Onderzoek met verborgen camera in 4 verzamelplaatsen
Het onderzoeksteam van Ongehoord filmde het laden en lossen van kalfjes en koeien. Ze plaatsten verborgen camera’s in exportverzamelplaatsen. In verzamelplaatsen worden dieren afkomstig van verschillende veehouderijen samen gebracht om hen vervolgens verder te transporteren naar fokkerijen, mesterijen of slachterijen. Vanwege de levendige dierenhandel tussen Nederland en België, werd in beide landen onderzoek gedaan.
Het transport van dieren is gebonden aan wettelijke voorschriften. Zo mag volgens Europese dierenwelzijnswetgeving enkel goed opgeleid personeel met de dieren omgaan in een verzamelplaats.
Kinderen laten meehelpen bij het opdrijven mag niet. Dieren bang maken, slaan en schoppen is verboden, net als aan staarten, oren, horens, vacht of kop trekken. Elektrische prikkelaars (tasers) mogen niet gebruikt worden bij kalfjes. Bij volwassen koeien mogen stroomschokken enkel toegediend worden op de spieren van de achterpoten, en niet herhaaldelijk na elkaar. Zieke of gewonde dieren moeten zo snel mogelijk een “passende diergeneeskundige behandeling krijgen” of zo nodig, “gedood worden op een wijze die geen onnodig lijden veroorzaakt”. Onze beelden maken pijnlijk duidelijk dat dierenwelzijnswetten vooral op papier functioneren: geen enkele van de vier onderzocht locaties past de regels toe.
Herkomst en bestemming dieren
De kalvermesterij is ontstaan uit de melkveehouderij, die van haar overtollige kalfjes af moet. Voor melkproductie worden moederkoeien elk jaar kunstmatig geïnsemineerd. Een koe geeft pas melk nadat ze is bevallen van een kalf. Na een bevalling worden kalfjes van hun moeder gescheiden omdat de veehouder de moedermelk wil verkopen. De kalfjes krijgen kunstmelk te drinken uit emmers met een fopspeen.
Ruim 50% van de kalfjes zijn stiertjes die geen nut hebben in de melkveehouderij. Een aantal vrouwelijk kalfjes blijft op het herkomstbedrijf om op latere leeftijd uitgemolken moeders te vervangen. De overtollige vrouwelijke kalfjes worden samen met de stiertjes afgevoerd naar kalvermesterijen.
De kalfsvleesindustrie is georganiseerd in integraties: grote kalfsvleesproducenten die kalfjes opkopen en via verzamelplaatsen transporteren naar kalvermesterijen. De mesterijen hebben vaak een contract met de integrator, ze mesten de kalfjes dan met veevoer dat geleverd wordt door de integrator. De kalfjes worden na zes maanden geslacht in de slachterij van de integrator. Belgische kalvermesterijen zijn geconcentreerd in de Kempen, een regio die aan Nederland grenst. De grote Belgische en Nederlandse producenten hebben mesterijen onder contract in beide landen. Ongehoord maakte beelden in twee Belgische exportverzamelplaatsen waar kalfjes uit melkveehouderijen samengebracht worden voor transport naar de kalvermesters.
Locatie 1: Verzamelplaats Vanlommel, Tielt-Winge
In de Binkomstraat 90 te Tielt-Winge (provincie Vlaams-Brabant) ligt het verzamelcentrum van Vanlommel, de grootste kalfsvleesproducent van België. In de verzamelplaats worden kalfjes van 14 dagen oud verzameld om in grote groepen op transport te gaan naar Vanlommels contractmesters in België en Nederland.
In een tijdsspanne van vier dagen werden met verborgen camera de volgende misstanden gefilmd:
- kalfjes worden systematisch opgedreven met tasers
- kalfjes worden geschopt
- kalfjes worden voortgeduwd met kniestoten
- een kalfje wordt met kniestoten hard tegen de zijwand aangeduwd
- kalfjes krijgen stokslagen op gevoelige lichaamsdelen zoals het hoofd; stokken worden tegen de flanken/ribben van de kalfjes gestoten
- een kalf dat moeizaam loopt wordt aan de staart opgetild en voortgetrokken
- een groep kalfjes staat klem in een hoek. Werknemers schoppen tegen de kalfjes en geven stroomschokken
- kalfjes vallen tijdens het opdrijven
- een werknemer maakt kalfjes bang met een stok in een grote plastic zak
Over het bedrijf
De Belgische kalvermarkt wordt beheerst door 2 producenten waarvan Vanlommel de grootste is. De familie Vanlommel heeft fortuin gemaakt met kalfsvleesproductie, hun vermogen wordt geschat op bijna 23 miljoen euro.
Dat de misstanden juist bij dit bedrijf zijn gefilmd is pijnlijk. Vanlommel zegt een voortrekkersrol te spelen op gebied van dierenwelzijn met de eigen kwaliteitsregeling “Well and Fair”. Het lastenboek van Well and Fair omvat “bovenwettelijke regels” rond diergezondheid, voeder, huisvesting, training van personeel én transport. De naleving van Well and Fair wordt gecontroleerd door een (anonieme) “onafhankelijke partij”.
Vanlommel claimt dat het transport van de kalveren “ altijd in optimale omstandigheden verloopt, waarbij het welzijn van de kalveren vooropstaat.”
Vanlommel bezit een eigen veevoerfabriek in Nederland (Verveka), een exportverzamelplaats in Tielt-Winge, eigen transportwagens en een kalverslachthuis in Olen. Het bedrijf heeft kalvermesters onder contract in België en Nederland. Het levert opgekochte kalfjes en veevoer uit de eigen fabriek aan zijn vaste kalvermesters. Rond de leeftijd van 6 maanden worden de kalveren opgehaald om geslacht te worden in Vanlommels slachterij. 70 procent van de vleesproductie is bestemd voor export.
Vanlommel betaalt zijn contractmesters een maandelijkse vergoeding. Als grootste kalfsvleesproducent van België krijgt Vanlommel indirecte steun van de overheid. In Vlaanderen krijgen zijn contractmesters subsidies voor “het produceren van vleeskalveren”, betaald met Europees subsidiegeld.
De verkoop van kalfsvlees wordt gestimuleerd door de VLAM promo-campagnes van de overheid, eveneens betaald met Europees subsidiegeld.
In 2011 kreeg Vanlommel subsidies voor investering in “energiebesparing of milieudoelstellingen”. Details over het project en bedrag zijn onbekend. Het geld was afkomstig van het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds (VLIF) en het Europese Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling.
In 2022 kreeg slachthuis Vanlommel 4500 euro Vlaams subsidiegeld voor opleiding en advies, en VOP (ondersteuning werkgevers); nog eens 2500 euro VOP ging naar het transportbedrijf van Vanlommel.
Locatie 2: de Kempense Exportstal, Merksplas
In de Bosstraat 11 te Merksplas (provincie Antwerpen) bevindt zich de Kempense Exportstal van de familie van der Walle, Nederlandse kalvermesters en veehandelaars.
In een tijdsspanne van anderhalve week werden met verborgen camera de volgende misstanden gefilmd in de Kempense Exportstal:
- kalfjes worden aan de staart omhoog getrokken en uit wagens gegooid
- kalfjes worden met stokken geslagen op gevoelige lichaamsdelen
- kalfjes worden voortgeduwd met kniestoten
- kalfjes worden geschopt
- veelvuldig worden kalfjes aan de staart omhoog getrokken bij het opdrijven doorheen de verzamelplaats
- kalfjes worden aan de oren omhoog getrokken
- kalfjes worden weggeslagen bij de drinkvoorziening
- een kind mag meehelpen met kalfjes slaan en duwen
Over het bedrijf
De Kempense Exportstal is eigendom van de Nederlandse familie van der Walle. Ben van der Walle was jarenlang een belangrijke naam in de Nederlandse kalvermarkt. Hij verhandelde kalveren, beheerde een groot aantal stallen en liet op contract kalveren afmesten. Hij draaide een omzet van ruim 51 miljoen euro.
In 2016 verkocht van der Walle “een aantal activiteiten” aan de Nederlandse Vandrie group, met wie ze al jaren een intensieve samenwerking hadden.
Welke activiteiten precies verkocht zijn, en welke activiteiten eigendom bleven van de familie van der Walle is onduidelijk. Volgens de Nederlandse Kamer van Koophandel is “Vee- en kalverhandel Ben van der Walle” nog actief op het adres Schaluinen 20, 5111 HB Baarle-Nassau.
Zeker is dat Ben’s kalvermesterij voor ruim 2000 kalfjes op Ghil 13 in Baarle-Nassau (NL), en het verzamelcentrum Kempense exportstal (BE) nog in handen zijn van de familie. In Hoogstraten (BE) hebben ze de Belgische veehandel “Hertog Vee”, waarvan Bens dochter Tanja zaakvoerder is.
De van der Walles ontvangen Europese subsidies, zowel via de Nederlandse als de Belgische overheid. Europa stelt landbouwgeld ter beschikking aan de lidstaten, maar het zijn de nationale overheden die het subsidiegeld beheren en toekennen aan bedrijven.
Volgens de database van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) werden de afgelopen 2 jaar 87.400 Europese subsidies uitbetaald aan “Vee- en kalverhandel Ben van der Walle BV in 5110 AG Baarle-Nassau”.
Ook in de Belgische database is Vee- en kalverhandel Ben van der Walle terug te vinden, maar met een andere postcode: 5111 HB Baarle-Nassau (NL). In België ontving het bedrijf nog eens 2.800 euro Europees subsidiegeld.
De databases laten niet toe om te achterhalen voor welke bedrijfslocaties subsidies bestemd zijn. Postcode 5111 HB hoort bij het adres Schaluinen 20, Baarle-Nassau. De postcode 5110 AG, waar via Nederland het grootste deel van de subsidies naartoe ging, hoort bij een postbusadres.
We checkten ook de database van FTM (Follow the Money, een Nederlands platform voor onafhankelijke onderzoeksjournalistiek ). In tegenstelling tot de overheden die alleen de laatste 2 subsidiejaren publiceren, zijn bij FTM subsidiebedragen te raadplegen vanaf 2014. Via FTM kwamen we er achter dat Vee- en kalverhandel Ben van der Walle in de periode 2014 tot 2021 ruim 230.000 euro subsidiegeld opstreek, voor hun postbusadres 5110 AG.
Nederland – kreupele en zieke koeien zwaar mishandeld
Herkomst en bestemming dieren
Koeien worden vanuit de melkveehouderij afgevoerd naar slachterijen wanneer hun gezondheid en melkproductie achteruit gaat. Een veehouder voorkomt daarmee dat een koe meer gaat kosten aan voer en medicatie dan dat ze opbrengt in melk. Een kwart van de afgeschreven moederkoeien wordt via een verzamelplaats naar de slacht gebracht.
Vanuit de verzamelplaatsen worden de koeien naar binnen- en buitenlandse slachterijen getransporteerd. Volgens BuRo (Bureau Risicobeoordeling en Onderzoek) gaat 4 tot 10% van de moeders naar het buitenland, waarbij België de belangrijkste bestemming is.
Het vlees van uitgemolken koeien is taai en wordt gebruikt in goedkope vleesbereidingen zoals hamburgers en snacks.
Ongehoord plaatste verborgen camera’s in 2 Nederlandse runderverzamelplaatsen. Beide locaties hebben een vergunning om fokrunderen, vleesstieren, slachtkalveren en melkvee te verzamelen en te exporteren. Ten tijde van het onderzoek werden via beide verzamelplaatsen vooral uitgemolken koeien vervoerd.
Locatie 3: Dane en Zoon, Oudemolen
Aan de Stadsedijk 44 te Oudemolen (provincie Noord-Brabant) ligt het verzamelcentrum van veehandel Dane en Zoon. Ze verzamelen en verhandelen runderen voor de binnen- en buitenlandse markten. In een tijdsspanne van 2 weken filmden we de volgende misstanden:
- aanvoer van ernstig zieke koeien die niet meer overeind kunnen
- duwen en trekken aan oren en snuit bij ernstig zieke koeien
- verslepen van een ernstig ziek dier aan staart en poten, met meerdere werknemers tegelijk
- herhaaldelijk toedienen van stroomschokken aan ernstig zieke koeien, ook op gevoelige lichaamsdelen zoals flanken en anus
- sleuren aan zieke dieren met touwen
- koe met riemen vastbinden aan een shovel om haar te verslepen
- een doodzieke koe die heel de nacht aan haar lot werd overgelaten wordt de volgend ochtend opgetakeld met een heupklem aan een shovel
- een koe wordt buiten op het terrein afgemaakt en weggeduwd met een vorklift
- opdrijven van een groep jonge runderen met een hooivork, onder luid geschreeuw. Slaan en prikken met de hooivork in het lichaam van de dieren
Over het bedrijf
Dane en Zoon is een bekende naam in de dierindustrie. In september 2021 brachten leden van de Tweede Kamer een (aangekondigd) werkbezoek aan de verzamelplaats. Caroline van de Plas bedankte Dane voor hun openheid.
Helma Lodders, voorzitter van Vee & Logistiek (de Nederlandse belangengroep voor veehandelaars, verzamelaars en transporteurs), ging ook op bezoek en prees de familie Dane openlijk voor hun “vakwerk in vee”.
Dane verzamelt slachtrunderen en fokdieren bestemd voor binnen- en buitenland. In samenwerking met de Belgische veetransporteur “Vervoer de Backer” levert Dane uitgemolken koeien aan Belgische slachterijen. Samen met VAEX, een wereldwijde veehandelaar, levert hij zwangere vaarzen aan melkveehouderijen in Rusland, Pakistan en Turkmenistan.
Veehandel is de hoofdactiviteit van de familie Dane maar ze doen ook aan dierhouderij: aan de Westmiddelweg 1 te Oudemolen hebben ze de boerderij ‘Ruigenhilvlees’, waar ze runderen en vleeskuikens afmesten. De dieren worden versneden, verpakt en verkocht in hun hoeveslagerij.
Ook de familie Dane ontvangt Europese subsidies. Volgens de subsidie-database van FTM kreeg Dane meer dan 400.000 euro in de periode 2015 tot 2021. Tijdens de coronacrisis kreeg Dane 8.744 euro NOW steun toegewezen.
Locatie 4: Veebedrijf Kuiper V.O.F., Hoogblokland
Aan de Beemdweg 5 B in Hoogblokland ligt de verzamelplaats van veetransporteur Teus Kuiper.
In de tijdsspanne van een week werden in het bedrijf de volgende misstanden gefilmd:
- aanvoer van een extreem mager en ziek dier
- aanvoer van kreupele koeien
- koeien worden met een stok hard geslagen. Ook op gevoelige lichaamsdelen zoals het hoofd. De stok wordt in flanken/ribben gestoten
- koeien worden geschopt
- de dieren glijden uit en vallen op de glibberige natte betonvloer
Over het bedrijf
“Veebedrijf Kuiper V.O.F.” in Hoogblokland omvat een veetransportbedrijf en runderverzamelplaats.
Teus Kuiper is de eigenaar. Hij verzamelt en transporteert runderen voor diverse veehandelaars en fokkers. Net als bij Dane en Zoon zagen we in de runderverzamelplaats Kuiper V.O.F. vooral transporten van uitgemolken koeien. Onze camera filmde ook gehoornde koeien, afkomstig uit de biologische veehouderij.
Kuiper verzamelt onder meer alle exportrunderen voor Groen Livestock, een grote veehandelaar die runderen transporteert naar diverse landen, zowel binnen als buiten Europa.
Voor Heijdra Vleesvee (de IJsselsteinse mesterij die uitgemolken dubbeldoelkoeien afmest) transporteert T. Kuiper runderen naar slachterij Ameco.
Volgens de FTM database kreeg Veebedrijf Kuiper V.O.F. 13.358 euro aan Europees subsidiegeld sinds 2014.
Inspectierapporten tonen falen van overheidstoezicht aan
Ongehoord deed een beroep op de wet Openbaarheid van Bestuur om bij de Vlaamse dienst Dierenwelzijn inspectiedocumenten op te vragen van diertransporten tussen België en Nederland. We onderzochten welke overtredingen er plaats vonden bij de export van slachtrunderen in beide richtingen. Dit is slechts een klein deel van de transporten, de meeste dieren worden binnen de landsgrenzen vervoert. Toch bleek dat zowel de NVWA als de FAVV regelmatig de regels voor diertransporten negeert.
NVWA: exportvergunningen voor kreupele en zieke koeien uit Oudemolen (Dane en Zoon)
Uit de inspectiedocumenten blijkt dat de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) in 2022 meermaals kreupele en zieke runderen bij de verzamelplaats Dane en Zoon in Oudemolen goedkeurde voor transport. Bij aankomst in een Belgische slachterij werden de dieren opgemerkt en gerapporteerd door de Belgische inspectie, de FAVV (Federaal Agentschap voor de veiligheid van de voedselketen).
FAVV-dierenartsen rapporteerden zeven runderen met grote abcessen, 3 runderen met bloedende of etterende wonden, een ernstig kreupel dier en een koe met etterige uierontsteking. Twee runderen konden niet meer opstaan en werden gedood in de vrachtwagen. In dezelfde wagen lag een koe die onderweg gestorven was. Gezien de ernst van de verwondingen is het uitgesloten dat de NVWA deze dieren niet heeft opgemerkt. Al deze dieren waren afkomstig van Dane en Zoon in Oudemolen en waren bestemd voor slachthuis Moerbeko (Oost-Vlaanderen, België). Door de beperkte duur van deze rit is het niet mogelijk dat de wonden tijdens het transport zijn ontstaan. De transporten werden uitgevoerd door Vervoer de Backer, een Belgische veetransporteur uit Rumst.
De problemen rond export van ongeschikte dieren hebben een lange geschiedenis. Sinds 2019 kondigde de NVWA herhaaldelijk strengere maatregelen aan voor de exportkeuringen, zoals vierogen-toezicht (waarbij de keuring door 2 dierenartsen samen wordt gedaan) en de invoering van Europese richtsnoeren voor het bepalen van geschiktheid voor transport.
Inspectiedocumenten die Ongehoord in september 2021 naar buiten bracht, toonden aan dat de maatregelen van de NVWA geen vruchten afwierpen. Ook toen gingen ernstig zieke dieren op transport naar België.
De reactie van de NVWA was dat de aangetoonde misstanden achterhaald waren omdat intussen alweer nieuwe “strengere regels waren ingevoerd om dierenwelzijn nog beter te waarborgen”.
Maar zes maand later, in maart 2023, verscheen een nieuwsartikel op de NVWA-website waarin toegegeven wordt dat het aantal meldingen over zieke Nederlandse koeien in buitenlandse slachterijen niet afneemt, ondanks de invoering van meer en strenger toezicht.
FAVV: tientallen hoogzwangere koeien goedgekeurd voor transport naar Nederland
Ongehoord vroeg ook inspectiedocumenten op over de aanvoer van ongeschikte Belgische dieren in Nederlandse slachterijen. We ontdekten dat dierenartsen van het FAVV tientallen hoogzwangere koeien goedkeurden voor transport naar Nederlandse slachterijen.
Nederlandse NVWA dierenartsen die de koeien onderzochten in de slachterij, stelden vast dat de draagtijd van de koeien voor meer dan 90% gevorderd was (meer dan 8 maanden). Dit betekent dat ze volgens Europese voorschriften niet getransporteerd mochten worden.
Na de slacht werden ongeboren kalfjes uit de baarmoeder van de dode moeder gehaald. Foto’s in de inspectierapporten tonen kalfjes van bijna een meter lengte. De dieren zijn volledig behaard en hebben al snijtanden.
Transport van hoogzwangere koeien naar de slachterij houdt niet alleen lijden in voor de moeder tijdens de rit. Er is ook een welzijnsprobleem voor het ongeboren kalf. Als de moeder geslacht wordt, krijgt het kalf geen zuurstof meer en sterft de verstikkingsdood in de baarmoeder. Europese onderzoekers zijn het erover eens dat foetussen vanaf 6 maanden van de dracht al pijn en stress kunnen ervaren.
In totaal rapporteerden NVWA dierenartsen in 2021-2022 een dertigtal hoogzwangere moederkoeien die vanuit België naar Nederlandse slachterijen werden vervoerd. Behalve voor hoogzwangere dieren schreven FAVV dierenartsen exportvergunningen uit voor 2 zieke kalveren, en zeven vergunningen voor ernstig kreupele, gewonde of zieke runderen.