De
elektrificering van de spoorlijn 54 Mechelen-Sint Niklaas heeft reeds voor heel
wat protest gezorgd. De NMBS besloot tot deze peperdure operatie met het oog op
het vlotter doen verlopen van het toenemend treinverkeer. Deze lijn behoort tot
de wenige nog niet geëlektrificeerde spoorlijnen in België en was dringend aan
opwaardering toe.
Bovendien zou deze onderneming, hoewel erg duur, op lange termijn
kostenbesparend werken. De oude diesellokomotieven eisen immers heel wat dure
energie en elektriciteit is veel goedkoper geworden.
Wie
echter niet zoveel zullen besparen, zijn de vele omwonenden.
Samen
met de elektrificering wordt lijn 54 ook op dubbel spoor gezet.
In
Blaasveld leidde dit al tot een uitgebreide protestactie, omdat een viaduct het
dorp in twee dreigde te snijden. Maar viaducten komen er, niet in Blaasveld,
maar wel in Leest. Bovendien zullen een aantal van de kleinere overwegen
afgeschaft worden, wat heel wat praktische moeilijkheden voor gevolg zal
hebben.
Het eerste slachtoffer van heel deze onderneming zijn zeker de Leestse
landbouwers. Zij zien niet enkel een deel van hun land opgeofferd aan de brede
spoorlijn de goedkeuring voor de onteigeningen werd al door de gemeenteraad
gegeven- maar de afschaffing van een aantal overwegen brengt ook
verbindingsproblemen met zich mee.
Een
boer die anders op zon 200 meter van zijn land woonde, zou zo verplicht worden
om een ommetje van een slordige 4 km te maken alvorens hij zijn akker zal
kunnen bewerken. De Belgische Spoormaatschappij toonde al begrip voor deze
problemen.
In
Leest zijn de werken gestart. De land- en tuinbouwers zien alles met lede ogen
aan en hebben weinig verweer.
De
besparingen voor de ijzeren weg zullen voor hen onherroepelijk een meerkost
betekenen. En de tijdsbesparing voor de treinpassagiers zal eveneens ten koste
van tijdsverlies bij de omwonenden gaan.
Mensen
van Leest en Hombeek krijgen moeilijkheden door een geëlektrificeerde ijzeren
weg.
De
spoorlijn 54 Mechelen-St.Niklaas- is de enige spoorweg die nog niet
geëlektrificeerd is. De NMBS wil het steeds toenemend trein- en wegverkeer
vlotter laten verlopen door elektrificatie van deze spoorlijn.
De
voorbije maanden werd op het spoorweggedeelte tussen Leest en Hombeek met man
en macht gewerkt. Ultramoderne machines met tientallen mankrachten toverden op
een minimum van tijd een oude spoorweg om naar een vrij goede en fantastisch
mooie spoorweg. De NMBSzal met deze
miljoeneninvestering vast en zeker bijzonder grote besparingen inbrengen in het
verder verloop van dit verkeer. Er kan alleen al geblikt worden op de enorme
besparing van benzine. Of die besparing echter voor iedereen besparingen met
zich zal meebrengen is nog een heel andere vraag.
Wat
is nu juist de bedoeling van de Belgische spoorwegen en welke problematiek
hangt hier rond ?
De
spoorlijn 54, Mechelen-St.Niklaas, is het enige spoorweggedeelte dat nog niet
werd gemoderniseerd. Hieruit komen dan een heleboel moeilijkheden te voorschijn
wat de aansluitingen betreft voor Brussel, Antwerpen en Gent. De mensen van de
Belgische spoorwegen willen het steeds toenemend trein- en wegverkeer vlotter
laten verlopen door elektrificatie en verdubbeling van deze lijn, de
uitschakeling van de overwegen en de vervanging van de twee bestaande
stopplaatsen te Blaasveld door één modern station. Daarbij zou de NMBS de
spoorweg laten ophogen van Leest-Heide tot aan de spoorwegbrug over het kanaal
te Willebroek. Dit betekende dat de woonzone Blaasveld doormidden zou worden
gesneden door een betonnen viaduct van 6 m hoogte plus de elektrificatie tot 10
m hoog.
Landbouwers
slachtoffer
Op
het Heike te Hombeek werd de afschaffing voorzien van twee bewaakte overwegen
en één onbewaakte. De eerste overweg, de belangrijkste , ligt in het centrum
van het Heike, aan de vroegere treinhalte, vlak naast de feestzaal van de
fanfare De Vrolijke Vrienden.
De
tweede overweg die dichtgaat ligt aan het einde van de Moststraat, op het punt
waar de spoorlijn naar Willebroek afgesplitst van de lijn naar Dendermonde.
De
derde onbewaakte overweg heeft weinig verkeer, de sluiting treft echter
landbouwers in de verbinding met hun akkers. Als alternatief voor de drie
afgeschafte overwegen voorzag de spoorwegmaatschappijwel een brug over de spoorlijn. Deze brug
bedient echter niet het Heike maar wel een smal asfaltwegje nabij de Brede
Dries.
In
Leest zou de overweg aan de Tiendeschuurstraat wegvallen, wat als gevolg heeft
dat
de
bedrijven van een tiental boeren klakkeloos in twee wordt gesplitst.
Voor
hun stuk land dat 300 à 400 meter van de boerderij ligt hoeven ze dan dagelijks
maar even 4 km af te leggen.
De
tweede overweg die in Leest wordt afgesloten is de overweg aan de Juniorslaan.
Deze wegonderbreking zou worden gecompenseerd door een overbrugging.
Deze viaduct zou dan helemaal terecht komen op het tuinbouwbedrijf van Marcel
De Prins. Dit bedrijf kan dan ook hulpeloos verloren worden genoemd.
Een
derde overweg die het slachtoffer wordt van de spoorwegmodernisering ligt op de
Grote Heide. Deze afsluiting zou dan eveneens betekenen dat land- en
tuinbouwers een rondritje kunnen doen van een kleine 4 km.
Dus
kan men ongeveer gaan stellen wat de Belgische spoorwegmaatschappij bespaart
aan energie, een surplus uitgave wordt bij de boeren.
Aanpassingen.
Wat
is er nu al verwezenlijkt ? En wat zal er al dan niet komen ?
De
spoorwegbrug over het kanaal te Willebroek zal voorlopig niet worden vervangen.
De nieuwe brug zal overigens naast de bestaande gebouwd worden zodat het
treinverkeer niet zal gehinderd worden. De veel besproken spoorwegviaduct door
het dorp van Blaasveld komt er na talloze protestacties evenmin.
Het
baanvak Willebroek-Heike zou oorspronkelijk dubbelsporig worden, maar ook dit
project werd geklasseerd. De overweg-afsluiting aan de Grote Heide te Leest zou
wel worden uitgevoerd, alsook de overweg aan de Juniorslaan en de
Tiendeschuurstraat.
De
viaduct aan de Juniorslaan is reeds in vergevorderd stadium en zal
waarschijnlijk binnen enkele maanden in dienst worden genomen. De onderbrugging
aan de Tiendeschuurstraat komt er helemaal niet. Dit project zou praktisch en
financieel niet te halen zijn. Alhoewel er vanwege de landbouwers over dehonderd schriftelijke bezwaren werden
ingediend, werd hier echter geen rekening mee gehouden.
Wat
er aan het spoorweggedeelte al is verwezenlijkt is het grondgedeelte, de elektrificatiewerken
zouden pas beginnen in maart en gans het complex zou eind 1984 in gebruik
kunnen genomen worden.
Na
dit kleine overzicht kan men wel stellen dat de NMBS zich toch de moeite heeft
getroost om rekening te houden met plaatselijke bewoners, zo heeft ze bijna de
helft van haar project laten vallen en hiervoor compensaties gezocht. Er zullen
nog wel enkele grote moeilijkheden blijven en hierbij blijven we dan denken aan
de landbouwers.
De
NMBS is gestart met een mooi, modern, overdacht en verantwoord project maar wat
zeker blijft is dat de besparingen aan energie die de spoorwegmaatschappij
vooropstelt zal worden gecompenseerd door een surplus uitgave bij de
landbouwers en andere mensen die nu vele kilometers zullen moeten meer
afleggen. (D.D.S.)
De Band van maart 1984 publiceerde
daarover volgend artikel :
LEEST IS ER GEW Een brug te veel !
Vroeger
was er nog een station, de treinen stopten er. En in de oorlog werd er zelfs
zeer druk aan ruilhandel gedaan : de machinist reed dan wat verder door zodat
zijn locomotief goed in het veld stond, de stoker gooide wat kolen van zijn
tender terwijl de boeren hem vlug groenten en boter toereikten.
Wie
zou het ooit gedacht hebben dat daar midden in het veld een viaduct zou komen ?
Het
waarom is een lang verhaal en begint bij de petroleumcrisis. Om onafhankelijk
te worden van de dure olie schakelt ons land over naar eigen energiebronnen :
steenkool en kernenergie.
46%
van onze elektriciteit wordt nu geproduceerd uit kernenergie ! Daarom ook werkt
de Maatschappij der Spoorwegen een plan uit om haar spoornet te elektrificeren.
In dat plan is ook de lijn 54 Mechelen-St.Niklaas voorzien en tegen eind van
dit jaar moet over gans het traject de elektriciteitsleiding aangebracht zijn.
En
over die draad gaat het nu. Want die leidingen belemmeren het vervoer over de
weg van uitzonderlijk hoge en zware stukken zoals grote machines, turbines en
ketels. De vrije ruimte onder de draad is slechts 5,50 m. Al wat hoger is moet
langs Leest komen.
Waarom
nu juist langs Leest ?
Al
wat uit het midden en het zuiden van het land naar de haven van Antwerpen moet
is geblokkeerd te Boom omdat de draagkracht van de Rupelbrug te beperkt is
(slechts 80 ton). Zo heeft men een andere weg moeten zoeken die loopt over
Tisselt Leest Blaasveld Mechelen Rumst Kontich Antwerpen.
Daarom moest men een brug bouwen te Leest die sterk genoeg is om dat
uitzonderlijk vervoer te dragen nl. 360 ton. Tevens zal aan de hoek Juniorslaan
Blaasveldstraat de draaicirkel vergroot worden : de elektriciteitskabine die
er nu staat wordt verplaatst en de tip grond wordt in het wegdek opgenomen.
Al
deze uitleg die wij bij de ministeriële diensten ophaalden, kan wel kloppen.
Maar wie er woont, heeft toch de last ervan te dragen : waardevolle gronden
werden onteigend, de uitbating van tuinbouwbedrijven werden bemoeilijkt doordat
de gronden van mekaar werden gescheiden vooral het bedrijf van De Prins Marcel
is getroffen- , voor velen, vooral oudere mensen, zal de steile helling een
hindernis zijn en een gebuurte wordt in twee gesneden : vooral de mensen van
het Rennekouter moeten nu een grote omweg doen.
Is
dit de tol die we moeten betalen voor de vooruitgang ?
Over
autostrades rijden we in de kortste tijd van stad tot stad. Maar dat diezelfde
autostrades dorpen en gebuurten in twee hebben gesneden, daar denken we niet
aan.
Alleen
als in onze eigen omgeving zoiets gebeurt, hebben we er oog voor.
Als
straks de treinreizigers in de elektrische treinen veel vlugger zullen
voorbijrazen, zullen we alleen maar spreken van verbetering.
Fotos :
-Vertrouwd
beeld in het dorp. Passagiers op de lijn Mechelen-Sint-Niklaas.
-De
overweg aan de Tiendeschuurstraat. (Foto
: DMW)
-De
werken aan de Juniorslaan zijn reeds ver gevorderd.
-De
werken aan het viaduct aan de Juniorslaan. (Foto : DMW)
1984 20 februari : Overlijden van Constant Stanne Van den
Broeck.
Hij werd 103 jaar en 5 maand.
In de herinnering van velen bleef
Stanne verder leven als een man met een gouden
hart, die tot op het laatst erg
lucide bleef en steeds klaar stond met één of andere
kwinkslag.
Stanne stierf niet in een
onpersoonlijk ziekenhuisbed maar thuis, omringd door de
liefdevolle zorgen van zijn 72-jarige
dochter Maria, die niet van zijn zijde week.
De plechtige uitvaartmis, gevolgd door
de teraardebestelling in de familiekelder, vond plaats in de parochiekerk van
Sint-Niklaas te Leest op zaterdag 25 februari 1984 te 10u30.
In De Mechelse Week verscheen daarvan
op 1 maart volgend verslag :
Stanne
Van den Broeck begraven (fotos
onderaan)
Evenals
3 jaar geleden was gans Leest op de been. Heerste er toen feestvreugde, nu was
de stemming bedrukt en ingetogen. Immers voor 3 jaar werd de 100ste
verjaardag gevierd van een geliefde inwoner van Leest, Stanne Van Den Broeck.
Na
een korte maar pijnlijke ziekte die het oude lichaam teisterde en ten langen
laatste velde, is Stanne heengegaan van hen die hem lief hadden.
Niet
ten onrechte gewaagde de dorpspastoor van een Koninklijke begrafenis, want in
een afgeladen volle dorpskerk en in een zee van bloemen werd Stanne op zijn
laatste wandeling door familie, vrienden en de ganse Leestse bevolking begeleid
naar zijn eeuwige rustplaats. Zo verdwijnt uit Leest het vertrouwde beeld van
Stanne wandelend door zijn geliefde dorp, steeds vergezeld van zijn hondje
Yuri, die nu stil in zijn mandje ligt te treuren, niet begrijpend dat zijn
baasje nooit meer met hem zal wandelen.
Toch
zal hij in aller harten blijven voortleven als de volkse mensenvriend die
steeds bereid was zijn oor te luisteren te leggen naar vreugden en zorgen van
zijn medemens.
En
menigeen is ondanks zorgen en verdriet door de Stanne over een moeilijk
ogenblik heengelopen met fijne humor en een kwinkslag.
Zij zullen hem missen in Leest, niet alleen zijn familie maar de ganse
bevolking.
(V.C.P.)
1984 22 februari Gazet van Mechelen
:
Parket van de Procureur des Konings te Mechelen
De
Procureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Mechelen
brengt ter kennis van de bevolking
dat de genaamde van Nobelen Brenda
Elisabeth geboren te
Mechelen de 24 december 1966 van Nederlandse
nationaliteit, dochter van van
Nobelen Antonius Johannes en van Verlinden
Greta, gehuisvest te Mechelen
(voorheen Leest) Kleine Heide 38, op 28
december 1983 overeenkomstig de
wetten op de verwerving, het verlies
en de herkrijging van de nationaliteit,
samengeordend bij K.B. van 14/12/1932 :
-voor hem een verklaring heeft
afgelegd strekkende tot het bekomen van de
BELGISCHE NATIONALITEIT.
De Procureur des Konings stelt een
onderzoek in nopens de geschiktheid van
hogergenoemde in verband met dit
verzoek.
De personen welke opmerkingen of
tegenwerpeningen zouden te maken hebben
of ophelderingen te geven nopens
deze nationaliteitskeuze, kunnen zich wenden
tot de heer Politiecommissaris van
Mechelen tot 29 februari 1984.
Getekend : H. Vanderpoorten, de
Procureur des Konings.
Fotos :
-Stanne
Van Den Broeck
-Velen
brachten Stanne een laatste groet. (Foto
: DMW)
-Zijn
rouwbrief en gedachtenisprentje.
-De
mooie keramiek van Georges Herregods aan de woning van de Leestse eeuweling.
1984
Zaterdag 11 februari : Dubbelconcert
St.-Cecilia
Die dag
werd een serenade gegeven n.a.v. het huwelijk van Albert Van Alsenoy en Rita
Verelst te Koningshooikt om daarna een concert te geven in de Mechelse Oude
Stadsfeestzaal.
Aan dit
concert werkte ook de drumband van St.-Cecilia onder leiding van Walter Van de
Venne mee.
In Toeters
en Trompetten van maart-april 84 verscheen daarvan volgend (ingekort)
verslag :
Die dag stonden er voor de meeste muzikanten van
de Kon. Fanfare St.-Cecilia twee muzikale activiteiten op het programma . Voor
sommigen waren het er zelfs drie omdat een groep muzikanten ook s morgens een
huwelijksmis ging opluisteren.
Omstreeks 18u vertrokken heel wat muzikanten en
ook een aantal ereleden met de autocar naar Koningshooikt. Daar werd het
huwelijksfeest van Albert Van Alsenoy en Rita Verelst gevierd.
Tijdens de serenade had het eerste solo-optreden plaats dat verzorgd werd door
Franky Lauwensen Hendrik Verschueren.
In t midden van de toespraak speelden zij het bekende Afscheidslied ter ere
van de bruidegom omdat deze vanaf 11 februari ll. niet meer deel uitmaakt van
het clubje vrijgezellen van na de repetitie aan de toog.
Het werd een uitstekend solo-optreden met slechts
één enkel minder geslaagd nootje, maar dat kon ook niet anders want alles werd
slechts op t laatste moment geregeld en om eens te repeteren bleef er dan geen
tijd over. De serenade werd kort gehouden en enkel de traditionele marsen
werden uitgevoerd. Alles bij elkaar is de fanfare er toch in geslaagd de
feestvierders te amuseren en daarop komt het toch aan.
Na de serenade trok het grootste gedeelte van de
muzikanten naar de Oude Stadsfeestaal te Mechelen. In 1981 had onze vereniging
ook al eens opgetreden in Mechelen (noot : in de nieuwe Stadsfeestzaal) en toen waren er meer dan tien toehoorders.
Deze keer waren er al heel wat meer dan honderd. Er zit dus vooruitgang in.
Tijdens deze concertavond werd een nieuw soort
programma uitgeprobeerd. Dit nieuwe programma kreeg de naam VAN FANFARE TOT
FANFARE De meeste fanfares hebben de naam een groep muzikanten te zijn die
zich hoofdzakelijk op het musiceren toeleggen om te kunnen pintelieren. Onze
vereniging wil vooral goede muziek maken. Daarna pas komt het pinten drinken.
Een andere uitleg kan zijn : van trompetsignaal tot fanfarekorps. Tijdens dit
programma werden alle instrumenten voorgesteld en van elke soort instrumenten
wordt een muzikant aangeduid die helemaal alleen een volksliedje speelt zonder
begeleiding van de fanfare ! Dat is helemaal geen plezierige karwei want het
minste foutje wordt opgemerkt. Gelukkig waren er niet zoveel foutjes !
In het eerste gedeelte speelde de drumband. In
totaal werden er een tiental instrumenten voorgesteld en het moet gezegd dat de
meisjes en de jongens van de drumband zich onder leiding van hun leider
bijzonder hebben ingespannen om er het beste van te maken.
De drumbandleden werken de laatste maanden terug
bijzonder hard en het is dan ook normaal dat ze resultaat halen. Proficiat !
In het tweede en derde gedeelte was het de beurt
aan de fanfare. Ondanks het feit dat een aantal muzikanten niet van de partij
waren, werd er een uitstekend concert gegeven. Persoonlijk hebben we de fanfare
nu ook eens horen spelen zonder dat we zelf meespeelden. Zonder fanatisme
durven we nu beweren dat de klankkleur van onze vereniging enig is. Onze
fanfare heeft wel iets van de brassband en toch is het geen brassband ! Het is
vooral het werk van onze dirigent die ervoor gezorgd heeft dat St.-Cecilia
Leest klinkt zoals ze klinkt !
Later, na het concert, waren er luisteraars die
verklaarden dat ze deze muziek voor een fanfare onmogelijk hadden geacht.
Tijdens het laatste deel hadden we ook een
LUISTERWEDSTRIJD ingebouwd. De gordijnen werden dichtgeschoven en op elk
gebruikt koperinstrument werd weer eens een nog niet uitgevoerd volksliedje
gespeeld. De luisteraars die aan de wedstrijd deelnamen, dienden het instrument
enkel op het gehoor te herkennen. Omdat er heel wat Leestenaars in de zaal
waren, gingen deze met de eerste prijzen lopen. De echtgenote van onze
orkestmeester kent alle instrumentenen
weet er zelfs de naam van elke muzikant bij te vernoemen. Het kon dan ook niet
anders of de deelnemers die aan haar tafel zaten, hadden allen 10 op 10 !
Het voornaamste was dat de luisteraars beter
gingen opletten en dat was ook het geval. Nog nooit hebben we voor een
aandachtiger publiek opgetreden !
We zullen dit programma nogmaals brengen op 12 mei
e.k. in Diegem, daar zal ook de inspectie van het Ministerie van Cultuur
aanwezig zijn om ons programma Van fanfare tot fanfare te beoordelen op zijn
vormende waarde.
Naar
aanleiding van dit concert kregen de muzikanten en ereleden van de vereniging
op 16 februari een schrijven van het bestuur waaringelukwensen werden overgebracht van de
organisatoren en dit speciaal voor de dirigent, de drumbandleider, de
muzikanten en de drumbandleden.
1984 18
en 19 februari : Gelegenheidsrestaurant
Kon.Fanfare St.-Cecilia
Groot
succes. Er werd een recordaantal deelnemers genoteerd.
Vanuit
Lüdenscheid schreef soldaat en fanfarelid Bart Lauwens voor het verenigingsblad
van de Leestse fanfare :Dag Burgers van Leest,
Toen ik vanmiddag mijne legerbiefstuk naar binnen
werkte, werd ik me er plots van bewust dat er in Leest weer feest was ! Weer
een activiteit die ik gedwongen moet missen. Ik kan me de eetdagen al
voorstellen ! De geur van de heerlijk gebakken biefstuk of steaks vermengd met
exotische sausen prikkelen de koude neuzen van de hongerige bezoekers die in de
zaal St.-Cecilia wat warmte komen opzoeken. Jonge meisjes en vrouwen, in wit en
zwart, draven op en neer met heerlijke schotels vol lekkers terwijl een
kakafonie van geluiden de ruimte vult.
Om 11.OO u. op zondagmorgen zal dan waarschijnlijk
de aandacht gevestigd worden op B.R.T.-I dat de plaatselijke Leestse muziek,
van het puurste kopergehalte, zal uitzenden om alzo de ehter met wat cultuur te
vullen.
En ik zit hier, met mijn cola-uniformpje van de
Medische Dienst, uit verveling naar de mooie winterbeelden uit Sarajevo te
kijken.
Ik hoop dat iedereen genoten heeft van al het
lekkers dat de keukenploeg klaargemaakt heeft van de bediening-met-de-glimlach,
het werk van de mensen achter de schermen en het team regisseurs dat ervoor zorgde
dat iedereen een plaats had en op tijd zijn buikje kon vullen.
Ik denk dat zon evenement als de eetdagen of neem
nu ook de Ceciliafeesten of om het even welke andere fanfare-activiteit, pas
kan slagen als iedereen meewerkt op een vrijwillige basis. Die gezonde
werksfeer van vrijwilligers stimuleert de werklust en de inzet tot
collegialiteit en zo komt men tot een goede werking, een levende en levendige
vereniging.
t Is te hopen dat we allemaal nog dikwijls aan
zulke activiteiten kunnen deelnemen. Onze hoop is op de jeugd gevestigd. Zolang
die voldoende gemotiveerd wordt voor de blaasmuziek zal onze fanfare nog vele
levensjaren toebeschoren zijn. t Is te hopen dat onze muziek nog vele mensen
zal blijven boeien want we mogen er prat op gaan dat we als uitvoerders en
vertegenwoordigers van de volksmuziek nog een beetje cultuur brengen binnen de
samenleving van onze gemeente en zelfs in ons landje.
Hier in t leger moet ik dat stukje cultuur wel
missen, maar eind mei ben ik eindelijk verlost van dit enge systeem.
Beste mensen, ik wens jullie nog veel plezier met
en in onze fanfarevereniging en ik hoop dat ik weldra terug in jullie
gezelschap mag vertoeven.
Het beste nog en hartelijke soldatengroeten van Bart (19.2.84)
De
voorbije dagen publiceerden wij twee bijdragen over Alfred Ost. Het feit dat
hij precies 100 jaar geleden werd geboren (14/2/1884) was voor ons een
gelegenheid om eens terug te kijken op zijn leven en zijn werk.
Dat
het moeilijk is om binnen het kader van een krant, de volledige Ost te
belichten hebben wij ondervonden. De veelzijdigheid van Alfred Ost verplichtte
ons tot het maken van een keuze.
Tot het maken van een keuze werd ook de kunstkring Voetspoor uit Leest
gedwongen. Ook zij kregen te maken met de veelzijdige Ost.
De
Ost-tentoonstelling, waaraan zij momenteel druk aan hetwerken zijn, krijgt als thema het landelijk
leven mee.
(...)
Karel
Soors : Het was een bezoeker aan onze tentoonstelling 1983 die ons attent
maakte op het feit dat het in 1984, honderd jaar geleden zou zijn dat Alfred
Ost werd geboren.
Het
voorstel een Ost-tentoonstelling te organiseren werd besproken zonder
onmiddellijk in de mogelijkheid ervan te geloven.
Voetspoor beschikt immers over (te) weinig financiële middelen.
Maar om één of andere reden gingen wij Ost toch bestuderen. Al gauw stelden wij
vast dat Alfred Ost heel wat werk had voortgebracht en dat het onmogelijk zou
zijn een volledig overzicht van zijn oeuvre te brengen.
Friede
Willems : Samen met die vaststelling kwam ook de twijfel terug : ligt een
Ost-tentoonstelling binnen onze mogelijkheden. Maar bijna gelijktijdig
ontmoetten wij in het Mechelse een aantal Ost-liefhebbers, die onmiddellijk
toezegden hun verzameling prentkaarten, tekeningen en schilderijen in bruikleen
af te staan.
En
de wagen begon te rollen.
Een
bezoek werd gebracht aan de Zoo-Antwerpen, waar in de Ost-zaal een belangrijke
verzameling prijkt.
De
directie van de Zoo wil onmiddellijk met Voetspoor meewerken.
Zo
is het ook met de heer Mercelis, conservator van het Ost-museum in Hoogstraten
en met de neven van Alfred Ost.
Karel
Soors : Opeens was het aanbod zo groot dat we tot een keuze werden verplicht.
Wij dachten daarbij aan Leest, een landelijke gemeente en kozen dus als thema
het landelijk leven in het werk van Ost.
Uiteraard
zullen op de tentoonstelling zijn Mechelse prentkaarten, tekeningen en affiches
niet ontbreken.
Tot
daar ons gesprek met de Leestse organisatoren van de Ost-tentoonstelling.
Noteer alvast dat deze tentoonstelling doorgaat van 21 tot 23 april a.s. in de
stedelijke basisschool te Leest. (...)
1984 Vrijdag 10 februari : Gespreksavond KWB
Om 20 uur ging in het Olivetenhof
te Mechelen een gespreksavond door over
Hervorming van de sociale
zekerheid. De spreker was A.C.V-secretaris Luc
Cortebeeck. Alle Leestse KWBers
werden uitgenodigd.
De
Mechelse schepen Hilda Vanderaerschot was te gast bij het
echtpaar Robert Huysmans (78) en
Josephine Goossens, aan de Kapellebaan
38 te Leest, om hen de
stadsmedaille te overhandigen ter gelegenheid van hun
gouden huwelijksfeest.
Robert heeft jarenlang het beroep
uitgeoefend van landbouwer-tuinier.
Hij is lid van de bond van
gepensioneerden en is een groot supporter van
V.C.Oxdonk Kapelle-op-den-Bos.
Het paar heeft twee kinderen (een
dochter en een zoon) en één kleindochter.
(L.D.N./CMk)
Robert Huysmans werd te Leest geboren op
31 augustus 1905.
In 1934 huwde hij met de uit Heffen afkomstige Josephine Julia Goossens
waarna het echtpaar zich op de Kapellebaan vestigde.
Robert heeft steeds op de boerderij
gewerkt. Eerst met zijn ouders, later namhij de zaak over. In 1970 ging hij met pensioen.
Julia werkte voor haar huwelijk als
dienstmeid. Naast haar dagtaak, het opvoeden van de twee kinderen, heeft ze
steeds geholpen op de boerderij.
(GvM, 31/1/94)
In 94 zou het echtpaar hun diamanten
bruiloft vieren, lees daarvan het verslag op 31 januari van dat jaar.
1984 5 februari : Algemene Vergadering K.V.L.V.
Op
deze vergadering mocht onze voorzitster een 80-tal leden begroeten ondanks de
vele festiviteiten die er op deze dag plaatsvonden. Het waren de wijken Bist,
Alemstraat, Kleine Heide, Juniorslaan en Blaasveldstraat die voor onthaal
zorgden.
Godelieve
Daelemans verzorgde het gebed en de proost sprak daarna over het ontstaan van
Ikonen en de betekenis ervan.
Na
het vredeslied dat we samen zongen gaf onze voorzitster het woord aan Lieve
Cornelis uit Aartselaar en ondanks het feit dat zij nog een beginnelinge was om
vormingswerk te geven, wist ze ons toch de nodige informatie te geven aangaande
de nieuwe vormen welke in onze tijd komen opdagen. Het onderwerp : sekten,
mensen op zoek maakte ons allemaal toch nieuwsgierig. Zij maakte het ons
duidelijk wat eigenlijk sekten zijn en hoe zij zich onderscheiden van andere
kerken. Mensen met psychische moeilijkheden zijn makkelijker gewonnen om bij
een sekte aan te sluiten en ook jongeren en studenten, zij zijn het uitverkozen
publiek om leden aan te werven. Als besluit wees op je hoede. Laat je niet
misleiden door hun informatie.
Wil
je nog meer weten over sekten dan hoef je eens een goed boek te lezen, bv.
Godsdienstsekten in Vlaanderen uitgegeven bij Davidsfonds, Blijde Inkomstraat
Leuven.
Na
een warm applaus en het dankwoordje vanwege de voorzitster was het smakelijk
eten.
Dan
stond het spel hoger-lager op het programma. De supporters maar duimen voor
hun kandidaten en het beste paar ging er zelfs met de auto vandoor.
In
afwachting van het grote moment, nl. de trekking van de Lourdesafgevaardigden
werd door onze leden nog een moderne dans uitgevoerd en dan wie kwam er uit de
bus (?) Mevr. Cecile Geerts uit de Oude Tisseltbaan en Mevr. Van der Taelen
Aline uit het Dorp. We wensen hen alvast hartelijk proficiat en goede reis.
Allemaal
wel thuis en tot volgende maal was de laatste wens van onze voorzitster.
1984 Februari De Band : Leestenaars treden zo uit de oude doos (Verz.
S. Huysmans)
Een
opstel van RAYMOND DE PRINS van 7 november 1954
Een
Voetbalwedstrijd
Op
een zaterdagavond vroeg vader mij : Willen wij morgen eens naar de
voetbalmatch gaan zien ? Vol vreugde sprong ik omhoog en riep : Ja,ja !
Zondagnamiddag
1 uur. We maakten ons klaar, namen onze velo en waren weg. Voor de match
Willebroek - Boussu-bois. En vader is een vurige supporter van Willebroek, hé !
We
kwamen spoedig aan bij mijn onkel in Blaasveld. En van daar trokken we verder
naar het voetbalterrein van Willebroek.
Als
we daar toekwamen waren Willebroek en Boussu-bois al aan t trainen. En daar
kwam dan de arbiter, en gaf het fluitsein. Op iedere speelheft stond een
elftal. De scheidsrechter gooide een geldstuk omhoog, dit was om te zien langs
welke kant iedere ploeg zou spelen. Het spel nam kalm een aanvang en daar
passeerde Van Neck naar Arnouds. Direct een pas naar voren, maar één van de
backs van Boussu-bois had het gezien. Hij schoot de bal naar voren en daar was
Boussu-bois in de aanval. Eén van de centervoors schoot op doel, maar Tack,
keeper van Willebroek, greep de bal in. Van Neck mocht de bal uitstampen, de
bal kwam tot bij de Buyser en die gaf een paske aan Eeraerts en school op doel.
Ineens schoot er een felle luide kreet uit de menigte : goal !!! Ja, het was
goal : 1-0 voor Willebroek.
Een beetje later was het half-time.
De
tweede helft was pas aan gang, of daar maakte Engelen het tweede doelpunt voor
Willebroek. Vijf minuten later maakte De Buyser er 3-0 van.
Op
de vijftiende minuut maakte één van de backs van Boussu-bois er 4-0 van.
De vijfendertigste minuut was Meersman doorgebroken, hij maakte er 5-0 van.
Drie minuten voor het einde was het voor Willebroek een strafschop; deze zou
Van Neck geven en het werd 6-0.
Zo kwam het einde van deze spannende wedstrijd.
Ik zie graag voetbal, schone voetbal en dan van goede ploegen.
De schrijver DE PRINS RAYMOND
-tijdens het schooljaar 1954-55 leerling
in het 8ste leerjaar.
-geboren te Leest op 7 juni 1942.
-zoon van De Prins Frans en Mertens
Constance, Winkelstraat 7 te Leest.
-gehuwd met Vercammen Hilda
(Wiekevorst), schoonmaakster in een stedelijke kleuterschool te Mechelen.
-wonende Cecilialaan 3 Leest.
-onderwijs na de 4de graad :
Technische Scholen, Melaan Mechelen metaalbewerking elektriciteit A3.
-beroep :
1)van 1960 tot 1969 : ijzerdraaier te
Vorst (in firma gespecialiseerd voor het plaatsen van valdeuren (schotdeuren),
afsluitkleppen en verlaten in sassen.
2)vanaf 1969 werkman-bediende bij NMBS,
standplaats Antwerpen-Centraal, als elektrieker, gespecialiseerde afdeling
HOOGSPANNING, bovengrondse leidingen. Inzonderheid plaatsen NIEUWBOUWvan hoogspanningscabines. Momenteel de aanleg
van verwarminsinstallaties voor WISSELS.
-Raymond, wat betekent voor u :
standplaats Antwerpen ?
-Een standplaats is een centrum. Voor
het ogenblik zijn er voor onze standplaats Antwerpen drie proefstations in
uitvoering : ESSEN, waar we thans werkzaam zijn, HERENTALS en TURNHOUT. Hierna
volgt dan nog BERCHEM.
-En zo is dat ook geregeld en ingedeeld
voor andere standplaatsen, veronderstel ik ?
-Jawel, zo is er een standplaats LEUVEN,
een standplaats VILVOORDE, een standplaats ST.NIKLAAS, een standplaats
AARSCHOT, die de standplaats ANTWERPEN omringen en waar ook gelijktijdig
proefstations in uitvoering zijn.
-Wellicht een enteressant werk voor u,
en zo draait ge mee met de nieuwste uitvindingen en de jongste toepassingen op
de vooruitgang van techniek en wetenschap. Ik veronderstel dat voorzichtigheid
en kalme bedachtzaamheid van de ploegsteeds vereist zijn en dat enige slordige onoplettendheid uit den boze
is ?Voor het ogenblik zijt ge te Essen
doende, hoe komt ge daar dagelijks ?
-Wel, vanuit Antwerpen-Centraal
verplaatsen we ons met een camionette. Daarin ligt ons gereedschap en
materiaal, en is er bovendien zitplaats voor 6 man. Ik ben er ook de chauffeur
van.
-En hebt gij een rijbewijs hiervoor ?
-Wees maar gerust, alles berust op
verantwoordelijkheid en streng gereglementeerde voorschriften.
-Nog geen ongelukken meegemaakt ?
-Neen, toch geen erge.
-Als ge al 15 jaar op en tussen en boven
de sporen leeft en beweegt, kunt ge d er wel van meeklappen ?
-Ja, in t jaar 71 bv. In Deurne. Daar
gebeurde het dat een goederentrein, waartussen wagons met paarden geladen,
ontspoorde. Erge slachtoffers bij de paarden natuurlijk. Dan hebben de
gendarmen en de bijgeroepen veearts er verschillende moeten afmaken
(doodknallen).
-En wat behoort NIET tot uw groepswerk ?
-Ons werk bestaat erin, alleen de opbouw
of aanleg van NIEUWE WERKEN. Nu eens in de hoogte, zoals het plaatsen van
hoogspanningskabels. Dat is plaatsen en uitwerken tot alles best werkt. Eens
geplaatst en goedgekeurd is ons werk af.
-Welke zijn uw hobbys Raymond ?
-Vooreerst voetbal. Ik ben bestuurslid
van VV Leest en verantwoordelijk-afgevaardigde der JUNIORES C.
-Ik mag dus zeggen : na de hoogspanning
van t werk is voetbal uw ontspanningsveld.
Ja, zo leeft ge in evenwicht. En
misschien lag uw opstel van 1954 over die Willebroekse match toen reeds in uw
belangstellingssfeer en mogen we dat aan zien als een verre aanloop van uw
huidige hobby.
-Verder doe ik aan vogelliefhebberij (in
volière).
-Hazo ! Na de vrouw komen de
zangvogeltjes. Liefde voor de kanaries. En ook de Japanse nachtegaal hoort er
bij. Goed zo, een mensenleven kan ook gevuld worden met vriendelijke kleine
dingen. Vragen die vogeltjes speciale zorgen ? En krijgen ze t niet te koud
bij strenge vorst ?
-Wat afschermen tegen snerpende wind en
er goed op letten dat er steeds (vloeibaar) water is. Een gloeilamp volstaat
hierbij.
-Raymond, ik herinner me dat ge een vrij
goede leerling waart indertijd, en mijn notas die ik nog gevonden heb over uw
schooljaar 54-55 bevestigen dit. Voor lessen kreegt ge meestal een 9, dus ge
deed er thuis iets aan, voor huiswerken regelmatig een 10, dat wijst op secuur
werken, voor vlijt voor gedrag oja ! Alles was O.K..Ik ben er zeker van dat
Hilda u heden ook goede punten zou geven, en dat bij de NMBS uw dienstoversten
uw werk appreciëren, daar twijfel ik niet aan. Doe bijgevolg maar rustig voort.
Uw geluk moet ge zelf opbouwen.
Waar is de schooltijd van toen !?
(Stan Huysmans)
1984 Februari De Band Susse Teughels over Posse Leest.
Die
tijd zouden de mensen het wel een heiligschennis gevonden hebben wanneer iemand
op Paasdag had gewerkt of even de bloemetjes buiten gezet. Van uitgaan was er
die dag geen sprake en van kermis vieren evenmin. Alles mensen vierden die dag
gezellig op eigen manier in de huiskring.
Op tweede paasdag was het wat anders. Daar had Sint-Cornelius voor gezorgd met
zijn begankenis.
Kort
na middernacht kon men het geruzie van de marktkramers al horen. Dikwijls kwam
het zelfs tot vechten om het best zichtbare plaatsken te veroveren om er zijn
houten kraamken op te slaan.
Van
in de prille morgen kwamen de bedevaarders uit alle hoeken van de streek; een
half uur voor de eerste mis begon zaten er al mensen in de kerk.
Gedurig aan zegenden de paster en zijn helpers in naam van de Heilige de devoot
knielende menigte. Ondertussen trapten ze almaar door op het steeds groeiende
slijk in sollekens.
Voor
een briefken stapten ze in die tijd nog wel uit de weg want die waren zeldzaam.
Onderwijl ging buiten op het dorp de jaarmarkt open. Ook de herbergiers waren
er als de kippen bij om de klanten op te vangen. Met dampende koffie lokten ze
de mensen binnen en daar werd soms ook wel eens van de donkere fles geschonken,
in het genipt natuurlijk.
Om acht uurleek het dorpsplein reeds
een drukdoend bijennest. Familieleden en kennissen troffen er elkaar en zetten
veelal bij een van hen de begankenis verder. Sommigen trokken de hele dag van
het ene kapelletje naar het andere. Velen hadden s avonds het dubbele van de
weg nodig om thuis te geraken en daar verder naar het sermoen te luisteren.
Sinds
heuglijke tijden werd die dag besloten met een feestelijk bal.
Voor
mij waren die feestelijke feestdagen in onze gemeente de droevigste van de hele
almanak. Na dagen aan een stuk hard zwoegen ving vanaf de vrijdagmorgen tot een
stuk in de nacht het opruimen van het werkhuis aan. De avond van de grootste
dag van Leest moest dat stuk gebouw er als een feestzaal uitzien.
De
dag zelf, wanneer mijn vrienden uitgingen en de bloemekens buiten zetten, had
ik de handen vol ; zowat alles diende nog afgewassen of afgestoft. Daarbij kwam
nog dat gewoonlijk veel moest aangesleurd worden
De
Leestse dansgroep zal weldra in groenbeige broek en
zwarte
vest te bewonderen zijn. (foto : GvM)
1984 30
januari Gazet van Mechelen :
Dansgroep Korneel in een nieuw kleedje.
Ten huize Verbruggen werd drie jaar Korneel
toegelicht. Deze Leestse dansgroep ontstond eind november 1980 en werd genoemd
naar de plaatselijke parochieheilige St-Kornelius.
Er werd een eigen orkest opgericht bestaande uit
15 leden. En de jongste muzikanten houden wekelijks een oefenstonde onder
leiding van Jan Casteels.
Elke vrijdag zijn er de dansstonden. En Korneel
telt reeds 111 dansende leden.
De kinderen tot 10-11 jaar werden opgesplitst in twee groepen en tellen
momenteel 36 leden. De hoofdbrok wordt wel gevormd door de jeugd die met 50
leden ook opgesplitst werd. Daarnaast zijn er nog de 25 volwassenen die
wekelijks nieuwe dansen aangeleerd worden door Elvire Claes. De kinderen
krijgen les van Martel, Kathleen en Christel.
Korneel zit momenteel met genoeg leden. Alleen
jongens zijn zeker nog welkom, want daar is wel een kleine wanverhouding.
Korneel hoopt later wel uit te kunnen breiden,
maar dan moeten er nog enkele lesgevers of lesgeefsters bijkomen.
Terugblik
Een terugblik op 1983 geeft een beeld van het zeer
actieve leven van de Korneel-familie.
Zo was er het optreden en de barbecue op het feest
van St-Korneel op Paasmaandag. Op 16 april trokken de jongeren naar de jeugddag
in Schoten. Op 8 mei danste de jeugd in de Hanswijkprocessie. Op 12 mei deed de
volksdansgroep mee met het spelprogramma van de Leestse Volksfeesten en op 15
mei werden deze feesten verzorgd met een optreden.
Op 4 juni trok Korneel naar Weerde om er het
schoolfeest op te luisteren met dans en kantklossen. Ook de 11-juliviering te
Leest was een organisatie van Korneel in samenwerking met enkele andere Leestse
verenigingen.
Eén van de hoogtepunten uit het Korneelleven is de
jaarlijkse deelname door zon 15 leden aan de Europeade. In 1983 ging deze door
te Wenen en daar werd al dansend en zingend verbroederd met de volkeren van
gans Europa.
De laatste week van augustus was een zware
opdracht voor het Korneelbestuur. De Maori-groep uit Nieuw-Zeeland werd
opgevangen door de Leestse pleeggezinnen. Samen met de buitenlandse gasten
brachten de kinderen van Korneel een bezoek aan het speelgoedmuseum te
Mechelen. s Avonds was er terug een ontmoeting op het folklorefestival. s
Vrijdags stapten Korneel en de Maorigroep mee op in de folklorestoet. En het
weekeinde werd besloten met een groot verbroederingsfeest met de Maori-groep en
een Oostenrijkse groep uit Wenen. In de hof van het Kouterkasteeltje werd er
gedanst, gezongen, gepraat in het Engels, Duits en Nederlands.
Het jaar 83 werd afgesloten met een
pannenkoekenavond in t Zeel.
Ook voor 1984 staan er heel wat activiteiten op
het programma.
Zo zal op Paasmaandag het feest van Korneel gevierd worden. Ditmaal met extra
luister, want dansgroep Korneel zal voor de eerste maal in haar nieuw kleedje
optreden.
Een glimp van de groenbeige broek en zwarte vest
was reeds te zien op de laatste oefenstonde. Korneel gaat ook weer deelnemen
aan de Europeade, die dit jaar doorgaat te Rennes (Frankrijk).Er bestaat veel
kans dat zij ook zullen deelnemen aan de Leestse Volksfeesten, het
folklorefestival, enz
Korneel gaat al dansend door het leven, en de
vreugde blijft dan ook neit uit. (PB)
1984 Februari De Band : Brief aan de grote en jonge gezinnen
Waarde
ouders en jongghuwden,
De
Bond der grote en der jonge gezinnen (BGJG) bestaat in Leest reeds tientallen
jaren, en het aantal leden schommelt rond de honderd. Het gezin is sinds lang
de bakermat van onze beschaving. Daarom hebben vele gezinnen zich gegroepeerd
in een vereniging of de bond (zoals vaak gebeurt met gelijkgezinden).
Dit
om meerdere redenen :
-eendracht
maakt macht.
-drukkingstgroep
die eisen afdwingt.
-mensen
die samen ijveren voor ethische problemen enz.
De
bond heeft in het verleden meerdere zaken gerealiseerd voor de gezinnen, waar
ook niet-leden kunnen van genieten. Bovendien wordt er een weeklblad uitgegeven
met artikels over het gezinsleven in de brede zin, met daarbij culturele en
sociale varia. Politiek of ideologisch of godsdienstig is de bond niet gekleurd
want heeft respect voor elke menselijkheid in de echte betekenis.
Lidgeld
bedraagt 600 fr.
Aan
ledenwerving doen is bedelen en dus vernederend. Daarom kort : zij die er iets
in zien en zich schouder aan schouder met de andere gezinnen willen scharen
worden uitgenodigd tot lidmaatschap (ik ken er die lid worden voor het
weekblad).
Zij
die bestuursactief willen worden maken zich kenbaar.
Tot
slot : dank aan de honderden leden nu en in het verleden, en inzonderheid dank
aan hen die lied blijven; al hebben ze het financieel niet meer nodig. Dit is
solidariteit.
Dank aan de ijveraar(s) van de bond gedurende jaren te Leest.
1984 25
januari Gazet van Mechelen : Goede
beurt voor jeugd van VV Leest.
VV Leest pakt met vijf jeugdploegen uit in de
voetbalcompetitie en deze ploegen doen het lang niet slecht. Het belangrijkste
bij Leest voor de jeugd, is wel dedegelijke opleiding, en de opvoeding van de kinderen, en niet de
resultaten die worden behaald.
Dat deze manier van werken zijn vruchten afwerpt,
bewijst wel de toenemendeaansluiting bij de jongeren.
Dat het met de opleiding van de jeugd gemeend is,
bewijzen ook de regelmatigevergaderingen van de jeugdtrainers met hoofdtrainer Yvan Emmerechts.
Deze vergaderingen zorgen er voor dat iedere
trainer op dezelfde golflengte zit, wat zeker belangrijk is voor de toekomst.
Problemen van elke jeugdreeks worden besproken en
in de mate van hetmogelijke opgelost.
Met de pre-miniemen pakt V.V. Leest uit in de
beker Nijs. Deze jonge spelertjes staan samen met Hombeek op de eerste plaats
met 13 punten uit 7 wedstrijden. De allerkleinsten weten ook goed het doel
staan, want zij scoorden reeds 42 maal en de verdediging is ook uit het goede
hout gesneden want zij stond slechts 5 tegendoelpunten toe.
Trainer Silvain Teughels is ook best tevreden met zijn jongens.. Ook zijn
miniemen doen het helemaal niet slecht. De aanvallers scoren hier wel genoeg
maar de verdedigers staan nogal veel doelpunten toe.
Frans Neefs traint de kadetten en scholieren. De
kadetten leverden hun beste prestatie tegen K.V. Mechelen met een 3-3 uitslag.
Daar bewezen de jongens dat met een goede ploeggeest ondanks het ontbreken van
groot voetbaltalent er toch mooie resultaten kunnen behaald worden.
De scholieren traden aan met nogal wat eerstejaars
en met slechts een kern van 13 spelers. Zij startten slecht, maar klommen
geleidelijk in de rangschikking.
Het boegbeeld van V.V.Leest zijn de juniors, onder
leiding van William Selleslagh. Met een tweede plaats juist achter KV Bonheiden
staan zij op een beste plaats en hebben nog uitzicht op de titel. Deze ploeg
paart werklust aan technische kwaliteiten en hoopt op een buitengewone
ploeggeest.
Hier primeert ook de opleiding boven de uitslagen
want het elftal moet al enkele malen verzwakt aan de start komen omdat er
spelers dienden afgestaan voor het fanionelftal.
Door dit feit staan er dan ook de regelmatige
jongens uit de juniorsploeg een trapje hoger en worden stilaan een vaste warde
in het eerste elftal.
Dat het goed draait bij V.V.Leest was wel te
merken op het jeugdtornooi van FC Heindonk met Kerstmis. De vier deelnemende
jeugdploegen uit Leest haalden de finale. De miniemen en de juniores wonnen de
finale, terwijl de kadetten verloren. Ook de scholieren kregen in extremis de
beker door winst met strafschoppen na een gelijkspel.
Opmerkelijk is ook de goede sfeer in het Leestse
huishouden. Vele jeugdwedstrijden worden bijgewoond door het bestuur en de
spelers van de eerste ploeg. Dat is natuurlijk een stimulans voor de jonge
voetballers. (MVdB)
1984
Zaterdag 28 januari : LEDENFEEST
VEVOC
Programa: H. Mis om 18 uur in de
parochiekerk.
Aperitief om 19 uur in het
chirolokaal.
Feestmenu om 19u30 in de
parochiezaal en ontspanning en dans vanaf 21 uur.
1984
Zondag 29 januari : 6de
Natuurwandeling van SP Leest
Onder leiding van gemeenteraadslid
Jef Vloeberghen vertrokken de wandelaars
rond14 uur aan hun lokaal zaal Sint Cecilia voor
een wandeling van twee uur
dertig minuten.
Na de wandeling kregen de
deelnemers een stevige portie boerenboterhammen
met kaas of kop voorgezet, gratis
aangeboden door het SP-bestuur.
(Voor Allen, 30/12/1983)
1984
Zondag 29 januari : Info-namiddag
K.V.G.Zennevallei
Vanaf
14.30u. in de parochiezaal van Heffen.
Onder leiding van de Heer De Brauwere proberen we
een accuraat en volledig beeld te krijgen van de recente wijzigingen op het
vlak van het gehandicaptenbeleid. Iedereen is welkom, leden, vrienden en
kennissen. Wij zorgen voor een heerlijke koffietafel. Kosten 75 fr.
1984
Vrijdag 20 januari : Voordracht
Biologisch Tuinieren
Leefmilieu
Leest organiseerde die dag in de bovenzaal van het klooster, Dorpsstraat 10 te
Leest (naast de meisjesschool) een voordracht overbiologisch tuinieren.
Spreker was
dhr Rik De Dapper. Inkom : 25 frank. (DB, november 83)
In het
februarinummer van de periodiek publiceerde Henri Labio volgend verslag :
Een leerzame avond.
In Leefmilieu Leest broeide reeds geruime tijd de
idee om eens een voordracht in te richten aangaande natuurlijke teeltmethoden,
dit onder de benaming : Biologisch Tuinieren.
Naarmate de tijd rijpte, waren wij er ons allen
van bewust dat deze manier van kweken weinig bekend is in ons dorpje.
Leefmilieu nam daarom het initiatief beroep te doen op een vakman. Onze keuze
viel op de Heer Rik De Dapper, een eerlijk man, met een unieke vakkennis,
tevens jaar en dag vertrouwd met de stiel. Rik wordt in Vlaanderen aanzien en
algemeen erkend als de stamvader van het Biologisch Tuinieren.
Hiermede werden plannen gemaakt, contacten gelegd, mensen aangesproken,
enz.enz.
Rik was direct bereid op onze aanvraag in te gaan.
Persoonlijk ben ik reeds jaren bevriend met Rik, het is een fijne man met een
onmetelijke beroepsliefde die mij al zeer veel geholpen heeft in onze Bio-tuin.
Na het uitvloeien van 1983 en het binnenglijden van 1984 kwam er na overleg een
vaste datum tot stand. Op 20 januari om 20 uur zou Rik komen.
Affichen en teksten werden opgesteld. Klokslag 20 uur zou alles beginnen.
Mijnheer pastoor was zovriendelijk een
zaaltje voor ons ter beschikking te stellen. Met een bang hartje wachtten wij
af zou er volk komen ??? Rond 19.30 uur was er nog niet veel gezelschap te
bespeuren. Hier en daar gingen al stemmen op dat het niet veel zou worden
Maar ik geloofde er vast in, en ja hoor ! Vijftien
minuutjes voor achten begonnen de mensen zachtjes binnen te schuiven. Heel
hoopgevend was de opkomst van talrijke jonge tieners, want zij zijn de leidraad
voor de toekomst. Tegen 20 uur liep de zaal zo goed als vol en viel er 36 man
te noteren, een waar succes voor Leefmilieu Leest ! En dat voor de eerste maal
! De organisatoren hun oogjes schitterden van innerlijke voldoening.
Bij zijn openingstoespraak dankte Rik de talrijke
aanwezigen en begeleidde ons bij de hand in het ontsluieren van de geheimen van
moeder natuur. Er werd gesproken over deskundige bodemontledingen en omzetting
in biologische taal, gewassenbescherming, het gevaar van chemisch spul, de
voor- en nadelen van potas, enz.enz. Rik drukte er op dat het in de gegeven
omstandigheden zo niet verder meer kan en er tal van andere natuurlijke
middelen zijn om op een verantwoorde wijze te telen. Grieken en Romeinen waren
echte kunstenaars in het kweken van groenten en fruit, omdat zij de kunst
verstonden in te spelen op de natuur en zijn leidraad te volgen. Laat ons de
richtlijnen van de schepper eerbiedigen en telen naar zijn bespiegeling, nl.
raszuiver. De biologische hulpmiddelen kwamen ook uitvoerig aan bod,
zoals : bazalt (bevat : spoor, oligo en kiezel),
lava, meel, zeewierkalk, betoniet, alsook natuurfosfaten. Tevens werd het
belang van groenbemesting besproken zonder de bodem te storen en een massa
organisch materiaal achterlatend op de bodem, dit in het kader om het micro
organisch leven in de bodem te stimuleren.
Een levende bodem, beste mensen, dat is de schat
van een echte bio-tuin. Evenzeer interessant was het naar voren brengen van
stikstof adviezen. Het is nl. zo dat er bij een overdosis aan stikstof nitraat
ontstaat, uit nitraat ontvloeit nitriet en daaruit bekomt men nitrosaminen, een
zéér kankerverwekkende stof. In de biot-teelt is daar geen enkel gevaar voor,
de organische stoffen worden voorgecomposteerd zodat er een stabilisatie is van
de stikstof die aan de bodem wordt toegevoegd en waardoor men evenwichtige
planten krijgt met een grote weerstand, die terug bronnen van gezondheid
worden.
Er waren ook vele vrouwen aanwezig en deze stelden
zéér verstandige vragen, ze moesten niet onderdoen voor de mannen, integendeel.
Met al deze voedzame gegevens sloot Rik de avond
af. Het was laat geworden, maar iedereen heeft intens genoten van zijn
vertellingen en zijn ervaringen in dit altijd terugkomende leren leven met en
van de natuur.
Dag Rik, nogmaals bedankt voor alles, het is fijn
geweest.
1984
Zaterdag 21 januari : SP-Bal
Gemeenteraadslid Jef Vloeberghen en
het SP-bestuur nodigden alle vrienden
en sympathisanten uit op hun
jaarlijks winterbal dat plaatsvond in de zaal
St.-Cecilia.
Voor de muziek zorgden Edwin
Andersen en the Shallows.
De inkom bedroeg 80 frank (in
voorverkoop 60 frank).
(Voor Allen, 30/12/83)
1984
Zondag 22 januari : Studio-opname
B.R.T.-1 voor St.-Cecilia
Voor het
programma Rond de Kiosk (uitgezonden op zondag 19 februari op BRT-1)
gebeurden er opnames van de Leestse fanfare in studio 6 van de B.R.T. aan het
Flageyplein te Brussel.
Op het
programma stonden o.a. East Anglia van J. de Haan en Aspirations van Derek
Bourgeois.
Het
contract van de B.R.T. vermeldde dat er geen oningewijden of buitenstaanders
tijdens de opname werden toegelaten. Dit betekende dat er geen ereleden
meemochten. Het werd een concert achter gesloten deuren.
De ware
reden diende echter op een andere plaats gezocht : sinds St.-Cecilia niet
akkoord ging met de praktijken van het laatste Belgisch kampioenschap werd er
beslist dat alle concerten van nationaal belang niet meer voor publiek
toegankelijk waren tot de ware uitslag van dit kampioenschap gekend was
In het lokaal St.-Cecilia vergastte
het SP-bestuur van Leest vanaf 14u30 de
kinderen op de tekenfilm Mickys
Gouden Jubileum waarna iedereen kon
smullen van een portie pannenkoeken
met warme chocolademelk.
(Voor Allen, 30/12/1983)
1984 9
januari : Verloren Maandag in t Seel
De VZW Uylenspiegel bood vanaf 18
uur op Verloren Maandag worstenbrood
enappelbollen in Eethuis t
Seel. (DB, januari 84)
1984 Zonag
15 januari : St.-Cecilia opende het
jaar feestelijk
Het aperitiefconcert, (Noot : het vroegere
Nieuwjaarsconcert) gebracht door de
K.F.St.-Cecilia, was weer een streling voor het oor. Het kreeg dan ook een
daverend applaus mee en het bisnummer werd meegeklapt door de enthoesiaste
muziekliefhebbers die in grote getale waren opgekomen.
Vroeger droeg deze muziekvoorstelling de naam
nieuwjaarsconcert, nu werd dit veranderd in aperitiefconcert.
Een programma lichte muziek, waarbij verschillende
solisten voor de nodige afwisseling zorgden.
Een puike vertolking, waar de crescendos en
diminuendos, het ritme en tegen-ritme in de juiste dosering vertegenwoordigd
waren.
De deskundige leiding van J.P.Leveugle en de
kameraadschappelijke sfeer in deze fanfare van dit destijds voor velen onbekend
dorp zijn hier niet vreemd aan.
Het bleek weer duidelijk dat de titel
wereldkampioen in tweede afdeling niet voor niets gegeven werd. Het was weer
een gelegenheid om het tegendeel te bewijzen van het oordeel geveld door de
jury bij het laatste Belgische kampioenschap. Dat dit een wrange nasmaak liet
bij de fanfareliefhebbers hoeft geen betoog en het laatste woordje is hierover
nog niet gezegd.
Het optreden, dat zon uur duurde, liet de
Leestenaars en ook velen van buiten de gemeente genieten van stukken zoals East
Anglia (Jos De Haan), Wien bleibt Wien (Schrammel), Pizzecato Polka (gebroeders
Strauss) en Colonel Boogey (Ken Alford).
Zij werden afgewisseld met kleine stukken waarbij
een solistenpassage vertolkt werd.
Zo was er Sweet and Low (J.Barnby) met Freddy
Walschaers, Mountain Melody (Eric Ball) met als solist Michel Leveugle en het
romantische Solitaire (Neil Sedaka) vertolkt door Benny Wiame.
De
solistenuitvoering van Forgotten dream door Patrick Leveugle, vormde voor de
muziekliefhebbers een gelegenheid om hulde te brengen aan deze jonge
trompettist die een eerste prijs haalde bij de laatste Pro Civitate-wedstrijd.
Een
droom die hij nooit zal vergeten, een droom die werkelijkheid werd.
Leest zal niet alleen vol spanning uitkijken naar het staartje van het Belgisch
kampioenschap maar ook naar het jaarlijks hoogtepunt het palmzondagconcert.
Ook
Guido Slachmuylders, spitsspeler van V.V. Leest, staat hoog in de lijst van de
topschutters in onze provincie, een reden om hem enkele vragen te stellen.
DMW
: Heb je altijd in de spits gespeeld, want je hebt al een lange carrière
achter de rug ?
Guido
: Ik begon bij K.V. Mechelen als miniem, maar was daar nooit bij de besten.
Daarna werd ik topschutter bij zowel kadetten als scholieren van Zennester
Hombeek : als 16-jarige stond ik daar in de eerste ploeg. Dan verhuisde ik naar
Humbeek, waar we direct kampioen speelden en ik ook topscorer was (2de
prov.). Dan volgden nog drie seizoenen eerste procinciale. Toen toonde K.V.
Mechelen weer belangstelling en die konden niet geloven dat ik bij hen in de
miniemen had gespeeld ! Onder Bulatovic kreeg ik één kans in de eerste ploeg :
ik moest Lisazo vervangen, kreeg één grote open doelkans, maar miste anders had
mijn carrière er anders uitgezien. Ik verzeilde op de bank en speelde daarna in
bevordering bij Londerzeel. Vandaar kwam ik voor twee jaar met optie naar V.V.
Leest. Vorig seizoen maakte ik 17 goals voor Leest, nu heb ik er tien, maar was
gekwetst en speel nog maar op 60% van mijn kracht.
DMW
: Jij bent dus een geboren schutter. Hoe maak je nu zon goal. Is dat
tor-instinckt ?
Guido
: Eigenlijk maak ik niet zo gemakkelijk doelpunten. Ik krijg wel veel kansen
in een match, omdat ik aanvoel waar de bal gaat komen, maar ik werk niet zo
goed af. Als ik mijn kansen tegen 80% zou afwerken, dan maakte ik 30 goals per
seizoen. Ik krijg dus vele kansen, mede door mijn snelheid en mijn techniek,
maar eens oog in oog met de keeper ben ik vaak niet kalm genoeg. Ik ben een
impulsief type : als alles draaitdan
kan ik over mijn toeren gaan, mezelf overtreffen, zoals op Puurs. Daar maakte
ik er twee op vijf minuten, ik voel dat alles lukt en ik maak er nog twee in
die match. Maar ik zit ook snel in de put en dan moeten trainer en ploegmaats
me oppeppen. Gelukkig heeft mijn strenge vader ervoor gezorgd dat ik toch wat
karakter heb.
DMW
: Is het voor V.V. Leest echt zon opgave om thuis te winnen ?
Guido
: V.V. is een erg ambitieuse club. Het bestuur werkt er enorm hard, dat heb ik
nog nergens gezien. Maar op sportief vlak zien ze de eigen accommodatie over
het hoofd : we zitten met een heel klein veld, tegen de minimum-afmetingen en
alle ploegen komen hier vededigen en counteren. Het veld is werkelijk te klein
: op verplaatsing op grote velden winnen wij heel gemakkelijk. Als Leest wil
promoveren zullen ze toch eerst het veld moeten vergroten, denk ik.
DMW
: Wat is de ambitie van V.V. Leestnog
dit jaar ?
Guido
: We tellen nu een zestal punten achterstand, dat is iets teveel. We verloren
thuis veel te veel punten en we missen een echte spelmaker. Er zijn goede
spelers genoeg, karakter en goede wil ook, maar geen spelmaker die het spel kan
verleggen. Ik persoonlijk zou thuis ook verdedigend gaan spelen, om de
tegenstander uit zijn tent te lokken. We hebben een zeer sterke verdediging,
met daarin Selleslagh als sluitstuk en dan nog een zeer goede Spinnael in het
doel. Van daaruit snel counteren is voor ons de gepaste spelwijze, zelfs thuis.
Men zegt wel dat het publiek voetbal en aanvallen wil zien, maar volgens mij
kun je beter twee keer met 1-0 winnen dan twee keer 2-2 gelijkspelen. Het
publiek van tegenwoordig wil resultaten!
DMW
: Wat is jouw persoonlijke ambitie nog ?
Guido
: Ik ben nu 25 en velen denken dat ik mijn ambitie heb opgeborgen, maar ik zou
toch graag nog eens in bevordering of in derde klasse voetballen. Ik ben
doodgraag in Leest en het bestuur is tevreden met mij, maar ik mis toch de ambiance
van de hogere reeksen, dat naar een wedstrijd toeleven. Ik mis vooral het grote
publiek rond het veld. Ik ben een speler die moet warm gemaakt worden door het
volk, voor twintig man spelen zegt me niet veel. Ik wil voortgestuwd worden
door het publiek. Eerst zou ik wel nog met Leest willen promoveren. Leest heeft
een optie op mij en ik verwacht eigenlijk wel bij Leest te zullen blijven,
tenzij er andere ploegen komen. Zeker positief is dat ik bij Leest het voetbal
kan blijven combineren met mijn werk als onderwijzer in Hombeek, en dat is toch
een belangrijk element in de overwegingen omtrent transfers.
S.K.Leest, na 15 jaar K.K.S.F.B.,
overgestapt naar Belg. Voetbalbond.
Zoals de trouwe lezers van De Mechelse Week zeker
weten, spelener sinds de aanvang van
dit seizoen twee voetbalploegen uit het Leestse in onze provinciale competitie.
Naast het alom gekende V.V.Leest, is er nu ook S.K.Leest dat de overstap van
het liefhebbersvoetbal naar de Belgische Voetbalbond heeft gezet. Na een half
seizoen provinciaal voetbal lijkt ons het moment gekomen om eens een balans op
te maken en om de twee genoemde competities eens te vergelijken. De meest
aangewezen persoon voor dergelijke kwesties is de voorzitter van S.K. Leest, de
heer Petrus Johannes (maar iedereen noemt hem Jean) VAN DAM, omdat hij ook
lange tijd lid was van het dagelijkse bestuur van de K.K.S.F.B.
Onze eerste vraag gold het waarom van deze
overgang na 15 jaar liefhebbersvoetbal.
Van Dam : Het grote knelpunt was het speelveld.
De afmetingen haalden de normen van de Belgische voetbalbond niet, zodat het
ons onmogelijk was de overstap te doen. We waren destijds dus wel verplicht bij
het K.K.S.F.Bte beginnen. Pas drie jaar
terug zijn we het veld gaan verlengen en verbreden. Onze plannen waren om pas
volgend seizoen naar de Belgische Voetbalbond over te stappen, maar we moesten
alles een jaar vervroegen : er is immers een bondsreglement dat maar één
voetbalploeg per 5.000 inwoners toelaat en volgens die berekening waren er in
het Mechelse nog maar enkele plaatsen vrij, vandaar onze plotse haast.
D.M.W. : Wat zijn de verschillen tussen de
K.K.S.F.B en het provinciaal voetbal bij de Bond ?
Van Dam : Er is in de eerste plaats de
belangstelling : vroeger kwam hier niemand kijken, nu zijn er vaak 150 tot 200
toechouwers ! De wedstrijden tegen Willebroek en Tisselt trokken zelfs 250 man.
Ook V.V.Leest heeft veel supporters : ik denk dat daar velen van bij ons komen
kijken als V.V. op verplaatsing moet. Je merkt het verschil ook als je voor
reclame rondgaat : de K.K.S.F.B. was niet gekend en de mensen waren
terughoudend om reclame te plaatsen. Nu zijn er zelfs geweest die spontaan naar
ons zijn gekomen om te vragen reclame te mogen maken !
Ook op sportief vlak is er een groot verschil :
men speelt hier sneller en veel meer op basis van tactiek. De K.K.S.F.B. was
echt amateurvoetbal : er werd weinig of niet getraind en de motivatie bij de
spelers was veel minder. Nu brengen de jongens er veel meer voor op. Maar er
wordt veel meer tactisch gespeeld.
D.M.W. : Is er een vergelijk met V.V.Leest
mogelijk ?
Van Dam : Historisch zeker wel : wij zijn eerst
gestart, en dus direct in het K.K.S.F.B.
V.V. startte later, doch van meet af aan in de
Belgische Voetbalbond. Dat had meer aantrek bij de jeugd : de Leestse jongeren
die eerst bij ons speelden trokken bijna allemaal naar V.V. Dat is ons grote
probleem nu : we hebben enkel een scholierenploeg en we hopen er volgend jaar
ook met een juniorenteam te staan. Maar qua jeugd moeten we van nul beginnen.
D.M.W. : Is er ook een politiek gevecht tussen
beide Leestse ploegen ?
Van Dam : Ik persoonlijk kan sport en politiek
niet koppelen. Voor mij zijn dat twee aparte zaken, al denken velen daar anders
over. Wij kregen de naam de roden mee in Leest.
Telstar (de naam van S.K. toen het in het
K.K.S.F.B. speelde) had haar lokaal in café Telstar en dat was ook het lokaal
van de Socialistische Partij in Leest. Daar ontstond de ploeg, die dan wel in
het katholieke K.K.S.F.B. ging spelen. Als bekend socialist zat ik toen in het
dagelijks bestuur van die K.K.S.F.B. en verder was ik stichter en voorzitter
van de REGIO M.
Voor mij is de sport duidelijk niet gebonden aan
politiek en ik heb dan ook nooit de sport gebruikt om politiek resultaat te
halen.
D.M.W. : Zijn twee ploegen in Leest wel leefbaar
?
Van Dam : Volgens Gust Emmeregs was dat niet het
geval. Maar het tegendeel wordt nu door ons bewezen : beide ploegen hebben veel
supporters en als er één op verplaatsing speelt, komen de thuisblijvers
blijkbaar naar de concurrent kijken.
D.M.W. : Welke zijn de ambities van S.K.Leest ?
Van Dam : Vooropgesteld was mee te draaien bij de
eerste tien. We hebben echter boven de verwachtingen goed gepresteerd : zonder
die weggevers tegen Willebroek en Lint stonden we nu tweede of derde. Maar dat
is niet erg : we kennen de zwakten in ons team en daar moeten we volgend
seizoen iets op vinden. We hadden wel een paar gekwetsten, vier zelfs, en
onze Dirk was vier weken out, en toch staan we bij de eerste zes, als dat zo
blijft is iedereen tevreden.
D.M.W. : Hebt u een verklaring voor die goede
prestaties ?
Van Dam : In het K.K.S.F.B. hadden we ook geen
slechte ploeg. Verder heb ik goede relaties met Racing Mechelenen daardoor was het ons mogelijk ook een
scholierenploeg op de been te brengen. Ze kennen me goed op Racing : ik ga daar
regelmatig praten, om de ploeg voor volgend seizoen vast te leggen. Van Tulden,
Rombouts, Schaerlaeken en nog enkelen komen van Racing. Elk element vond zijn
plaats in de loop van het seizoen. Dan hebben we Piscador nog van V.V.Leest
gekocht (die zijn erg schappelijk geweest) en tijdens het seizoen kwam er nog
Hambroek bij. We hebben nu een redelijk spelerspotentieel en dat blijkt nodig
met al die ploegen die tegen ons durven voetballen, d.w.z. vrij aanvallen en
zich niet ingraven en pottekestamp spelen, hebben het erg moeilijk hier. Tegen
echte pottestampers hebben wij het steeds zwaar.
D.M.W. : Welk is het sterkste onderdeel van de
ploeg ?
Van Dam : In verdediging hebben we spelers
genoeg, ook als er gekwetsten zijn : Kuypers is de beste linksback. Het beste
deel is wellicht het middenveld met Van Tulden-Piscador-Rombouts, maar dat is
meteen ook het kwetsbaarst : daar zijn geen wisselspelers voorhanden. Volgend
jaar moeten we daar nog iets hebben. Maar de sterkte ligt vooral in de
vriendschap tussen de spelers. Het bestuur probeert die erin te houden : het
zijn 14 vrienden, ze hangen aaneen, dat is de ploeg.
D.M.W. : Wat zijn uw wensen voor 1984 ?
Van Dam : Ik hoop dat die vriendschap er blijft
tussen de spelers en dat ook het bestuur blijft zoals het is. Verder zou ik
graag de ploeg nog versterkt zien volgend seizoen, zowel het eerste elftal als
de jeugd en zelfs het bestuur. Ik hoop ook het tweede veld klaar te krijgen.
Mijn grootste zorg is echter de jeugd, want daar ligt de hoeksteen voor de
toekomst. Voor ons eerste elftal van dit seizoen, hoop ik dat ze binnen de
eerste zes spelen en wie weet, met wat geluk spelen ze de eindronde.
(Reportage : Eddy Goovaerts. Fotos :
Jan Segers)
-De
ploeg van S.K.Leest.
-De
gebroeders Van Dam die het mooie weer maken bij S.K.Leest.
1984 Uit
een folder van 1984 (enkel jaartal bekend) : Verheugend Nieuws
Tot onze grote vreugde vernemen we dat het Zijne Heiligheid de Paus behaagd
heeft onze vroegere Aalmoezenier Georges Herregods, Apostolisch
Militaris
te benoemen, met standplaats te Brussel.
In deze nieuwe hoedanigheid houdt de Aalmoezenier eraan de hoogmis van
nu
zondag,
te 10 uur zelf te celebreren en aan de gelovigen van Leest, die hij steeds
in zijn hart gedragen heeft, zijn eerste pauselijke zegen laetare
populum innocente
te geven.
Zeker zullen vele Leestenaars eraan houden deze plechtigheid bij te
wonen.
Gelieve de huizen te bevlaggen.
1984
Enkel jaartal bekend : Gazet van Mechelen :
Sterkste Duffelaar woont in
Leest.
Krachpatserijen werken aanstekelijk op het
publiek. Daarom ging de voetbalclub Luna op zoek naar de Duffelse Goliath die
verondersteld wordt de sterkste man uit Duffel of omgeving te zijn.
Er blekenvoldoende kandidaten geïnteresseerd
in deze titel : vandaar dat er een voorselectie aan te pas kwam, waardoor vijf
kandidaten weerhouden werden voor de finale.
De laatste opgaven waren niet min : gewichtheffen,
staven buigen, telefoonboeken scheuren, een menselijke weegschaal en bakstenen
tillen.
Van het vijftal finalisten maakten Luc Ansloos,
een uitgeweken Duffelar die nu te Leest woont, en Eddy Daems er een
nek-aan-nekrace van.
Na de vijf proeven stonden ze zelfs met gelijke punten !
Er kwam bijgevolg nog een bijkomende proef aan te
pas en het was uiteindelijk Luc Ansloos die zijn vorig jaar reeds veroverde
titel met een jaar kon verlengen.
De laureaat mocht liefst drie wisselbekers in
ontvangst nemen.
Sportschepen Jan Borremans feliciteerde de vijf
finalisten en reikte bekers en herinneringen uit.
1984
Enkel jaartal bekend : HOOFDLUIZEN
Mededeling
van de Stad Mechelen aan ouders en leerlingen van het Stedelijk Onderwijs :
Het probleem van de hoofdluizen is momenteel
sterk in de actualiteit getreden, door zijn onrustwekkende toename.
Een tijdige diagnose, een doeltreffende
behandeling en een zinvolle preventie dringt zich, nu meer dan ooit, op.
De hoofdluizen kenmerken zich door hun sterke
vermenigvuldigingsdrang, voornamelijk in collectiviteiten zoals kribben,
peutertuinen en scholen, zodanig dat alle sociale lagen aangetast worden zonder
discriminatie. Men moet goed voor ogen houden dat het gevaar van deze enorme
voortplantingsdrang niet denkbeeldig is (elk wijfje legt tussen 100 en 400
eitjes en deze zijn op hun beurt na 6 dagen volwassen).
Bij het ontdekken van een besmet kind, wordt dit
dan ook pas na een volledige behandeling weer in de schoolgemeenschap
opgenomen.
De heropflakkering van deze menselijke parasiet
verantwoordt dit schrijven en verhoopt een volledige medewerking aan alle
betrokkenen.
F. Nason, Schepen van Sociale Zaken
G. Joris, Schepen van Onderwijs
Dr. K. Lehouck, Geneesheer-Coördinator v/h
Gezondheidscentrum Kon. Astridlaan
Dr. J. Simons, Geneesheer-Coördinator v/h
Gezondheidscentrum Vijfhoek.
1984 Inlichtingen voor Miliciens
Dat jaar
konden de miliciens voor inlichtingen en raad betreffende de militaire
reglementen e.d. nog altijd terecht bij Luc Beterams, Tisseltbaan 46 en op het
oud-gemeentehuis van Leest op maandag, woensdag en vrijdagvoormiddag.
(DB,
maart 1984)
1984
Januari Van Toeters en Trompetten : Eerste
prijs voor Patrick Leveugle.
Wij hebben de eer en het genoegen u mee te delen
dat onze muzikant Patrick Leveugle een eerste prijs heeft behaald op de
nationale wedstrijd Pro Civitate ingericht door het Gemeentekrediet van
België.
Het is de hoogste onderscheiding die een jonge
muzikant in ons land kan behalen.
Deze prestatie is des te merkwaardiger omdat het jaren geleden is dat een
trompetspeler (of cornetspeler) deze onderscheiding nog kon behalen ! Proficiat
Patrick ! Doe zo verder !
Wij publiceren dit ook ten behoeve van de
organisatoren van kampioenschappen ! Zij zijn nu op de hoogte gebracht dat er
muzikanten (in het meervoud) uit onze fanfare groeien die in de toekomst de
wereld zullen verbazen ! Anders moeten we weer eens in een persbericht lezen
dat onze vereniging versterkt was met supercracks !
1984 -De Band januari : Leestenaars treden zo uit de oude doos
(Verzameling
Stan Huysmans)
Brief van Jan De Leers,
schoolhoofd, aan Vik De Laet, burgemeester
(Gedateerd
7 februari 1935 en in de toenmalige spelling)
Achtbare Heer Burgemeester,
Hierbij deel ik U een schrijven mede, welke mij is
gezonden geworden door den Heer Kantonnalen schoolopziener.
Er werd mij gevraagd medalies te willen verkoopen, om alzoo bij te dragen tot
het oprichten van een gedenkteeken ter eere van onzen diepbetreurden Vorst,
Koning Albert. Zeer gaarne wil ik den oproep van Zijn Excellentie, den Minister
van openbaar onderwijs beantwoorden.
Ten einde de geldinzameling met gelooden bussen te
doen, wil ik U eerbiedig vragen de toelating te geven hetzelve te laten plaats
grijpen in onze gemeente. Ik zou graag hebben dat dit zou geschieden onder uw
toezicht en vraag U daarom of het niet mogelijk is een onderhoud met U en met
Mejuffer Hellemans, morgen namiddag na de klasuren, te hebben.
Indien wij alzoo een akkoord kunnen hebben op
dezen dag, dan zou ik mij reeds kunnen gelasten met het aanschaffen van bussen
en medalies.
Hierbij geef ik U ook een ander schrijven van den
Minister van Openbaar onderwijs betreffende het turnonderwijs in de lagere
scholen.
Aanvaard, Mijnheer de Burgemeester, de verzekering
mijner nederige en oprechte gevoelens.
(getekend) J. De
Leers, schoolhoofd.
Antwoord
van Vik De Laet aan J. De Leers, schoolhoofd (geschreven op de keerzijde van
bovenstaande brief) :
Waarde Heer hoofdonderwijzer,
Gaarne steun ik U met al mijn krachten, voor dat
heerlijk werk, want een volk dat zijne groote mannen niet meer eert, is een
volk rijp voor slavernij.
Vandaag, onmiddellijk na de school, zal ik het
gevraagde onderhoud gaarne toestaan. Gelieve zo goed te zijn juffrouw Hellemans
te verwittigen.
Hand en groet,(getekend)
V. De Laet.
Naschrift;
Deze
briefwisseling vind ik prachtexemplaren, raak tekenend, mooi belichtend en
doorlichtend het karakter, illustrerend en reliëf gevend aan de geaardheid van
beide schrijvers.
Enerzijds
meester De Leers, grootoorlogsinvalide. Wie heeft hem niet gekend, altijd
gloeiend dwepend en zich koesterend in zijn diepste gevoelens van laaiend
patriotisme, wat menselijk en begrijpelijk was
Anderzijds
Vik De Laet, burgemeester, graag schalk en olijkerd in de wandel, formuleert in
fijne feeling een aanmoedigend antwoord met als sluitstuk een koene en
kortgebalde vriendengroet, waarbij meester De Leers, bij t lezen ervan,
beroerd in houding is gesprongen, kan ik mij voorstellen
We hebben
ze beiden goed gekend. Elk in zijn job en zijn wandel, hebben ze ieder op eigen
manier, veelvuldig en soms ook diep, hun stempel gedrukt op landelijk Leest en
volk.
Waar is die tijd van toen
(Meester
Stan Huysmans)
De protagonisten uit 1935 : meester De Leers (links)
met zijn klas en de fotos van het koningspaar. Onderaan burgemeester De Laet
met de pijp tussen de tanden en de spade op de schouder.
Zaalvoetbalclub
Leest werd gesticht rond de jaarwisseling 1983-1984.
Vanaf
januari 1984 werden er een tiental wedstrijden gespeeld in de bijgevoegde
competitie van de B.Z.V.V. en de resultaten waren hoopgevend.
De eerste
thuismatchen werden gespeeld in Sportpark De Nekker te Mechelen en gingen
vanaf september 84 door in de omnivalente sporthal te Leest.
Haar
dynamisme bewees de nieuw opgerichte club door reeds op 14 en 28 april twee
veldvoetbaltornooien te organiseren.
Eind 84
speelde de club in 5e Provinciale van de Belgische Zaalvoetbalbond.
Ter
gelegenheid van het éénjarig bestaan werd met Kerstmis en Nieuwjaar eenTweefeestentornooi ingericht.
(zie 26/12 en 30/12/84 in deze Kronieken)
Zaalvoetbalclub
Leest was aangesloten bij de B.Z.V.B. onder stamnummer 3810.
Thuisbasis
was het Sportcentrum Leest.
In 2003
speelde de eerste ploeg in tweede nationale A en de thuismatchen werden op
vrijdagavond gespeeld om 21 uur.
De tweede
ploeg speelde in derde provinciale B en de thuismatchen werden eveneens op
vrijdagavond gespeeld op hetzelfde uur in afwisseling met de eerste ploeg.
De derde
ploeg speelde in de plaatselijke competitie op een variabel uur opdonderdagavond.
Activiteiten
naast de reguliere competitie :
-oktober :
jaarlijkse fuif annex tombola.
-eind
december : De Leestse Zaalcup, een tornooi voor Leestenaars.
Het
secretariaat was in handen van Jan Van den Heuvel.
(DB,
april 1984 en diverse progammabrochures)
In De
Band van november 1984 werd de start in de Belgische Voetbalbond aangekondigd
en de ervaringen van de nieuw opgerichte clubin de voorcompetitie :
Z.V.K. Leest 5e
Provinciale Antwerpen
Wablief, zullen velen al direct zeggen, nog een
ploeg die van start gaat in de Belgische Voetbalbond, naast die twee andere
ploegen uit onze kleine gemeente. Niets is minder waar, want de kenners onder
ons hebben al direct gezien dat het hier gaat om ZAALVOETBAL, een meer
beschaafdere versie van koning voetbal.
Zon ploeg op een goede basis starten is niet zo
eenvoudig als op het eerste gezicht misschien zou kunnen lijken, want net als
bij het veldvoetbal zit je hier ook vast aan een netwerk van reglementen,
artikels en allerlei andere normen om alles in goede banen te leiden.
Naast al die reglementen is de grote struikelblok
voor de meeste startende ploegen de financiële zijde van de medaille. Het kost
inderdaad een hele boel geld om alles te kunnen bekostigen, zoals
inschrijvingsgelden bij de Bond, vergoedingen en verplaatsingskosten van de
scheidsrechters, verzekeringen en bovenal de huurgelden van de zaal, in ons
geval de sporthal van Leest, waar wij met onze beide ploegen aantreden. Om
zulke bedragen bij elkaar te krijgen was het dan ook meer dan normaal dat wij
op zoek gingen naar enkele valabele sponsors die wij dan ook vonden onder de
vorm van een viertal zelfstandigen uit Leest. Daarnaast hebben we dit jaar ook
reeds een drietal tornooien gegeven, alle zeer goed meegevallen. Op het einde
van het jaar organiseren we nog twee tornooien, nl. op 26 december een recreatietornooi
en op 30 december een meer competief gericht tornooi.
Genoeg over onze bestuurlijke aangelegenheden,
over naar zaalvoetbal.
Zoals elke goede ploeg zijn wij ook gestart met
een voorcompetitie. Deze ging door tijdens de maanden maart en april. Deze
competitie is vooral bedoeld als kennismaking met de reglementen. We hebben die
wedstrijden goed doorgewerkt, we speelden enkele zeer goede matchen, getuige
hiervan de uitslagen zoals 11-1, 7-1 en 17-0 in ons voordeel en natuurlijk
hadden we ook eens een mindere dag en verloren we met 4-3 en 5-7.
Doch het is een goede leerschool geweest en per
slot van rekening spelen wij nog allemaal voor het plezier en de goede en
slechte momenten nemen we er dan graag bij.
Een week of zes voor de aanvang van de competitie
zijn de eersten al gaan trainen, vooral dan wat lopen om toch niet geheel
onvoorbereid het lange seizoen aan te vatten want anders vraag je om onnodige
blessures of stramme spieren.
De laatste weken waren de trainingen meer
voetbalgericht, doch alles verliep onder een losse sfeer met een toffe groep.
Onze eerste competitiewedstrijd dan, al direct op
een late maandagavond (gelukkig valt dit niet veel voor), moesten we aantreden
tegen Pleintje Willebroek. Een biezonder spannende match met onze ploeg steeds
op voorsprong; toch maakten de tegenstrever telkens snel gelijk via enkele
goede counters. Uiteindelijk haalden we dan toch de bovenhand met 5-7 cijfers
als einduitslag.
Onze eerste thuismatch was meteen een loodzware
partij tegen Derby Hemiksem, een ploeg die integraal overkomt uit eerste
provinciale en die met dezelfde spelers opnieuw starten in onze reeks. Deze
ploeg bleek dan ook een tikkeltje te sterk voor ons, alhoewel we goed
meegespeeld hebben en enkele mooie goals konden scoren. Eindstand : Leest
Z.V.K.-Derby : 5-7.
Onze derde partij hebben we eveneens zeer nipt
verloren tegen Den Biezerd uit Niel.
Dit verlies was te wijten aan het nieuwe
spelconcept dat we aan het inoefenen waren en dat nog niet honderd procent op
punt stond; ook een gebrek aan invallersmateriaal werd ons fataal, alhoewel we
bijna doorlopend veld(zaal)-overwicht hadden. Maar kom, een volgende maal beter
was ons motto en inderdaad van dan ging het in stijgende lijn met de
prestaties.
Bij onze tweede thuismatch hebben we dan even kat
en muis gespeeld met BMW Berlgium.
Eindstand : 9-2.
Op maandag 8 oktober speelden we dan onze vijfde
wedstrijd, op verplaatsing bij De Klamp uit Terhagen en deze jongens hebben
niet alleen een mooie zaal, maar bovendien een goede ploeg ook, dit ondervonden
we al meteen tijdens de eerste helft toen wij weliswaar snel op voorsprong
kwamen, doch door enkele snel opzittende spitsen op een 3-1 achterstand werden
geplaatst. Na de herneming gingen we dan nog meer offensief onze kansen en
konden via 3-3 en een late goal 3-4de
twee punten mee naar huis nemen na een goede en faire partij zaalvoetbal.
Hopelijk blijven de prestaties goed en blijft de
sfeer optimaal, zowel bij de eerste als bij de tweede ploeg (die enkel
vriendschappelijke wedstrijden speelt en al enkele klinkende uitslagen heeft
behaald, o.a. 9-1 tegen VEVOC).
Onze thuismatchen gaan door op vrijdag (naargelang
de kalender natuurlijk) om 21u. na de andere Leestse zaalvoetbalploeg, die wij
van hieruit een succesvol seizoen toewensen.
De tweede ploeg speelt op geregelde tijdstippen
aan huis op donderdag om 21u15.
Iemand die we tenslotte nog willen bedanken is
onze délégué Leo Lauwens die samen met Gerd De Prins, Pol Clyman en Frans
Spoelders een enorme steun betekenen voor onze club en daarvoor onze grootste
appreciaties krijgen voor hun werk !
Alle inlichtingen betreffende beide ploegen of
tornooien kan je krijgen bij onze duivel-doet-al Jan Van Den Heuvel.
De spelers :
Ploeg 1 : Jan, Hedwig, Frank, Marcel, Marc, Koen,
Johan en Ludy.
Ploeg 2 : Jan, Bart, Hans, Willy, Jan, Frans,
Filip en Jan (Custers).
1983 Dat
jaar werd er door Vevoc werk gemaakt van de oprichting van een :
Basketclub
Hugo
Lauwens vertelde in 2013 :
Ledenwerving
Basketclub Vevoc Heren, 1983.
Omdat de
statuten van Vevoc enkel oud-chiroleden van Leest toelieten werd er beslist om
een ledenwerving te organiseren.
Zaal
Forum in Hombeek, de oefenzaal van den basket, liep vol met potentiële
liefhebbers.
Er werd een
gelegenheidswedstrijd gespeeld met 20 spelers, een normale match wordt betwist
met 5 tegen 5, en niet iedereen was voorzien van gepaste kledij. Hilarisch toen
Jef Verbeeck uit de Winkelstraat de hele match op zijn sloefen speelde. Willy
Van Linden kwam nadien zelfs wekelijks trainen op zijn Zweedse klompen
Er waren
vele gegadigden die nog een tijdlang bij BBC-Vevoc bleven trainen.
Bert Schillemans, Wim Dons, Erwin Van Nobelen, Robert Van Steenwinkel en Rudy
Goyvaerts (de dokter van Leest-Dorp) kwamen het team versterken, vele anderen
lieten na een tijdje verstek gaan.
BBC Vevoc
speelde in de competitie van de Antwerpse Vriendenclubs.
Het
ontstaan werd bezegeld op het zolderkamertje van De Drij Gapers.
Onder
impuls van Eddy Moortgat begon de ploeg met veel ambitie en groeide dra uit tot
een begrip in de Antwerpse basketregio.
Het bestuur
bestond uit Voorzitter Kris De Laet, Ere-Voorzitter Louis Vloebergh, Secretaris
Hugo Lauwens, Manager Mille Peeters, Penningmeester Vera Lauwers en leden Eddy
Moortgat, Chris Van den Bergh, Vera Ceuppens en Danny Polfliet.
Financieel
was de club afhankelijk van Vevoc maar werd ook gesponsord door Karin De Laet,
eigenares van café De Drij Gapers.
Vaste stek
in de ploeg hadden o.a. de Leestenaars Jurgen en Hans De laet, Luc Peeters,
Danny Polfliet, Erwin Van Nobelen, Hugo Lauwens en Luc Nuytkens.
Eddy
Moortgat werd speler/coach.
Later
werden de statuten aangepast en kreeg den basket versterking uit Mechelen en
Blaasveld. Patrick Sleeckx (de Slekke) was iedere match goed voor minstens 30
punten.
Jo en Koen De Mulder en Frank en Eric Boeckx werden de andere Amerikanen.
-Willy Van Linden.
-Hugo Lauwens
-Het Vevoc Basket-team in 83. (fotos : Hugo Lauwens)
De jubilarissen van Eternit. Zittend als eerste
van links : Frans De Laet. Uiterst rechts en staand : Toïne Van Paesschen.
1983
Vrijdag 16 december : Uitbetaling
Spaarkas en Souper SK Leest
In het Chalet van SK Leest.
Deelname 350 fr per persoon (niet-leden 550 fr.)
Op het menu : hespenrolletjes met
mimosa, tomatengroentensoep, kalkoen op
jagerswijze, kroketten, fruitsla
met slagroom.
1983
Vrijdag 16 december : Jubilarissen
bij Eternit (foto bovenaan)
Die dag had
te Kapelle-op-den-Bos de jaarlijkse uitreiking van de Eretekens plaats.
Onder hen
twee Leestenaars Antoon Toïne Van Paesschen en Frans De Laet.
Zij
ontvingen het Ereteken van de Arbeid 1ste Klasse.
Toïne Van
Paesschen was te Nieuwenrode geboren op 11 september 1928 en hij overleed in
zijn huiskring te Leest op 28 december 2007.
Frans De
Laet was te Leest geboren op 17 april 1923 en te Mechelen overleden op 26 juli
2002. Frans was ook cafébaas, hij was jarenlang de waard van de herberg In den
Barreel rechtover de kerk van Leest.
Van hem
vonden we ook nog een getuigenis terug over zijn ervaringen in een Duits
werkkamp gedurende de tweede wereldoorlog : Ik
ben op 2de paasdag 1943 door de Duitse Feldgendarmerie aangehouden (noot : hij had zich verscholen in de dakgoot
van de ouderlijke woonst in de Tiendeschuurstraat) en via Mechelen, Antwerpen naar Aken (Duitsland) gevoerd. Van Aken naar
Hannover en vandaar naar Bremen in een lager genaamd Werkstätt strasse Bremen
Hemelingen. In dit lager heb ik De Decker Frans uit Ruisbroek leren kennen.
Deze is daar samen met mij toegekomen in april 1943. Hoelang die daar verbleven
heeft weet ik niet meer, daar deze ziek was is hij eerder mogen weggaan. Nadat
we enkele tijd samen in dit lager waren heb ik opgemerkt dat deze abnormaal
mager en bleek werd. Enige tijd later is De Decker naar een geneesheer gegaan
en werd weggestuurd. In dit lager waren wij verplicht 10 uren per dag te
werken. We kregen 200 gram brood voor een ganse dag. s Middags kregen we een
kom raapkoolsoep, met soms een aardappel in. Dit was het rantsoen voor een
ganse dag en als we dan s nachts moesten werken kregen we niets meer. De
levensomstandigheden waren zeer slecht.
1983 18
december : Davidsfonds
Kerstevocatie
In de parochiekerk om 19u30
Kerstmis hier en over de grenzen heen.
Zang : Els Van den Eynde, harp :
Anne Van den Troost,
Proza : Guido Hellemans, koor :
parochiekoor Leest.
(Folder)
1983 18
december : K.V.G. Zennevallei hield
kerstfeest
Zon 160 mensen kwamen bijeen in
het parochiehuis van Hombeek naar
aanleiding van het kerstfeest ingericht
door K.V.G. Zennevallei.
Deze groep verzamelde alle
minder-validen van Hombeek, Leest en Heffen
en werd in 1970 opgericht. De
toenmalige voorzitter Nand Van Praet, werd
intussen opgevolgd door Henriette
Verschueren uit Leest.
Het kerstfeest stond vooral in het
teken van het kind en werd opgeluisterd door
het gemengd zangkoor van Leest.
Te 14u30 had een eucharistieviering
plaats die werd opgevolgd door een aperitief.
Daarna volgde een optreden van het
zangkoor met Roodkapje en de Wolf, een
satire op de huidige crisistijd.
Na dit optreden kwam de Leestse
Chiro met een nummertje uit hun tuimeling-
programma op het podium, hierna was
er tijd voor spel en een aerobicoptreden
van de kinderen.
Voor en na de maaltijd waren er nog
optredens van het zangkoor en de namiddag
werdafgesloten met de trekking van de tombola. (Gvm,
21/12/83)
1983 24
december : Overlijden Victoria De
Boeck Ere-Schoolhoofd
Ze was te
Leest geboren op 31 mei 1908 en overleed op Kerstavond in het
St-Imeldaziekenhuis te Bonheiden.
Het Kruis maakt deel uit van het leven
het wordt het deel van elk van ons.
Maar dit kruis is de weg naar het leven.
Wanneer alle hoop is geweken,
Wanneer de nood het hoogst is
dan is de Heer ons meest nabij.
Tinneke is gestorven zoals ze heeft geleefd
Zonder veel ophef of lawaai
en berustend op de wil van de Heer.
Want dat waren de trekken van haar mooi karakter :
diep kristelijk van aard
leefde ze stil en bescheiden,
teruggetrokken van s werelds geraas.
In berusting ook is zij haar kruisweg gegaan
en droeg haar lijden zonder klagen.
Op deze vooravond van het Kerstfeest
is zijzelf naar het Kerstekind toegegaan.
en trad ze binnen in de vrede van de Heer
(uit haar
gedachtenisprentje)
1983
Zaterdag 24 december : KERSTAVOND BIJ
DE CHIRO
Zaterdag den 24ste december chiro voor
Sloebers en Rakkers.
Om 17u30 begon de avondvergadering voor de oudste
groepen.
Eens aangekomen in de Chiro werden we ingedeeld in groepen (jongens en meisjes
ondereen).
De inleiding begon met een toneeltje door chiromensen naar voor gebracht.
Later moesten we een bepaalde route volgen en
vraagjes oplossen. We kregen ieder een kaart mee en 2 fakkels per groep.
Het was een goede bezinningsavond !
Iedereen had een verschillende versie van
kerstmis.
We gingen met alle leden naar de kerststal en daar
werd het kerstfeest besproken plus een kleine evaluatie. Ook de kerstboom aan
de kerk werd versierd en er werd een kleine zangstonde gehouden.
De H. Mis werd door iedereen bijgewoond !
Door deze avond ondervonden we dat kerst toch iets
kon betekenen.
De Kon.Fanfare St.-Cecilia richtte
haar jaarlijks kerstfeest in.
Dit ging door in de zaal bij Emiel
Van Steen vanaf 15 uur. Het feest bestond
uit drie delen :
-Bert De Borger speelde Hoger-Lager
met kinderen en volwassenen.
-Er stond een feestmaal op het
programma met koffiekoeken en koffie, gratis
voor de kinderen van de muzikanten
en de ereleden. 50 frank voor de
meevierende volwassenen.
-Uitdeling van de geschenken. (GvM,
15/12/83)
Door een samenloop van omstandigheden viel
Kerstmis in 1983 op een zondag. Het kon dan ook niet anders of het kerstfeest
van de fanfare moest met Kerstmis zelf plaats hebben. Een kwart van de
ingeschreven deelnemers gaf forfait ! Dat is veel, veel te veel zelfs ! Daarom
heeft het bestuur besloten volgend jaar een hoger inschrijfgeld te vragen en
bij deelneming een gedeelte van dit inschrijfgeld terug te geven. Zo zullen
onnodige onkosten voor de fanfare vermeden worden.
In de zaal stond een grote kerstboom opgesteld en
zoals het hoort, werd er eerst rond de kerstboom gezongen. Het grootste deel
van deze kerstviering was besteed aan allerlei spelletjes uitgedacht door
Hubert De Borger. Deze had er eveneens heel wat vrije tijd voor opgeofferdom de nodige materialen in elkaar te
knutselen.
Er werd begonnen met de kleintjes van 2 tot en met
6 jaar !
Zij deden een ringenwedstrijd en nog wel tegen
het uurwerk. Er was een kleintje bij dat zich niet wil laten opjutten en daarom
gaf dat gewoon forfait !
De kinderen van 7 tot en met 9 jaar speelden een
E.T.-spelletje. Het heeft iets te maken met een lampje en met elektriciteit en
omdat we technisch niet zo onderlegd zijn, kunnen we hierover geen verdere
informatie geven.
De kinderen van 10 tot 12 jaar mochten
Hoger-Lager spelen met echte grote kaarten zoals dat in het programma van
Walter Capiau op de televisie gebeurt. In de finale voor de kinderen wonnen
Erik Van den Vondel en Anja Piessens het van Jürgen Verschueren en Iris
Piessens.
En toen mochten de grote mensen ook eens meedoen
aan Hoger-Lager.
Als voorselectie kregen zij het E.T.-spelletje voorgeschoteld en wat merkten we
op ? Die grote mensen konden het niet zo goed als de kinderen van 7 tot 9 !!!
In de finale kon Günter Peeters bijgestaan door
zijn moeder Simone het nipt halen tegen terug Erik Van de Vondel met deze keer
de steun van zijn moeder Jacqueline.
En toen was het tijd om kerstkoeken te gaan eten !
Omdat er zoveel mensen hun kat hadden gestuurd, waren er heel veel koeken over
! En ze waren nog zo lekker ! Maar volgend jaar zullen er ook belegde broodjes
zijn ! De moeders houden er niet van dat hun kinderen zich bekladden met
chocolade, vanille of suikerpoeder !
Als slot van dit kerstfeest kregen alle kinderen
nog speelgoed aangeboden. Met blijde gezichten trokken ze daarna allemaal naar
huis !
1983 10 december : 10de Sint Niklaasbal van V.V.
Leest
Dit ging door in de parochiezaal te
Leest. De muzikale omlijsting berustte bij
het orkest The Dukes en als
speciale attractie was er een optreden vanAnita Leone
en Gene Summer. Sint Niklaas en
Zwarte Piethadden voor alle deelnemers
gratis geschenken. (Folder)
1983 10
en 11 december : 4de
Hobbytentoonstelling SP Leest.
De openingsrede werd gehouden door
de schepen van onderwijs en SP
voorzitter van Mechelen G. Joris.
Op de standen vonden we volgende
deelnemers terug :
Rudy Nuytkens, Stefaan De Laet en
Marc De Win met pentekeningen.
STIM (soc.promotie) met macramé,
kantklossen en weven.
Jos De Schouwer met zijn
beeldhouwwerken, Staf Schaepherders met
boekbinden, de familie Portael met
handwerk, Nancy Van Camp met
meubeltekenen, Marcel Van Hoof :
Leest, vroeger en nu.
Ook de postzegelclub A. Spinoy was
present evenals de STIM(dagschool)
met computer in werking.
De tentoonstelling vond plaats in
de zaal van Mille Van Steen.
Gazet van
Mechelen daarover (15/12) : Vrijetijdstentoonstelling.
Te Leest werd er vorig weekeinde een
vrijetijdstentoonstlling georganiseerd in de feestzaal St.Cecilia. De
openingsrede werd door schepen Joris gehouden. Onder de andere prominenten
waren er C. De Meester, Louis Vloebergh en Jef Vloeberghen alsmede
oud-burgemeester van Leest, de h. Lauwers.
Op 13 standen kregen de bezoekers een inzicht over
mogelijke vrijetijdsbestedingen. Zo was er Rudy Nuytkens met pentekeningen, de
STIM (soc. Promotie) met macramé, kantklossen en weven; Stefaan De Laet en Marc
De Win met pentekeningen; Jos De Schouwer met beeldhouwwerken; Staf
Schaepherders met een standje over boekbinden; de familie Portael met divers
handwerk; SITO en SMS 1 met meubelmaken, publiciteit, binnenhuis en plastische
kunsten; A. Sponoy met de postzegelclub; STIM (dagschool) met de computer in
werking; CSC Leest met schaken; Nancy Van Camp met meubeltekenen en verder nog
een rommelmarkt.
Veel aandacht kreeg Marcel Van Hoof met zijn stand Leest, vroeger en nu. Al
wat er maar gebeurd was in Leest kon men terug vinden in één van zijn
documentatiemappen.
1983 11
december : Jean Van Dam lijnrechter.
In de voetbalpartij Heffen-SK Leest
was één van de lijnrechters niet komen
opdagen waardoor de wedstrijd met
enkele minuten vertraging van start ging.
De Leestse voorzitter Jean Van Dam,
een oud-scheidsrechter, viel in als
gelegenheidslijnrechter en kweet
zich behoorlijk van zijn taak.
1983 13
december Het Laatste Nieuws :
Vinkstraat blijft in Leest een probleemstraat
Iedereen die Leest kent, kent de problemen in
verband met de Vinkstraat. De wegbedekking van deze straat is nog nauwelijks
die naam waardig en er is bijgevolg dringend een verbetering van de infrastructuur
nodig.
Het klinkt misschien ongelooflijk, maar deze zin
had men 5 jaar geleden ook reeds kunnen uitspreken.
Inderdaad, de plannen tot verbetering van de
Vinkstraat dateren reeds van 1978.
In dat jaar werd een studiebureau aangesproken om
een ontwerp voor de Vinkstraat te maken. Ontwerp dat ongeveer 1 jaar daarna
klaar was en op 16 april 1979 door de gemeenteraad goedgekeurd werd.
De geplande verbetering van de straat bestond erin dat de toenmalige (en
huidige) wegbreedte van drie op zes meter zou gebracht worden, met aan
weerszijden van de rijweg een verharde berm, waarin de nodige voorzieningen
zouden aangelegd worden.
Voorzieningen als daar zijn : rioleringen en een daarmee verbonden
afwateringssysteem, elektriciteitsleidingen en telefoonlijnen.
Toelagen
Ongeveer
een maand daarna (mei 79) richtte de stad Mechelen een aanvraag voor subsidie
aan de Provincie. In maart 1980 keurde het provinciebestuur de aanvraag goed en
nam aldus 60% van de totale kosten (ongeveer 8 miljoen fr.) op zich, zijnde 4 miljoen
frank. Wel stelde de Provincie als voorwaarde dat de aanbesteding van de werken
voor 30 september 1980 zou gebeuren. Voor die datum moest de stad dus eigenaar
worden van de gronden die noodzakelijk zijn voor de aanleg van de nieuwe straat
(de stad mag immers uitsluitend op haar eigendom werken uitvoeren).
Nu
zijn er voor een stad twee manieren om gronden te verwerven. Een eerste systeem
is dat van de onteigening. Deze werkwijze houdt in dat de eigenaar van de grond
die grond afstaat in ruil voor een vergoeding. Hij staat dan wel in voor de
deelname in de onkosten die gepaard gaan met de aanleg van de nodige
infrastructuur.
De kosten worden hem dan aangerekend d.m.v. een jaarlijkse verhaalbelasting,
zolang hij daar blijft wonen.
Een
andere mogelijkheid is die van de gratis grondafstand.
In
dat geval staat de eigenaar een stuk van zijn grond gratis af (geen
onteigeningsvergoeding dus). In ruil daarvoor neemt de stad dan alle kosten
voor de aanleg van de infrastructuur (riolering e.d.) op zich. Het is deze
methode die de stad Mechelen toepast, en dit reeds gedurende meer dan 30 jaar.
En
hier gaan de poppen aan het dansen : Leest heeft steeds het onteigeningssysteem
gekend, en de bewoners zijn niet bijzonder opgetogen met deze voor hen, sedert
de fusie althans, nieuwe regeling.
Daarbij
komt dat de stad onder geen beding van haar beleid wil afstappen : deze
regeling, evenals het gekozen tracé en de wijze waarop het zal uitgevoerd
worden, is te nemen of te laten.
Kredieten
opschorten
Al
deze factoren hebben ervoor gezorgd dat vandaag, drie jaar na de goedkeuring
door de Provincie van de toelagen, nog 21 van de 57 stukken grond aan de stad
moeten afgestaan worden. Al die tijd heeft men de beschikbare kredieten moeten
opschorten, in afwachting van de aanbesteding.
Nu
heeft de stad echter van de overheid de aanmaning gekregen aan te besteden voor
1 april 1984, zoniet worden de kredieten geschrapt.
Gezien
de beperkte tijd die er nog rest om alle zaken af te handelen werd er een
hoorzitting belegd waar schepen Van de Sande, stadsingenieur Goyvaerts en
enkele ambtenaren hun zaak (in feite de zaak van de inwoners van de Vinkstraat
zelf) nog eens kwamen bepleiten.
In
de open discussie achteraf bleek dat de verantwoordelijken van de stad al hun
overredingskracht nog zullen nodig hebben om de verbetering van de Vinkstraat
alsnog verwezenlijkt te zien. Er waren immers nog tal van vragen vanwege de
bewoners van de Vinkstraat (o.a. in verand met de garanties inzake
verkeersveiligheid) die volgens hen onvoldoende of niet beantwoord waren
geworden.(Vu)
-De
Vinkstraat is bij regenweer een echte modderpoel. Wanneer twee autos elkaar
kruisten kwam een van de bestuurders in deze slijkpoel terecht. (Foto : HLN)
-Zicht
vanuit de Vinkstraat, landbouwgrond van o.a. de familie Diddens, in de jaren
50.Op de achtergrond de Juniorslaan
met in het midden de hoge woning van dokter Stuyck.
1983
Donderdag 1 december : Zoete
Taarten bakken met SVV-CSC (folder)
Deze organisatie was een ideale
gelegenheid om lekkere taarten te leren bakken.
Er kon gratis geproefd worden en
alle deelnemers kregen de recepten mee.
Dit ging door in lokaal
St.-Cecilia, Dorpstraat 6 Leest.
De folder was ondertekend door
Secretaresse Tinneke Vloeberghen en voorzitster
Mariette De Bont.
1983 1
december : Vrije School Mevr. Nora
Hellemans sprak over
elkanders
taal verstaan. in deparochiezaal om 20
u.
1983
Vrijdag 2 december : Dubbel Concert
van K.F. St.-Cecilia
Om 20 uur startte in de zaal
St.-Cecilia het kampioenen- concert van de Leestse
Koninklijke Fanfare onder leiding
van Jan Piet Leveugle.
Om 21 uur was er een
solistenconcert met André Van Driessche en Herb Spencer
(USA), twee wereldvermaarde
hoornspelers. Zij werden begeleid door Walter
Vleminckx aan de piano.
(GVM, 23/11/83)
1983
Zaterdag 3 december : Sint Niklaas
rondgang en Sint Niklaas Bal van KWB
86 huizen en 150 kinderen werden
die dag bezocht.
Het bal werd opgeluisterd met een
optreden van zanger Jo Dens.
Kaarten in voorverkoop : 80 frank.
Een televisietoestel, verbonden aan
de inkomkaarten, werd gewonnen door
Dhr. Labio uit de Kerkenblokweg 17
Leest. (Foto onderaan)
1983 5
december Het Laatste Nieuws : Motorrijder
zwaar gewond te Leest
In
het Dorp reed zaterdagavond een motorrijder tegen een geparkeerde
bestelwagen. Motorrijder Guido Van de Poel, Kalibaan 30 te Kasterlee
liep verscheidene breuken op en werd door de hulpdiensten naar t Sint-
Jozefziekenhuis overgebracht.
1983 - 7
december Gazet van Mechelen :
Traditionele
kampioenendag bij Recht voor Allen.
De eerste zondag van december worden naar
jaarlijkse traditie de kampioenen van duivenbond Recht voor Allen gelauwerd.
Dit jaar gebeurde dit voor de eerste maal in de
zaal Gretry te Heffen.
Het ligt in de bedoeling tijdens de volgende jaren
zo mogelijks langs alle aangesloten verenigingen te passeren.
Voorzitter Frans Van den Broeck, secretaris Jan Geerts en andere onbaatzuchtige
medewerkers verwelkomden alle aanwezigen, waaronder de eregenodigden
burgemeester Raymaeckers, erevoorzitter Van Medegael, Jos Van Aken, Gust
Emmerechts en Louis Vloebergh.
Zij overhandigden de onderscheidingen, nadat ze eerst hun waardering en
bewondering hadden uitgedrukt voor de beoefenaars van de duivensport.
Om ontgoochelingen te voorkomen raadde
burgemeester Raymaeckers alle geïntresseerden aan bij de oprichting of
verandering van de duivenhokken vooraf contact op te nemen met de bevoegde
stadsambtenaren.
De melkers met de beste resultaten in 83 werden
naar het podium geroepen en mochten prachtige trofeeën en gevulde omslagen in
ontvangst nemen.
Van Moer Keuleers werden winnaar bij de oude
duiven Quiévrain voor Frans Verbeeck en Arnold Teughels en zoon.
Bij de jaarse waren ze eveneens primus voor Boey Van den Brande en Frans Van
Tongelen.
Bij de jonge was Roger Van Kampenhout de beste voor Herman De Hondt en de
gebroeders Van Camp.
Van Moer Keuleers wonnen de meeste prijzen en
werden algemeen kampioen voor Frans Van den Broeck.
Voor Noyon werden de beste resultaten voor de oude
duiven behaald door René Van den Bergh voor Mon Mortelmans en Van Moer
Keuleers.
Bij de jaarse haalde Mon Mortelmans het voor René Van den Bergh en Van Moer
Keuleers. Deze tandem was dan weer de betere bij de jonge duiven voor Mon
Mortelmans, Jan Geets en René Van den Bergh.
Mon Mortelmans wordt algemeen kampioen voor René Van den Bergh.
(S.B.)
-De Uitnodiging van het Dubbel Concert van de
Kon. Fanfare St.-Cecilia..
-Het was bitter koud, maar gelukkig voor de
KWB-Sint wachtte hem her en der een witteke om wat op te kikkeren, dat maakte
alvast zijn karwei een stuk aangenamer.
-Kampioenendag voor de duivenbond. Bovenaan als
derde van rechts de Leestse dokteren
erevoorzitter Van Medegael. Centraal onderaan burgemeester Jef Ramaekers.
1983
December : Leestenaars treden zo uit
de oude doos (verzameling Stan Huysmans)
Een opstel
van Karel DE BORGER van 24 februari 1957.
(Een
verhaal van de meester, vrij naverteld).
WIE NIET STERK IS MOET SLIM ZIJN
Er was eens een Amerikaan die veel ven reizen
hield. Zijn bediende, Jim, een jonge sterke neger, was erg aan zijn meester
gehecht en zorgde voor hem uitstekend.
Van zijn kant toonde de Amerikaan zich een goede
meester, die dan ook alles van Jim gedaan kon krijgen.
De Amerikaan nam Jim steeds mee op zijn tochten.
Buiten het reizen had hij ook nog een andere liefhebberij, namelijk de
weddenschap : dat zijn bediende Jim de beste zwemmer was.
Nog nooit had Jim zijn meester een weddenschap
doen verliezen. Jazeker, Jim kon inderdaad reusachtig goed zwemmen.
Op zekere dag was de Amerikaan met een Engelsman
overeen gekomen dat diens bediende, een blanke, tegen Jim zou zwemmen. Verloor
Jim, dan zou de Amerikaan duizend dollar betalen; verloor de blanke, dan zou de
Engelsman moeten afdokken. Toen Jim dit vernam straalde zijn negergelaat. Hij
wist immers dat hij, zoals altijd, het zou winnen. De dag van de wedstrijd was
Jim vroeg present. En een weinig later verscheen ook de Engelsman met de blanke
tegenstrever. Deze laatste begon kalm een kist met levensmiddelen en allerlei
proviand te vullen, legde er nog een paar flessen wijn in en bond ze met een
stevig touw dicht. Jim kon zich niet langer bedwingen en vroeg nieuwsgierig :
Waarvoor moet dit alles dienen ? Wel, zei die, wij zijn allebei goeie
zwemmers, dus gaan we minstens een paar weken doorzwemmen, voordat we het
opgeven. Nu werden Jims ogen groot van afschuw. Neen ! riep hij uit, Een
paar weken zwemmen ! Amaai , dan moet mijn meester maar verliezen, want dat zou
mij het leven kosten
Alhoewel de Amerikaan nog aandrong, er was niets
aan te doen, de angst had Jim te pakken, en er bleef voor de Amerikaan niets
anders over dan de duizend dollar te betalen.
Hier trad niet de sterkste maar de slimste eervol
uit de strijd.
De
schrijver Karel DE BORGER :
-Tijdens
het schooljaar 1956-57 leerling in het 6de leerjaar.
-Geboren te
Leest op 5 maart 1944.
-Zoon van
Pieter DE BORGER (+1975) en van Martha VAN ROMPA, Kleinheidestr 20 (gezin met 3
kinderen).
-Gehuwd met
Hilda VAN KELST (Muizen), beroep : executieve secretaresse in Mechelse firma.
-Wonende te
Kapelle-op-den-Bos, Kambosweg 18.
-Beroep :
Technisch ingenieur : ontwerp, test en productie van medisch materiaal. TERUMO
Leuven.
-Studies na
7de leerjaar te Leest : Instituut De Nayer, Melaan Mechelen. Diploma
: Technisch Ingenieur.
-Hobbys :
lectuur, met zijn beiden wandelen te voet of per fiets, maar liefst tennissen.
Karel De
Borger doet graag langs deze weg de groeten aan zijn vrienden medeleerlingen;
hij herinnert zich o.m. Jan Spoelders, Frans Spoelders, Vic De Maeyer, Maurice
Spinnael, Vik Diddens en Jan Teughels.
Waar is de
tijd van toen zegt Karel. En hoe snel het leven, antwoord ik. In verband
hiermede volgende mooie gedachte :µ
O leven, leven ! Hoe rent gij,
zonder te weten, welke weg ?
Blind haast gij u,
ver weg, steeds verder.
Gij vermoedt niet dat uw baan bepaald is.
Maar God heeft uw baan bepaald.
Dit is de
eerste strofe van een, vind ik, mooi Spaans gedicht. Indien het U, aandachtige
en belangstellende lezer(es) aanspreekt, mag ik u dan ook nog de volgende
verzen van dit gedicht ter overweging aanbieden :
O ontelbare sterren ! Wat betekent het
dat gij duizenden en duizenden jaren rondtoert
indiengij
onsterfelijk zijt zoals de mensen.
Een angstig gedruis overstelpt de stilte van het
heelal
het weergalmend gedreun van de stroom van het
leven
in de onmetelijke ruimte. Vader, ik ben bang.
Gij alleen, Vader, kent het geheim.
Want van U komt het leven,
zoals water uit een bron,
de stroom van het leven,
dat wenend en lachend voortgaat.
Goddelijke gave van het leven.
O leven, leven ! Hoogste verrukking.
Welke vreugde is de vreugde van het leven.
Genieten maar en lijden Is dat leven ?
Vluchtig genot en scheurend verdriet
Alles vliedt en verdwijnt
Tot bij de Vader in de hemel.
Ramon
Pérez de Ayala. (benaderende vertaling)
In 1957,
Karel was toen 13, was er al een opstel van hem in De Band verschenen :
Met de kristelijke
mutualiteiten op verlof te Bouillon.
t Was woensdagmorgen, rond 7 uur stonden we met
10 in aantal van onze parochie te wachten in het Volksbelang op de autobus.
Eindelijk was zij daar. Nog een groetaan ouders en vrienden en we waren vertrokken met een uur vertraging
(08u30).
De reis
verliep goed want om 12u30 kwamen we op onze bestemming. Daar ontvingen we al
spoedig een goed middagmaal. Daarna begon onze eerste wandeling om de streek te
verkennen, en we bereikten het hoogste punt van Bouillon. Van daar zagen we de
hele stad goed liggen. Te 6 uur waren we terug in het kamp. Te 9 uur hadden we
formatie met een woordje van de aalmoezenier, dan moesten we naar boven om te
gaan slapen.
De volgende dag moesten we om 07u15 opstaan en ons
klaar maken voor de H. Mis.
Te 10 u vertrokken we op trektocht die 35 km lang
was. De 3de augustus gingen we in de voormiddag naar het kasteel van
Bouillon.
s Zondagsavonds trokken we de bergen op, om de
verlichting van de stad goed te kunnen aanschouwen. Maandagvoormiddag
vertrokken we met de bus naar Sedan in Frankrijk. Daar bezochten we het kasteel
en reden verder naar Orval waar we de abdij bezichtigden.
Dinsdag hadden we voor de eerste keer slecht weer en hadden we filmvertoning.
Woensdag en vrijdag hadden we kampvuur. Zaterdag 10 augustus vertrokken we
terug naar ons dorpke te 1u30. Onderweg stapten we af te Beauraing om wat te
gaan bidden bij O.L.Vrouw. Rond half zeven waren we te Mechelen.
Zo verliepen die heerlijke verlofdagen voor ons ten einde te Bouillon.
Enkele jaren geleden begon het al. Op mijn 16de
jaar werd ik als mannelijke Belg ingeschreven op de militielijsten. Vanaf toen
was ik dienstplichtig. Nadat ik enkele malen uitstel had aangevraagd kreeg ik
in 1982 mijn voorselectiepapieren, waarop ik mijn wensen mocht uiten i.v.m.
garnizoen, oproepingsdatum, graad en gegevens i.v.m. eventuele ontheffing van
legerdienst. In mei 83 moest ik naar het Rekruterings- en Selectiecentrum of
het Klein Kasteeltje waar ik een geneeskundig onderzoek en de selectieproeven
moest afleggen.Tijdens het inverview mocht je je wensen, je hoop en zorgen aan
de officier-selecteerd opperen. Ik vroeg hem of ik mijn legerdienst in de
Medische Dienst mocht volbrengen omdat ik zo weinig mogelijk met wapens te
maken wilde hebben en mijn legertijd op een nuttige en sociaal-medevoelende
manier ondergaan. Zo mocht ik, na de schrijfvergadering van MILAC , op 3
oktober 83 naar de Koninklijke School van de Medische Dienst in Gent gaan om
mijn opleiding als ambulancier af te werken. De Leopoldkazerne was een echt
hotel. Je kreeg er zo goed en vers voedsel dat je je bijna op een gastronomisch
otel in de Ardennen waande. We kregen doorlopend vrij kwartier en de kameraden
van ons 3de peleton waren toffe gasten die hun legerdienst op een
plezante manier opnamen. Je moet alles langs de positieve kant bekijken. Lachen
moet je doen ! Je maakt enorm veel vrienden en je leert enkele mensen echt
kennen. Zonder kameraden weegt het leger enorm zwaar door. Je moet echt alles
met een tikkeltje humor oppakken !
In Gent kregen we af en toe eens een lesje, maar
veel hebben we daar niet geleerd. Van de 15 vooropgestelde uren drill
hebbenwe er maar 3 uurtjes , half en
half afgewerkt.
We hadden geluk dat er in ons peleton enkele
gebrevetteerde verplegers zaten die ons sommige zaken wat beter en meer uitleg
verschaften.
Op 3 november zijn we dan, met 4 verplegers, met
een brok in onze keel, gemuteerd naar Lüdenscheid. Twee jongens van ons, in hun
groene cocacola-uniform, werden naar kazerne de Leie weggebracht, naar de
16de Compagnie Médicol en de T.T.R., terwijl een Duitse Belg en ik
naar kazerne den Ijzer moesten om bij de 2de Jagers te Paard, de
Medische Dienst te vervoegen.Het eerste
dat we te horen kregen was het feit dat we 6 dagen te vroeg waren. Uiteindelijk
kwam ik te weten dat ik voortaan bij het eskadron Staf en Diensten van de 2de
Jagers te Paard als verpleger behoorde. We liggen nu met 6 verplegers en ambulanciers
op een kamer in de Stafblok. We hebben hier heel wat luxe zoals douches,
wasplaatsen, WCs, T.V-zaalin onze
onmiddellijke omgeving.
In onze infirmerie zitten we met verplegers en
ambulanciers van 2JP en van de 2de Artilleristen (2A). De Jagers te
Paard en de Artillerie zijn, na de Paracommandos en de stormfuseliers, de
zwaar mannen van het leger. Zij worden dan ook terecht de fighters
genoemd.Zo gebeurt het bijna elke dag
dat we in de infirmerie slachtoffers van straatgevechten of knokprtijen binnen
krijgen met gekneusde kaaksbeenderen, blauw ogen, gekloven wenkbrauwen en
andere verwondingen.
Je zult nu wel begrijpen dat wij als verplegers
hier geen oorlog nodig hebben om patiënten te moeten verzorgen. In feite hebben
we weinig te doen op de infirmerie.
Af en toe verlenen we medische assistentie wanneer
de soldaten of BVs naar de schietstand gaan.
Binnenkort zullen we met onze Unimoga (ziekenwagen),
onze jeeps, onze stretchers (jeeps met brancards) en onze ambulances
op oefenkamp gaan naar Vogelsang of Elsenborn.
Ik ben benieuwd hoe dat gaat aflopen in de volle
winterperiode. Het kan hier in t putteke van de winter van -25° tot -35° C
vriezen en deze strenge vorst gaat gapaard met hevige sneeuwval. Nu in november
hebben we hier nog mooi weer, maar binnenkort zullen we onze sneeuwkettingen
moeten gebruiken om in dit bergachtig gebied vooruit te komen.
Nog zonnige groten uit het verre Duitse
Lüdenscheid, waar ik heerlijk geniet van de prachtige panoramazichten, de
wonderlijke hedendagse architectuur van het stadje, het smakelijke Duitse bier,
de blonde Mädchen en de toffe sfeer onder de kameraden.
Nog extra groetjes aan alle chiro jongens en meisjes en tot schrijfs !
Vanwege
Bart.
(DB,
december 83)
En Korporaal
Johan De Laet vanuit Brakel
ze hebben hier ook weer iets nieuws uitgevonden
: er zijn nu 16 miliciens aangekomen die 7 maand lang niets anders mogen doen
dan aardappelen schillen en afwassen. Tot nu toe was dit geregeld door een
beurtrol
Bij die 16 miliciens zijn er verschillende met
hogere niet-universitaire studies (A1) en nog zo van die dingen
Er was een gesprek met de kolonel nodig om deze
toestand een beetje recht te trekken
Morgen 15 november is het koningsdag : wij moeten
dan gaan defilerenaan de kerk waar een
Te Deum wordt gegeven. Daarna moet ik als afgevaardigde van de miliciens naar
de receptie gaan die hier in het Belgisch Huis wordt gegeven. t Zal wel een
saaie bedoening worden met al die sterrendragers. Maar we hebben één voordeel :
een hele dag zondagdienst erna (we moeten dan niets doen). Ook worden onze
kamers behangen en geschilderd (alle, we moeten dat zelf doen buiten onze
diensturen)
P.s. Ik ben tot korporaal bevorderd : 8 fr. meer.
(die 3 x soldij zal ik wel niet meer meemaken, spijtig !!!).
1983
Zaterdag 26 november : Oud-Papier
Inzameling Chiro.
1983 26
en 27 november : Toneel Rust Roest
De Cycloon in zaal Ste Cecilia bij
Miel Van Steen.
Boeiend toneel bij Rust Roest (foto onderaan)
In een broeierig warme St.-Ceciliazaal te Leest
bracht Rust Roest twee opvoeringen van De Cycloon (The Sacred Flame) van W.
Somerset Maughan, in een vertaling van Marc Leemans en regie van Guido
Hellemans. Dit stuk werd voor het eerst opgevoerd in 1929 in Londen en heeft de
euthanasie als thema.
Een zoon uit een aristocratische familie raakt ernstig gewond bij een
vliegtuigongeval en weet dat hij nooit meer tot een normaal huwelijksleven kan
komen. Zijn vrouw, die met hem een jaar huwelijksgeluk heeft gekend, blijft hem
toch met haar tederste zorgen omringen.
Naar buiten zijn er dus geen problemen. Toch komen
er dramatische verwikkelingen.
De auteur weet het allemaal boeiend uit te
schrijven, maar daarvoor moet hij er halfweg het stuk wel een soort thriller
van maken, zij het dan zonder dedectives en onderzoeksrechters. Die taken nemen
de vrienden des huizes zelf voor hun rekening, zoals dat wellicht in gesloten
aristocratische middens wel meer gebeurt, om de goede naam te beschermen voor
de buitenwereld.
Een boeiend stuk dus, ook boeiend en met veel zorg
opgevoerd door Rust Roest.
Toni Peeters acteert biezonder goed als de
verongelukte zoon en Guido Hellemans etaleert zijn verbaal talent als de dokter
des huizes.
Niemand van de overige rollen valt uit de toon. Op
een rijtje zijn dat Renild Polfliet, Liesbeth Cadèe, Marc Windelen, Hilde De
Kock, Jan Emmeregs en Hilde Van Dam.
Bovendien verdienen de mensen achter de schermen
nog een woordje van lof voor de zorg die ze aan de productie hebben besteed en
die er duidelijk afstraalt.
Al bij al dus een opvoering die af was.
(GvM,
30/11/1983)
1983
Zondag 27 november : Eetdag Vrije
Kleuter- en Basisschool
Om 11u30 in de parochiezaal Kouter
Leest.
Op het menu stond : soep, biefstuk,
pepersaus, frieten : 300 frank of biefstuk
vervangen door kalkoengebraad met
perziken (250 frank) of kip-fricassé (200 fr.).
1983 28
november Gazet van Mechelen : Raak
in de Raad
-Ik was een goede klarinet, maar ik kende geen noten
Burgemeester Ramaekers tijdens het
debat met Gust Emmeregs rond het
afschaffen van muzieklessen te
Leest.
-Gust,
das de laatste keer hé. Jef Ramaekers tot Gust Emmeregs, toen die zich
bleef vastbijten in dat muzikaal
geval te Leest. (...)
1983
Decembernummer De Band : Een
soldaat in Leopoldsburg
Op 24 maart ben ik opgeroepen om mijn 3 dagen te
doen in het Klein Kasteeltje te Brussel.
Op 1 juni werd ik onder de wapens geroepen te
Ekeren. Daar heb ik 1 maand opleidng gekregen zoals alle anderen. De grote stap
kwam echter te Leopoldsburg waar we als stormfusilier gepromoveerd werden. We
kwamen pas aan en er landde juist een Harrier.
Dit is het vliegtuig waarmee de Engelsen op de
Falklands zijn gaan vechten. De Harrier kan verticaal landen en opstijgen.
Vanaf die week begonnen we elke dag te trainen. De
training houdt in : veel lopen, o.a. 8,5 km in kledij met wapen en helm, en na
het lopen hindernispiste (dit is op een muur kruipen, uit een put van 2,5 m
geraken, enz.). Dit alles binnen 58 minuten en in peletonverband. Verder veel
trainen op tactiek en veel gaan schieten. Wij schieten met FAL, FALO en MAS.
Daarbij krijgen we ook nog eerste zorgen kunnen toepassen, tanks herkennen
van Nato- en Warchaupact en verder oefeningen in het overleven van een
nucleaire- biologische- en chemische oorlog. Daarbij nog elke week een
nachtoefening.
Zoals u kunt lezen nog een echte soldatenopleiding
zoals vroeger. Mijn functie in ons peleton is loper, d.w.z. soldaten die op hun
rug met een radio lopen met daarbij een revolver. Dit is wel de beste job in
zon peleton maar die radio weegt 13 kg.
Deze trainingen zijn voornamelijk gericht op de
Wistofus. Dat is een wedstrijd tussen de stormers. In oktober begin ik aan mijn
5de maand.
In september heeft de koning aan ons bataljon een
bezoek gebracht en de 1ste oktober zijn we de begrafenis gaan bijwonen
van koning Leopold III.
Ik heb mij nog geen seconde verveeld en wij lachen
veel. De grootste stap zal zijn binnen 5 maand als wij afzwaaien maar ik zal
daartegen nog eens schrijven.
Tot binnenkort en slaap maar op uw twee oren want
wij houden een zeiltje in t oog.
Verschueren Rudy, nog groeten uit Leopoldsburg.
-Toegangskaartje voor De Cycloon.
-Het team van Rust Roest dat De Cycloon tot
een goed einde bracht.