet genoeg was. Daarom werd op de jaarlijkse muziekconcerten in die tijd een conferencier ingehuurd. Het was een humorist die tussen de muziekstukken door wat grappen vertelde en die het volk probeerde te amuseren. Het blijkt nu dat de fanfare destijds ook al eens een verkeerde keuze maakte en dat sommige humoristen  na hun optreden werden betiteld als ‘flauwe plezanten’.Toch hebben min of meer bekende namen hun medewerking verleend aan het Palmzondagconcert. Ze noemden zich radio-vedetten omdat ze in een of andere bonte avond op een gewestelijke zender ooit een mopje hadden mogen tappen. Vooraan in de jaren zestig waren het zelfs tv-vedetten… Zo traden Jos Kiebooms, Jan en Jean, Kees Brug en Theo Van den Bosch op. Zij hadden succes en daarom zijn ze nog niet vergeten. Ferdos, alias muzikant Ferdinand Meysmans (de ‘Ferre’), was zo iemand. Ferdos kon zijn grappen en moppen beter aanpassen aan de plaatselijke situatie en durfde ook al eens op een prettige manier bestuursleden een veeg uit de pan geven. Maar het bleef beschaafd en het was niet kwetsend zodat de geviseerden er zelf mee konden lachen. In die tijd werd het concert altijd afgesloten met het Vaderlands Lied.

    Later werden geen conferenciers meer ingehuurd. Tot ongeveer 1975 zorgde de fanfare in samenwerking met het zangkoor dikwijls zelf voor een plezante noot door een of ander komisch optreden op het programma te plaatsen.

    Vanaf 1975 was het helemaal gedaan met de komische optredens op het Palmzondagconcert en was het uitsluitend muziek die de boventoon voerde.

    De programma’s ondergingen door de jaren heen grondige wijzigingen. In de jaren vijftig tot zeventig stonden er op het programma doorgaans vier marsen. Elk deel werd met een mars begonnen en geëindigd. Daartussen stonden dan de grote stukken waaraan de muzikanten tijdens de wintermaanden hadden gezwoegd. Het waren echte kleppers : ‘Epaminondas’ van G. De Roeck, ‘De Slag van Waterloo’ van Kessels, ‘1812’, ‘de Slavische Mars’  of ‘Italiaans Capriccio’ van Tsjaikofski, ‘Dichter en Boer’ of ‘Lichte Ruiterij’ van Frans von Suppé, ‘Richard III’ of de ‘Terugkeer naar het Vaderland’ van P. Gilson, ‘Symfonisch Gedicht’ van M. Poot, ‘Moskwa’ van Pieter Leemans. ‘De stelende Ekster’ of de ‘Barbier van Sevilla’ van Rossini…Zelfs de meest onmuzikale mensen konden van deze uitvoeringen genieten indien er vooraf een waarschijnlijk verzonnen verhaal aan verbonden werd.

    Concoursstukken maakten het programma toen extra zwaar. Dit trok vrij veel toehoorders uit andere verenigingen. Zij wilden nagaan of de Leestse Cecilianen dat wel aankonden en misschien ‘vielen ze er wel door’.

    Het gevolg was dat muziekverenigingen tegen elkaar op werkten. ‘Wat die kunnen, dat kunnen wij ook’, was het motto. De muzikanten deden voorstellen aan de dirigent om moeilijke stukken aan te pakken.

    Op een slimme manier werd het programma samengesteld. In het eerste gedeelte werd de zware en ernstige muziek gestopt. Er werd verondersteld dat de muzikanten tijdens het eerste gedeelte nog goed fris zaten en over al hun krachten beschikten om het labeur naar behoren aan te kunnen. Tijdens de pauze kregen ze al commentaar van hun collega-muzikanten uit andere verenigingen, de ene keer al positiever dan de andere keer. Het tweede gedeelte zat vol met korte en ontspannende stukjes of met solo-optredens. Zo bleven de toehoorders langer luisteren en het vergde van hen geen enorme inspanningen net als van de muzikanten. De meeste luisteraars gingen toen met een of ander deuntje neuriënd naar huis. Als dat het resultaat was van de muziekavond, dan was die gelukt…

    De laatste vijfentwintig jaar werd er een meer gevarieerd programma samengesteld. Alle genres komen nu aan de orde. Er wordt een overwicht aan brassbandmuziek gespeeld en toch blijven de Vlaamse componisten niet in de kou staan.

    Omstreeks 1955 was het op muzikaal gebied gedaan met de schlagers, de meezingers en –stampers. De rock ’n roll deed zijn intrede. Later werd er soulmuziek losgelaten op de jeugd. De bestuurders zagen de toekomst van hun fanfares en harmonieën bedreigd want ze hadden schrik dat de jongeren voor gitaarmuziek zouden kiezen.

    In 1962 doet fanfaresecretaris August Lauwers op het Palmzondagconcert  een emotionele oproep om deze ‘muziekverloedering’ te lijf te gaan. Hij zei het volgende : ‘Ik wil hier vandaag een dringende oproep doen op allen om eendrachtig samen te werken, met onze eigen parochiale verenigingen enerzijds, met de besturen van naburige en verder afgelegen muziekverenigingen anderzijds, hand in hand, om tegenbezoeken af te leggen ten einde de volksmuziek en andere culturele organisaties de wellicht verloren standing te doen herwinnen. Vergeet niet dat de muziek, ’t zij fanfare of harmonie of koorzang, de zeden verzacht, daar waar in onze moderne samenleving muziek wordt uitgevoerd en beluisterd omwille van de zo prikkelende en verwilderde inhoud. Ik dring er op aan, opdat de ouders die hier vandaag aanwezig zijn hun kinderen zouden laten muziek leren. Ik kan u verzekeren dat zij door het bijwonen van de herhalingen en de uitvoeringen een zeer degelijke opvoeding zullen genieten. Daar waar velen onzer jongens een andere richting uitgaan, zelfs totaal verloren lopen, kunnen wij door samenwerking en door het beoefenen van echte en goede muziek veel redden.’

    Ofwel hebben de woorden van de toenmalige secretaris succes gehad en heeft de fanfaremuziek niet ingeboet ten opzichte van vroeger ofwel is er zodanig eendrachtig en hard gewerkt dat de volkscultuur haar toen verloren standing heeft weten te herwinnen. Misschien heeft de rock ’n roll niet die verwachte negatieve gevolgen gehad. Maar het kan ook dat de Leestse ouders toen hebben ingezien dat ze er goed aan deden en doen niet alleen hun jongens naar de fanfare te sturen, maar later ook zelfs hun meisjes…”

    (Stan Gobien, ‘Leest in Feest’)

     

    Dat jaar verscheen er ook een interview met Rik De Bruyn (zie ook 1938 en 1963) in De Band, ditmaal met de focus op zijn artistieke kwaliteiten als houtsnijder : “De Band interviewt Rik van ’t Kot”

    Louis XVI stoeltjes, kasten, tafeltjes, Sofas of staande klokken zouden er niet zo degelijk mooi uitzien zonder hun komische gedraaide pootjes. Beelden, schoteltjes, pijperekjes, steeds is de houtsnijder erbij betrokken als een gewaardeerd vakman en zonder hem zou het er niet zo waardevol uitzien.

    Leest heeft zo’n houtsnijder : Rik De Bruyn. Z’n vader was chef van ’t Leests stationneke. In 1909 werd Rik geboren in ‘Ruthuisje (’t Kot), vandaar : Rik van ’t Kot.

    Rik heeft zijn atelier in de Dorpstraat. Hij weet hoe hij de beitel moet houden om ’t hout te snijden en hij heeft het in z’n vingers om een welving of een inkeping een vloeiende lijn te geven. Ge moet zeker eens naar de stukken gaan kijken bij m’n dochter, zegt hij, daar staat alles wat ik gemaakt heb. Dat zijn mijn schoonste werken, neemt daar maar eens een fotootje van.

    -Hoe ben je aan dit vak begonnen ?

    -Al op 14-jarige leeftijd ging ik naar d’academie. Samen met meester Meyers volgde ik de avondlessen. Ik had het voor ’t beeldhouwen. Zoals elke jongen in mijn tijd begon ik als leerling-houtsnijder bij ‘Stevens’ in de Consciencestraat. Na 14 jaar joegen de vliegende bommen me uit dit atelier. Ik kwam dan bij Van Linthoudt in dienst, daar ben ik 22 jaar meestergast gebleven. Daarna werkte ik nog ongeveer 10 jaar bij Jacobs in de Scheerstraat voor ik op m’n eigen begon.

    -Wat beeldhouw je zoal ?

    Alles wat mooi is, bedden, zuilen, tafels, noem maar op. Gelijk wat en alles met evenveel plezier, want ik moet geen hele reeksen van hetzelfde maken. Kijk dit is ’De Wijsheid’ ruw gebeiteld, het beeld moet nu afgewerkt worden. Laatst was ik op een begrafenis en in de kerk boven het hoofdaltaar prijkte een grote adelaar. Verdomme dacht ik, da’s schoon, dieje moet ik onthouden. Thuisgekomen tekende ik hem onmiddellijk na. Nu pronkt hij boven mijn staande klok, één van m’n laatste kunstwerken.

    -En de klanten zijn die er ?

    Er zijn er te veel. Ze vergeten dat ik voor m’n plezier werk en als tijdverdrijf. Ik heb tijd want ik ben op pensioen. Als iemand aan mijn huis komt en zegt : da vind ik mooi, maak dat ook eens voor mij, dan zeg ik : ge moet kunnen wachten ! Ik maak er geen handel van. De schoonste stukken staan in het huis van mijn dochter.

    -Kan alle hout voor houtsnijden gebruikt worden ?

    Zeker, maar ik gebruik meestal oude eik. Ik weet hoe ik eraan kan geraken. De mensen kennen mij. Eik is wel moeilijk te bewerken. Linde is zachter en beter geschikt voor heel fijn werk. Op zekere dag kwam P. Verbeeck hier aan met een eiken balk en zei : ‘met dat stuk eik daar kun je wel iets mee maken. Da stuk stutte de wip aan ’t wiphuis en ’t zat wel 100 jaar in de grond. Ik kon er alleen een grote zuil van maken met druivenrankenmotief. Dien zuil is pikzwart uitgeslagen, schoon om te zien.

    -Hoe ga je eigenlijk te werk ?

    Ik doe het al zolang, dat ik er niet meer bij stilsta. Kijk, de oude eik krijg ik meestal in rechthoekige stukken. Op ’t balkje teken ik de figuur uit. Dan laat ik dat ruim uitzagen, en dan begint het brutte werk van vormen en plooien , het ruwe kap- en beitelwerk. Daarna kan ik de definitieve vorm uitsteken, met verschillende ronde en platte beitels in alle maten. Daarna alleen nog maar even met schuurpapier erover, en het is klaar.

    De kleine motieven moeten ruw en wild blijven, dat is juist het mooie van handwerk.

    -Welke stijl heeft jouw voorkeur ?

    Ik heb geen voorkeur voor stijlen. Ik werk wel veel met Louis XIV. M’n beelden zijn voor Renaissance.

    -Wat doet dat muziekinstrument in uw atelier, Rik ?

    Ik ben lid van de Koninklijke Fanfare ‘St.-Cecilia’. Ik ben al 57 jaar muziekmaker. Dit jaar ben ik 25 jaar muziekmeester. In september geef ik de pijp aan Maarten. Jammer, maar ik ben te oud en ik wil mijn plaats afstaan aan de jonge muzikanten.

    Muziek maken, houtsnijden en er tussendoor op uittrekken met de fiets dat zal ik blijven doen, daar kan ik niet zonder.”  

                 

    Twee maal Rik De Bruyn, tekeningen van Georges Herregods.





    31-07-2012 om 09:32 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 12 februari – Klein Brabant – Vaartland :

                Voetbal ten voordele van sportverenigingen Ruisbroek en Walem

                “Het bestuur van Heindonk, Heffen, Leest (VV) en Hombeek hebben de handen

                in elkaar geslagen en zondag twee voetbalpartijen laten betwisten ten voordele

                van de getroffen voetbalclubs Ruisbroek en Walem.

                De twee wedstrijden werden door een groot aantal toeschouwers bijgewoond :

                er was iets anders te zien dan anders.”

     

    1976 – 13 februari : Gezinswerking

                Een 25 tal aanwezigen waren komen opdagen op dit initiatief van de KVLV en de

                Landelijke Gilde.

                Onderwerpen : lang haar of niet, meisjes moeten rokken dragen en geen broeken,

                om hoe laat moet mijn kind thuiskomen, roken toelaten of niet, naar de mis gaan

                of niet... (DB, maart 1976)

     

    1976 – 28 februari : Dropping chiro

                18 kerels vertrokken met auto’s naar een onbekende bestemming.

                Op een 10-tal km van het uiteindelijke doel (de Chiro-meisjeslokalen te

                Buggenhout Briel) werden ze rond half tien ’s avonds gedropt.

                De eersten kwamen toe om half twaalf, de laatsten om half twee.

     

    1976 – 6 maart : Bezoek aan Psychiatrische Instelling te Lede

                Op initiatief van de chiro en het oudercomité werd een bezoek georganiseerd

                naar een instelling voor geesteszieken te Lede nabij Gent en toebehorend aan

                de Congregatie van de Zusters Marikollen.

                30 Leestenaars werden hartelijk ontvangen en rondgeleid door de zuster

                directrice.

                Na de rondleiding en een vieruurtje droeg de pater een mis op in de kapel van de

                instelling.

     

    1976 – Zondag 7 maart : KVLV-Vergadering

                met spreekbeurt door Mevrouw Van Beersel over “Zin in het materiële en

                streven naar geluk”.

                Dit jaar zal de 50ste Lourdesbedevaart van Leest plaats hebben. De gelukkige

                winnaars : de dames Teughels en Van Aken. (plaatsvervangster was Mevr. Verbruggen)

     

    1976 – Vrijdag 19 maart : Filmavond Landelijke Verenigingen

                In de Parochiezaal werd om 19u30 “El Cid” gedraaid met in de hoofdrollen

                Sofia Loren en Charlton Heston. Het betrof een initiatief van de Leestse Landelijke
                Verenigingen.

                Inkom : 40 frank.

     

    1976 – april : Nieuwe lokaalhouders voor St.-Cecilia

    Na het overlijden van Jeanne De Bruyn (°Bornem 29/09/1906, +Bonheiden 23/04/1976) werden haar zoon Pol Huybrechts en schoondochter Maria Buggenhout lokaalhouders.

    Tot dan toe hadden ze hun hele leven al geholpen in de zaak en wisten ze hoe zwaar het was om van ’s voormiddags tot ’s nachts, soms tot het bijna terug dag was, ter beschikking te staan van iedereen en nog wat.

    Nu alles op hun schouders viel, besloten ze te zoeken naar iemand die de zaak wou overnemen, echter in het belang van de fanfare. In augustus 1976 was het zover. 

    De nieuwe lokaalhouders werden Emiel ‘Mille’ Van Steen en Marcella De Jonghe.

    Mille Van Steen was te Leest geboren in 1933. Hij ging er altijd prat op dat hij geen Ceciliabloed in zijn aderen had stromen, maar bloed van ‘Arbeid Adelt’ van de Sussen. Sommige Blekken namen daar aanstoot aan, maar voor de meesten was toen al de dorpspolitiek afgelopen. Leest werd gefusioneerd met Mechelen een paar maanden nadat de nieuwe lokaalhouders hun intrede deden. Mille en Marcella hebben zich trouwens altijd ingezet opdat de fanfare het goed zou hebben in het lokaal.

    Ze hebben er de goede tijden nog meegemaakt toen het dikwijls feest was in Leest. Na de deelname van de fanfare aan een muziekwedstrijd werd er uitbundig gevierd in het fanfarelokaal.

    (Stan Gobien ‘Leest in Feest’)

     

    Foto’s :

    -Benefietmatchen op VV Leest. De thuisploeg versloeg SK Heffen met 3-2.

    -Maria ‘van Pol van Sooike’ Buggenhout.

    -Marcella ‘van Mille van Steen’ De Jonghe.

     







    30-07-2012 om 17:15 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – GEWESTPLAN

     

    “Ten behoeve van de inwoners werd het definitief goedgekeurde Gewestplan ter inzage gelegd ten gemeentehuize. Het beantwoordt de behandelde punten tijdens de gemeenteraadszitting van 16 december 1974, die we ten documentaire titel willen mededelen. Ten einde evenwel te voorkomen dat klaarheid zou te wensen over laten, geven we eerst de punten besproken in de bedoelde gemeenteraadzitting en daaronder  de beslissing van de Overheid, vervat in het Koninklijk Besluit van 5 augustus 1976, verschenen in het Belgisch Staatsblad van 28 september 1976, numer 189.

     

    Gemeenteraadszitting                                                                                            

    Punt 1 : dat de woonzone met landelijk karakter wordt doorgetrokken   over gans de Juniorslaan (tot begin Kl.Heide en O.Tisseltbaan).                          

    Staatsblad : Ongunstig advies. De lintbebouwing zou toenemen. Gunstig advies echter om de kleine open ruimten op te vullen en het woongebied aan de zuidzijde te begrenzen met de Aabeek.

     

    Punt 2 : de woonzone met landelijk karakter uitbreiden aan beide zijden Blaasveldstraat tot begin grondgebied Heffen.           

    Ongunstig advies. De verspreide bebouwing zou toenemen. Niettemin gunstig advies voor de kleine open ruimte aan de oostzijde

     

    Punt 3 : de woonzone met landelijk karakter voorzien aan Kapellebaan, hoek Bist, richting Hombeek uitbreiden tot de spoorweg.

    Ongunstig advies. De lintbebouwing zou toenemen.          

     

    Punt 4 : de woonzone met landelijk karakter voorzien aan Kapellebaan, Oxdonkstraat Kapelle-o-d-Bos.

    Ongunstig advies. De verspreide bebouwing zou toenemen.

     

    Punt 5 : de woonzone met landelijk karakter aan Tisseltbaan uitbreiden tot Rennekouter.

    Ongunstig advies.

     

    Punt 6 : dat de woningzone achter de bestaande Kouterwijk, Kerkenblokweg zou verminderd worden en slechts zou behouden blijven, wat het hogerliggend gedeelte betreft, terwijl het laagliggend gedeelte  dat tot de Zennevallei behoort zou opgenomen worden in groenzone en beschermd landschap.

    Dit voorstel wordt met 5 stemmen voor en tegen aanvaard. Het voorstel van de minderheid, houdende volledige opname van deze  zone als beschermd landschap en supprimatie van de voorziene woonzone wordt met 5 stemmen tegen en 4 voor verworpen.

    Gunstig advies voor het voorstel van de minderheid indien de gronden niet verkaveld of aangekocht werden door de M.M.H.

    Indien dit laatste het geval is wordt het voorstel van de meerderheid bijgetreden. Het laaggedeelte aanduiden als landschappelijk waardevol bosgebied.

     

    Punt 7 : dat het beboste gedeelte Kouter (Prinsenlaan richting Hombeek) zou worden opgenomen in groenzone en de overkant Zenne, richting Mechelen in woonzone met landelijk karakter, tot grens Hombeek, alsook overgebleven gedeelte links.

    Ongunstig advies, met dien verstande dat de tekenfout verbeterd wordt namelijk het woongebied ten oosten van de Kouter moet westelijk gesitueerd worden. De gronden ten oosten van de baan dienen als landschappelijk waardevol bosgebied aangeduid  te worden in aansluiting met Hombeek.

     

    Punt 8 : dat het laagliggend gedeelte Mechelbaan in groen zone zou worden opgenomen en de overkant Zenne, richting Mechelen in woonzone met landelijk karakter.

    Gunstig advies. Het laaggelegen gedeelte aanduiden als landschappelijk waardevol bosgebied.

     

    Punt 9 : dat de vallei van de Zenne en Molenbeek, wat de laagliggende gedeelten betreft in groenzone of beschermd landschap zou worden opgenomen, evenals Dorpenpoelvelden.

    Gunstig advies met dien verstande dat de bestaande bossen aangeduid worden als landschappelijk waardevol bosgebied. De vallei van de Molenbeek ten noorden van de Juniorslaan aanduiden als landschappelijk waardevol natuurgebied.

     

    Punt 10 : de Elleboogstraat aan beide zijden in woonzone met landelijk karakter op te nemen.

    Ongunstig advies om gans de straat op te nemen. Gunstig advies om de goedgekeurde verkaveling en de kleine open ruimte aan de noordzijde op te nemen en eveneens gunstig advies om de kleine open ruimte aan de zuidzijde aan te duiden.

     

    Punt 11 : dat de opvullingszone behouden blijft en eveneens van toepassing zal zijn, zelfs tussen bestaande landbouwbedrijven en aan iedere verharde en uitgeruste weg.

    Gunstig advies met dien verstande dat artikel 23 van het K.B. van 28 december 1972 behouden blijft.

     

    Punt 12 : dat men een ambachtelijke zone van ongeveer 10 Ha zou voorzien worden op een nader te bepalen plaats door de hogere voogdijoverheid.

    Ongunstig advies. In de omgeving zijn voldoende nijverheidsgebieden, geschikt voor K.M.O., aangegeven.” (DB 1976, enkel jaartal gekend)      

     

    1976 – 22 januari : ‘Rust Roest’ bracht ‘Bemoeial’. (Jacc Popplewell)

     

    “Zondag 22 januari speelde de plaatselijke toneelkring ‘Rust Roest’ zijn jaarlijks toneelstuk. De parochiezaal zat barstensvol Leestenaren die een avondje uit in eigen gemeenten niet miskenden.

    Deze keer hadden de Rust-Roesters een blijspel gekozen. (Als reactie op die kritiek in de Band). De komische thriller speelde zich af in het privé-kantoor van Mr Marshall, hoofd van een onderneming.

    Het meubilair was sober zoals dat hoort in een kantoor. De muren waren in ’n pasteltint en de deuren waren lichtblauw. Rechts had men duidelijk een lege hoek gevuld door er ‘nooduitgangsdeur’ op de wand te schilderen.

    Voor de mensen die het stuk niet gezien hebben, even kort resumeren : er is een moord gepleegd in het gebouw waar Mr Marshall’s kantoor zich bevindt. De werkvrouw, Mrs Piper, ontdekt het lijk, maar vergist zich en even later komt de dode weer tot leven. Later blijkt er dan wel iemand vermoord te zijn, maar de vraag naar de dader blijft open tot het laatste moment. Het spannende stuk is verwerkt met heerlijke gags en komische situaties.

    De verjongde ploeg, onder leiding van Guido Hellemans die zijn vader opvolgde als regisseur, deed haar uiterste best om het stuk tot een goed einde te brengen wat niet altijd van beroepsacteurs kan gezegd worden.

    De ervaring die Renild Polfliet als Mrs Piper de werkvrouw, Guy Mollemans als Mr Marshall, Pierre De Wit als rechercheur en Ferdinand Van der Hasselt als commissaris reeds hadden was duidelijk hoorbaar. De nieuwelingen Monique Verschueren (18), Marleen Lauwers, Wim Baarenk en Imelda Van der Hasselt moesten niet voor hen onderdoen. Zij beloven veel voor de toekomst van onze Leestse Toneelvereniging.

    M.V.” (De Band, februari 1976)

     

    1976 – 31 januari : Ledenfeest Vevoc

    Het jaarlijks teerfeest was ditmaal in Far-West-stijl. Er werd om 20u15 gestart met een mis in de kerk speciaal voor Vevoc en om 21 uur werd iedereen verwacht in de Parochiezaal in Far-West-klederdracht.

    Op het menu : steak met peper- of provinciale saus met frites, speciaal rijstdessert met krieken en vervolgens voor iedereen nog kip met currysaus of salede + boerenbroden.

    Prijs : 200 fr. per persoon.

     

    1976 – 6 februari : Start Vevoc Danscursus : de cursus bestond uit 6 lessen.           

    30-07-2012 om 08:29 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    27-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 – 25 jaar Leest

    De leerlingen van het zesde jaar van de  meisjesschool van Leest deden voor aanvang van de grote vacantie mee aan een prijskamp die door het Ministerie was uitgeschreven. Het kwam er op neer, in samenwerking met heel de klas, een studie te maken over de evolutie van hun dorp de laatste 25 jaar. De meisjes van Leest stuurden hun gemeenschappelijk werk over Leest binnen en behaalden met glans de eerste prijs.

    Dit gezamenlijk werk verscheen in december in De Band.

     

     Inleiding

    Leest is een dorpje in de provincie Antwerpen, nabij de stad Mechelen. Met zijn 931 ha. oppervlakte en een goede 2000 inwoners heeft Leest het uitzicht van een typische plattelandsgemeente. De rivier, de Zenne, zorgt langsheen haar loop voor mooie natuurplekjes. Buiten het kasteel ‘de Mot’ heeft Leest een stemmige kerk uit de 18e eeuw met Romaanse sporen in de toren en in het koor. Hier en daar zijn nog een paar oude boerderijen.  Zoals gelukkige mensen heeft Leest geen geschiedenis. Alles verloopt er zo rustig dat ons dorpje nooit in het T.V.-nieuws komt en ook bijna nooit een krantenkop haalt. Toch mag men hieruit niet afleiden dat de tijd  in Leest stilstaat. Wanneer men na 25 jaar opnieuw in ons dorp zou terugkeren zou men er wel wat veranderd vinden. Maar daarover meer op volgende bladzijden.

     

    Wijziging in het uitzicht

    Natuurlijk ziet ons dorp er niet meer uit zoals 25 jaar geleden. Jaren lang keek slechts de toren van onze dorpskerk uit over het rustige vlakke landschap. In 1964 echter werd aan de Juniorslaan door de P.I.D.P.A. een 44 meter hoge watertoren opgericht. Die zal een zeer belangrijke rol spelen in de waterbedeling van Leest en de omliggende gemeenten. Hoewel er hier en daar nog een waterpomp staat, (meestal is het dan toch een elektrische) zijn toch praktisch alle inwoners van ons dorp aangesloten op het drinkwaternet.

    In de Kouter werd door een dankbare inwoner een Lourdesgrot opgericht in 1961. Aan het kruispunt van Tiendeschuurstraat, Elleboogstraat en Winkelstraat wijdde Monseigneur Suenens in 1955 een Maria-kapel in onder massale belangstelling.
    Niet alleen de devotie maar ook de nood aan gezonde en goedkope woningen veranderde Leest. In 1967-68 verrees in de Kouter een nieuwe wijk van 34 mooie, moderne woningen.

    Later in 1974 zal deze wijk nog uitgebreid worden met 18 woningen. Terwijl tot dan toe Leest hoofdzakelijk bewoond werd door Leestse afstammelingen kwamen er nu een heleboel inwijkelingen.

    Er verdwenen vanzelfsprekend oude typische boerderijen zoals die mooie romantische boerderij op het dorpsplein. De dorpskom is wel het meest veranderd. Buiten die mooie boerderij die plaats maakte voor een basketplein werd heel  de Dorpsplaats geasfalteerd en als parking uitgerust. Ook de kerk kreeg een beurt. De muren werden afgekapt en zijn nu rood. De ingang naar de kerk werd verlaagd en verbreed.

     

    De landbouw

    Zo’n kwarteeuw geleden waren de meeste inwoners van ons dorp landbouwers. Hun inkomsten kwamen voort van rundveeteelt, graan, aardappelen en wat groenten. In 1951 zag men vanzelfsprekend veel mensen, met veel minder materiaal, op het veld. De boer en zijn paard waren ook onafscheidelijk. Maar de boer werd verplicht zich aan te passen. Ofwel ging hij over naar een groot melkveebedrijf met uitgestrekte velden en weiden en rustte hij zich uit met moderne machines ofwel legde hij zich toe op tuinbouw wat wel het meest voorkwam. Op vele plaatsen werden serres opgericht en groenten onder glas gekweekt. De landbouwers en tuinders werden meer en meer welvarend. Spruiten, bloemkolen, prei en witloof zijn wel de bijzonderste groenten die ons dorp zoveel welvaart bezorgen. Men kan nu terecht fier zeggen : ‘ik ben van den buiten, ik ben van de boer.’

     

    In de meisjesschool

    Wie in 1951 eens binnenloerde in de klassen zou er naast twee juffrouwen, vier zusters in echte nonnenkleren, die daardoor alleen al waardigheid uitstraalden, als onderwijzeressen vinden.

    Zuster Annontiata had de eerste kleuterklas, terwijl zuster Gonzaga de strenge hand hield in de tweede kleuterklas. De lieve zuster Alberica zal jarenlang met veel geduld de kinderen de eerste beginselen van de lees-, schrijf- en rekenkunst bijbrengen. Juffrouw De Boeck en Juffrouw Maria werkten verder aan de opvoeding en de vorming van de Leestse vrouwelijke jeugd. De laatste hand werd toch gelegd door de strenge Zuster Virginie. Jarenlang bleven zij de opvoeders van onze moeders tot in 1957 de zieke Juffrouw Rheinhard op rust ging. De één na de andere verliet de school om uit te rusten en jonge krachten namen hun plaats in.

    In 1951 kwamen alle kinderen te voet of per fiets naar school. Nu worden wij afgehaald en weer thuis bezorgd door de autobus. Ook in de manier van onderwijzen veranderde wel wat. Alles gaat nu veel gemoedelijker. Gedaan met de schoolfeesten waaraan maandenlang ernstig geoefend werd.

    Ieder trimester houden we in onze klas een open-deur en nodigen de andere klassen uit op een gezellig feestje met : toneel, muziek en dans. Wij organiseren en verzorgen alles zelf.
    Onze onderwijzeressen komen als toeschouwer en één enkel keertje spelen ze mee.  In 1974 vertrok voor de eerste maal een klas op ski-vacantie. U ziet het…Leest blijft bij !...

     

    In de jongensschool

    Ook in de jongensschool stond de tijd niet stil. In 1951 waren er net als nu vijf meesters die met alle mogelijke middelen orde en tucht afdwongen. Meester De Leers was schoolhoofd en titularis van de 1ste graad. Van hem onthouden we dat eerste-klassertjes reeds alle gebeden konden opzeggen in het Frans.

    In de tweede graad stond meester Selleslagh. Meester Meyers nam de derde graad voor zijn rekening en het opvoedingswerk werd voltooid in de vierde graad door meester Huysmans.

    Zoals overal elders verdween de vierde graad en één na één werd het personeel vervangen. Op dit ogenblik zijn er vier leerkrachten : Juffrouw Monique voor het eerste jaar, meester Teughels voor het 2de jaar, meester Hendrickx voor het 3de en 4de jaar en meester Gobien voor het 5de en 6de jaar en tevens schoolhoofd.

    Vanaf 1975 zitten de jongens in nieuwe ruime lokalen en beschikken over al het mogelijke comfort. Zo te zien een feest om naar school te gaan.

     

    Wijziging op kerkelijk gebied

    Als je op een zondagmorgen het kerkhofpleintje opwandelt zie je voor je een schilderachtige kerk uit de jaren 1776. Vroeger was het er wel wat drukker op zondagmorgen. Om zes uur luidde de klok en riep de mensen naar de mis van half zeven. Langs de linkerkant zag je de veelkleurige hoedjes van de vrouwen, terwijl de rechterkant benomen was door de stoere mannen. Het missaal, vol Latijnse gebeden, was toen nog erg bruikbaar. Met de rug naar de menigte toe prevelde de pastoor Latijnse gebeden en gezangen. De prachtige preekstoel, versierd met houten beelden deed toen werkelijk nog dienst. Twee tot driemaal per jaar trok de processie plechig door de straten.

    De kerkelijke overheid werd gewijzigd. Vele onderpastoors kwamen en gingen en in 1966 werd E.H. Coosemans door E.H. Lornoy opgevolgd. Er is geen echte onder-pastoor meer maar bij de kerkdienst wordt Mijnheer pastoor bijgestaan door Pater Damiaan en legeraalmoezenier Herregods.

     

    Volksleven

    Het verenigings- en volksleven kreeg steeds een grote belangstelling in ons dorp. Toch kende iedere organisatie ook periodes van achteruitgang. De laatste tijd echter is er in bijna alle verenigingen een heropleving. Het ontspanningsleven was nooit zo bloeiend. Is het omdat we ons bedreigd voelen in onze iegen aard maar er is ook een groeiende interesse voor al wat Leest, zijn geschiedenis en zijn eigen volksaard betreft.

    Het Davidsfonds richt op 2de Paasdag een tentoonstelling in, waarop een of ander aspect van het volksleven belicht wordt. Onder de bezielende leiding van aalmoezenier Herregods, die zijn veelzijdig kunstenaarstalent volledig ten dienste stelt, kent deze tentoonstelling ieder jaar een stijgend succes.

     

    Bevolking

    Al zijn er in 1976 slechts 219 inwoners meer dan in 1951, er kwamen toch 106 woningen bij. Het aantal geboortes en overlijdens blijft ongeveer hetzelfde : geboortes in 1951 : 30. Geboortes in 1975 : 27. Overlijdens in 1951 : 13, overlijdens in 1975 : 14.

     

    Jangske Den Bakker

    Een paar jaartjes geleden leefde er in ons dorpje een zeer gekende volksfiguur. Jangske Den Bakker, zo werd hij door de mensen genoemd, was vanaf zijn prille jeugd al een echte Tijl Uilenspiegel. In gekke streken kon hij gemakkelijk een tien halen, want dat deed hij goed. Op een mooie zonnige dag had Jangske Den Bakker geen lust meer om te leren en hij beet een groot stuk uit zijn schoolboeken. De meester stond er streng naar te kijken maar Jan was hem te vlug af en de muizen in de klas moesten het gedaan hebben. Een muizenval stond er vlug maar de muizen waren er ook want de jongens van de hele klas brachten de volgende dag allemaal muizen mee. Ook de muizenval deed erg goed dienst. Maar toen er op een dag een platgereden muisje op de houten lessenaar lag had de meester het spelletje door. Jangske was er niet graag bij want hij kreeg van de stok en dat voelde je een week later nog. Jan werd ouder en ging steeds meer van kinderen houden. Hun iets moois beloven was zijn grote vreugd. Paardjes, koetjes en konijntjes werden allemaal beloofd, maar geen enkel kind heeft ze ooit gekregen want ’t was dan plots gestorven of ’t had maar drie pootjes meer. Jaren en jaren gingen zo voorbij en op een mooie dag ging Jangske met zijn konijntjes, koetjes en paardjes naar de hemel toe. Maar bij de kindertjes blijft hij nog altijd bestaan.

     

    Het dialect

    Zoals overal elders in Vlaanderen beginnen meer en meer mensen  het nut van een verzorgde omgangstaal te beseffen. Sommigen leren daarom hun kinderen vanaf hun jeugd algemeen Nederlands praten. Toch is ons dialect zeer goed bewaard gebleven. Het bleef gespaard van vreemde invloeden. Hier, een lijstje van enkele woorden of uitdrukkingen op zijn Leests : een jeat = een kopje, een taloeër : een bord, een bouche = een schommel, een bees : een snoepje, oep daa : op de heide, diëvan ons : mijn man, een gritsel : een hark, ons soot : onze kinderen, een bijk : een beek…

     

    Wijziging op politiek gebied

    Zoals in elke andere gemeente worden om de zes jaar gemeenteraadsverkiezingen gehouden. In een klein dorpje waar iedereen iedereen kent is zo’n verkiezing de gebeurtenis. Sedert jaren waren er slechts twee belangrijke partijen : ‘de Sussen’ en ‘de Blekken’. Beiden ontstonden uit een fanfare. Hoewel de mensen in ons dorp vredelievend van aard zijn  gingen zij omstreeks de verkiezing op oorlogspad.

    ‘Gemeentebelangen hebben daar op verre na niets mee te maken : alleen de eisen voor eigenbelang van deze persoon, waaraan onze andere mensen niet konden tegemoet komen, hebben hier in een rol gespeeld’.

    ‘Wie draagt de schuld ? De Blekken !’

    ‘Wie heeft dan de rolluiken van het huis van onze muziekbestuurder en het huis van zijn gebuur bevuild ? Waren dat misschien ook mensen van ons ?’

    ‘…zoals ten tijde van de Brugse metten, iedereen die in hun kraam niet past en die op hun vraag : stemt ge 2 of 3, de eerlijkheid aan den dag legt en durft uitkomen voor zijn overtuiging, in dit geval nr 3, zonder meer af te ranselen en buiten te smijten…’

    Er vielen soms harde woorden en men ging ook al eens op de vuist zoals men kan opmaken uit de knipsels van verkiezingspamfletten. Maar de tijden veranderden. Er komen nationale partijen. De strijd speelt zich meer af op papier. Na een half jaar zijn de gemoederen weer bedaard en wordt door gans de gemeente plechtig de burgemeester ingehaald. Ons dorp had slechts drie burgemeesters in de laatste 25 jaar : E. Verschueren, P. De Prins en A. Lauwers die onze laatste burgemeester zal zijn.

     

    Leest geweest

    Zoals zovele andere kleine dorpjes zal Leest vanaf 1977 ophouden te bestaan. Wij hopen dat wij niet verstedelijkt zullen worden. Dat wij onze eigen aard nooit zullen verloochenen. Al behoren wij vanaf 1 januari 1977 bij de 81.000 Mechelaars, in ons hart blijft LEEST toch altijd LEEST.

     

    Dit album werd samengesteld door : Linda Bruggemans, Erica Ceuppens, Christel De Bleser, Gerda De Prins, Katelijne Duysburgh, Karine Fierens, Krista Lefever, Nancy Selleslagh, Ann Solie, Gonda Van den Bergh, Els Verbruggen, Krista Verschuren. Leerlingen van het 6e jaar van de vrije meisjesschool te Leest, Dorp 10.

     

    Bijgevoegd :

    -25 jaar Leest Geweest

    -Jangske Den Bakker, tekening van Georges Herregods.

     





    27-07-2012 om 09:25 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    26-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    1976 –  De Alemstraat te Leest werd verbeterd. Meteen verdwenen de laatste “kinderkopjes” van de Leestse wegen.

     

    1976 – Fusie der Gemeenten

    “Op 23 oktober 1975 heeft men een voornaam persoon voor het TV-scherm kunnen beluisteren die ons wou diets maken dat aangaande de fusies een averechts beeld wordt opgehangen. 

    Dat was nonsens : immers door de samenvoeging van gemeenten zou men tot een grotere communauteit komen, gemeentehuizen blijven, het sociaal en cultureel leven zou daardoor bevorderd worden, nonsens dat men kilometers ver zou moeten gaan om bepaalde zaken te regelen.

    Als men dat alles hoort, dan kan men niet anders dan zich voorstellen dat de nieuwe gemeente als een troetelkind te zullen behandeld worden. Wij hoeven geen verwenningskuur, maar eenvoudig te blijven en te zijn in een eigen gemeente, de onze aan de Zenne.

    …

    Een beslissing is reeds gevallen. De fusie of het terugbrengen van de 2359 bestaande gemeenten tot 589 is daardoor in een beslissende fase getreden. Met de Vox Populi werd eenvoudig geen rekening gehouden, het klonk verloren in de woestijn.

    Men mag het nu draaien of keren lijk men wil, zelfs het doen doorgaan alsof de fusie van gemeenten de ideale oplossing is met al de daaraan verbonden voordelen, het blijft een aanslag op de eigenheid van de gemeenten. Er werd zelfs verklaard dat gemeenten werden  geraadpleegd, m.a.w. niet alle  gemeenten werden om advies gevraagd, wat weer tot nadenken stemt. Inderdaad wat moet men daaruit concluderen ?

    Het zou wel eens van belang kunnen zijn de nadelen opgesomd te zien die ons door de fusie worden aangeboden; en wie vraagt zich niet af, zijn er geen ernstiger zaken die naar een zinvolle oplossing wachten dan zich te amuseren met het pesten van gemeenten ? De stille hoop die nog mocht gekoesterd worden, werd evenwel op korte spanne tijds vernietigd. Immers de fusie der gemeenten is een definitief feit geworden.
    Men kon beter besluiten met de woorden : juicht Belgen juicht, in vreugde vol akkoorden ! Hou vast aan de Inspraak, aan de democratie ! Allen zegden met de gemeentelijke Overheid : Weg met de dwang fusies ! Herhalen wij dit ook voor onze Zennevallei ! Geen verdwijning onder dwang !

         Snuffelaar.” (DB, 1976- enkel jaartal gekend)

     

    In een ander nummer van dat jaar publiceerde Snuffelaar :

    “We hebben met genoegen mogen vaststellen dat de regelmatig verschenen bijdragen omtrent de fusie van gemeenten, met aandacht werden gelezen en bijgetreden.

    Een bijeenkomst van gemeentevaderen (te Mechelen gehouden) voor kennismaking, bracht voor de gewone sterveling geen wijsheid meer op. Hoe zal men uit de geschapen chaos geraken ?

    Hoe onbesuisd gewerkt is geworden, blijkt uit een verschenen bericht aangaande de fusie te Rijmenam :

    ‘Rijmenam na de fusie : de eeuwenoude leefgemeenschap wordt erg verminkt. Naar Putte gaan ruim 700 inwoners, de overige bijna 4000 gaan naar Bonheiden.’ Men spreekt ook over de nadelen en die werden aangestipt door de heer De Keersmaeker uit Eppegem : ‘een grote gemeente zal meer geld kosten omdat zij relatief meer diensten organiseert, dus verhoging van belastingen. Het bestaan van verenigingen en hun subsidiëring kan in ’t gedrang komen. Sommige wijken kunnen verwaarloosd worden wat onderhoud betreft en bepaalde gemeentediensten zullen worden afgeschaft, waardoor ouders en andere personen zich naar de pilootgemeenschap zullen moeten begeven !’

    Wij hebben ook ons licht gaan opsteken in West-Vlaanderen en daar kwam de volgende toestand na de fusie tot stand :

    ‘De gemeente K…, bestaande uit 5 samengesmolten gemeenten. Daarvoor bestaat slechts één gemeentehuis waar alle dossiers aanwezig zijn voor het bekomen van inlichtingen. Er is maar voor één zaak onderscheid gemaakt : de werklozen moeten niet naar de moedergemeente gaan stempelen, maar wel in de eigen gemeente.’

    En…het systeem van Pontius-Pilatus is reeds aan bod gekomen. Inderdaad, de enen hebben het precies zo niet gewild, anderen zeggen, vanaf 1977 willens-nillens te zullen behoren bij de nieuwe gemeente, en nog anderen zeggen dat er in ieder geval moet overgegaan worden tot het oprichten van dorps- en wijkraden.

    Zal men de voorgeschotelde onduidelijkheden, de burger voorgehouden, kunnen wegmoffelen om het eigen gezicht niet te schenden.

    Men heeft ook belangstelling voor de straatnamen, waarom geen namen van bloemen gegeven, zoals reeds werd voorgesteld ?

    Bij het napluizen van gelijklopende benamingen komen we tot een viertal straten : Kapellestraat, Molenstraat, Scheerstraat en Vinkstraat.

    Wat aan dat alles ontbreekt is : 1° het ontbreken van degelijke voorlichting. 2° de verkrachting van het begrip ‘inspraak’.

    Het spreekt vanzelf dat de bevolking, inzonderheid van de landelijke gemeenten niet te spreken zijn over deze fusies van gemeenten. Waarom niet zal men vragen, maar dan van bepaalde zijde ?

    Is het nodig nogmaals klaar en duidelijk te zeggen, dat het een greep is naar meerderheid van de ene of de andere, en niet zoals men het wil presenteren, ten nutte van de bevolking.’ 

                                                                                     

    1976 – Leest telde 2064 inwoners. (Wikipedia)      

     

    1976 – Het Bouwspook – “Slaap op beide oren, de Zennevallei is verloren”.

    Onlangs wandelden we door de Zennevallei, een stukje natuurschoon in het lieflijk Leestse dorpje. We kuierden langs het Chiroplein naar de Kerkenblokweg en verder door ’t privaat goed van Van den Bergh naar de Bleukens. Mooie streek, vonden we. Dat is het inderdaad, zei een stem van ergens tussen de hoge populieren. Ik heb dit gebied met zorg bewaard en nu de prijzen van bouwgrond zo erg gestegen zijn ligt het hier als een rijpe appel klaar om er de bulldozers in te zetten. In plaats van distels en brandnetels zullen vlug tientallen woningen als paddestoelen uit de grond schieten.

    -Hm, zeiden we, je bent zeker het bouwspook.

    -Zeker, zei de stem, maar laten we niet afdwalen. Wat zou jij de dag van vandaag doen om hier heer en meester te blijven ? Om miljoenen gaat het hier. En die zouden we zo maar laten voor een hoopje distels ? Kijk, we maken het fijn. Eerst ruimen we het schijtbos van de Chiro op ; hard(t) nodig of niet. De kinderen krijgen langsheen en op de kerkhofmuur plaats genoeg om alles kwijt te geraken. Zo zullen de bewoners verlost zijn van die zware reuk.

    -Je vergeet Ruisbroek, zeiden we.

    -Zwijg, we hebben aan alles gedacht. Gaven we geen vijfentwintig meter grond cadeau voor een tweede dijk met wandelweg. Uitheemse struiken en heesters maken dan het uitzicht op de schilderachtige rivier nog veel mooier.

    -Maar die waterzieke gronden, die ongezonde mist in het najaar ? Geen enkel mens wil hier wonen. De mensen van hoger den de Kerkenblokweg klagen over water in de kelder, stinkende beerputten en behangselpapieren die lossen van de vochtigheid.

    -Vergeet niet : - een wijkcomité heeft hier gewerkt voor een speelplein met recreatie.

    -Bezwaren tegen woonwijkuitbreiding werden ingediend bij het Schepencollege, bij de Ministers en zelfs bij de Koning.

    -Daarbij heeft het Leestse Leefmilieu uitvoerig het ontwerp-gewestplan besproken en de bezwaren overgemaakt aan de Gouverneur.

    -Perfect ! Zo mag ik het horen. Maar niet overdrijven anders ga je spoken zien.

    Werd het plan voor het speelplein niet verwezen naar het kerkhof ? En het behoud van de Zennevallei werd gekelderd met een pijpekop ; een ontwerpplan voor 43 huizen in de beemden.

    En Leefmilieu Leest, zag die niet als dank voor haar werk de gemeentesubsidiëring gehalveerd.

    En toen de makers van ’t gewestplan ineens zo weinig landelijk natuurschoon zagen te Leest hebben ze maar vlug een stukje ‘Dorpelpoel’ groen geschilderd, om je te sussen.

    En vergeet niet, lachte het bouwspook, vorige maand kocht een bouwmaatschappij de gronden aan. Een fontein van geld spoot in de zakken van de eigenaar en ik, ik krijg mijn zin, je zult het zien.

    -En toch laten we de vallei niet los, zeiden we.

        De Distel”.

    (De Band, 1976)

    Dezelfde auteur schreef datzelfde jaar : De Zennevallei : tehuis en jachtgebied van de TORENVALK.

    In de vorige nummers van De Band vertelden we reeds dat de torenvalk een trouwe inwoner is van onze Zennevallei. Ons zijn er enkele broedgevallen van de torenvalk bekend. Enkele leden van de Wielewaal hebben deze zomer verschillende jongen geringd. Ze vertelden me : ‘de torenvalken bezetten één kunstmatig nestkastje in de Bleukens. De jonge torenvalken, zes in aantal, waren al zo volgroeid dat op het ogenblik van het ringen, ze hun heil zochten in de vlucht. Drie anderen werden geringd.’

     

    1976 – Afbraak van de oude herberg “In de groene linde”

                Op de Dorpplaats werd dat jaar het bouwvallig huisje, op de hoek van de

                Scheerstraat (Ten Moortele) en de Dorpsstraat, afgebroken.

                Het was oorspronkelijk een tweewoonst.
                In 1723 waren dat de huisjes van Bertel Vermijlen en Jan Ditens.

                Later stond de woning op naam van het echtpaar Jan Baptist Van Hoof-Serafina

                Coeckelbergh. Ze waren te Leest getrouwd in 1852.

                Jan Baptist was te Leest geboren op 21 september 1822 als zoon van Frans en

                Elizabet Van Hoof. Hij zou op 4 april 1874 overlijden aan de gevolgen van

                typhus. Het echtpaar kreeg 7 kinderen : 5 dochters die allen zeer jong stierven

                en 2 zonen : Isidoor Constant (de latere garde en de grootvader van de allerlaatste

                garde van Leest Victor) en Frans Eduard “Sooi” (°8/7/1854, +17/10/1929).

                Deze laatste bleef in de woning en baatte er jarenlang met zijn echtgenote Louise

                “Wiske” Huys (°Leest 3/12/1860) de herberg “In de groene linde” uit.

                Er stond trouwens een mooie linde voor de deur, evenals een mestput, zoals dat

                vroeger algemeen de mode was. Sooi Van Hoof was immers ook boer.

                Het echtpaar Van Hoof-Huys kreeg 12 kinderen. Twee onder hen zouden

                overlijden aan de gevolgen van de eerste wereldoorlog : Theofiel sneuvelde te

                Diksmuide in 1917 en Alfons kwam als invalide terug uit die oorlog, hij was een

                slachtoffer van een gasaanval en zou aan de gevolgen daarvan overlijden in 1921.

                Een andere zoon, Jozef “Jef”, was medestichter van de toneelkring “Rust Roest”

                en te Leest en omgeving zeer populair als komisch acteur.

                Prosper Goovaerts uit Heffen was de laatste eigenaar van het huisje.   

         

    Foto’s :

    -De Alemstraat

    -De dorpskom zou een heel ander aanzicht krijgen na de afbraak van de tweewoonst.





    26-07-2012 om 18:04 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-07-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Foto’s :

    -Treinongeval te Leest. (bezit : Eddy Apers)

     

     

    1975 – 16 november : Chirofeest

                “Een paar jaar geleden heb ik met geestdrift geschreven over het Chirofeest.

                Het laatste Chirofeest heeft mij minder enthousiast gemaakt. Het gaf mij een

                algemene indruk van slordigheid en banaliteit.

                Nochtans was er heel wat waardevols.

                Goed was : de misviering waaraan aandacht werd besteed, de organisatie van het

                feest zelf, zodat de gebeurtenissen elkaar vlot opvolgden...

                (...)

                Deze keuze  en overzicht is beperkt en subjectief. Bedoeling is te wijzen op de

                manier van overkomen bij de ouders. Weinig gunstige reacties heb ik gehoord,

                wat niet beduidt dat men blind is voor het goede.

                Maar waarom niet ernstig gewerkt aan het uitbeelden van het jaarthema, of een

                choreografisch nummer, of een poëtische evocatie, of gewoon een mooi lied, enz..

                Het zal een inspanning vragen, maar wellicht zal ook de vreugde groter zijn.

                Men vraagt geen kunstmatig gedoe, maar ook geen brutaliteit.

                Ik vraag mij ’t volgende af : de chiro zou een buitenschoolse vormingswereld

                moeten creëren. Hoe kan een kwetsbare scheut –die een prutske of speelclubber

                is, ongebruskeerd uit dergelijke esbattementen komen ?

                Of anders, hoe kan zo’n kind zijn innerlijke tere rijkdom ontplooien ?

                Mijn bede is deze : dat gans de leidersploeg van jongens en meisjes zich eens

                terdege afvraagt hoe het moet, zonder mij a priori gelijk te geven.

                Misschien als inspiratiebron een uitspraak van de stoere Stijn Streuvels, die men

                moeilijk van sentimentaliteit kan verdenken :

                “Hoe vreselijk ongelukkig moeten kinderen zijn wiens tere kinderziel door

                volwassenen zo brutaal met de voeten wordt getreden...”

                Ik wens u goed heil, en volgend jaar een beter (=fijner) chirofeest.

                                Guido Hellemans”

                (De Band, December 1975)  

     

                Een jaar later kregen ze van hun criticaster in  dezelfde periodiek positieve

                commentaar. Hij besloot toen met :

                “...niemand wordt graag berispt, maar de ervaring leert dat men beter in

                rechtzinnigheid “vaderlijk streng en moederlijk teder” (of omgedraaid)

                iemand terechtwijst dan vleiende onbenulligheden te zeggen die men trouwens

                toch niet gelooft. De jonge mensen van de Leestse chiro hebben op een ridddelijke

                en doeltreffende wijze het antwoord gegeven op een aantal onaangename

                aanmerkingen. Dat vinden we fijn. (Sommige ouderen bleken er minder

                gemakkelijk overheen te kunnen). We hopen dat het zo blijft en verlangen in die

                geest naar volgend jaar...”    

     

    1975 – 28 november : Drie percelen bouwland te Leest

                “Om uit onverdeeldheid te treden – Vrijwillige Openbare Verkoping van

                drie percelen BOUWLAND te Leest.

                Notaris Frans Loncin te Puurs zal op navermelde zitdagen, met winst van

                verdieren voor de inmijners, openbaar verkopen, volgende onroerende goederen :

                Gemeente Leest

                KOOP I : een perceel bouwland gelegen ter plaats “De Renne Cauter”,

                gekadastreerd sectie A nr 437/a voor een grootte van 26 a 55 ca. palende

                noord-oost : De Borgher-Huysmans Hubert te Leest, zuid-oost : Lienart Albert te

                Aalst, zuid-west : de Jamblinne-de Heux Roland en deelhebbers te Brussel, noord

                Van de Kerkhove de Sejournet de Rameignies Ghislain de weduwe te Nossegem.

                In huur bij de heer Marcel Somers te Leest.

                Koop I : ingesteld op 42.000 f.

     

                KOOP II : Een perceel bouwland gelegen ter plaats “Het Hertsveld”,

                gekadastreerd Sektie A nr 388/c/deel groot vlg. Meting 17a 26 ca, palend ten N.

                aan Jacobs-De Boey Jan de weduwe en kinderen te Leest en Verelst Jules de

                erven te Zemst; ten O. aan koop III, ten Z. aan de Malingreau d’Hembise van

                Langenhove de Bouwekerke Christiaan te Antaisnes en ten W. aan dezelfde.

                In huur bij de heer Marcel Geerts te Leest.

                Ingesteld 25.000 fr.

     

                KOOP III : Een perceel bouwland gelegen naast voorgaand, gekadastreerd

                Sektie A nr 388/c/deel, groot vlg meting 17 a 82ca,palend ten N aan Verelst

                Jules, de erven voornoemd; en Van Meerbeeck-De Boeck Jean te Leest;

                ten O aan De Wit-Goovaerts Désiré te Leest; ten Z aan de Malingreau

                d’Hembise voornoemd en ten W aan koop II.

                In huur bij de heer Désiré De Wit te Leest.

                Ingesteld : 25.000 f.

     

                De goederen worden verkocht voor vrij en onbelast. Genot en gebruik bij

                de veilvoorwaarden te bepalen.

                ZITDAGEN

                Instel maandag 24 november 1975, toewijs maandag 1 december 1975 telkens

                om 3 u.  namiddag, ter herberg “Café Liliane” te Leest, Juniorslaan.

                Voor verdere inlichtingen wende men zich ten kantore van de verkoophoudende

                notaris Frans Loncin te Puurs, Palingstraat 1.”

                (Bericht in –onbekende- krant 28/11/1975)   

     

    1975 – Maandag 29 december : Knipsel van onbekende krant (zie foto’s) : “Over het ongeval dat zich zaterdagnamiddag voordeed te Leest aan de onbewaakte spooroverweg leest men op een andere plaats in ons blad. Hier nog enkele beelden van de ravage die werd aangericht. De aangereden trein sleurde de vrachtwagen nog driehonderd meter mee vooraleer deze in een belendende weide tot stilstand kwam. Balans van dit tragisch ongeval : één dode, één zwaar- en één lichtgewonde.”  

     

    1975 – VEVOC JAARVERSLAG

     

    “Dames, Mijne Heren, Pater of zal ik maar beter zeggen proost, Vevocers allen hier samen, er werd mij in naam van het ganse bestuur gevraagd het Vevoc-jaar 1975 bij jullie door woorden terug in beeld te brengen.

    Zowaar een niet zo eenvoudige taak, daar jullie evenzeer weten als ik dat het een uitgebreid en vrij druk jaar geweest is. Inderdaad na een aarzelende start in de jaren ’72 en ’73, toen we nog in onze kinderschoenen stonden en het jaar ’74, een jaar van een stilaan toenemende activiteit, mag het jaar ’75 reeds vrij druk genoemd worden.

    Het jaar ’75 werd ingezet met ons ledenfeest in de maand januari. In een echte ‘Breughelsfeer’ en met een enthousiaste  eensgezinde Vevoc-familie waren we met 110 leden samengekomen om te dansen  en zeg maar in goed Leests, om een ‘sneeke’ te eten. Weet je nog, dat we toen bij een lustig pintje tegen elkaar gefluisterd hebben : ‘Louis of Charel, weet ge het nog, vriend van toen op bivak. Wat hebben we leute gehad hé, maar ja, men blijft niet eeuwig achttien jaar, we groeiden wij feitelijk te rap uit onze korte broek hé jong !’

    Het jaar ’75 was een jaar van ontspanningsavonden en sport. Vooreerst werd door onze voetbalploeg het Pinkstervoetbaltornooi van FC Telstar in een echte cupsfeer gewonnen. Niemand had het voor mogelijk gehouden, maar iedereen had het toch stilletjes gehoopt. Onze tweede Vevoc-ploeg deed het met een zesde plaats ook verre van slecht.

    Vevoc speelde 17 matchen, won er daarvan 10, speelde 3 maal gelijk en verloor 4 keer. In totaal maakte men 45 doelpunten en kreeg men er 13 tegen.

    Onze volgende stap naar sportief succes werd door onze volleybalploeg gezet, die erin slaagde haar eigen volleybaltornooi te winnen op 25 mei door de deelnemende ploegen KWB, SVK Heverlee, Fanfare St.-Cecilia, Telstar en Chiro de baas te blijven. Nochtans kon onze volleybalploeg in het tornooi te Heverlee niet bevestigen. Een gebrek aan training en vooral aan speelgelegenheid zijn hier zeker de oorzaken van.

    Vervolgens werd op 20 september te Kapelle-op-den-Bos nog eens aangetoond dat Vevoc kan voetballen, want daar werd voor de tweede maal een voetbaltornooi gewonnen, waarbij we als enige niet-Kapelse vereniging onder de deelnemers, met de beker huiswaarts konden keren.

    Vevoc haalde in ’75 ook verscheidene malen de krantenkoppen. Een eerste maal gebeurde dit bij onze fietsenrally die doorging op 29 juni. Niettegenstaande er voor die dag niet al te veel reclame gemaakt werd, kwamen er toch twee kranten, nl. Gazet van Mechelen en Het Volk opdagen om deze fietsrally te verslaan, die tevens een succes mag worden genoemd, niet alleen om zijn 250 deelnemers, maar ook om zijn organisatie.

    De tweede maal dat we gunstig in het nieuws kwamen was met onze derde uitgave van de jeugdcross op 5 oktober. Reeds van maanden te voren waren grote inspanningen gedaan om deze veldloop in de beste voorwaarden te doen verlopen. De beloning was des te groter. Niet minder dan 800 deelnemers werden opgetekend.

    In dezelfde maand oktober schrijft Gazet van Mechelen dat Vevoc het nu maar eens over een andere boeg gooit en met woorden gaat spelen. Inderdaad op 31 oktober kwamen niemand minder dan Nand Baert naar Leest om onze plaatselijke verenigingen ‘Wachtwoord’ te spelen. Vooreerst was er op onze ontspanningsavond van 13 juni, waar we onze overwinningen van voetbal- en volleybaltornooien met een hartig etentje kruidden, een schifting tussen 32 Vevoc-ers nodig om Mariette Verbeeck en Marcel Van Medegael als besten naar voor te doen komen. Op een nieuwe voorselectie op 12 september moesten jongensschool, FC Telstar en Davidsfonds afvallen. Op de avond van ‘Wachtwoord’ toonde onze plaatselijke meisjesschool zich sterker dan Leefmilieu, Rust Roest, St-Cecilia, KLJ-meisjes, KVLV, Chirojongens en meisjes en Vevoc.

    Inmiddels kunnen we jullie ook vertellen dat het Vevoc-bal een kassucces is geweest en Vevoc in ’76 geen al te grote financiële moeilijkheden zal kennen. De kassier mag gerust zijn dat we dit jaar niet in debet zullen komen.

    Nationaal was ’75 het jaar van de vrouw. Ondanks het feit dat onze Vevoc-vrouwen, verloofden of juffrouwen telkens sterk op komen bij elke activiteit, vragen we ons toch af, of het niet mogelijk is een typisch vrouwelijke activiteit te creeëren. Tips kunnen steeds bij het bestuur gegeven worden.

    Als bestuur willen we ook grote dank zeggen aan Mr Pastoor, met wie we het ganse jaar een goede verstandhouding gehad hebben wat betreft ons parochiecentrum. Evenzo willen we nogmaals de aandacht vestigen op de grote steun van ons gemeentebestuur. Niet zozeer omwille van de subsidie, maar wel om het schenken van prachtige trofeeën voor ons voetbaltornooi en jeugdveldloop.

    Ook een welgemeend woord van dank aan ons trouwste Vevoc-lid en proost, pater Damiaan, want ik geloof dat hij nog geen enkele vergadering gemist heeft. Maar onze grootste dank gaat naar alle Vevoc-leden die door hun grote aanwezigheid op alle activiteiten het bestuur het moreel geven om alsmaar verder te doen.

    …

    Ook verzocht bestuurslid Jef Van den Heuvel ons te willen meedelen dat er tussen een groepje Vevoc-ers ergens de idee gerijpt is om in de maand juni (1976) deel te nemen aan de ‘Mars van het leger’, beter bekend onder de naam ‘Mars van de Vriendschap’. Deze mars gaat door in het prachtig landschap van de Ardennen in de omgeving van Vielsalm.

    We hopen ook, dat ons nieuw vaandel, dat vandaag ingewijd werd in onze parochiekerk, nog vele jaren alle winden mag trotseren…” (De Band, januari 1976)       

     

     

    25-07-2012 om 08:21 geschreven door Marcel Van Hoof

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 18/11-24/11 2024
  • 11/11-17/11 2024
  • 04/11-10/11 2024
  • 21/10-27/10 2024
  • 14/10-20/10 2024
  • 07/10-13/10 2024
  • 30/09-06/10 2024
  • 23/09-29/09 2024
  • 16/09-22/09 2024
  • 09/09-15/09 2024
  • 02/09-08/09 2024
  • 26/08-01/09 2024
  • 19/08-25/08 2024
  • 12/08-18/08 2024
  • 29/07-04/08 2024
  • 22/07-28/07 2024
  • 15/07-21/07 2024
  • 08/07-14/07 2024
  • 01/07-07/07 2024
  • 24/06-30/06 2024
  • 17/06-23/06 2024
  • 10/06-16/06 2024
  • 20/05-26/05 2024
  • 06/05-12/05 2024
  • 29/04-05/05 2024
  • 15/04-21/04 2024
  • 01/04-07/04 2024
  • 18/03-24/03 2024
  • 11/03-17/03 2024
  • 19/02-25/02 2024
  • 05/02-11/02 2024
  • 22/01-28/01 2024
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 20/11-26/11 2023
  • 13/11-19/11 2023
  • 06/11-12/11 2023
  • 30/10-05/11 2023
  • 23/10-29/10 2023
  • 09/10-15/10 2023
  • 25/09-01/10 2023
  • 11/09-17/09 2023
  • 28/08-03/09 2023
  • 14/08-20/08 2023
  • 24/07-30/07 2023
  • 10/07-16/07 2023
  • 26/06-02/07 2023
  • 19/06-25/06 2023
  • 12/06-18/06 2023
  • 05/06-11/06 2023
  • 29/05-04/06 2023
  • 15/05-21/05 2023
  • 08/05-14/05 2023
  • 01/05-07/05 2023
  • 24/04-30/04 2023
  • 10/04-16/04 2023
  • 27/03-02/04 2023
  • 20/03-26/03 2023
  • 06/03-12/03 2023
  • 27/02-05/03 2023
  • 20/02-26/02 2023
  • 13/02-19/02 2023
  • 06/02-12/02 2023
  • 23/01-29/01 2023
  • 16/01-22/01 2023
  • 09/01-15/01 2023
  • 02/01-08/01 2023
  • 26/12-01/01 2023
  • 12/12-18/12 2022
  • 05/12-11/12 2022
  • 28/11-04/12 2022
  • 14/11-20/11 2022
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 03/10-09/10 2022
  • 26/09-02/10 2022
  • 19/09-25/09 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 15/08-21/08 2022
  • 08/08-14/08 2022
  • 25/07-31/07 2022
  • 18/07-24/07 2022
  • 11/07-17/07 2022
  • 27/06-03/07 2022
  • 20/06-26/06 2022
  • 06/06-12/06 2022
  • 23/05-29/05 2022
  • 09/05-15/05 2022
  • 02/05-08/05 2022
  • 18/04-24/04 2022
  • 28/03-03/04 2022
  • 21/03-27/03 2022
  • 14/03-20/03 2022
  • 21/02-27/02 2022
  • 31/01-06/02 2022
  • 03/01-09/01 2022
  • 20/12-26/12 2021
  • 13/12-19/12 2021
  • 29/11-05/12 2021
  • 15/11-21/11 2021
  • 01/11-07/11 2021
  • 25/10-31/10 2021
  • 18/10-24/10 2021
  • 11/10-17/10 2021
  • 04/10-10/10 2021
  • 27/09-03/10 2021
  • 20/09-26/09 2021
  • 13/09-19/09 2021
  • 06/09-12/09 2021
  • 30/08-05/09 2021
  • 23/08-29/08 2021
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 02/08-08/08 2021
  • 26/07-01/08 2021
  • 19/07-25/07 2021
  • 12/07-18/07 2021
  • 05/07-11/07 2021
  • 21/06-27/06 2021
  • 14/06-20/06 2021
  • 07/06-13/06 2021
  • 24/05-30/05 2021
  • 10/05-16/05 2021
  • 03/05-09/05 2021
  • 26/04-02/05 2021
  • 12/04-18/04 2021
  • 05/04-11/04 2021
  • 22/03-28/03 2021
  • 15/03-21/03 2021
  • 08/03-14/03 2021
  • 22/02-28/02 2021
  • 15/02-21/02 2021
  • 01/02-07/02 2021
  • 18/01-24/01 2021
  • 04/01-10/01 2021
  • 28/12-03/01 2027
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 07/12-13/12 2020
  • 30/11-06/12 2020
  • 23/11-29/11 2020
  • 09/11-15/11 2020
  • 02/11-08/11 2020
  • 19/10-25/10 2020
  • 12/10-18/10 2020
  • 05/10-11/10 2020
  • 28/09-04/10 2020
  • 21/09-27/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 17/08-23/08 2020
  • 10/08-16/08 2020
  • 03/08-09/08 2020
  • 20/07-26/07 2020
  • 06/07-12/07 2020
  • 29/06-05/07 2020
  • 22/06-28/06 2020
  • 15/06-21/06 2020
  • 01/06-07/06 2020
  • 25/05-31/05 2020
  • 18/05-24/05 2020
  • 04/05-10/05 2020
  • 27/04-03/05 2020
  • 20/04-26/04 2020
  • 30/03-05/04 2020
  • 23/03-29/03 2020
  • 16/03-22/03 2020
  • 09/03-15/03 2020
  • 02/03-08/03 2020
  • 24/02-01/03 2020
  • 10/02-16/02 2020
  • 03/02-09/02 2020
  • 27/01-02/02 2020
  • 20/01-26/01 2020
  • 13/01-19/01 2020
  • 06/01-12/01 2020
  • 30/12-05/01 2020
  • 16/12-22/12 2019
  • 02/12-08/12 2019
  • 25/11-01/12 2019
  • 18/11-24/11 2019
  • 04/11-10/11 2019
  • 21/10-27/10 2019
  • 14/10-20/10 2019
  • 07/10-13/10 2019
  • 23/09-29/09 2019
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 12/08-18/08 2019
  • 22/07-28/07 2019
  • 15/07-21/07 2019
  • 08/07-14/07 2019
  • 01/07-07/07 2019
  • 24/06-30/06 2019
  • 17/06-23/06 2019
  • 10/06-16/06 2019
  • 03/06-09/06 2019
  • 20/05-26/05 2019
  • 13/05-19/05 2019
  • 06/05-12/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 18/03-24/03 2019
  • 04/03-10/03 2019
  • 25/02-03/03 2019
  • 18/02-24/02 2019
  • 11/02-17/02 2019
  • 21/01-27/01 2019
  • 14/01-20/01 2019
  • 07/01-13/01 2019
  • 24/12-30/12 2018
  • 17/12-23/12 2018
  • 10/12-16/12 2018
  • 03/12-09/12 2018
  • 26/11-02/12 2018
  • 12/11-18/11 2018
  • 29/10-04/11 2018
  • 22/10-28/10 2018
  • 15/10-21/10 2018
  • 08/10-14/10 2018
  • 17/09-23/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 20/08-26/08 2018
  • 13/08-19/08 2018
  • 06/08-12/08 2018
  • 30/07-05/08 2018
  • 23/07-29/07 2018
  • 16/07-22/07 2018
  • 09/07-15/07 2018
  • 25/06-01/07 2018
  • 18/06-24/06 2018
  • 11/06-17/06 2018
  • 04/06-10/06 2018
  • 21/05-27/05 2018
  • 07/05-13/05 2018
  • 23/04-29/04 2018
  • 16/04-22/04 2018
  • 09/04-15/04 2018
  • 02/04-08/04 2018
  • 26/03-01/04 2018
  • 19/03-25/03 2018
  • 12/03-18/03 2018
  • 05/03-11/03 2018
  • 19/02-25/02 2018
  • 12/02-18/02 2018
  • 05/02-11/02 2018
  • 29/01-04/02 2018
  • 22/01-28/01 2018
  • 15/01-21/01 2018
  • 08/01-14/01 2018
  • 01/01-07/01 2018
  • 25/12-31/12 2017
  • 18/12-24/12 2017
  • 04/12-10/12 2017
  • 27/11-03/12 2017
  • 20/11-26/11 2017
  • 06/11-12/11 2017
  • 23/10-29/10 2017
  • 16/10-22/10 2017
  • 09/10-15/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 11/09-17/09 2017
  • 04/09-10/09 2017
  • 28/08-03/09 2017
  • 21/08-27/08 2017
  • 14/08-20/08 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 13/02-19/02 2017
  • 06/02-12/02 2017
  • 30/01-05/02 2017
  • 23/01-29/01 2017
  • 16/01-22/01 2017
  • 09/01-15/01 2017
  • 02/01-08/01 2017
  • 26/12-01/01 2017
  • 19/12-25/12 2016
  • 05/12-11/12 2016
  • 28/11-04/12 2016
  • 21/11-27/11 2016
  • 07/11-13/11 2016
  • 24/10-30/10 2016
  • 17/10-23/10 2016
  • 10/10-16/10 2016
  • 03/10-09/10 2016
  • 26/09-02/10 2016
  • 19/09-25/09 2016
  • 05/09-11/09 2016
  • 22/08-28/08 2016
  • 15/08-21/08 2016
  • 01/08-07/08 2016
  • 25/07-31/07 2016
  • 18/07-24/07 2016
  • 11/07-17/07 2016
  • 04/07-10/07 2016
  • 27/06-03/07 2016
  • 20/06-26/06 2016
  • 13/06-19/06 2016
  • 06/06-12/06 2016
  • 30/05-05/06 2016
  • 23/05-29/05 2016
  • 16/05-22/05 2016
  • 09/05-15/05 2016
  • 02/05-08/05 2016
  • 25/04-01/05 2016
  • 18/04-24/04 2016
  • 11/04-17/04 2016
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 14/03-20/03 2016
  • 07/03-13/03 2016
  • 29/02-06/03 2016
  • 22/02-28/02 2016
  • 15/02-21/02 2016
  • 08/02-14/02 2016
  • 25/01-31/01 2016
  • 04/01-10/01 2016
  • 28/12-03/01 2016
  • 21/12-27/12 2015
  • 07/12-13/12 2015
  • 23/11-29/11 2015
  • 16/11-22/11 2015
  • 09/11-15/11 2015
  • 02/11-08/11 2015
  • 19/10-25/10 2015
  • 12/10-18/10 2015
  • 05/10-11/10 2015
  • 21/09-27/09 2015
  • 14/09-20/09 2015
  • 07/09-13/09 2015
  • 31/08-06/09 2015
  • 13/07-19/07 2015
  • 22/06-28/06 2015
  • 08/06-14/06 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 11/05-17/05 2015
  • 04/05-10/05 2015
  • 27/04-03/05 2015
  • 20/04-26/04 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 06/04-12/04 2015
  • 30/03-05/04 2015
  • 23/03-29/03 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 09/03-15/03 2015
  • 02/03-08/03 2015
  • 23/02-01/03 2015
  • 16/02-22/02 2015
  • 09/02-15/02 2015
  • 02/02-08/02 2015
  • 26/01-01/02 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 12/01-18/01 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 01/09-07/09 2014
  • 25/08-31/08 2014
  • 18/08-24/08 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 23/06-29/06 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 26/05-01/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 12/05-18/05 2014
  • 05/05-11/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 21/04-27/04 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014
  • 24/02-02/03 2014
  • 17/02-23/02 2014
  • 10/02-16/02 2014
  • 03/02-09/02 2014
  • 27/01-02/02 2014
  • 20/01-26/01 2014
  • 13/01-19/01 2014
  • 06/01-12/01 2014
  • 30/12-05/01 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 16/12-22/12 2013
  • 09/12-15/12 2013
  • 02/12-08/12 2013
  • 25/11-01/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 11/11-17/11 2013
  • 28/10-03/11 2013
  • 21/10-27/10 2013
  • 14/10-20/10 2013
  • 07/10-13/10 2013
  • 30/09-06/10 2013
  • 23/09-29/09 2013
  • 16/09-22/09 2013
  • 09/09-15/09 2013
  • 02/09-08/09 2013
  • 05/08-11/08 2013
  • 29/07-04/08 2013
  • 22/07-28/07 2013
  • 15/07-21/07 2013
  • 08/07-14/07 2013
  • 01/07-07/07 2013
  • 24/06-30/06 2013
  • 17/06-23/06 2013
  • 10/06-16/06 2013
  • 03/06-09/06 2013
  • 27/05-02/06 2013
  • 13/05-19/05 2013
  • 06/05-12/05 2013
  • 29/04-05/05 2013
  • 22/04-28/04 2013
  • 25/03-31/03 2013
  • 18/03-24/03 2013
  • 11/03-17/03 2013
  • 04/03-10/03 2013
  • 18/02-24/02 2013
  • 28/01-03/02 2013
  • 21/01-27/01 2013
  • 07/01-13/01 2013
  • 31/12-06/01 2013
  • 24/12-30/12 2012
  • 17/12-23/12 2012
  • 10/12-16/12 2012
  • 03/12-09/12 2012
  • 26/11-02/12 2012
  • 19/11-25/11 2012
  • 12/11-18/11 2012
  • 05/11-11/11 2012
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012
  • 15/10-21/10 2012
  • 08/10-14/10 2012
  • 01/10-07/10 2012
  • 24/09-30/09 2012
  • 10/09-16/09 2012
  • 03/09-09/09 2012
  • 13/08-19/08 2012
  • 06/08-12/08 2012
  • 30/07-05/08 2012
  • 23/07-29/07 2012
  • 02/07-08/07 2012
  • 25/06-01/07 2012
  • 18/06-24/06 2012
  • 11/06-17/06 2012
  • 04/06-10/06 2012
  • 28/05-03/06 2012
  • 14/05-20/05 2012
  • 07/05-13/05 2012
  • 30/04-06/05 2012
  • 23/04-29/04 2012
  • 16/04-22/04 2012
  • 09/04-15/04 2012
  • 02/04-08/04 2012
  • 26/03-01/04 2012
  • 19/03-25/03 2012
  • 12/03-18/03 2012
  • 05/03-11/03 2012
  • 27/02-04/03 2012
  • 20/02-26/02 2012
  • 13/02-19/02 2012
  • 06/02-12/02 2012

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!