tyrogravure, lederbewerking...en
antiek- en rommelmarkt.
15 uur : optreden van Kon.Fanfare
St.-Cecilia Hombeek en Kon.Harmonie en
Majorettenkorps uit Oordegem-Lede.
19 uur : Finale Ontdek-uw-Ster
met Louis Neefs als presentator.
De winnaar van de minder
dan14-jarigen werd Nadine Fonteyn, tweede werd
de Leestse Daisy Spruyt. Bij de
plus 14-jarigen werd Marc Van Daele laureaat en ging
met een draagbaar TV-toestel
naar huis.
21 uur : Optreden van Emily Star +
Explosion.
In de tent wasook een gelegenheidsrestaurant neergepoot
waar de bezoekers
aan democratische prijzen hun
honger konden stillen. Een menu (soep, hoofdgerecht,
nagerecht) kostte 200 frank.
Snelle eters kwamen aan hun trekken
met een pakje friet, een broodje met pens of
pannekoeken, fruittaart of een
ijsje.
Het Laatste Nieuws (8 mei 1980) sprak
met organisator Gust Emmeregs :
Tijdens
één van de eerste zonnige aprildagen hebben wij, omringd door het groen, een
vraaggesprekje gehad met het Mechelse gemeenteraadslid Gust Emmeregs, naar
aanleiding van de Leestse Volksfeesten, die dit jaar voor de tiende
achtereenvolgende keer worden georganiseerd.
Mechels
gemeenteraadslid ? Nou ja, zo is het, ofschoon het tijdens de loop van het
gesprek wel duidelijk werd dat Gust Emmeregs in de eerste plaats een Leestenaar
is en dat ondanks alle fusies in hart en nieren is gebleven. En hij vertelt :
Leest,
weet u, heeft altijd een uitermate bloeiend verenigingsleven gekend,
verhoudingsgewijs meer dan elders. Op vallend is het, dat de organisaties
vrijwel niet te tellen zijn en dat alles wat zij ondernemen vrijwel goed lukt.
Er is een opmerkelijk verschil tussen de Leestse verenigingen en elders, want
de besturen sluiten zich niet in een getto op, maar wandelen als het ware
moeiteloos bij elkaar binnen om te overleggen en niet het minst om samen te
werken aan bepaalde projecten. Dat gaat er informeel aan toe en zo ontstaat er
onder de Leestse verenigingen, op een uitzondering na, een hechte band wat niet
alleen het verenigingsleven, maar ook in wezen gans de bevolking ten goede
komt.
Maar
in een kleine gemeente als de onze is het bijna uitgesloten grote en grootse
manifestaties op het getouw te zetten wegens de financiële weerslag. Toch
gevoelde de bevolking daar enige behoefte aan en zo gebeurde het, nu tien jaar
geleden, dat een aantal actieve mensen de koppen bij mekaar staken. De Leestse
Volksfeesten waren geboren !
Het
is de heer Emmeregs aan te zien, dat hij zich de gebeurtenissen van toen nog
levendig herinnert.
De
feesten gingen door in een grote tent. Nou ja, een tent, maar op zichzelf was
dat reeds in die jaren een innovatie ! Hartverwarmend was de massale opkomst
van jongeren en ouderen en er werd alweer voor de eerste keer- een Ontdek de
Ster-wedstrijd georganiseerd. Er kwamen heel wat fanfares opdagen, maar de
weermaker was ons niet welgezind. Jongens, hoe goot het ! En toch, en toch werd
de ganse opzet in genendele een fiasco, want met de hand op het hart durf ik te
beweren, dat er nooit in de Leestse geschiedenis zoveel mensen en jongeren op
de been waren. Volk ? Men kon op de koppen lopen.
Ook
de eerste uitgave van de wedstrijd Ontdek de Ster kende een overhoopte
bijval. En wat zou jij hebben gedaan na zon succes ? Voortdoen nietwaar. Zo
deden we en je mag gerust onderstrepen dat in de daaropvolgende jaren zowat de
beste variéte-artiesten uit binnen- en buitenland naar Leest kwamen om er vier
achtereenvolgende dagen bij te dragen tot de bijval. Samengevat : in totaal
organiseerde Leest dus een 35-tal dagen met artiesten die zelfs grotere steden
ons kunnen benijden. Er werd jong talent ontdekt ! Er kwamen jongeren die later
naam in de showwereld maakten ! En er kwamen kijklustigen van ver buiten Leest,
buiten de stadsgrenzen van Mechelen
Van
1975 af
Maar
in 1975 kwam er een belangrijke blikvanger bij. Steunend op het succes,
besloten de al dan niet kleine middenstanders van Leest een bijdrage te leveren
tot de Volksfeesten. Deze uitbreiding betekende voor ons een nieuw risico, een
zware opgave, extra-kosten
Bekijk
het maar even zelf, zegt de h. Emmeregs. Dit keer een speciale tent met
houten bevloering, een wirwar van elektrische leidingen en
aftakkingsmogelijkheden, ja zelfs aansluiting op kabeltelevisie en een gesloten
cirkel. Het resultaat was dat de uitbaters noodgedwongen het standgeld moesten
verhogen, maar verheugend is het, dat vrjwel alle handelaars en nijveraars, die
met kleinere stands aan de eerste Volksfeesten hadden deelgenomen, zonder
aarzelen zijn teruggekeerd. Zonder aarzelen ! Wat bewijst dat ? Alles !
Driemanschap
En
wie zijn dan de bezielende krachten achter deze volksfeesten ? willen wij
weten.
Emiel
Spruyt en Louis Solie ! luidde het antwoord.
En
Emmeregs ! vervolgden wij.
Welja,
zo je wil, want wij vormen inderdaad gedrieën het feestcomité, moet onze
gesprekspartner wel bekennen.
Maar
hij zit reeds op een ander stokpaard : het voetbal te Leest, dat dankzij de
Leestse Volksfeesten is ontstaan. Met een echte voetbalclub, met gehuurde
speelgronden, met een fijn chalet, met nu ongeveer 120 jongeren in
verschillende jeugdafdelingen en met zowat 40 seniores, verdeeld over twee
ploegen.
En
zo vernemen wij ook, dat er spelgelegenheid is voor liefhebbers van alle slag
en voor personeels- en vriendenwedstrijden zoals voor Huygebaert, voor Lamot,
voor de Vriendenkring van het Stadspersoneel en, het spreekt vanzelf, voor alle
jeugdverenigingen uit Leest en elders.
1980 Mei : Jozef Schuermans en
Maria Piron vijftig jaar getrouwd
Het
was feest in de wijk. Schuermans Jozef en Piron Maria vierden hun 50 jaar
huwelijk. Jozef is van 1906 en Maria van 1910.
Jozef
vertelt hoe hij hier in Leest is beland : Ik was een wees en woonde in
Heindonk. In Willebroek heb ik mijne stiel als meubelmaker geleerd. Later ben
ik in Mechelen gaan werken. Van den ene atelier naar de andere om me te
verbeteren. Ik kende op de duur mijne stiel tot in de puntjes. Wanneer ik van
Heindonk naar Mechelen fietste kwam ik in Heffen voorbij het huisje waar mijn
Maria woonde. En hoe gaat dat, eerst wat klappen en lachen. Je gaat al eens
samen naar de kermis. In 1930 den 8e maart zijn we getrouwd. Eerst
zijn we bij mijn schoonouders gaan wonen. Van in 1933 wonen we in Leest : eerst
bij de gebroeders Neefs over de Zennebrug, dan in t huisje van Troch (t huis
van Jan Verbergt), daarna in t Pensenstraatje. Van 1941 woonden we in t
huisje naast het gemeentehuis, vroeger café In de groene Linde. Vanaf 1974
wonen we in de Kouterwijk.
Over
zijn huwelijksleven vertelt hij : wij hebben nooit woorden gehad, ik en mijn
Maria. Wij hebben hard gewerkt en zo altijd goed onze boterham verdiend. We
hebben drie kinderen : Ida is de oudste en dan hebben we Staf en Alfons. Ik
voel me overal thuis en ben overal op mijn gemak. In Willebroek kwamen we
graag, daar was t altijd kermis, veel volk, veel leute, daar werd geleefd. Elk
cafeetje had daar een orgeltje en voor 5 cent speelde het. Daar waren we graag.
Ik
ben al 9 jaar in pensioen en we wonen al zes jaarin de wijk. Ons Maria zou niet meer in t
dorp willen wonen, maar ik voel me altijd overal thuis. We zijn nu 50 jaar
getrouwd en hebben eens goed gefeest op t Heike in Hombeek. Alles was piekfijn
in orde en er was plezier tot vijf uur s morgens. (DB, mei 1980)
Josephus Albertus Schuermans was te
Heindonk geboren op 8 mei 1906 en hij overleed in het O.L.Vrouw Ziekenhuis te
Mechelen op 4 november 1983.
Een
goede man, vader, grootvader en overgrootvader ging vredig van ons heen.
Hij
kwam graag onder de mensen en was vriendelijk tegenover iedereen.
Wij
zeggen dank voor deze mens, die ons zo nabij en dierbaar was en die nu is
weggevallen uit deze wereld. Wij danken hem voor alle goedheid die van hem is
uitgegaan en voor al het goede dat we door hem in ons leven mochten ervaren.
(Uit zijn gedachtenisprentje)
Maria (Wiske) Piron was te Heffen
geboren op 16 juni 1910 en overleed in het A.Z. Sint-Maarten op 27 januari
2005.
Een
moeder sterft altijd te vroeg, al wordt zij nog zo oud.
Je bidt dat God haar sparen zal omdat je van haar houdt.
Maar als de dagen knellen gaan, zij ziek wordt en benauwd.
Bid je dat God haar halen zal omdat je van haar houdt.
(Uit haar doodsprentje)
1980 6 mei : Die dag kwam het Leestse
Feestcomité voor het eeuwfeest van Stanne Van den Broeck opnieuw samen. Uit de
omslagen die in de gemeente verspreid waren om de kosten van de feestelijkheden
te dekken kwam zowaar 54.000 frank.
De kerngroep stelde een feestprogramma
op. Een tweedaagse viering werd vooropgesteld.
Op zaterdag 27 september een groot
familiefeest en op zondag 28 september een officieel bezoek van de burgemeester
en zn schepenen tijdens het uittrekken van de stoet.
Er werd een volgende afspraak gemaakt :
17 juni om 20 uur in t gemeentehuis.
(DB,mei 1980)
1980 9, 10 en 11 mei : Spetterende
Ceciliafeesten
Met medewerking van het ministerie van
Nationale Opvoeding en NederlandseCultuur, het stadsbestuur van Mechelen, het Muziekverbond van België, de
VlaamseBrass Band Federatie,
de BRT en de ASLK organizeerde de Kon.Fanfare St.Cecilia haar jaarlijkse
Ceciliafeesten in en om de gebouwen van het parochiaal centrum op de
Kouter. Op vrijdag namen de
feesten een aanvang met het optreden van Ann Christy en JoeHarris.
De dag nadien was er een Oberbayernbal
met de originele Emiz Blasskapelle.
Zaterdagnamiddag en zondag ging er een
internationale muziekwedstrijd voorharmonieën, fanfares en brass-bands door.
Niet minder dan 22 muziekverenigingen
schreven in voor deze wedstrijd, acht in lagere en 14 in hogere afdeling. In de
lagere afdeling was er een eerste prijs weggelegd met lof van de jury en
329punten voor de Kon. Fanfare Ons
Genoegen uit Battel.
De Brass Band uit Willebroek met
Francois Violet als dirigentkreeg 348
punten en een eerste prijs met lof van de jury en de beker van de stad Mechelen
voor het hoogste puntenaantal. Deze band mocht ook de schaal van minister De
Backer in ontvangst nemen voor de eerste plaats in het klassement bij de lagere
afdeling. De voorzitter van de jury, Jan Segers, had deze Brass Band geen
punten gegeven aangezien hij directeur was van deze vereniging.
In de hogere afdeling behaalde de
Kon.Fanf. St.-Jansvrienden uit Wiekevorst een eerste prijs met onderscheiding
met 320,5 punten. Deze fanfare mocht de beker in ontvangst nemen voor de tweede
plaats in het algemeen klassement.
De Nederlandse harmonie Wilhelmina
behaalde een tweede prijs.
De Brass Band Union uit Buizingen
behaalde een eerste prijs met lof van de jury met 335 punten. Voor hun Suite
ontvingen ze de beker van de stad Mechelen voor het hoogste puntentotaal van
een Belgisch werk en eveneens de beker van minister Ramaekers voor de eerste
plaats in het algemeen klassement.
in
hun toespraak dankten de organisatoren de muziekverenigingen, alsook de ruim
100 medewerkers aan deze feesten, voor hun hulp. Schepen Van der Sande
feliciteerde organisators voor hun goede prestatie, die uitstraalde over gans
België en Nederland. Zij hebben met deze prestatie ook ambassadeur gespeeld
voor de stad en houden het verenigingsleven in stand, wat mag gezien worden als
een verrijking van groot-Mechelen.
De
schepen feliciteerde de juryleden en drukte de hoop uit dat de Nederlanders een
goede herinnering zullen meedragen aan deze wedstrijd, en dat ze hopelijk nog
eens naar Mechelen zullen terukomen.
De
jury bestond uit Jan Segers, voorzitter en de leden André Van Driessche en
André Waignein. (GvM, 17/5/80)
1980 was voor Sint-Cecilia een goed
jaar. In de afdeling uitmuntendheid werd de vereniging Kampioen van België en
ook dit keer werd deze prestatie door het Mechels Stadsbestuur gewaardeerd met
een ontvangst op het stadhuis. Na een inloopperiode van ongeveer vijf jaar
begon de drumband St.-Cecilia aan zijn bloeiperiode. Onder leiding van Walter
Van de Venne werden zowel wandelconcerten als concertoptredens gegeven.
Bijgevoegd :
-Gouden
paar Jozef Schuermans en Maria Piron. (tekening Georges Herregods)
In de stedelijke lagere school van Leest
werd door werkgroep Voetspoor eententoonstelling van eigen werk ingericht op Paasdag en op Paasmaandag.
Karel Soors, Tony Baarendse, Friede
Willems, Georges Herregods, Flor Meyers en Stefan De Laet stelden tentoon,
evenals hun gasten Chris Van Praet, Mieke Selleslagh, Frie Leemans en Krista
Leemans met keramiek.
In het parochiaal centrum van de Kouter
ging er een tentoonstelling door op initiatiefvan het plaatselijke Davidsfonds. Dit jaar werden er voorwerpen
tentoongesteld van het patrimonium van de St.-Niklaaskerk van Leest, o.a. de
grafsteen van jonker Jacop Schoff (deze ridder was in zijn tijd de 16de
eeuw- eigenaar van het goed Ter Moortele hoek Vinkstraat-Molenstraat),
kelken, gewijde vaten en schilderijen.
Speciaal voor deze Posse schreef
Georges Herregods met de medewerking van het Davidsfondsbestuur Waar Leestenaars samenkwamen, een
mooie uitgave rond de geschiedenis en het patrimonium van de kerk.
Het bestuur van het Davidsfonds bestond
toen uit :
Alfons Hellemans, erevoorzitter
Jeroom Verbruggen, voorzitter
Maria Lamberts, ondervoorzitter
Martin Mollemans, secretaris
Aloïs Hendrickx, penningmeester
Marleen De Prins, Maria De Wit, Marleen
Verschueren en pastoor Frans Lornoy.
Voorzitter Verbruggen schreef het woord
vooraf :
Het
Davidsfonds is Vlaanderens grootste culturele vereniging, christelijk van
inspiratie, strijdend Vlaams en sociaal gemotiveerd.
Het
plaatselijk bestuur van de afdeling Leest heeft altijd getracht deze
doelstellingen te vertalen naar onze bevolking toe op een eigentijdse manier.
Daarom was het steeds een bekommernis met onze werking iets te brengen dat de
dorpsmens aansprak. De jaarlijkse tentoonstelling op tweede paasdag is een
begrip geworden voor elke Leestenaar en elke St.-Corneliusbedevaarder.
Eén
van onze vorige tentoonstellingen was de aanleiding tot het ondertussen
uitgegeven succesboek Leest geweest. Dit jaar willen wij de aandacht vestigen
op ons kerkelijk kunstpatrimonium.
Na
het tweede Vaticaans concilie verdwenen met de gebruiken van het rijke Roomse
leven, ook geruisloos veel kerkelijke voorwerpen.
Ofwel
werden zij versjacherd aan gehaaide antiekjagers, ofwel verdwenen zij naar de
zolder van de pastorij.
Gelukkig
was dat bij ons in Leest niet het geval. Zowel pastoor Coosemans zaliger als
pastoor Lornoy hadden, daarin ongetwijfeld bijgestaan door de leden van de
kerkfabriek, voldoende besef dat het behoud van ons kerkelijk kunstbezit niet
alleen een religieuze zaak is, maar een morele plicht ten overstaan van de
hedendaagse en toekomstige Leestenaar en ten overstaan van zijn historiek
verleden. Kunstzin en openheid voor historische kunst moet aangeleerd worden.
Daartoe wil het Davidsfonds dit jaar een bijzondere inspanning doen met deze
tentoonstelling over de kunstschatten van de Leestse St.-Niklaaskerk.
Een
speciaal woord van dank wens ik hier te richten tot de bestuursleden van het
Davidsfonds voor het stimulerend enthousiasme en de waarachtige ploeggeest.
Wie
spreekt over geschiedenis of kunst in Leest, komt ongetwijfeld terecht bij
aalmoezenier Georges Herregods. De aalmoezenier met zijn ongelooflijke
werkkracht en doorzettingsvermogen heeft ook deze uitgave Waar Leestenaars
samen kwamen geschreven. Daarvoor onze welgemeende dank.
Kleinveebond Het rijke nest stelde op
tweede paasdag aan de kerk heel watkampioenen tentoon en naast de gewone kermisvermakelijkheden was er
ookjaarmarkt op het
dorpsplein.
1980 Zondag 20 april : Heilig
Vormsel
Tijdens de mis van negen uur werden
volgende jongens en meisjes gevormd door
Mons. R. Goossens : Rudi Clymans
Kouter, Nancy Croons-Kouter, Alain De
Broey-Vinkstr., Daisy De
Nijn-Vinkstr., Carla De Prins-Kapellebaan, Els en Hilde
De Rooster-Kouter, Veerle De
Smet-Bist, Johan De Win-Dorpstraat, Lieve Dons-
Kouter, Sonja
Emmeregs-Tiendeschuurstr., Ronny Fierens-Scheerstaat, Ann
Hellemans-Kouter, Koen
Lemaire-Juniorslaan, Kathleen Nuytiens-Bist, Ingrid
Polspoel-Juniorslaan, Veerle
Soors-Cecilialaan, Steven Stockmans-Kouter, Luc Van
Bosch-Grote Heide, Danny Van
Camp-Kouter, Nancy Van Camp-Blaasveldstraat,
Gunter Van der Elst-Grote Heide,
Greta Van Linden-Tiendeschuurdstr., Bea
Verbruggen-Tiendeschuurstr.,Pascale
Vercammen-De Prinsenlaan, Arne Vermeulen-
Tisseltbaan, Luc
Verschuren-Kerkenblokweg, Luc Vertommen-Juniorslaan en Eric
Vloeberghen-Lindelaan.
(Parochieblad 17/4/1980)
Eerste Communicanten
Ceuppens Wendy, Deschrijnmakers Yvette,
Dom Miranda, Gobien Sabrina, Houwelyckx Wendy, Lauwens Annick, Merque Jessica,
Plasqui Kathleen, Smets An, Van Loo Sandra, Verbruggen Heidi, Verbruggen
Veerle, Spruyt Kathleen, Van Camp Ann, Meyskens Koen, Hulsman Carl, Bernaerts
Steven, De Wit Guy, De Wit Stefaan, Simons Hans, Soors Jan, Teughels Noël, Van
Damme Ivan, Van Laenen Dominiek, Verschaeren Gery, Verschuren Wout. (DB, mei
1980)
1980 Mei : Mededeling BAC Leest
Gelet
op de vraag van het merendeel van het cliënteel en om iedereen de gelegenheid
te bieden gebruik te maken van de diensten van BAC, zal de zitdag van
zondagvoormiddag vervallen. Vanaf 15 mei e.k. zal de zitdag doorgaan elke
donderdag van 18u30 tot 19u30 in het Klooster, Dorpsstraat 10 te Leest (niet op
feestdagen).
Verder
blijft het kantoor Hombeeksesteenweg 297 opengesteldop din-, woens-, en donderdag van 16u30 tot
18u30 of voor afspraak op nr 015/41.23.25, alles met strikt persoonlijke
afhandeling.
Ter
compensatie van de zondagvoormiddag wordt huisbezoek ingelast, waarbij U de
gelegenheid wordt geboden alle verrichtingen uit te voeren, dit volgens uw
keuze rond de 15de of laatste dag van de maand of beide.
Geïntresseerden kunnen zich steeds aanmelden om van deze gratis service te
genieten.
De
uittreksels van giro- en spaarrekening worden U gratis thuis bezorgd voor zover
U als domicilatie agentschap Leest hebt verworven, overschrijvingen van andere
afdelingen BAC worden verricht zonder renteverlies of voordelen.
Verder
bestaat de mogelijkheid tijdens de normale kantooruren U aan te bieden in het
kantoor Hombeek indien een van bovenstaande regelingen U niet gunstig zouden
kunnen zijn.
1980 april : Voorbereiding viering
honderdjarige.
De Leestenaars kregen volgende folder in
hun bus :
Geachte
Leestenaars,
Stilaan
geraakt in LEESTbekend dat men op 28
september van dit jaar Stanne VAN DEN BROECK als 100-jarige wil vieren.
Hiervoor
waren ongeveer alle verenigingen op het gemeentehuis aanwezig op 18 maart en 15
april. Men is het erover eens IETS te doen, een 100-jarige en LEEST waardig.
Maar daarom is het ook nodig dat er kosten gedaan worden.
Om IEDEREEN te laten delen in de vreugde en de kosten, wordt in alle huizen van
Leest een BRIEFOMSLAG bezorgd, die nadien, door afgevaardigden van
verenigingen en van het Feestcomité, wordt opgehaald, om de nodige gelden te
verzamelen, en om te-weten-te-komen wat wij als Volks-gemeenschap van Leest
aan dergelijk LEVENS-FEEST, willen, kunnen en mogen besteden. Aan ieder van ons
het antwoord in de briefomslag die ten laatste opgehaald wordt op 5 mei, want
op 6 mei wil het Feestcomité weten wat wij in Leest voor de viering aankunnen.
Er
wordt immers een STOET gepland, en nadien een Volkse Levens-Viering op het
Dorp met zang, muziek en dans. Daarom juist wordt er gerekend op een grote en
gezamenlijke inzet, om te komen tot een luisterrijke viering, waartoe ELKEEN is
uitgenodigd.
NAMENS DE VERENIGINGEN VAN LEEST EN
FEESTcOMITE
Viering Stanne VAN DEN BROECK.
1980 2, 3 en 4 april : Tornooi
Sporting Tisselt
V.K.Heindonk versloeg V.V.Leest in de
finale van het Internat. Voetbaltornooi van Sp. Tisselt.
V.K.
Heindonk is uiteindelijk winnaar geworden van het voetbaltornooi, met
internationale bezetting, van Sporting Tisselt. In de finale tegen Leest lagen
ze niet onder, maar waren veeleer de baas over de tweede provincialer.
De
confrontatie tussen Aulnay Sous Bois (Frankrijk) en V.V. Steen (Nederland) was
een doelpuntenfestival, door Holland gewonnen met 3-7.
Het
Schotse Milngavie Wanderers en de Engelsen van West End United moesten het
tegen mekaar opnemen maar de Schotten hadden hun kat gestuurd. V.V. Leest moest
dan inspringen en de mannen van Gustje Emmeregs deden dat met veel zwier. Ze
wonnen tegen deEngelsen met 1-3.
De
finale : V.K.Heindonk, 4de provinciale en V.V.Leest, 2de
provinciale.
Heindonk
liet zich niet intimideren door een inspiratieloos Leest waar het enige
lichtpunt Maroc was, die meerdere staaltjes van voetbalkunde gaf, maar dat
bracht geen baat.
Heindonk
won met 2-0.
De Willebroekse schepen van sport Louis Van Ighem dankte alle deelnemende
ploegen en speciaal het V.V. Leest van Gust Emmeregs, omdat ze in laatste
instantie als vervangingsploeg werden opgeroepen en deelnamen.
Na
de wedstrijden werden de bekers aan de overwinnaars overhandigd met daarbij een geschenk voor iedereen en voor de tweede een
mooi glasraam, geschonken door de Willebroekse burgemeester Hugo Adriaensens.
(Klein-Brabant-Vaartland, 11 april 1980)
Fotos :
-Finale
Heindonk-VV Leest : Hermans van Heindonk is alleen door, maar zijn schot
belandde in het zijnet.
-Gekibbel
met de scheidsrechter in de finale Heindonk-VV Leest.
-Boven
het hoofd van vriend en tegenstander ontzet doelman Felix van Leest het leder.
-Met
deze kopbal voltrok Geets van Heindonk het vonnis van VV Leest.
-de
ploeg van VV Leest met Tisseltse inbreng kwam in de finale te kort tegen
Heindonk.
1980 Aprilnummer van De Band : Louis en Leonie 50 jaar bij elkaar.
De
Band was even op bezoek bij Louis en Leonie Fierens die vorige week hun gouden
jubileum vierden. Ter gelegenheid van deze gebeurtenis schreef hun zoon Theo
Fierens dit feestbriefje :
Beste
vrienden hier al te gaar, ik ga jullie wat vertellen over het gouden
bruiloftspaar !
In
Hombeek ging het er plechtig aan toe al over 50 jaar, want Nieke en Louis gaven
daar hun jawoord aan elkaar. Zij stichtten toen een nieuw gezin met eigen lief
en leed, maar steunden op elkanders min, zo was de zaak compleet.
Hoe
vonden ze nu elkaar, wel ik zal het u vertellen, het lijkt raar maar het is
waar.
Louis zijn boezemvriend was zijn kozijn Fak. Deze was op zekere regendag kolen
gaan halen voor ene Spruyt en kreeg hiervoor 40 frank. Ongelukkiglijk was Fak
deze 40 frank verloren. Fak had overal gezocht maar geen 40 frank te vinden. Nu
was het zo dat Louis bijna iedere zondagvoormiddag bij Fak aan huis kwam om een
boterham met rauwe hesp te eten. Ook nu gebeurde dat. Louis kwam binnen bij Fak
en haalde onmiddellijk geld uit zijn zak, zeggende : zie eens Fak wat ik
gevonden heb, 40 frank maar ze is mesnat want ze lag in een karlies.
Verdomme,
zei Fak, dat is die van mij, die ben ik verloren.
Goed
jong, zei Louis, als dat zo is dan krijgt ge die.
Eerste
klas, zei Fak, daar gaan we straks een goeie pint van pakken op de plein.
Zo
gezegd, zo gedaan. Fak en Louis trokken naar de Plein waar het kermis was. Er
stond ook een tent. Na enkele pinten kreeg Louis zin in plezier en hij wilde
dansen.
Zie
ginder es, zei Fak, da zit een schoon ros krollekoppeke, ga die ne keer
halen.
Louis
schoot daar onmiddellijk naartoe. En zo werd dat Voske later ons Moe.
Wat
later werd Louis soldaat en dus altijd paraat. Men wist toen nog niets van t
pilleke en alzo kwam algauw Emieleke. Na zes jaren kwam er een twee schreeuwer
aan, Theofilleke was zijn naam. Dan nog 4 jaren van geluk en plots sprong alles
stuk. De oorlog kwam eraan en Louis moest gaan. Het waren harde tijden voor
beiden, maar ondanks tegenspoed deed Nieke het toch goed. Ze smokkelde en
verkocht zelfs oude banden maar daardoor hadden wij voedsel tussen de tanden.
Er
kwamen ook nog schone tijden, waarin ze zich konden verblijden.
De oorlog was gedaan en Louis kwam te Hombeek aan, Nieke liet alles op een
boeltje en zwierde Theofilleke in een stoeltje. Bij het zien van haar Louiske
was ze Theofilleke vergeten en had ze hem met fiets en al tegen de muur
gesmeten.
Toen
zijn ze samen naar huis gegaan en leden sindsdien een gelukkig bestaan.
Om
nadien hun spaarpotteke wat aan te vetten gingen ze een frietkarreke zetten. t
Was in den beginne maar voor n paar jaren, maar er was veel geld mee te
vergaren. Lowieke schilde de patatten en Nieke legde de centjes in de watten.
Nu
zijn ze samen in pensioen, maar weten nog steeds wel wat doen.
t
Koken, den hof en den aap zijn meestal de werkjes van Lowieke. Coco, de was en
de poen, daar heeft Nieke mee te doen. s Avonds zitten ze saam heel tevree en
kijken dan naar T.V.
Vader
en moeder, het is voor u vandaag een mooie dag.
Vijftig
volle jaren hebt ge met n stille lach, zielsgelukkig, t hartje vol van liefde
en moed, aan elkander u gegeven, in vreugd en tegenspoed.
t
Gouden bootje gaat nu varen door de wijdse zee,
en
u weelde brengen, soms ook leed en als eens wee,
maar
uw bootje zal niet zinken voor geen wind,
als
ge bij elkaar steeds steun en liefde vindt.
In die vijftig jaren hebt ge leed en strijd geducht,
zit
ge soms te denken bij de kachel met n zucht,
laat
dan volgende jaren nog een hemel voor u zijn,
dan
blijft er voor u beiden steeds een straaltje zonneschijn.
Laat ons nu vieren het gouden feest, daarom zeggen wij allemaal om t meest :
leef
samen gelukkig nog menig jaar, dat zijn de wensen van ons te gaar !
Langs De Band dankten Nieke en Louis
al de vriendelijke geburen en de vele mensen die van hun feest een nooit te
vergeten gebeurtenis maakten.
Lodewijk Louis Fierens was te Leest
geboren op 4 juni 1909 en hij overleed er op 22 juni 1985.
Hij
was een mens om van te houden, een onvermoeibaar werker, een eerlijk en
eenvoudig man, een door en door goed mens. Geen moeite en geen werk is hem te
veel geweest om de toekomst en het welzijn van zijn kinderen te verzekeren. (mooie woorden uit zijn bidprentje)
Zijn echtgenote Maria Leonia Nieke Janssens
werd te Hombeek geboren op 30 mei 1910 en zij overleed in het rustoord
Battenbroek te Walem op 27 april 1998.
Nieke baatte jarenlang een frietkraam
uit op de Dorpsplaats. Dat was gelocaliseerd voor de woning van drukker
Lafosse, tegenover café De Zwaan. Nieke Frut was erg populair bij de jongeren
van Leest, zij sprak hun taal en ze konden in de weekends na een avondje stappen
steeds bij haar terecht om nog een frietje te
steken. Veel keuze was er toen niet. Bij haar vers gebakken frietjes bood ze
mayonaise, pickels, augurken, gekookte eieren, opgelegde groenten en ajuintjes.
(dixit haar leurderskaart van 2 april 1954-zie bijvoegsel)
Het echtpaar kreeg twee zonen : Emiel en
Theo, die een tijdlang dirigent was van de Kon. Fanfare Sint-Cecilia.
Milac Leest organiseerde in de
parochiezaal om 20 uur een filmvertoning.
De Snul met in de hoofdrollen
Louis De Funes en Bourvil.
Inkom : 50 frank.
1980 28 maart : Jan Verbergt
overleden In Memoriam
Op
28 maart is Jan Verbergt met stille trom van ons weggegaan. Hij verbleef voor
zijn dood in het O.C.M.W-ziekenhuis van Mechelen.
Jan werd geboren aan de Boskant in Hombeek in 1901. (noot : 13
juli) Sinds zijn huwelijk met Amelie
Nuytkens woonde hij in Leest : eerst in t Wiphuis en daarna in t boerderijtje
van Troch in de Zennebeemden tegenover de pastorij.
De
laatste tien jaar was hij eenzaam en leefde van het ene bezoek van vrienden en
kennissen naar het andere toe. Jan was een vriend van De Band en aan hem
danken we vele verhalen, o.a. over zijn voorouders, zijn jeugd, 1914-1918, de
vlucht, heksen en spoken en andere.
Jan
kon je uren boeien met zijn verhalen en was steeds vriendelijk en hartelijk
voor hen die konden luisteren. Het laatste jaar ging zijn gezondheid sterk
achteruit, hij kon zich nog moeilijk behelpen. Hij begon meer en meer te praten
over naar de kliniek gaan een tijdje in observatie zei hij. Op vacantie en
goed verzorgd worden door de verpleegsterkes.
Bij
de laatste dijkbreuk in november was het plotseling zo ver. De eerste dagen in
t ziekenhuis verliep alles zoals hij zich had voorgesteld : goede verzorging,
op tijd eten, gezellig babbelen met andere zieken. Maar het getij keerde,
zuster overste werd streng. In de kliniek hoor je serieus te zijn en je te
gedragen volgens t reglement. Lachen en veel praten hoort niet in een
ziekenhuis. Wie oud is moet zich oud voelen en zich als een oude mens gedragen.
Jan werd moeilijker en met de dag ongelukkiger. Dat verergerde nog toen hij in de
O.C.M.W. bejaardenafdeling kwam : hij sprak ervan terug naar Leest te komen.
Van die levenslustige man van voor een paar maanden was toen weinig
overgebleven.
Het
strekt werkelijk het O.C.M.W.-ziekenhuis niet tot eer, dat de bejaarden zo in
de kou komen te staan.
Jan
uw huisje staat er maar eenzaam bij, en zal weldra onder de hamer komen. Maar U
zullen we niet vergeten. (De Band,
mei 1980)
Jan Verbergt : zie ook 19 januari 1973
Melkventer.
1980 Zondag 30 maart : Palmzondagconcert
Naar jaarlijkse gewoonte gaf de
Kon. Fanfare
St-Cecilia haar palmzondag-concert
voor
een bomvolle zaal St-Cecilia.
Het eerste deel van dit concert
werd verzorgd door de drumband van de fanfare
waarna de jeugd van de fanfare
o.l.v. Eduard De Maeyer het overnam.
Nadien bracht de fanfare o.l.v.
J.P.Leveugle verschillende werken.
1980 De Band april 1980 : Basketbal
Dames
Reeds
twee jaar heeft Vevoc een dames basketploeg ronddraven.
Wij
zijn van niets begonnen en hebben ons stilletjes aan naar omhoog gewerkt, zodat
we nu reeds 4 wedstrijden gespeeld hebben. Onze eerste twee matchen speelden we
tegen een gerenomeerde Mechelse ploeg (Jamaswapi). Ja, en wat dacht U ? Beide
matchen gewonnen natuurlijk. In het begin ging het allemaal nogal stroef, doch
naarmate de tijd vorderde, vonden de meisjes elkaar en bouwden zo een echt
ploegenspel op.
De
derde match speelden we op verplaatsing te Kontich.Daar viel het wat minder mee. In het begin
werden we totaal overspeeld, maar tijdens de tweede speelhelft ging het
allemaal zoveel vlotter zodat we nog gevaarlijk dicht naderden.
De laatste wedstrijd werd gespeeld in het Forum te Hombeek waar we Hoje partij
gaven.
Onder
aanmoediging van de vele supporters liepen wij vlug uit tot 10-4. Toen bracht
Hoje de speler-trainer op het veld en moesten de onzen hun voorsprong afgeven.
Ondanks de keurigespelverdeling van
Bernadette en de meerdere doelkansen van Lea veranderden de bordjes naar 12-18.
Maar dan kwamen onze buitenlanders los. Liefst 4 maal na elkaar schudde onze
Amerikaan Gert De Prins daar een dubbel uit haar mouwen die de tegenstand
perplex deed staan. Onze Nederlandse gast Lisebeth was ook opgewarmd en bracht
ons met haar afstandsworpen weer aan de leiding. Gezusters Wis en Vera
behielden onze voorsprong. Ook Ann stond meer dan haar mannetje onder de ring.
Op
5 minuten van het einde kwam Chris erin. Voor de eerste maal op het terrein
deed onze laatste aanwinst het schitterend aan de zijde van Emilia. Deze
laatste heeft samen met Wis voor het spektakel gezorgd. Beide spelers zitten
vol schijnbewegingen en weten de ring goed hangen. Voor het oog van de
enthousiaste toeschouwers omspeelden zij, met hun ogen dicht de verdediging en
vlogen zij naar het doel om de 2 punten te scoren.
Van
sensatie gesproken ! Met nog 10 seconden te spelen en een stand van 29-29 floot
de scheidsrechter een fout tegen ons. De man (een Hombekenaar) moet een visioen
gehad hebben, want zelfs de meisjes van Hoje konden er niet aan uit. En ja, men
zette de zijworpen om en zo werd de eindstand 29-31.
Ik
mag wel zeggen dat we de betere ploeg waren, te weten dat Hoje elke week
competitie speelt. Als we volgende maal nog eens tegen Hoje spelen dan komen we
zeker met de overwinning naar huis.
Wie kandidaat is om mee te spelen en te trainen, kan altijd terecht bij de
speelsters of bij mij. Elke maandagavond trainen wij, s zomers buiten en s
winters in het Forum te Hombeek.
Vertrek aan de kerk te Leest om 08u50. Bestemming Leuven, per autocar.
Prijs : 145 frank. Inschrijvingen bij
Alida Hellemans-Scheers, Dorp 12 of op dePastorie. (Parochieblad 28/2/80)
Zeker vanaf ca. 1975 reed de parochie
jaarlijks per bus op bedevaart naar het Sint-Jozefsheiligdom in Leuven waar ook
pater Damiaan De Veuster, sedert 11/10/2009 heilig verklaard en aanbeden als de
beschermheilige van lepralijders en aidspatiënten, begraven ligt. Dit gebeurde
telkens in samenspraak met buurtparochies.
1980 Zondag 23 maart (en 29 maart) : Rust
Roest bracht De Opstandige Fietser.
In de parochiezaal bracht de
Leestse toneelkring de eerste opvoering van het
toneelwerk De Opstandige Fietser
van Eddy De Vries. Een tweede opvoering
vond de zaterdag nadien plaats.
Het stuk is een waarschuwing tegen de
dreiging van overbeschaving van de
maatschappij indien het radarwerk
van de mechanisatie niet tijdig wordt gestopt.
Productie en regie waren in handen
van Guido Hellemans.
Jan Emmeregs, Renild Polfliet en Marcel
Verwerft zaten goed in hun rol en debutant
Geert De Laet bracht zijn rol tot
een goed einde.
Lof was er ook voor Toni Peeters en
Rita Boon.
Vik Diddens, Tony Baarendse, Marcel
Spoelders en Stefan Vloebergh zorgden voor
een sober, doch smaakvol decor.
Milou Van Stijvoort was
verantwoordelijk voor de kostumering en Karel Mertens
voor de sonorizatie en het
klankbeeld.
Jean Albert stond in voor de grime
en Lief Lamberts was voorzegster.
(GvA 28 maart 1980)
1980 Woensdag 26 maart : Rennekouterbrugje
kapot
Rond 17u15 werd de politie van
Mechelen verwittigd dat de kleine brug over
de Molenbeek aan de Rennekouter
gedeeltelijk was ingestort.
De politiediensten namen
onmiddellijk de nodige veiligheidsmaatregelen.
1980 28 maart Gazet van Mechelen : Moeilijke periode voor VV Leest
In
nauwelijks 5 jaar is VV Leest erin geslaagd van 4de provinciale op
te klimmen naar 2de provinciale. Het succes en het geluk dat hen
toen meermaals toelachte schijnt hen voor dit
eerste
seizoen in 2de niet zo erg gunstig gezind te zijn. Integendeel heeft
de blauw-gele club tijdens de voorbije maanden meer de negatieve publiciteit
weten te halen dan de positieve.
Met
de nieuwe aanwinsten had men bij VV voor de seizoenaanvang wel verwachtte kunnen standhouden in die nieuwe reeks.
Maar reeds vrij vlug werd men geconfronteerd met de laagste regionen.
Zware
straffen
Nadat
eerder op het seizoen, wegens onregelmatigheden bij de wedstrijd op Meerhof,
Marivoet en Boonen met zware straffen werden bedacht, sprak het provinciaal
comité nu een zware straf uit over Willy Bevers en terreinafgevaardigde August
Emmeregs, i.v.m. wat zich afspeelde in de wedstrijd tegen Berlaar. Over zijn
eigen straf kan August Emmeregs kort zijn :
Tot
eind 80 mag ik geen terreinafgevaardigde meer zijn, maar mijn andere functies
mag ik blijven uitoefenen en dat zal ik dan ook doen. Maar voor het geval Willy
Bevers gaan wij alleszins in beroep. Daar zullen wij trachten strafvermindering
of zelfs kwijtschelding te bekomen daar de scheidsrechter en de betrokken
grensrechter elkaar duidelijk tegenspreken en de feiten dus niet kunnen bewezen
worden. Voor Willy die bij ons als speler en als men 100% is meegevallen willen
wij de stap zetten.
Interne
moeilijkheden
De
laatste dagen deden ook de geruchten de ronde dat enkele bestuursleden het ook
niet langer meer zagen zitten en hun ontslag zouden aanbieden.
Bij
de secretaris is inderdaad een brief aangekomen in die zin. Maar wat de preciese inhoud is zal pas maandag op een
algemene raad van beheer worden bekendgemaakt en dan zullen wij trachten ook
die moeilijke klip te omzeilen, want nu meer dan ooit moeten wij op eenieders
steun kunnen rekenen.
Tot
zover August Emmeregs kommentaar bij al deze problemen.
Foto :
-De
ploeg van V.V. Leest die vorig seizoen de promotie naar tweede provinciale
afdwong.
Na het succes van vorig jaar met Jef
Elbert opteerde het Vevoc-bestuur voor eenvervolg. Ditmaal werd de populaire
groep Stampen en Dagen naar Leest gehaald.
Met het liedje Marie-Claire werd deze
Vlaamse groep laureaat van de Ontdek de Sterwedstrijd in 1975 wat meteen hun
grote doorbraak betekende.
Hun programma bestond uit Vlaamse
skiffle en countrymuziek die op een humoristische manier werd gebracht en de
leden bespeelden diverse instrumenten zoals viool, piano, mandoline, gitaar en
wasbord.
1980 Zondag 9 maart : Pensenkermis
Georganiseerd door de Chiro.
Vanaf 14 uur kon iedereen terecht
in het groot chirolokaal en vanaf 18 uur
was er een Volksdansinstuif met
gratis inkom.(folder chiro)
1980 14 (en ook 21) maart : Vevoc
Ping-Pong tornooi
Indien er ditmaal minder deelnemers
waren dat bij de vorige uitgave, dan had dit toch geen invloed op het sportieve
vlak. Het spelpeil lag voor de meesten op een zeer behoorlijk niveau.
Naargelang de geboekte uitslagen van de
eerste avond, werden de deelnemers ingedeeld in twee categorieën.
Winnaar in de hoogste reekswerd Marcel De Maeyer uit Kapelle-op-den-Bos
die in een spannende finale Erwin Vloebergh versloeg. Dirk De Keyser eindigde
derde.
In de tweede reeks werd Hans De Laet
winnaar. (DB,april 1980)
1980 Maandag 17 maart : Lezing door
Herman Candries
op uitnodiging van het Davidsfonds
Leest over België, de Navo en de
Oost-Westverhoudingen.
Zeer actueel omdat de Sovjets
Afghanistan waren binnengevallen en Jimmy
Carter met harde tegenmaatregelen
dreigde.
Ging door in Ons Parochiehuis om
20u15. (folder).
Zoals
men wel verwacht had van iemand als Herman Candries, werd het een zeer
interessante avond. Het Davidsfonds zorgde weer eens voor iets van niveau.
Spijtig was het dan ook dat slechts een handvol mensen aanwezig waren. Voor
belangstellende afwezigen volgt hier een samenvatting.
In
het eerste deel van de avond legde spreker uit hoe men met een regel van drie
de oorzaak van een crisis of een oorlog kan verklaren. Een bepaald land wordt
bedreigd door een aanvaller als het ofwel :
-waardevolle
grondstoffen heeft (olie, goud, titanium, koper, enz.)
-een
afzetmarkt kan betekenen
-een
strategische ligging bezit.
Met
deze regel werden dan de belangrijkste crisishaarden van dichtbij bekeken :
Daarna
werd uitgelegd hoe men na de tweede wereldoorlog evolueerde van de polemologie
(oorlogsleer) naar de huidige vredesleer.
Na
de tweede wereldoorlog, gedurende de koude oorlog, zaten we veilig onder de
Amerikaanse atoomparaplu. Wat later hadden de Sovjets ook hun kernbom. P.H.
Spaak riep toen in de Uno uit : Nous avons peur ! Zo kwam men dan in de Nato
tot de theorie van flexible response het terugslagen op hetzelfde niveau als
de aanval en afdreigen met erger. Voor het ogenblik rekent de Nato op dodelijke
terugslag om de vrede te bewaren, d.w.z. de Sovjets laten weten dat ook, al
zouden zij erin lukken het westen volledig plat te bombarderen met kernwapens,
dat ook dan de Nato nog dodelijk kan terugslaan. Die wetenschap zal een
aanvaller wel even doen nadenken vooraleer de trekker over te halen.
Herman
Candries legde verder uit dat wat 20, 30 jaar geleden nog onmogelijk was, nu
mogelijk is dank zij de Nato, bv. bondgenootschap tussen historische
aartsvijanden als Frankrijk en Duitsland, vreedzaam regelen van
het Griekenland-Turkije-conflict.
Hij waarschuwde voor de mentaliteit van ban de kernbom. Het zou weer snel een
conventionele oorlog kunnen betekenen en die zou ook wreed zijn (Dresden was
veel erger dan Hiroshima).
Na
de voordracht werden in het tweede deel van de avond verschillende vragen
beantwoord.
Uiteraard
kunnen we slechts gebrekkig weergeven wat er te leren viel. De spreker was niet
alleen zeer boeiend, maar heeft ook enkele markante, zinvolle uitspraken
gedaan, waarvan we er nog een enkel onthouden hebbenen graag aan onze lezers ter overweging geven
:
-tegenwoordig
telt enkele nog de materie, het aantal, het becijferbare. De kwaliteit, het
geestelijke, het onbecijferbare wordt niet meer gewaardeerd. Zo krijgen
opvoeders, leraars, priesters, officieren, enz. niet meer het respect dat ze
verdienen.
-kernwapens
zijn onbruikbaar, maar ook onmisbaar.
-de
niet-naleving door de Sovjets van de Helsinki-akkoorden (vrije circulatie van
informatie, personen en goederen) is de grootste ramp sinds de tweede
wereldoorlog.
-een
volk dat zich niet verdedigt heeft alle zelfrespect verloren.
-over
gewetensbezwaarden : velen hebben nu hun geweten ondekt om het te kunnen
bezwaren.
-het
is een misdaad om geschiedenis van de lessenrooster te schrappen, het zou onze
jeugd figuurlijk blind maken.
-een
groot gedeelte van de jeugd heeft alle fierheid verloren. Men heeft hen niet
meer geleerd zich in te spannen om iets te worden, iets te bereiken, fier te
zijn over wat bereikt werd. De schuldigen van deze toestand zijn niet alleen de
ouders maar ook zekere leraars, politici en zelfs bepaalde priesters.
CVP-raadslid
Cees De Gendt pleitte voor zijn collega August Emmeregs
Door
de stad Mechelen wordt bij het Gemeentekrediet van België een lening aangegaan
van 3,7 miljoen om het eerste deel te financieren van het ereloon voor het
ontwerp van infrastruktuur landbouwwegen en het opstellen van desbetreffende
rooilijnen en onteigeningsplannen. Een studiebureau te Lier werd inderdaad
belast met de studie, het ontwerp, de aanbesteding en de leiding bij de
uitvoering van verbeteringswerken. In casu gaat het over 26,6 km landbouwwegen
in de ex-gemeenten Heffen, Hombeek, Leest, Muizen en Walem.
VUer
Kris Van Esbroeck bestempelde het globaal plan eenvoudig als een illustratie
van de grootheidswaanzin van het Mechels schepencollege. De werken worden op 92
miljoen geschat. Volgens interpellant had men veel beter een prioritair plan
opgemaakt. Want in het pakket te verbeteren landbouwwegen zijn ook een aantal kerkwegeltjes opgenomen.
Burgemeester
Vanroy vroeg Van Esbroeck herhaalde keren welke namen van straten en
landbouwwegen volgens hem uit de lijst moesten geschrapt worden. Doch het
VU-lid trapte niet in de val en vergenoegde zich slechts in het vage te
blijven.
Hij
woont aan de Tisseltbaan
CVP-raadslid
August Emmeregs herinnerde aan het feit reeds verscheidene keren in de Mechelse
gemeenteraad te zijn tussengekomen voor vernieuwing van landbouwwegen.
Tijdens
de zitting van 26 april 1979 somde hij een lijst van 15 wegen op welke dringend
aan vernieuwing toe waren.
Mij werd toen beloofd, aldus Emmeregs, dat eerlang een programma aan de raad
zou worden voorgelegd waarin veel meer landbouwwegen zouden opgenomen zijn dan
deze welke ik vermeldde.
Tien
maanden na zijn tussenkomst is het zover, vervolgde hij. Ik stond op het punt
een telegram met felicitaties naar het college te sturen. Maar vooraf
controleerde ik nog de lijst om na te gaan of al de 15 door mij opgegeven
landbouwwegen in het programma opgenomen waren. De enige straat welke op de
lijst niet figureert is de Tisseltbaan. En daar woon ik, zei Emmeregs.
Het
CVP-raadslid zei het puttenfestival van deze Tisseltbaan beu te zijn.
Wie
hem niet gelooft kan zich ter plaatse de visu overtuigen.
En
Emmeregs besloot met de vraag waarom aan deze straat nog niets werd gedaan.
Hij
neemt aan dat de reden niet kan worden gezocht in het feit dat uitgerekend hij
in deze straat woont.
Met
de voeten spelen
Cees
De Gendt heeft bij ondervinding vastgesteld dat de Tisseltbaan inderdaad in een
erbarmelijke toestand erbij ligt, Men mag niet vergeten, aldus Cees De Gendt,
dat collega Emmeregs vroeger te Leest zes jaar in de toenmalige oppositie heeft
gezeten. Er werd aan deze straat niets gedaan. Ik heet dat met iemand zijn
voeten spelen, aldus Cees De Gendt.
En
na 3 jaar in de meerderheid hier te Mechelen hebben gezeteld, is er nog niets
ondernomen.
In
de naam van collega Emmeregs vroeg De Gendt de Tisseltbaan desnoods met eigen
stadsmiddelen in orde te brengen.
Landbouw-
of gemeenteweg ,
De
tussenkomst van Van Esbroeck betittelde schepen voor leefmilieu Fons Vanstappen
als het spel van de oppositie.
Inderdaad,
niet alle in het programma opgenomen landbouwwegen vertonen een even dringend
karakter. Doch het schepencollege heeft wel een prioriteitsplan opgemaakt. De
afwerking gebeurt in afspraak met de diensten van het Ministerie voor
Landbouw.Wel heeft men gedacht aan de
uniformiteit van de te herstellen landbouwwegen. Precies daarom werd het ganse
pakket aan het studiebureau overgemaakt waarvoor maximale betoelagingen werden
gevraagd. De afwerking zelf zal in fasen over een paar jaar gespreid worden, er
zitten zelfs stroken van slechts 100 tot 200 m in. Trouwens, besloot schepen
Vanstappen, de suggesties komen van de landbouworganisaties zelf. Wat de Oude
Tisseltbaan betreft, is een onderzoek aan de gang om uit te maken of het een
landbouwweg ofwel een gemeenteweg is.
Ik
heb het over de Tisseltbaan, zei een bitsige Emmeregs. Niet over de Oude
Tisseltbaan.
Schepen
Stiers voegde er nog aan toe dat het grondgebied zowat -40 km gemeentelijke
wegen te verzorgen heeft. En in de administratie gaat alles niet zo vlug.
Uitreiking onderscheidingen en
eretekens aan leden van hetMechels
stadspersoneel
Tijdens een plechtigeraadzitting welke om 20 uur doorging in de
raadszaal van hetMechelse
stadhuis, werden door de stadsmagistraten onderscheidingen in de nationaleordenen burgerlijke eretekens uitgereikt aan leden
van het Mechels stadspersoneel.
Victor Van Hoof, de laatste garde van
Leest en thans functioneel politie-inspecteur ontving de Burgerlijke Medaille
2de klasse wegens 25 jaar dienst. (zie foto)
1980 Zaterdag 16 februari : Meisjesschool
Leest danst
De Leestse meisjesschool organiseerde
een dansavond die doorging in de parochiezaalop de Kouter. Het orkest The
Camonds speelde ten dans.
Kaarten 80 frank en 70 frank in
voorverkoop.
1980 Maart : Zoekertje in De Band
:
Wie
helpt ons Flip terug te vinden ?
Flip
is een middelgrote hond, bruin met zwarte rug, hangende oren en een
pluimstaart. Hij vertoont gelijkenis met een scheper, en is erg lief.
Bellen 41.88.17 (of de redactie) Brasseur, Tiendeschuurstraat 7 Leest.
(Afloop is ons onbekend)
1980 Zaterdag 1 maart : Papierslag
Chiro in functie van Jeanne De Boeck
Ter gelegenheid van deze papierslag en
in het vooruitzicht van het verlof van zuster Jeanne De Boeck (missionaris in
Chili) haalde de Chiro ook geneesmiddelen, versleten lakens (dienstig als
verband), schoolgerief en afgedragen klederen en schoenen op.
(DB,februari 1980)
1980 3 maart : Eeuwfeest Stanne Van
den Broeck
Aan
de dames en heren Voorzit(s)ters van de Leestse verenigingen.
Mevrouw, Juffrouw, Mijnheer,
Dit
jaar kan Leest zich verheugen om een honderdjarige. Immers Jacobus Constantinus
Van den Broeck, wonende in de Scheerstraat 25 werd geboren op 25 september
1880.
Wij,
de mensen uit zijn buurt, stellen ons de vraag : Hoe kan of moet een
dergelijke en uitzonderlijke gebeurtenis op een passende manier gevierd worden
?
Wij
denken, als geburen, dit alleen onvoldoende aan te kunnen.
Tevens zijn we van oordeel dat deze viering er een moet worden waarbij de ganse
Leestse gemeenschap moet betrokken zijn.
Om deze viering grondig te kunnen voorbereiden en organiseren, achten we het
nodig tijdig van gedachten te kunnen wisselen.
Daarom
verzoeken we U of een afgevaardigde van uw vereniging aanwezig te willen zijn
op de vergadering van dinsdag 18 maart e.k. om 20 uur op het gemeentehuis van
Leest.
Wij
hopen dat ook uw vereniging wil meewerken. We danken U bij voorbaat en groeten
U
met de meeste achting,
de geburen van J.C. Van den Broeck,
Scheerstraat te Leest.
Fotos :
-Veldwachter
Vic Van Hoof als verkeersregelaar op de Dorpplaats in 1980.
-Onderscheidingstekens
en memorabilia van de laatste garde van Leest.
Maandagochtend
omstreeks 9 uur (noot : exacte datum
niet vermeld) stonden 14 leden per pony
paraat bij De Beck, waar alles en iedereen bij elkaar werd gebracht. Het kamp
ging naar Isières bij Ath. Koffers en andere bagage waren al een dag vroeger op
bestemming, dankzij Juul De Smet. Luc Cumarey van Keerbergen vervoede de ponys
met 3 veulens en enkele paarden. Leiding, uitgepikt uit de plaatselijke
rijvereniging, brachten de enthousiaste ponyclubbers ter plaatse. Dezelfde dag
nog was alles geïnstalleerd. De dieren waren veilig ondergebracht in de weide,
elkeen had zijn slaapplaats uitgezocht, de keuken was kookklaar gemaakt Kortom,
klar om 5 dagen in een oude boerderij te kamperen.
Eerst
was er enig meningverschil tussen de jongens en de meisjes. Beide groepen
wilden hardnekkig op zolder slapen. Tenslotte werd het pleit bijgelegd en
sliepen de jongens op zolder en de meisjes beneden (er was geen
middenverdieping).
Walter
en Jeannine De Prins zorgden voor het vlees en dergelijke. Zij waren tevens
verantwoordelijk voor de ganse keuken. Roland Rotiers was er om de ponyclubbers
tijdens anders verloren uren bezig te houden met sport en spel.
Joris
en Claire De Wachter schaafden de dressuurkennis elke voormiddag bij. Claire
bekommerde zich om de beginnelingen en Joris dresseerde de gevorderden, waarmee
hij weinig medelijden had. Maar het was voor eigen bestwil.
Springen
werd er niet gedaan wegens gebrek aan materiaal.
In
de namiddag hield Joris de leden bezig met spelletjes te paard. Tijdens warme
dagen ging het er dan nogal nat aan toe zodat iedereen er telkens met een
vochtig pak onderuit kwam.
Maar
pret was er wel !
Gerd
Geerts en Gerd De Prins waren er om het algemeen verloop van het kamp in de
gaten te houden.
Eén
van de sportmanifestaties was het proberen vormen van een pyramide. Op
ponytornooien is dit ook te zien. In de late namiddag gingen de ruiters en
amazones af en toe een wandeling maken, onder leiding van Gerd en Gerd.
Roland
Rotiers, leider van sport en spel, had een sportvoormiddag voorzien op de grote
binnenplaats van de hoeve, die met de tijd begroeid is met gras. Later was er
ook een wedstrijd in de omgeving van Isières zelf.
Het
programma vermeldde tevens een nachtdropping. Joris De Wachter dropte de
ponyclubbers en Walter en Roland, die voor de veiligheid meegingen maar niets
verklapten, op ongeveer 10 km van het kamp. Ieders beste Frans werd opgehaald
om de weg te vragen. Gelukkig waren het allemaal zeer sociale mensen en met een
mondvol Frans vonden ze de weg naarla
ferme rose in Isières. Na middernacht kwam de inmiddels uitgehongerde groep in
het thuisfront aan, waar Jeanine, Claire, Gerd en Gerd een lekkere barbecue
voor ze hadden klaargemaakt. Je kon kiezen tussen haring en kalfslapjes met
aardappelpuree.
Smullen dus !
De
plaaselijke raad van Ouderen besliste op een dag dat ze de ponyclubbers eens
goed de schrik op het lijf gingen jagen. Die nacht werd het dus onvermijdelijk
nachtspel. Je kon alvast beginnen sidderen en beven ! s Avonds, als het goed
duister was, begaf de leiding zich naar het bos. Dat was omgeven door een diepe
gracht en een prikkeldraadomheining, en kende slechts één ingang. Na een
inleidend verhaal werd de dappere bende in groepjes van twee verdeeld. Ze
liepen haast het hele bos plat, ingerekend de netels die iedereen over het
hoofd groeiden en alom aanwezig waren. Op zoek dus naar de verdachte personages
met de opdrachten ! Grappig was het dat soms de gezochte personen meer vrees kenden
dan de anderen.
De
volgende dag was er nog een indianenspel op de plaats van het bosspel.
En
zo, beetje bij beetje, liepen de 5 dagen ponykamp ten einde.
Op
de laatste avond was er kampvuur op de ruime binnenplaats en weerom was het
barbecue. Iedereen bracht een nummer naar voren. Joris vertelde enkele moppen
en Gerd zette in met enkele plezante liedjes.
Zaterdag
werd er voor de laatste maal dressuur gereden en tenslotte opgeruimd en
ingepakt. Lucske was er weer om de ponys en de paarden op te laden en Joris
nam de veulens mee. De rest werd met de autos weer naar Leest gebracht.
Het einde van een avontuur waar nog lang over gepraat zal worden !
De Beck Hilde.
Kommandant
van de ponyclub : Joris De Wachter.
Leden
:
Marleen
Van Doren Steven StockmansAnn De Prins
Wout
MertensSonja
De SmetGunther
Lauwens
Els
De WachterIvo Van
DorenHeidi Rotiers
Bart
De SmedKaat Van
DorenAlwin Mertens
Kristine
De PrinsHilde De Beck.
Nieuwe
leden 1980 : Erik Jakobs en Nancy Jakobs
Ex-leden
1980 : Bart De Smet en
Ivo Van Doren (zijn overgegaan naar de ruiters).
1980 Februari De Band : Van een kevertje en een schimmel
Na
de eerste wereldoorlog is hij in ons land gearriveerd. In 1927 stak hij het
kanaal over naar Engeland. Hij heeft zich sindsdien verspreid over heel Europa
en duikt dan hier dan daar op. Hij heeft de reputatie van een onmeedogenloze
doder. Toch is hij maar een paar millimeter groot, heeft zes pootjes en
glimmende dekschilden.
Zijn
naam : SCOLYTUS SCOLYTUS, een onschuldig uitziend kevertje. Zijn geliefd
slachtoffer is de olm, zijn wapen een schimmel.
Ach,
zon slechte reputatie verdient SCOLYTUS nu ook weer niet. Hij heeft alleen
zon trek in die malse olmenschors en daarom vreet hij er zijn gangetjes in net
als alle andere schorskevertjes, niet min of niet meer. Kan hij er wat aan doen
dat er schimmelspoortjes aan zijn poten kleven ?
CERASTOMELLA
ULMA BUIS heet die verstekeling. Goed en wel aangekomen gaat die gluiperd zich
in het weefsel van de olm ontwikkelen en met zijn web van myceliumdraadjes de
sapkanelen van het hout verstoppen. Eerst wordt de sapstroom belemmerd en
vertraagd, dat merk je aan enkele dode takken in de kruin. Weldra raken alle
sapkanaaltjes door de zwarte myceliumdraadjes verstopt waardoor de boom als het
ware langzaam gewurgd wordt. De takken worden kaal, de schors valt af, de boom
is dood.
Wanneer
je de komende dagen door Leest rijdt of wandelt zal je ze zeker zien staan in
de beekkanten langs de Zenne. Meestal flink uitgegroeide struikvormige olmen,
op de Zennedijk zelfs enkele zeer oude bomen, met afvallende schors. De
epidemie viert hoogtij, onze olmen gaan er aan.
Wat
is er te doen ? Weinig. Je kan de dode bomen best vellen. Het grote hout doet
het best in de open haard of de houtkachel. Als je in de winter de schors en
het kleine hout verbrandt zijn een groot deel van de kevertjes erbij, misschien
helpt het de verspreiding vertragen.
Voor
de mensen van de Kouterwijk zal het uitzicht op de Zenne wel wat veranderen.
Het
boske zal er maar kaal bijstaan. Eeen tiental twintig jaar oude struikvormige
olmen zijn dood en de vijf overblijvende zullen wel volgen. Maar t Boske
mag niet verdwijnen. De Chiro meisjes en jongens en de kinderen van de wijk
zouden het te erg missen. Het moet als het ware uit zijn olmenas herrijzen. Een
herbeplantingsactie staat op stapel.
Je hoort er nog van.
Karel Mertens.
Foto :
-Descolytus scolytus of ook gote iepenspintkever
genaamd. Een olm wordt ook iep genoemd.
Alles
zegt dat het feest nu is.en
doe gelijk thuis.
Spijskaart
Met
Panier tante Mathilde
-zeevruchten
in kerstgebak vangen wij aan,
en
laten al de zorgen staan.
Dan
eet heel de groep, een lekkere hutsensoep,
met
ribbetjes en Frans brood,
maar
eet U nu niet dood.
Want
verkijk niet uwe kans,
aan Côtelettes à la Grand-mère
met
Krakertjes en Groentekrans
Overgiet
met Champignonsaus,
maar
das niet t einde van de kous
Omas
gebak is immers klaar,
Voor
de proevers al te gaar.
Wat
later is er nog een buffet
Waar
U kunt nemen met lepel of verket.
Krieken
met balletjes, speenvarken of gebraad,
Pekelharing,
sprot of maat.
En mocht
er onder ons een vegetariër zijn,
Hem
blijft Gerstenat en Wijn.
1980 Februarinummer De Band : UIT
DE OUDE DOOS
Rond
de jaren 1900 woonde in de Alemstraat de Smed (Mon Van Boxem). Hij had daar
een boerderij met smisse. In het beslagen van paarden was hij uren ver bekend.
Maar wat meer was, in het genezen van paarden en vele andere viervoeters was er
zijns gelijke niet te vinden. In die tijd waren er nog geen veeartsen
beschikbaar zoals nu en dan geschiedde het gewoon met andere methodes, zoals
overlezen en andere kwakzalverij.
Hierna
volgen een paar recepten van de Smed.
Als
de koeien te dik staan .Uwen duim op den bult houden, waar de koe te dik staat.
Drie maal een kruisteken maken op den bult met de woorden : Rebeana, Rebeana
Zebestiana Zervier, en dan twaalf vaderonzen en twaalf weesgegroeten bidden.
Doe dit twee keer en de koe is genezen.
Overlezen
van zweren Maak eerst een kruis over uzelf, dan een kruis over de zweer. Zeg
dan het volgende: op een goede vrijdag
is Onzen Heer Jezus Christus gekruisigd en gestorven, en geheel doorwond, maar
die wond en zwilde of zwoor niet en ik hoop dat deze wond ook niet zal zwillen
of zweren, maar genezen, gelijk tevoren, in den naam van God den Vader, die ons
geschapen heeft, in den naam van den Heiligen Geest, die ons heilig gemaakt
heeft. Bid nog vijf vaderonzen en vijf weesgegroeten ter ere van de vijf
bloedige wonden met glorie zij de Vader steeds de rechter duim op de wond
houden. Dit moet gedurende drie opeenvolgende morgenden nuchtig gelezen worden.
Zakpijn
bij paarden Met de duim een kruis maken op den zak van het dier terwijl men het
volgende zegt : zo waarachtig als God, daar zijn drie afstammelingen, Jezus,
Maria, Jozef, op enen ezel rijdende naar Egypte, met buikpijn beladen, de
Heilige Drievuldigheid En de buikpijn is gedaan.
Om
wratten te overlezen of af te binden Zeg eerst in den naam van de Heilige
Drievuldigheid bind ik deze wet af, leest dan het Evangelie van de dag en vijf
vaderonzen en een weesgegroet.
Dit
alles vertelde Pauline Van Boxem aan Fille De Prins.
Mon Van Boxom was afkomstig uit Mechelen
en overleed in 1934.
Hij was gehuwd met Christina Selleslagh
die in 1862 te Leest geboren was en er overleed in 1932.
Theofiel Fille De Prins was te Leest
geboren op 17 maart 1926 en hij overleed in het A.Z. St. Maarten te Mechelen op
3 november 2006. Fille was Ere-Voorzitter van de Leestse KWB en een figuur.
Ooit bezocht hij samen met een groep Leestenaars voor een drietal dagen
Hamburg. Op één van de avonden zaten ze op een Oberbayernavond en de sfeer zat
er goed in. Al wie voor het Oberbayernorkest een rondje betaalde mocht voor
even de dirigeerstok in handen nemen. Zo ook Fille, maar toen het zijn beurt was
om te betalen nam hij de micro en proclameerde in zijn beste Duits : Ich bin Filos en ich habe geine markos end
sie kunnen maaine klote kussos Hij was ook de enige van de Leestenaars
die een éénliterbierglas kon buitensmokkelen. Hij haalde het uit zijn broek (Mondelinge
overlevering van mijn vader)
Foto :
-Mon
Van Boxom met zijn gezin in 1910.
Van
links naar rechts : dochter Adéle, zoon Johannes, vader Edmond Mon Van Boxom,
dochter Pauline, moeder Christina Selleslagh, dochter Maria en dochter Pelagie. (LG)
We
wensen aan al onze lezers een gelukkig Nieuwjaar ! We hopen dat ze allen
tevreden waren over De Band in het voorbije jaar en zullen trachten dit jaar
nog beter te doen.
De
Band is jaren geleden gestart als een soldatenblad en het zal principieel een
soldatenblad blijven. Nu we echter gefusioneerd zijn met Mechelen en we gevaar
lopen onze eigenheid te verliezen, zal De Band ook een tweede taak op zich
nemen. We wensen niet alleen een band te zijn tussen soldaten en hun thuis,
maar ook de band tussen al onze lezers en hun heimat ons Leest.
U
lezer, kunt ons daarbij helpen. Vooreerst doen we een oproep tot onze soldaten,
om ons regelmatig een briefje te schrijven met wat nieuws over henzelf en hun
garnizoen. Verder vragen we aan hen die wat interessante, originele, liefst
streekgebonden verhalen zouden kunnen schrijven of vertellen, zich zouden
bekend maken aan de redactie.
Aan
de besturen van onze verenigingen zouden we willen vragen regelmatig nieuws
over hun activiteiten binnen te brengen. We kunnen niet beloven dat alles
altijd integraal zal overgenomen worden, maar we zullen zeker ons best doen om
het bijzonderste eruit te publiceren. Normaal wordt De Band gedrukt in de 3de
week van elke maand. Graag zouden we dan ook hebben dat uw teksten enige dagen
vroeger binnen komen. Tenslotte zijn er, last but not least, onze
missionarissen. Zij waarderen ons blad. Dat lijkt overduidelijk uit hun
brieven. Wij waarderen hen en hun werk en ze kunnen ook dit jaar op ons
rekenen.
We
hopen dat ze in 1980 hn maandelijkse zendingen (Band+Parochieblad) wat
regelmatiger zouden kunnen ontvangen dan in het voorbije jaar zo ontving zuster
Dominika bv. maar 2 Banden van de 12 opgezonden bladen in het afgelopen jaar.
1980 Dat jaar werden op de Mechelse
Tuinbouwveiling de eerste spruiten van het
seizoen aangevoerd door Robert De
Rooster uit de Blaasveldstraat.
Veertig kg kleine spruiten gingen
van de hand tegen 105 tot 109 frank per
kg. terwijl 8 kg grote spruiten
kopers vonden tegen 84 frank per kg.
Vijf kopers waren bereid die eerste
spruiten verder aan de man en vrouw
tebrengen.
(Krantenknipsel GvM, enkel jaartal
bekend)
1980 12 januari : De Nieuwe
Generatie
Iets
heel anders op 12 januari kwamen zij in het parochiehuis op de planken, niet
voor de eerste maal trouwens. Deze groep jonge mensen uit Hoboken brachten ons
bijna drie uur een sprankelend spektakel van jeugdige geestdrift in de stijl
van Up with people. Het werd ons aangeboden door Davidsfonds Leest. (De Band januari 1980)
1980 Op 14 januari 1980 werd de
gedenksteen met de namen van de Leestse pastoors
Leestse
land-en tuinbouwers trekken niets van rampenfonds.
Schade zou niet groot genoeg
zijn.
Het
antwoord dat het ministerie van Landbouw liet geworden aan een kleine 15-tal
land- en tuinbouwers die om een schadevergoeding vroegen en rekenden op een
tussenkomst van het Nationaal Rampenfonds na de novemberoverstromingen jl. te
Leest, betekende voor hen een slag in het gelaat.
Niet
alleen meende het ministerie dat de geleden schade onvoldoende was om in
aanmerking te komen voor het Rampenfonds, maar het dacht ook voldoende beleefd
te zijn, die visie weer te geven in het weekblad De Boer van de BB en daarmee
gedaan.
Holemans
Ergst
getroffen door de dijkbreuk in november jl. is tuinder Robert Holemans, 34
jaar, die net aan de brug woont en in 76 een tuindersbedrijf opzette.
De
man leed heel wat schade nadat zijn prei- en seldervelden onder water liepen.
De helft van 16 are oppervlakte serres liep onder en was reddeloos verloren.
25
are openluchtselderwerd voor ruim 1/3
onherroepelijk beschadigd.
Spoedig
na de dijkbreuk kwamen de Mechelse diensten ter plaatse een schadebestek
opmaken dat aan de verantwoordelijke diensten werd overgemaakt. De provinciale
instanties werden aangeschreven, de bedrijfsvereniging en ook de Landelijke
Gilde van Leest deed het onmogelijke om de zaak vooruit te helpen. Maar het is
al boter aan de galg, de schade loopt niet hoog genoeg om in aanmerking te
komen voor vergoeding.
Miljoen
Het
officiële bestek van de schade die tuinder Holemans leed bereikt niet het
miljoen en dat zou een laagste grens zijn.
Uiteindelijk
is de werkelijk geleden schade heel wat groter.
Robert
Holemans is immers 60 % van zijn inkomen kwijtgeraakt en diende zijn oogst
grotendeels te vernietigen op last van Volksgezondheid.
Stempelen
zit er voor een zelfstandige niet in, zei hij ons.
Bovendien dient de overspoelde oppervlakte volledig ontsmet, wat een ruime
investering vergt. Ook de drainering, goed voor een half miljoen, dient
hersteld en een volledige selderteelt van 40 are glas dient herwonnen te
worden. En dat kan niet van het ene seizoen op het andere.
Na
een slecht seizoen vorig jaar, halen selder en prei momenteel goede
marktprijzen. Voor Robert zit een recuperatie van een slecht seizoen er evenwel
niet in, omdat hij momenteel geen marktgoed kan aanvoeren.
Voor een selder krijgt een tuinder vandaag wel 8 frank, voor een pak prei 25
frank.
OCMW
De
Mechelse schepen Vanstappen heeft inmiddels het OCMW verzocht de situatie van
de Leestse tuinders te onderzoeken.
Daar is wel haast bij, want in februari begint een nieuw seizoen.
Robert
Holemans rekent er in extremis nog op een goedkoop investeringskrediet te
kunnen bekomen. In dat geval kan hij opnieuw van wel steken en pogen de geleden
schade in te halen.
Tussen
al de negatieve klanken toch een pluspunt. Ook de fiscale diensten kwamen ter
plaatse en die houden wel rekening met een zeker inkomensverlies.
Al is dat nu ook weer niet van aard om er de Leestse land- en tuinbouwers weer
bovenop te helpen.
De chiro van Leest nodigde iedereen
uit op een diamontage : De aarde
belangrijker dan de maan of Hernieuwde levensstijl bij het begin van de
Advent door Welzijnszorg.
Vanaf 18u30 in het groot
chirolokaal.
1979 6 december Gazet van Mechelen :
Spannende Leestse derby Volleybal
De
niet zonder emoties aangekondigde Leestse derby heeft zondag alles gegeven
wat men maar enigszins van een
volleybalwedstrijd kan en mag verwachten.
Voor meer dan ruime belangstelling
hebben twee ploegen het beste van zichzelf
gegeven.
De avond voordien had men meer dan
wat besproken op het KWB-bal en het
was goed te zien dat meerderen
eerden dan gewoonlijk, na zon festiviteit, van
onder de dekens waren gekropen.
De A-ploeg heeft het uiteindelijk
gehaald van een meer dan verdienstelijke
B-ploeg. Nadat beide ploegen
beurtelings tweemaal een set hadden gepakt
kwam de A-ploeg iets sterker naar
voor in de vijfde en beslissende set.
In elk geval een proficiat aan de
verantwoordelijken Maurice De Gryze, Kris
De Laet en Alfons Huysmans.
(...)
1979 15 december : Spruitenbal in de Parochiezaal.
1979 Vrijdag 21 december : Dansen
met KVLV
Op deze dag werd de eerste van een
reeks danslessen gegeven in de parochiezaal.
Telkens van 20 tot 22 uur.
Leeftijd : vanaf 16 jaar. Bijdrage
: 400 frank per deelnemer.
Het betrof een initiatief van KVLV
Leest.
1979 Zaterdag 22 december : Kindernamiddag
Om 14 uur in de Parochiezaal.
Kindertoneel door de kinderen van Leest.
Daarna Pats Poppenspel en
pannenkoeken. Toegang was gratis.
Realisatie van KVLV en Vevoc.
(Parochieblad 20/12)
De Band bracht daarover volgend verslag
:
Was
je er ook, op die heerlijke kindernamiddag van 22 december ? Weet je nog wel :
het Pats Poppentheater speelde De dokter ontvoerd met Poets en Pits en
Pompernikkel, Ricardo, Moestasj en Sofieke. Spannend niet ? En daarna zongen we
een dierenliedje en een kerstliedje. Een volle zaal blije, zingende kinderen.
En dan de verse pannenkoeken, gratis voor niks met doorspoelertjes en al. Een
grote troep smullende kinderen in de chirolokalen terwijl in de zaal ook de
moeders een lekker brokje aten.
En daarna de klap op de vuurpijl : ons eigen kindertoneel. Meisjes van ons dorp
brachten Drie jaar zonder sneeuw. Ze speelden zo fijn en zo levendig dat
zelfs de allerkleinsten nog stil konden zijn. Daar hoorde dan ook een bloemetje
bij.
En
daarmee besloten we ons kinderfeest : een waardig slot voor het jaar van het
kind.
Met
de symbolische pluim op de hoedjes van VEVOC en KVLV, die in harmonische
samenwerking dit gebeuren mogelijk maakten, besluiten we dit kijkje-terug.
1979 29 december : 3de
Kerkconcert
Georganiseerd door de Kerkraad en de
Kon.Fanf.St.-Cecilia.
Verleenden hun medewerking : de fanfare
Sint Cecilia o.l.v. Pierre Leveugle, de h. W. Peeters organist en de solisten
Freddy Walschaers, Alfons Van Asch en Michel Leveugle evenals de Mechelse
Liedertafel o.l.v. Urbain Van Asch.
Kaarten kostten 100 fr (50 fr vermindering
voor de houders van een plus 3-pas) en de opbrengst was voor de kerk van
Leest.
Zoals
verwacht was het ook dit keer een succes en de moeite om er zich voor te
verplaatsen. In de hoge gewelven van onze parochiekerk kwam de muziek van onze
St.-Cecilia-fanfare volledig tot haar recht. Voor een dorp als Leest een echte
prestatie. Een oud gekende stilaan in ons midden was A. Van Driessche die ons
dit jaar welgekomen kwam depaneren. Ook onze eigen solisten deden het goed :
Freddy Walschaerts, Alfons Van Asch, William Peeters.
We
kregen een programma van de bovenste plank met werken van Purcell, Geehl,
Gordon Jacob, Aldinoni, Bizet, Katchaturian en Bigelon en last but not least
Leveugle.
Ook
de Mechelse Liedertafel gaf in dit hoogstaand concert geen mindere indruk :
ware muziek voor een select publiek. (De
Band januari 1980)
1979 December : Leest Geweest
Geeft
dit boek als kerst- of nieuwjaarsgeschenk aan uw vrienden en kennissen. Het boek is te bekomen aan
500 frank op de volgende adressen :
Frans Apers, Mechelbaan 5
Stefaan De Laet, Scheerstraat 22
Jan De Prins, Klein Heide 25
Kamiel De Wit, Kouter 96
Alfons Hellemans, Dorp 12
Aalmoezenier G. Herregods, Kouter 6
Constant Huysmans, Kouter 26
Antoon Lauwens, Dorpstraat 40
Flor Meyers, Tisseltbaan 18
Remi Spoelders, Kouter 122
Louis Van Roey, Tiendeschuurstraat
13
Jeroom Verbruggen, Kouter 12
Alfons Verbruggen, Tisseltbaan 20
en de pastorie.
1979 Maandag 19 november : Voordracht
Landelijke Gilde
Tony Van Autenboer, leider van
verschillende Zuidpoolexpedities, kwam
spreken
over Klimaat en weersvoorspellingen.
Zijn voordracht werd voorafgegaan
door een etentje.
Lidmaatschap van de Landelijke
Gilde, ook mogelijk voor niet-boeren en
tuinders, bedroeg 350 frank.
Daarvoor ontving elk lid maandelijks Levend
Land . Om ook wekelijks de Boer
te ontvangen diende men 200 fr extra te
betalen.
(Parochieblad 29/11/79)
1979 22 november - Gazet van Mechelen
:
Boerenbond eist vergoeding voor
slachtoffers van dijkbreuk.
De
dijkbreuk van de Zenne richtte enkele weken geleden aanzienlijke schade aan bij
de land- en tuinbouwers in het gebied Leest Heffen Mechelen.
De
Boerenbond heeft de ministers van Landbouw en van Binnenlandse zaken gevraagd
om bij de regering te willen tussenkomen om het getroffen gebied als nationaal
rampengebied te erkennen, teneinde het Nationaal Rampenfonds en het
Landbouwrampenfonds in werking te stellen. Bij de gouverneur van de provincie
Antwerpen werd aangedrongen opdat het Provinciaal Rampenfonds zou tussenkomen
ten voordele van de getroffen landbouwers en tuinders.
De
Boerenbond vraagt bovendien dat door het ministerie van Landbouw dringend een
aantal steunmaatregelen zouden getroffen worden, meer bepaald : vrijstelling
van aflossing voor een termijn van 1 jaar in de landbouw envan 2 jaar in de
tuinbouw voor de bestaande leningen, verlenging van L.I.F. steun op de
bedoelde leningen van de getroffen landbouwers en tuinders.In de verantwoorde gevallen, het toestaan van
een reïnvesteringskrediet dat toelaat de productie zo mogelijk te hervatten,
opmaken van de nodige schadebestekken voor de getroffen landbouwers en
tuinders.
De
Boerenbond vraagt tenslotte dat aan de rijkslandbouwkundigen en
rijkstuinbouwkundigen opdracht wordt gegevenom de nodige schadebestekken voor de getroffen landbouwers en tuinders
op te maken.
1979 December De Band : Kunstschatten
uit de Kerk
De
restauratie van het schilderij Maria Magdalena en de Zaligmaker
is beëindigd. Het schilderij staat
terug in de kerk, voorlopig aan het Sint
Corniliusaltaar.
Aan de voet van dit altaar ligt een
van de andere beschadigde doeken van de
kerk. Dit geeft een beeld hoe het
herstelde schilderij eruit zag voor de
behandeling. Binnenkort krijgt het
een plaats boven de ingang van de
1979 Zaterdag 17 november (en ook 25
november) :
Rust Roest bracht
Reinaart de Vos van Arthur Fauquez.
Medewerkers
-Tiecelijn, de raaf : Imelda Van der
Hasselt.
-Netelaar, de egel : Renild Polfliet.
-Bruin, de beer : Marcel Verwerft.
-Nobel, de leeuw : Guido Hellemans.
-Reinaart, de vos : Guy Mollemans.
-Seibel, de marmot : Nicole Van
Gindertaelen.
-Voorzegster : Rita Boon.
-Grime : Albert Jean.
-Kostuums : Miloe Van Stijvoort.
-Sonorisatie : Wim Jacobs.
-Bandmontage : Karel Mertens.
-Belichting en techniek : Vik Diddens.
-Decorontwerp aankleding : Tony
Baarendse.
-Decorbouw : Vik Diddens, Marcel
Spoelders.
-Productie en Regie : Guido Hellemans.
Knappe
Reinaart door Rust Roest
Door
de Leestse toneelkring Rust Roest werd Reinaart de Vos voor het voetlicht
gebracht.
Op
zondag (noot : 25 november) was er ook een extra namiddagvertoning voor de kinderen.
Reinaart
de Vos is een dierenverhaal in vier bedrijven met proloog en epiloog,
geschreven door de Waal Arthur Fauquez en in het Nederlands vertaald door Karel
Jonckheere.
Regisseur
Guido Hellemans is er in geslaagd een boeiend paar uur theater te brengen.
Het
stuk was meeslepend, verveelde nooit en het gebrek aan diepgang van de iets te
karikaturale figuren, werd gecompenseerd door de dankbare figuur van Reinaart
wiens lepe streken nog altijd tot de verbeelding van het publiek spreken.
Guy
Mollemans gaf de figuur van Reinaart een heel eigen identiteit.
Andere
opvallende prestaties werden geleverd door Imelda Van der Hasselt als
Tiercelijn de raaf en Marcel Verwerft als Bruin de Beer. Deze Marcel Verwerft
zou zeker niet misstaan in een beroepsgezelschap.
Guido
Hellemans bracht naast de uitstekende regie, een overtuigende koning Nobel ten
tonele.
(MVH, De Mechelse Week, november 1979)
Bijgevoegd :
-Programmaboekje.
-Bovenaan
: Jean Albert, Vik Diddens, Karel Mertens, Marcel Verwerft, Tony Baarendse,
Renild Polfliet, Jan Emmeregs, Miloe Van Stijvoort, Rita Boon.
Muzikanten
: Frans Lamberts, Els De Maeyer, Tony Verbeeck, Lief Lamberts, Jan Verschueren,
Geert De Laet.
Onderaan
: Imelda Van der Hasselt, Nicole Van Gindertaelen, Guido Hellemans en Guy
Mollemans.
1979 17 november : Overlijden, te Erps
Kwerps,van pastoor J.B. Coosemans.
In Ons Parochieblad van 6
december schreef Stany De Decker zijn
In Memoriam :
Terwijl ten alle kante de goudgele
bladeren neerdwarrelen is E.H. Coosemans
stil heengegaan in volle herfsttijd
: de Herfst van zijn leven.
De lente was voor hem die eerste
jaren van zijn priesterschap, als actieve
onderpastoor : vergaderingen, oprichten van
jeugdbeweging, zorgen voor
lokalen, op kamp gaan, alles
gedragen door die liefde van de Heer Jezus zelf.
De zomer heeft hij bijzonder
beleefd als pastoor te Leest, de parochie waarvan hij
zoveel heeft gehouden.
Grote zorg heeft hij getoond voor
het huis van God, die mooie kerk van de Heer
Jezus temidden van de mensen.
Dat was steeds zijn eerste
bekommernis. Maar tegelijkertijd ook die zorg voor de
mensen, die zeker tot uiting kwam
in het bouwen van een parochiecentrum met
feestzaal. Want Leest stak vol
activiteiten van de K.V.L.V., de Chirojeugd, E.K.,
de twee afdelingen van de B.J.B.,
de Milac, enz.
Een man van gebed, eenvoudig en
gedragen door een ware bekommernis, dat
waren zijn hoofdkenmerken.
Kwam dan de herfst van zijn leven,
de periode dat hij afscheid heeft moeten
nemen van Leest, om eerst te gaan
wonen in het rusthuis Emmaüs te Korbeek-Lo
en dan te Erps-Kwerps.
In die groeiende stilte en
verlatenheid heeft hij zich voorbereid in volle bewustzijn
op zijn heengaan van de mensen, om
op te gaan naar God, de bron en het
einddoel van zijn leven.
God, wij willen u danken voor zijn
leven, voor zijn lijden en sterven, voor alles
wat gij betekent hebt in het leven
van zovele mensen.
Blijf een voorspreker bij de Heer
voor de parochies waar u dienst hebt gedaan,
voor de mensen die u ontmoet
hebt.
Joannes
Baptista COOSEMANS
Als
boerenzoon was hij geboren te Perk op 19 november1898. Zijn humaniora deed hij
te Vilvoorde aan het O.L.Vrouwcollege. Door D.J. kardinaal Mercier werd hij op
6 juni 1925 te Mechelen gewijd. Toen was hij reeds leraar aan het
Sint-Stanislascollege te Berchem. Nog datzelfde jaar 1925 werd hij tot
onderpastoor benoemd te Scheutveld en vijf jaar erna werd hij aalmoezenier in
het Zemstse rusthuis Relegem. In diezelfde gemeente werd hij in 1932 ook
onderpastoor van de Sint-Pietersparochie. Bijna veertien jaar later, in
augustus 1946, werd hij tot pastoor te Leest benoemd.
Hij
werd ingehaald op zondag 11 augustus 1946 onder prachtig zomerweer.
Vijfenveertig groepen en wagens vertrokken om 15.00 u in de Bist en er was ook
een wagen bij met parochianen uit Zemst. Gans achteraan reden de nieuwe herder,
nog andere geestelijken en de burgerlijke overheid mee in koetsen.
Een
welkomslied was geschreven op de tonen van Naar wijd en zijd :
Wij
vieren feest, voor den pastoor van Leest
t
is onzen nieuwen Herder
En
t is beslist, t begint in de Bist,
En
zo trekken we langzaam wat verder,
deen
te voet, deen te paard
Anderen
in groep vergaard
En
t lest aan de staart,
Heer
pastoor Coosemans.
Refrein
:
Heil
heer Pastoor
Heil
onzen Herder
Lang
leve Hij hier in ons Leest
God
hoed hem,
En
geleide Hem verder
Naar
zijn jubelfeest
Wat
schoonen dag, als men eens toonen mag
Hoe
men zijnen Pastoor verwacht,
Ieder
doet mee, eenieder is tevree
En
men ziet dat hun feestvieren echt is,
Vaders,
moeders in koor
En
de kinders tusschendoor
Zingen
en juichen voor
Onzen
heer Pastoor.
Refrein..
Langs
de versierde straten en huizen kwam men een uur later aan in het Dorp. Te kwart voor vijf ving (sic) de traditionele
plechtigheid plaats voor de kerkdeur, waarbij E.H. Leys, deken, den sleutel der
kerkdeur overhandigde, dadelijk daarna ving (sic) de kerkelijke plechtigheid
plaats. De E.H. Deken besteeg den kansel en wist met een puike rede de
aanwezige kristenen toe te spreken, hierna ving het Lof aan.
Zelf
doopte hij in Leest slechts zevenendertig kinderen van 15 augustus 1946 tot 15
juli 1962. Doorgaans liet hij inderdaad zijn onderpastoor of een familielid van
de dopeling dat sacrament toedienen indien het al niet in het moederhuis
gebeurd was, een opkomend fenomeen. Hij trouwde tweehonderdtweeënvijftig
koppels van 21 augustus 1946 tot 21 februari 1966. Soms trad er hierbij een
sac(erdos) del(egatus) (gedelegeerd priester) op, doorgaans een familielid van
bruid of bruidegom. En hij noteerde driehonderd en vier kerkelijke
begrafenissen van 3 december 1946 tot 1 mei 1966; behalve één keer ging hij
steeds persoonlijk voor in de uitvaartmis.
Aan
de bestaande reeks broederschappen in de parochie voegde hij in 1952 nog een
laatste toe : dat van Maria, koningin der priesters.
Vanzelfsprekend
was er zijn inzet voor parochiale verenigingen en verder blijkt zijn
bekommernis voor het godsdienstig
welzijn van zijn parochianen uit de organisatie van drie missies. Dat de
tweede een Mariamissie was (1955), herinnerde aan het honderdjarig bestaan van
het broederschap van de H. Rozenkrans . Dat de plechtigheden ervan besloten
werden met de inwijding van een Fatimakapel is evenmin toevallig. O.L.Vrouw van
Fatima is ook O.L.Vrouw van de Rozenkrans.
Telkens
opnieuw staat in de jaarlijkse verslagen dat de pastoor zijn werk goed doet.
Eén
keer (1950) noteert de deken : Goedwerkende herder maar niet erg geliefd.
En
in 1958 luidt het antwoord op de vraag of hij bekwaam is zijn ambt uit te
oefenen volgens de eisen die het huidig apostolaatswerk stelt : Hij is bekwaam
maar legt moeilijk contacten.
Ook
de vraag naar het zogenaamde huisbezoek wordt iedere keer positief beantwoord :
de beide priesters doen het geregeld. Slechts één keer, na het vertrek van
zijn misschien meest geliefde onderpastoor Stany De Decker, staat er (in 1956)
: niet echt regelmatig. Er is een onderpastoor nodig.
Op
26 mei 1966 nam hij ontslag, zevenenzestig jaar en een half oud, en begon hij
zijn tocht langs de rusthuizen : na Relegem (Zemst) en Emmaus (Korbeek-Lo)
verzeilde hij ten slotte in O.L.V. van Lourdes (Erps-Kwerps) waar hij
overleed.
In
huize Relegemwas hij als jong
priester nog aalmoezenier geweest. Nu woonde hij er drie jaar (noot : na een korte tussenstop in een burgershuis in
de Schoolstraat te Zemst). Langer
verbleef hij in huize Emmaus, een rusthuis voor priesters in Korbeek-Lo. Daar
ook vierde hij zijn gouden priesterjubileum waarbij hij een felicitatie ontving
van zijn bisschop L.J. kardinaal Suenens. En dan kwam Erps-Kwerps (vanaf 1978).
Hij overleed er blind, bedlegerig en afgezonderd op 17 november 1979.
Hij
werd te Leest begraven op 20 november 1979 om tien uur en rust er onder en zwartmarmeren
steen.
(De
Sint-Niklaasparochie in Leest, Wilfried Hellemans)
Meer over pastoor Coosemans : in deze
Kronieken jaar 1946.
Fotos :
-Afbeelding
van Joannes Baptist Coosemans bij zijn In Memoriam in het Parochieblad.
-Pastoor
Coosemans in 1958 tijdens een culturele dag in het Parochiehuis.
1979 14 november : Alle Leestse leed is nog niet geleden.
Tuinders
leden miljoenen schade.
Meer
dan een week nadat te Leest de Zennedijk het begaf en een dertigtal hektaren
landbouwgrond, beemden en serres blank zette, is de situatie nog altijd niet
genormaliseerd.
Wel
kwam de bres terug helemaal dicht tegen het hoge tij van vrijdagochten jl. en
trokken hulpdiensten, soldaten en een gedeelte van de civiele bescherming zich
terug.
Het
gevaar voor nieuwe overstromingen is voorlopig geweken maar intussen staan de
tuinders elke dag meer en meer aan de klaagmuur. Niet alleen is hun winterteelt
zo goed als vernietigd, nu komt ook nog de nachtvorst lelijke stokken in de
wielen steken.
Maandagnamiddag
belegde de landelijke gilde van Leest een spoedvergadering waarbij de eerste
schade zo goed en zo kwaad als het ging werd omschreven.
Een
15-tal tuinders wier landerijen gedeeltelijk door het vuile Zennewater werden
overspoeld zou naar een eerste raming in totaal enkele miljoenen schade hebben
geleden. De betrokken tuinders hopen maar dat datgene wat formeel werd verteld
tijdens een persconferentie op het coördinatiecentrum te Leest vorige week en
waarbij werd beloofd dat de schade aan groentegewassen en het daarmee gepaard
gaande verlies, zorgen voor morgen waren, maar dat aan een en ander een mouw
zou worden gepast.
Intussen
is het morgen maar de betrokken ministeries Volksgezondheid en Landbouw gebaren
blijkbaar of Leest is helemaal van de kaart geveegd. Nog niemand van die
diensten vond de jongste dagen een ogenblik de tijd om even naar Leest te
komen. De Leestse tuinders staan letterlijk en figuurlijk in de kou : de oogst
die niet helemaal door de Zenne is vernietigd, dreigt nu stuk te vriezen.
Mij
werd geantwoord aan het woord is een der tuinders- dat ik met mijn groenten
maar naar de markt moest. Maar wie wil er nu spruiten zo zwart als roet
De
landelijke gilde van Leest is vastbesloten om krachtig te protesteren wanneer
niet vlug gehoor wordt verkregenvan de
betrokken overheidsdiensten.
Ondertussen
spoedden de tuinders zich, om zo goed en zo kwaad als dat in de gegeven
omstandigheden mogelijk is, nog enige ladingen van de bietenoogst binnen te
halen. Maar ook dat is niet zo eenvoudig.
Een
landbouwer, wiens bietenveld zich op 100 meter van zijn boerderij bevindt,
dient nu 5 km extra tractor te rijden.
Ter
hoogte van het kapelleke aan de Leestsesteenweg verspert dwars over de rijbaan
een grote pompwagen van de civiele bescherming alle verkeer, ook het
plaatselijke. De civiele bescherming heeft daar zware pompen aangelegd waarmee
de overspoelde oppervlakte wordt leeggezogen.
Inderdaad
dienen bepaalde prioriteiten te worden vastgelegd en kan niet iedereen
tegelijkertijd aan de beurt komen. Maar het steekt de Leestenaren toch de ogen
uit dat uitgerekend eerst de grote oppervlakte eigendom van een heer uit
Mechelen aan de beurt moest komen en dat landbouwgrond intussen ligt te
verzuipen.
Wat
kan het maken dat bomen enkele dagen langer in het water staan, aldus de
kommentaar, maar spruiten kunnen daar hoegenaamd niet tegen.
De
werkwijze van de civiele bescherming zet te Leest heel wat kwaad bloed en nog
niet langer dan maandagavond zorgden Leestse tuinders voor een mini-protestdemonstratie
tegen deze gang van zaken. Maar uiteindelijk was dat niets gekort, zodat Leest
concludeert dat die heer met zijn lange arm er oorzaak van is dat de
Leestsesteenweg voor het verkeer is afgesloten en dat jachtgenoegens in onze
tijd voorrang krijgen op broodwinning.
Georges
Veiller was ook politiek actief. De foto werd genomen in december 1983 tijdens
een vergadering van het wijkbestuur van de PVV.
Als
tweede van links Miel Vloebergh naast schepen Vanderwaeren en Georges Veiller.
Vervolg Georges Veiller : den dikke
van den Hoek.
Nu
terug op de trein en s morgens kwamen wij op een kleine plaats in de gemeente
Eichelsdorf. Daar kregen wij onderdak op de eerste verdieping van een onbewoond
huis. De volgende morgen en zonder eten moesten wij ons opstellen op de
dorpplaats. De landbouwers kwamen ons daar weghalen om op hun bedrijf te gaan
werken. De afstand was ongeveer anderhalf uur heen en weer. In deze gemeente
kreeg men om een appel van een boom te trekken slagen, dat heb ik meegemaakt.
In deze gemeente heb ik ongeveer twee maand gewerkt van 7 uur s morgens tot 16
uur in de zagerij en dan nog tot 20 uur op het veld. Dit elke dag en de zondag
tot 12 uur s middags. Daar moesten we dan terug weg en brachten ze ons terug
per trein op 15 en 16 augustus naar de gemeente Lengen. Een gemeente aan de
Werra. Hier werden wij opgesloten in een zaal in het dorp zelf. Ook hier waren
de vensters afgemaakt met prikkeldraad. We kregen er een beddebak met twee
verdiepingen en een deken. De volgende dag werd ik aangeduid om bij een smid op
onverveer 100 m van het commando 639 te gaan werken. Mijn werk bestond daar in
het slijpen van hakken. Een week later kwam men mij zeggen dat ik samen met
mijn kameraden moest bomen afhakken in het bos op ongeveer 2 km van de gemeente
Lengen. Met 27 man daar naartoe. Ik werd aangesteld om de afgehakte takken
samen te brengen en te verbranden.
Ik
herinner mij heel goed dat ik op een morgen een hoop takken in brand had
gestoken waar buiten mijn weten een Duitse wachtpost was opgesteld. Een
wachtman verweet mij en slingerde mij woorden naar het hoofd zoals spioen,
zwijnhond en nog. Als straf hiervoor twee zondagen werken aan de straten.
Enkele weken later hebben ze mij verplicht te gaan werken in een zagerij in de
gemeente Heringen. Die lag op ongeveer 4 km van de gemeente Lengen waar wij
verbleven. Elke dag waren wij verplicht tweemaal die afstand af te leggen onder
het toezicht van twee bewakers. Wij werkten daar van 7 uur s morgens tot 7 uur
s avonds. Het was bijna elke dag 20 uur als wij in het lager aankwamen.
Op
een zekere morgen begonnen wij te werken en had ik niet gezien dat een boom aan
het vallen ging. Ik kreeg een slag en viel op de grond. De Duitsers brachten
mij naar een ziekenhuis dat door hen lazaret werd genoemd op enkele kilometers
van de gemeente Heringen. Daar stelde men vast dat er een tweede breuk werd
opgelopen.Ook een wonde aan het
voorhoofd dat een schedelbreuk vertoonde. Als ik het ziekenhuis mocht verlaten
brachten ze mij terug naar het commando 639 waar ik dan poetser geworden ben
van de kommandoführer. Mijn dagelijks werd was nu het bureel zuiver houden en
de kleding van de kommandoführer onderhouden. Nu kreeg ik elke dag na 17 uur de
toelating mij in verbinding te stellen met de burgers in de gemeente om wat
meer eten te bekomen.
Een
zekere dag was ik op het bureel van de kommandoführer en zag daar een brief
liggen waarop vermeld stond dat alle Belgische krijgsgevangenen naar hier
mochten. Enkele dagen later waren er jongens die mochten vertrekken maar ik met
nog anderen konden nog blijven.
Nu
waren wij allen verplicht een witte driehoek op de rug van onze jas te naaien.
Ook op de linker broekspijp. Ik vernam daar van de burgers dat het was om ons
van op afstand te herkennen. De volgende dinsdag kwamen de wachtposten ons rond
19 u halen. Met pak en zak marcheerden wij door de sparrenbossen maar ditmaal
met veel angst. Wij wisten niet waar wij naartoe moesten. Rond 2 uur in de
morgen hadden wij ons doel bereikt en waren wij terug in krijgsgevangenlager
Stalag IX A te Ziegenheim. Wij werden terug opgesloten in verschillende
afdelingen. Ditmaal niet meer in tenten maar wel in barakken. Met het eten was
het terug hetzelfde, 1/8ste brood, vis of bietensoep, een soeplepel
marmelade en water om te drinken. Deze miserie duurde terug een tiental dagen.
Op een zeker ogenblik waren wij verplicht ons één voor één aan te bieden op het
bureel. Ik herinner mij heel goed dat ze me daar gevraagd hebben waar ik in
België woonde. Ik heb als antwoord gegeven tussen Leuven en Brussel. Ze vroegen
me ook of ik in Duitsland wilde blijven werken. Ik antwoordde dat ik toch
liever naar België zou gegaan hebben. Ze brachten me naar een andere barak,
waar ze me ingeënt hebben en mijn krijgsgevangenplaat afgenomen hebben. Ik
moest mij dan naar een grote weide begeven die omringd was met gewapende Duitse
soldaten. Ik verbleef daar tot rond 17 uur. Een Duitse Feldwebel begon er dan
de entlassungsscheinen uit te delen. Wij waren op dat ogenblik al terug met
ongeveer 4.000 manschappen samen gedreven. Op bevel van een Duitser moesten wij
ons allen per 5 zetten en langzaam de weide verlaten. Buiten het kamp stonden
er wel 50 wachtposten klaar om ons te vergezellen. Waar naartoe dat wisten we
nog niet. Min of meer een uur hebben we gemarcheerd en wij kwamen aan een
kleine statie waar wagons klaar stonden. Het waren terug wagons waar ze dieren
in vervoeren. Maar ditmaal lag er strooi op de bodem. Met 54 soldaten in een
wagon en we kregen er een brood, een worst en drinken. Het was op een
woensdagavond toen wij daar vertrokken en het was zondagmorgen toen we
vanststelden dat we in Hasselt aangekomen waren. Een reis van drie dagen en
vier nachten. De tweede halte in België was Mechelen en rond 11 uur kwamen wij
in het centraal station van Antwerpen aan. Daar moesten we verzamelen in de
kelders van het station, kregen daar drank, een stempel en twee sigaretten.
Ik
kreeg de toelating mij van Antwerpen naar Brussel te begeven. Bij mijn aankomst
te Brussel in het Noordstation werd ik opgewacht door personeelsleden van het
Rode Kruis. Deze verzochten mij naar het grootwarenhuis Grand Bazarte gaan om er mij te laten verzorgen en te
eten. Rond 17 uur was ik terug in vrijheid.
De
volgende dag was ik verplicht op bevel van de gemeente-overheid mij te laten
onderzoeken door een dokter in Tervuren. Deze stelde vast dat ik 16 kg van mijn
gewicht verloren had plus een tweede breuk en een wonde aan het voorhoofd. Het
duurde niet lang of terug een operatie, ditmaal in het St.-Pietershospitaal te
Brussel. Deze heelkundige bewerking werd gedaan door Dr. Deloyer.
Na
mijn herstel was ik verplicht mij aan te bieden bij de Duitsers en de wacht bij
een kabel te houden. Deze zou volgens hen 1,5 m onder de grond gelegen hebben.
Dat was in de gemeente Lombeek op de grote baan van Brussel naar Namen. Deze
kabel was volgens hen gesaboteerd en allen vlogen wij naar de werkbestelle te
Brussel. Ik werd na onderzoek vrijgesteld tengevolge van de opgelopen kwetsuren
in krijgsgevangenschap.
Enkele
dagen later werd ik in dienst gesteld aan de U.L.B. te Brussel waar (later) de
Amerikanen de gewonde Duitse gevangenen bewaakten. Ik verbleef daar zeven jaar.
Hierna
kreeg ik bericht van het Ministerie van Landsverdediging dat ik mij mocht
aanbieden in de kazerne Panquin te Tervuren waar ik aangeduid werd voor de
kazerne Lampereur in dezelfde gemeente.
( )
Georges Veiller werd dan naar Ekeren
(Luchtbal) gemuteerd, bij het 6e Linie Regiment. Hij slaagde in een
proef van specialist kok en werd overgeplaatst naar de Baron Michel kazerne
te Mechelen waar hij aangesteld werd als chef-kok in de officieren-mess.
De secretaris van de Nationale
Strijdersbond Leest was een bezig baasje. Na zijn loopbaan in de Belgische
Krijgsmacht baatte hij samen met zijn echtgenote café De Zwaan uit, op de hoek
Dorpsstraat-Kouter (thans 2012 Vivelamour) en was ook politiek actief. Zo was
hij voorzitter van het wijkbestuur van de PVV (thans VLD) en voor die partij
deed hij in de jaren 80 elke vrijdag aan dienstbetoon in de café van zijn
opvolger Vic De Maeyer.
Op 26 juli 1980 ontving hij, na het
plechtig Te Deum, tijdens een receptie op het oud gemeentehuis, de
onderscheiding van Ridder in de Orde vanLeopold II.
Georges Leon Veiller was gehuwd met
Eugenie Roofdhoofd.
Hij was te Elsene geboren op 26 juni
1919 en overleed te Mechelen op 3 januari 1993.