Wij hebben de rijke mogelijkheden van De Lijn vanuit Mechelen ontdekt en maken er dankbaar gebruik van. Is slechts een uurtje reizen voor ons over Boom. De wandelaars vullen de bus richting Keerbergen deze ochtend onder leiding van Rik (Bornem), de schaarse andere reizigers kijken verbaasd. Veel volk in de startzaal ook met een opvallende delegatie IJsetrippers. Keerbergen, je associeert het met villawijken in het groen, het zal ons benieuwen wat we vandaag voorgeschoteld krijgen.
Bij een druilerig weertje gaan we klokslag 10:00 op pad. Langs wijkje ’t Voorbroek pikken we de groene voetwegen 65 & 67 op tot tennisvelden. Dan komen ze aan de beurt … de kasten van villa’s tussen spar en ander groen. Voetweg 51 stuurt ons de weilanden in. Bij nog wat hemels gedruppel pikken we de ‘geschoren’ Dijledijk op. De kerktoren van Haacht vormt de prominente achtergrond. Bij de schattige Oude Hansbrug gaan de langere afstanden hun eigen weg. We stappen een stukje antitankgracht (WO II) en vervolgens door akkers en bosjes tot centrum Haacht. Moeten er lachen bij een deerne die wat te nadrukkelijk haar rondingen aan de kerkgangers toont. Mijnheer pastoor heeft hier een leuke job ! Langs Kleine Appel moeten we wat straatjes lopen richting Dijlevallei en maïsvelden. Bij Koekelberg terug landelijk beton tot de rustpost. Sieke & Willy zijn van dienst. Hebben pech, zegt zij. De gisteren vers gemaakte soep is op één nacht zuur geworden. Zijn de Hondsdagen volgens Linda. Ik voel mij wat slapjes en geniet van een grote smos, echt wel waar voor zijn geld.
Gesterkt gaan we weer op pad. De 30 km krijgt een leuk extraatje aangeboden over de dijken die met de Dijle mee door het open landschap slingeren, een heerlijk vergezicht. We duiken even met de andere afstanden mee de akkers in en lopen langs een langgerekte poel terug naar de rivier. Nog een kort strook Dijle en dan langs een graanakker (spelt ?) richting bos en langgerekte kroosrijke plas. Verdorie, wat is dit een mooi parkoers ! We lopen Rijmenam binnen en de rustpost op de speelplaats van een school. Het is hier al Schelle wat de klok slaat. Superwandelaar Rudy met zijn nieuwste Thudinie t-shirt en een hele horde van WSV. Gezelligheid troef dus. Tot onze verbazing vallen ook Kathy & Hans binnen, zeer te spreken over het parkoers.
Naar goede gewoonte hebben wij een lus achterstand op de meesten. Begeleid door wat hemels gedruppel gaan we opnieuw de Dijledijk op in Mechelse richting. Verlaten de fraaie waterkant en stappen langs een visvijver en verder een kasseitje naar centrum Hever. De 30 km maakt een extraatje aan de overkant van de spoorweg. Linda zag er krieken hangen, rood met blozende wangen en dus proeven we er enkele van. Terug aan de overkant van den ijzeren weg wacht voetweg 36. Was ik benieuwd naar hetgeen de parkoersmeester hier uit zijn mouw ging schudden, ik ben stomverbaasd. We wandelen een heerlijke aaneenschakeling van bos, bosrand, weiland en een kroosrijke beek tot aan de rand van de Rijmenamse bebouwing. Wat was dit een schitterende etappe van bijna 9 km, een heuse ontdekking !
Hebben nog een uurtje wandelen voor de boeg. Lopen langs de Kiekshamlei de wat rommelige villawijk van Rijmenam in. Heeft niets van het kraaknette en dure van Keerbergen dat we deze ochtend mochten bewonderen, deze Zeeptwijk. Dan komt de kronkelende Dijle weer aan bod, de overkant t.o.v. eerder vandaag gelopen. De zon strooit prachtig met licht over goudgele akkers, dorre dijken en immer groene sparren. Fantastisch is dit vergezicht nog bijgetekend door zachtjes zakkende stalen vogels in de verte. We verlaten het water, duiken een sparrenbos in. Krijgen nu afwisselend bosjes en open ruimtes met hoog geel gras onder de sloffen geschoven. Natuurpunt op zijn best. Dat gaat zo door tot een paar honderd meter van de finishlijn. Op het terras zitten Geertrui & Jan (pijp). Even later voegen ook clubmaatjes Christine & Noël zich bij ons. Allen zijn ze het met ons eens, dit was een prachtig parkoers, een heerlijke wandeldag. Wij moeten er vandoor maatjes, busje komt zo. Een vlotte reis naar Hemiksem, een goede ‘kouwe plat’ en dan is het tijd om gelukzalig te dromen. Maandag bouw ik een rustdag in en dinsdag trekken we naar Ruisbroek-Sauvegarde. Tot dan.
De professionele verslaggeving van de Wandelgazette gaat twee weekjes met vakantie, zo lees ik. Wij, de amateurkes van Beneluxwandelen blijven aanwezig. Zoals steeds nemen wij elke avond, na de dagtaak voor de baas, een paar uurtjes vakantie om onze wandelverslaggeving up to date te houden, gratis en voor niks. Een wereld van verschil toch. Reizen met De Lijn is ook al zo’n wereld van verschil. Vanochtend dienen wij vier bussen te nemen om in Slozen bij Wolvertem te kunnen wandelen. In Mechelen merken wij dat een deel van het NMBS personeel nog steeds werkschuw tuig is zonder respect voor de klant. Er zijn 4 treinen afgeschaft waaronder deze voor de luchthaven en naar Blankenberge. De bussen, die rijden stipt volgens de dienstplanning. De chauffeur in Londerzeel is dan ook nog zo vriendelijke enkele minuten op passagiers te wachten die aan een verkeerde halte stonden en wijst ons de afstaphalte aan. Klasse hoor !
Leuke startlocatie trouwens van de Cracks bij een boer-doet-al. Het pachthof is een allegaartje van stallingen, een feestzaal, een opslagruimte voor bouwvakkers ook. We begroeten de broertjes De Keyser die vandaag een thuismatch spelen en gaan op pad. Meteen het landelijke in langs een beekje en een grote veestapel, inclusief kistkalveren. Passeren Hof Ter Imde en zijn dichtbij de A12. In een bosje … inderdaad een uit de kluiten gewassen, fraai gerestaureerde Boskapel. Vervolgens een pracht van een dubbele dreef richting kasteel. Doorkijkje op de adellijke gebouwen en dan recht naar het dorp. Prachtig wit kerkje siert de parochie Impde, we lopen zo weer door de akkers. Rechttoe, rechtaan richting steenweg nauwelijks enkele honderden meter van de statlocatie, over onverhard en asfalt. Pauzeren wordt een gezellig terras bij een andere landbouwer. Blijven wat langer zitten dan gewoonlijk bij Waaslander Lucien en Hobohemmers Linda & Charles.
Met deze twee laatsten, die een rondje voorsprong hebben op ons, gaan we weer op pad. Langs een prachtig erf met rode luiken terug het landelijke tegemoet. Zijn zo in onze verhalen verzonken dat we bij de splitsing allemaal de verkeerde kant uitgaan. Gelukkig is Charles bij de pinken en ruilen we van richting ! Komen bij een steenweg uit en volgen het rode fietspad tot brouwerij Palm in Steenhuffel. Dwarsen even verder de vroegere Leireken spoorlijn en stappen vervolgens kasteeldomein Diepensteyn in. Dan komen voetwegen aan de beurt, nummers 45 & 28 loodsen ons de stilte van het land in, weilanden met lome runderen en bosjes wisselen netjes af. Heerlijk wandelen is dit. Komen bij een volgende kasteel uit, een tarmacje loodst ons rond het afgesloten domein. Opnieuw onverharde voetwegen 33 & 25 sturen ons terug naar de bewoonde wereld en de rustpost. Het is er al wat rustiger en vooral warmer.
Een korte pauze, watervoorraad inslaan voor onderweg en we beginnen aan de laatste etappe. Een lusje langs Pluimennest en de ijsjeshoeve en we keren terug naar de steenweg. We worden naar het centrum van Londerzeel gestuurd met zijn fraaie witstenen kerk. Helaas verwordt het parkoers tot een stratenloop met af en toe een achterafje. Lopen zelfs even langs de A12 en vervolgens langs Sarens, welbekend van de grote kranen bij bouw- en wegenwerken. Het parkoers wordt terug groen na het gemeentelijke kerkhof en dankzij voetweg 68. Langs wiegend goudgeel koren stappen we richting boerderij met gracht, de finish komt in zicht. Wij doen ons te goed aan Duvel en Kossaat, zingen menig deuntje mee met de orgelman. Heeft iets zo een oud draaiorgeltje.
Tijd om afscheid te nemen van de broertjes De Keyser, busje komt zo. De chauffeur kijkt verbaasd, is een halte waar hij vrijwel nooit moet stoppen. Wordt meteen een leuke babbel over wandelen maar ook bijnamen zoal Pjeire- en Honnefretters. De man vindt het jammer dat wij al in Londerzeel uitstappen maar het kan niet anders. Moeten deze keer niet over Mechelen maar kunnen rechtstreeks naar Boom en zo naar Hemiksem. Kort onze reis meteen met een uurtje in. Fijne dag gehad in Wolvertem waar 2/3 van het parkoers ons wist te bekoren. Morgen zijn we weer paraat.
Zaterdag ben ik weer van dienst. Sta om zes uur ’s ochtends bij tramhalte Schoonselhof. De Lijn laat mij in de steek en ik moet tot 06:32 wachten alvorens gemotoriseerd op pad te gaan. Kom je dan om 05:00 uit je bed ! Mis in Brussel-Centraal mijn metro aansluiting van drie minuten en bij Hermann-Debroux de bus van 4 minuten. Gelukkig is Roland terug paraat en kan hij mij even later dan voorzien in Jezus-Eik oppikken. We zijn net op tijd in centrum Overijse. Zes dapperen vatten 30 km verkenning aan. Nathalie & Wilfried, Jack, Bruno (blij weerzien), Roland en uw dienaar. Het wordt een zware dag bij hoge zomerse temperaturen. Het nieuwe terras bij De Serrist in Eizer, daar kunnen we niet aan voorbij gaan. Elk om beurt krijgen we in de loop van de dag een tik van het zonnekind en blijven even achter, zelfs stoere Bruno oogt niet altijd even fris. Gelukkig kunnen we dat van de Duvel bij aankomst wel zeggen ! En dus mis ik een bus naar Leuven. Zal wat later thuis zijn Linda.
Heb trouwens wat met het openbaar vervoer dit weekend. Zondagochtend, op weg naar Maarksem neem ik een foute beslissing in de Antwaarpse metro, wat ons ook al een extraatje van een halfuurtje reizen oplevert. Het regent stevig als we rond 09:00 afstappen aan de terminus van tram (twie & draa). Het zal ons enige buitje van de dagen zijn. Fluks gaan we op pad, voorbij de Carrefour van Scho-ete en villawijken. Lopen over het rode fietspad langs droog staande grachten, een steeds weerkerend beeld vandaag, dit laatste. Grote varens sieren de wegkant richting Peerdsbos. Geen Vordensteinpark voor ons dit jaar, we hebben andere plannen. Door prachtig groen, al wordt het gras toch wel rossig, zetten we koers naar de eerste rustpost in De Zeurt. Bea komt eventjes bij ons zitten, Jerome ligt nog te recupereren van een hete Tholense tocht gisteren. Een volgend bosstrookje na de pauze. Middels een brug over de E19 richting Breda en de TGV, het Peerdsbos wenkt. De Laarse Beek ligt er ook droog bij, nooit gezien zo vroeg in de zomer. Na de statige beuken volgt een strookje Bredabaan. Dan traditiegetrouw langs volkstuintjes en rond de plassen van ’t Fortje. We kunnen ons een terrasje permitteren in rustpost Olsea en een gezellige babbel met bekenden uit Puurs en Patje Kloek.
Nu volgt er een moeilijk stukje. Huisjes kijken op grondgebied Ekeren, van statige villa’s tot rijwoningen met platte daken. Een kasteelpark met rode beuk en rododendrons brengt verademing. Dan volgt een charmante, toch wat afgeleefde oude residentiële wijk. Over de spoorbaan, dwars door een wijk van recente signatuur en we kunnen pauzeren in De Geesten. Het is er niet echt druk. Het grootste deel van het parkoers kennen we na al die jaren haast uit het hoofd. Fietspad onderaf de spoorbaan en dan langs achterafjes richting brug over de A12. Muisbroek, lees ik op het bord, zeg maar de Ekerse plassen. Hier volgen we het extraatje van de 50 km, kwestie van eens iets anders te lopen. In een weidse boog loopt het brede grindpad rond het water, tussen weidse hooilanden en de spoorbanen van de Antwerpse haven door. Een kasseitje langs weer andere volkstuintjes zet ons af bij de grote plas. Langs het water gaat het naar de Antwerpse duikersclub en dan stappen we de Bospolder van het Ekerse Moeras in. Heerlijk wandelen door halfopen terrein, puur natuur met af en toe een glimp van de Antwerpse haven en torenhoog gestapelde zeecontainers. Mogen genieten van een smal pad langs een langgerekte kreek. Een paar straten verder de steeds rustige pauze bij Roozemaai met uitzicht op de woonkazernes van de Noorderlaan.
Aan de overkant van de drukke steenweg wachten de Lage Landen. Opvallend hoe laag de vegetatie en weinig ontwikkelt de vele bloemen zijn dit jaar. Water tekort denken wij dan. Zangvogels houden van warmte en heffen hun hoogste lied aan. Wij genieten van hun mooi gezang. Verlaten het domein langs de trappen van station Noorderdokken. De zwerftocht door opnieuw rijwoningen met platte daken wordt netjes onderbroken door een maaipad langs een rietrand en bij Laagland zowaar een weide met runderen. Palfijnziekenhuis, Zwaantje, we bereiken opnieuw volkstuintjes langs de plas van ’t Fortje. Den Duvel is op, de Stroboeren begroetten heel wat meer wandelaars dan de vorige jaren. Donkere Leffe, dat smaakt ook.
Kunnen kiezen tussen trams 2 & 3 die beiden klaar staan. Wij kiezen voor 2 en dus vertrekt de 3 eerst. Zijn bij het Hobokense Zwaantjes net te laat voor bus 295 en op de Kioskplaats idem dito voor bus 1. Halfuurtje wachten dan maar en we krijgen het warempel koud. In Hemiksem loopt het vol ‘marsmannekes’ – de Colour Run was blijkbaar een succes. Hebben we een klassiek wandelweekend achter de rug, volgende week denken we twee ons minder bekende tochten te wandelen zijnde Wolvertem & Keerbergen. Hopelijk komt busje dan zo …
Wederom nemen we de eerste bus van 06:36. Oep ’t Zuid moeten we een twintigtal minuutjes wachten op de trein richting Oostende. Het is er nog rustig, binnen het halfuur bereiken we Lokeren. Wandelen langs zijn impostante zondagse rommelmarkt op het stationsplein en een prachtige groene laan richting startlokatie in de Karrestraat, randje Daknam. We voelen allebei nog de gevolgen van de gekke kapriolen die we gisteren uithaalden. Gaan toch op pad voor 30 km, de parkoerstekening is helemaal spek naar onze wandelbek. Kuieren over stoffige paden langs villa’s in het groen en ruilen deze in voor opschietend maïs. Op grondgebied Daknam volgen we een steenweg tot een oude spoorbaan. Linea recta in het groen, over de Moervaart en in het gezelschap van Lucien. Leuk nog eens een eindje met onze kwetterende Waaslander op te trekken. Na een uurtje wandelen pauzeren we een eerste keer in het schooltje Den Dam, welbekend dankzij Daniel (alias de zwakke schakel). Na de verfrissing en meteen na een plantsoentje met restaurants richting Zuidlede. Aanvankelijk een breed stoffig pad tussen waterloop en uitzicht over weidse akkers. Vervolgens over een kuitenbreker dicht tegen het water, versiert met weelderige gele plomp. Terug bredere, beter begaanbare stroken dan. Ondanks wij de waterkant nauwelijks verlaten lijkt het hoge riet de zuurstof weg te zuigen. Nauwelijks vier kilometer verder kunnen we pauzeren bij de fruitboer en toch heeft dit stukje pijn gedaan. Gaan gezellig terrassen met vele bekenden. Lut & Luk (Brugge), Kathy en Hans (Deinze) en de locals Denise & Patrick, om er maar enkele te noemen. De koen ridders en jonkvrouwen van de 50 km vatten hun tweede extra lus aan, wij keren op onze stappen terug richting Den Dam.
Even langs appelen & peren, een keienpad loodst ons kronkelend door de weilanden. Kaarsrecht vervolgens door open terrein tot een steenweg. Deze volgen we even en duiken dan het kasseitje van Vossendam in. Wordt asfalt en dan terug onverhard bij de Olentgracht. Deze ‘droge haring’ gaan we kilometerslang volgen door het stille Vlaamse land. Puur genot is dit voor ons. Bij Elbos en zijn hoeve krijgen we gezelschap van zij die de 23 km lopen. Ook de eerste dapperen van de 50 km vliegen ons voorbij. Terug bij de rustpost hebben we er toch al 18 kilometer opzitten. Chantal is intussen ook al van de partij, altijd een vroege vogel geweest. We blijven op bekend Eksaards terrein dankzij Daniel. Langs het voetbalterrein en rond een kroosrijke vijver. De Liniewegel stuurt ons door bosjes en langs akkers. Bij een kippenboer geurt het kwalijk en stoffig. De bosrand loodst ons naar de Kruiskapel waar nog andere activiteiten gepland zijn, waaronder een lokale fietstocht. Voor de verandering gaan we kasseitjes dokkeren, al is de rand van beton. Omwille van mijn nog immer zere teentjes kies ik voor dat laatste, in ganzenpas achter Linda aan. We bewonderen prachtig onderhouden kapelletjes van een bidweg en gaan een laatste keer rusten ‘bij de boer’.
Voorraad drank voor onderweg inslaan en weg zijn wij voor de laatste 7 km. Worden begeleid door een stormachtige wind die menig stapper het ergste doet vrezen. Een zandpaadje loodst ons naar de Moervaart. Dit wordt weer genieten ’pur sang’. De prachtige waterloop ligt ingebed in een weelde van frisgroen en slingert zich door een landschap van weilanden en akkers. Kajakkers peddelen zich een ongeluk, tegen de ruwe wind op. Gemotoriseerde watergasten genieten languit op hun vaartuigen van het intussen zachte weer. Tot Daknambrug mogen we genieten van dit fraais en dan volgt een kasseitje tot de dorpskern, die we jammer genoeg niet aandoen. Straatje lopen dan maar tot we opnieuw het Spoorwegpad bereiken. Delen het tarmac door de Daknamse Meersen met heel wat fietsers. Een tweede en laatste keer door de villawijk, de finish is in zicht.
Geen Duvel vandaag maar zijn even lekkere soortgenoot Omer. Katrien ‘beetje minder zotte mie’ wordt onze gezel net als Jacqueline & Luk. Bart komt aangestormd. De gehavende knie heeft merkwaardig genoeg stand gehouden. Katriens kopje staat op onweer maar zalvend zorgt ze meteen voor een ijskoeling van de gehavende ledemaat bij haar ventje. Liefde is … Vrolijk stappen wij terug naar het station. Wat hebben wij van deze tocht genoten ! Echt ons parkoers in de streek, gezelligheid bij de vele wandelmaatjes en in feite lekker warm wandelweer. Morgen nog een dag pijltjes uit het bos verwijderen en we hebben onze kilometertjes weer in de kuiten.
Mijn wandelweekend begint al op donderdag. Heb het in mijn hoofd gehaald 22 km Zoniënwoud van pijltjes te voorzien bij temperaturen tot boven de 30 °C. Neem eerst de langste etappe van 9 km onder handen. Korte klimmetjes en kasseiwegen volgen elkaar op. De boswachter vraagt naar mijn doen en laten. Knikt tevreden als ik hem vertel dat ik maandag terugkom om alles op te ruimen. De Brusselse grote ringweg kent stapvoets verkeer. Ik lijk langs een muur van camions te lopen, die de hitte nog eens extra accentueren. Ben blij een eerste keer in de cafetaria van De Bosuil op een stoel te kunnen neerploffen, nat koel en straf, ik ben er aan toe.
Heb nog twee korte etappes van 5 en 7 km voor de boeg. Zelfs diep in het bos, onder de mastodonten van beuken, guts het zweet van mijn kalende knikker. Ben al gauw meer dan zeven uur onderweg en maar wat blij het bushok terug naar huis te bereiken. Reis over Delta met de trein tot Mechelen en dan mijn ouwe vertrouwde snelbus 508. Opdracht volbracht. Vraag wel aan Wilfried een parkoerscontrole te houden op vrijdag. Zal ook nodig blijken te zijn en Bruno kleurt enkele heikele punten bij, waarvoor mijn dank en deze van onze nietsvermoedende gasten op zaterdag.
Had ik de bedoeling forfait te geven vanwege de tropische hitte, Linda is niet te vermurwen, we nemen de eerste bus. Het is al 26 °C en nog geen 07:00 in de ochtend. Andere reisweg vandaag, over Brussel-Centraal en de duur geworden metro tot Hermann-Debroux. Ben zo gek een extraatje in te bouwen. We volgen de GR door het parkje van Bergoje en langs het Rood Klooster richting Vijversweg. Bij de kasseitjes van de Verbrande Dreef pikken we de lus van 9 km op. Zijn ruim een halfuur onderweg. Het is stiller en dus minder warm langs de ringweg. We dokkeren over de kasseitjes van de Sint-Jansdreef richting heuveltjes van de Haagbeukendreef. Eerste pauze na ruim 7 km wandelen. Voorspelde ik niet meer dan 200 gasten, we hebben er al ruim 260 zo rond de klok van 10:00.
Praatjes met clubmakkers die van dienst zijn en daar gaan we weer. Door de Jachtdreef diep Zoniën in. Een afwisseling van kasseitjes en onverhard loodst ons terug naar Jezus-Eik. Moeten er wat straatjes lopen langs statige villa’s om de rustpost bij de lokale wijnboer te bereiken. Het is er uiteraard erg stil. Hebben een lus van 7 km voor de boeg. Heikele doorgang bij een nieuwbouw, handig opgevangen door Bruno en dan naar de overkant van de snelweg. Stukje Willeriekende dreef en terug het bos in. Brede zandpaden loodsen ons onder de ringweg door bij de Tambourdreef en dan volgen we de Mezendreef tot een kroosrijk vijvertje. Onder het Leonardkruispunt door, aan de overkant t.o.v. de vorige lus en dan wacht een lang, trage klim in de hitte van het open terrein. Geen wandelaar komen we tegen. Nog maar eens onder de snelweg door en de Haagbeukendreef zet ons een laatste keer af in de erg stille zaal van De Bosuil.
Klappeke met Jefke die te voet terug naar Bosvoorde trekt en genieten van een paar koele Duvels. Wij hebben nog 9 km voor de boeg. Onaangename verrassing als we opnieuw door de Jachtdreef stappen. Het kortstondige buitje van even voordien heeft voor een erg zwoele atmosfeer gezorgd. We vorderen zwijgend over het toch wel geaccidenteerde parkoers. Nemen een paar keer pauze op een bankje, vooral drankpauze dan en om de beentjes even tot rust te laten komen. Bij het Rood Klooster weten we de beproeving bijna voorbij. De metrorit brengt niet echt verkoeling, de goede ouwe trouwe ‘Amsterdammer’ is een zaligheid dankzij een perfect afgestelde airco en relatief weinig passagiers. Busje komt zo op de Italiëlei. De twee gekken van Hemiksem hebben er zowaar 28 tropische kilometer opzitten.
Een vijftiental mensen stappen bij Berchem Station op de eerste bus richting Herentals. Bij de kerk van Vorselaar loopt de bus leeg. Het Antwerpse wandelgild beantwoord de oproep van Olympic en trekt naar de Kempen. We merkten in Grobbendonk geen activiteit en inderdaad, we krijgen een nieuw parkoers aangeboden met rustposten in Poederlee en Lille. Geen fantasietjes voor ons vandaag, gewoon de voorgeschreven 32 km. Hebben tussen Hemiksem en Berchem al een opwarmertje van 3,5 km gestapt.
Prachtige eerste kilometer meteen met de dubbelde dreven richting kasteel. Daarna een fietspad bij Vispluk, zowat de halve gemeente draagt die naam. Duiken zand- en graspaden in getrokken tussen maïsvelden tot een meer bosrijke omgeving. Een smal paadje langs hoge omheining loodst ons rond het domein. Het is er wel opletten voor de vele boomwortels, er wordt nogal wat gestruikeld maar zonder kwalijke gevolgen. Op grondgebied Poederlee gaan we vervolgens wat kasten van villa’s bekijken afgewisseld met sparrenbossen. Halfopen terrein zet ons af bij De Kouter en de centrale rustpost in Poederlee. Het is er behoorlijk druk maar we kunnen gelukkig een terrasje doen.
Hebben twee lokale lussen voor de boeg en beginnen met de langste van 9,2 km, de parkoersbouwer tegensprekend. Zullen deze wandelen met Sieke & Willy (Ivas) gezellig keuvelend over … de tijd van Wandelmee. Gek toch hoe die tijd steeds weer te berde komt. Leuk afwisselend parkoers intussen. Strookje bos voorbij de voetbalterreinen en Heggekapel. Vervolgens (kolen)velden voorbij de hondenkennel en over riviertje de AA. Dan golvend door de sparrenbossen richting Toeristentoren, al gaan we niet zo ver. Nog meer akkers en door het hoge gras terug naar De Kouter. Als je loopt te babbelen verdwijnen de kilometers als sneeuw voor de zomerzon. Heb dus weinig last van zere knie of voeten.
Onze maatjes keren terug richting Vorselaar, wij hebben nog een tweede lus voor de boeg. Zal vrijwel het omgekeerde blijken te zijn van hetgeen wij een paar weken geleden met de KWB Poederlee liepen. Eerst richting Lille via Biezenhoek. Vervolgens beton- en zandpaden vanaf Dingdongen richting de bossen van Poeyelheide. Terugkeren doen we via de Zielestraat en dwars door centrum Poederlee. In De Kouter vele bekenden nu waaronder Theo (witte pet), Geertrui en Jan, Willy en Marij.
We hebben nog een ruim uur wandelen voor de boeg. Duiken de bossen in bij Zittaart. Zandpaden met nog laag maïs in de open stukken. Moeten vervolgens echt de warme open ruimte in en zoeken riviertje de AA op. Prachtig stuk natuur en cultuur hier, gewoon hat pad volgen, zonder enige zijweg tot de merkwaardige kerktoren van Vorselaar in het vizier komt. De kloeke stappers van 42 en 50 km krijgen in het dorp nog een extraatje voorgeschoteld. We koersen door een recente sociale wijk recht naar klooster en finish. Hennie vormt ons ontvangstcomité. Zij heeft 13 kilometer gelopen en ziet er veel fitter uit dan vorige keer in Bierbeek. Zijn wij heel blij mee. Ook Carine en Dirk vallen binnen. Zij met knie ‘naar de genou’, een cadeautje van de MESA. Sorry maatjes wij kunnen niet langer blijven, busje komt zo. Tussen Berchem en de Rooseveldplaats testen wij een andere route uit. Een stokoude, gammele tram 10 dendert door smalle straatjes, langs hoge gevels. Het Dageraadplein krioelt dankzij een rommelmarkt en pleintjesbasket spelende jeugd. Zelfs Linda kent deze omgeving niet. Nog een ritje met bus 1 en we zijn opnieuw in Hemiksem. Kijken terug op een leuk nieuw parkoers dat meer perspectieven biedt dan de oude route over Grobbendonk. Met 70 deelnemers aan de grootste afstanden en meer dan 1200 in het totaal moet de organisatie niet mopperen. Op naar de 100 dapperen volgend jaar …
We moeten een klein uurtje op de trein wachten in Antwerpen-Centraal. Best gezellig bij dit heerlijke weertje in één van de mooiste stations ter wereld. Een oudere dame vraagt mij de kortste rit naar Hasselt. Het antwoord bevalt haar niet en ze klampt zowat iedereen aan die ze te pakken krijgt om toch maar te horen wat ze zo graag wil. Foert, denk ik, zoek het dan zelf maar uit ! Ritje van een halfuur en we zijn in Olen. Kennen de weg naar Gedoviba & Intratuinen uit het hoofd al is ie dan netjes van pijltjes voorzien. Een witte tent doet dienst als terras. We kunnen even bijpraten met Jefke die zo zijn eigen parkoersinvulling heeft. Hij komt al van station Herentals te voet.
Linda voelt zich hier meteen thuis want we starten langs de Minnekeshoeve en gaan dan het halfbeton van het Doffenpad op. Wordt Sluizenpad door bosjes en akkers tot het Albertkanaal. Volgen even het water en dan improviseert de parkoersmeester paden om ons langs graanakkers te loodsen. Voorbij een voetbalkantine, ons welbekend als rustplaats van andere tochten en dan onder de wilgen van het Bulepad door. Even wat straatjes en achterafjes tot het Ukkenpaadje in de buurt van een blauwe watertoren. Rusten doen we een eerste keer in de voetbalkantine van Achter-Olen. Het parkoers is zowat het omgekeerde van de wintertocht maar dan uiteraard in een zomers kleedje. Vinden we best leuk. Hebben een lokale lus te goed. Willy & Annie (Kessel) hebben deze al in de kuiten. Passeren het Boerke van Beilen en de huizen van recente signatuur langs Langepad. Vervolgens nemen we het smalle paadje van de Verbrande Kant op ons wandelbord en een leuke omzwerving door een koel sparrenbos. Komen opnieuw uit bij de blauwe watertoren en het Ukkenpaadje. Hoog tijd voor een tweede pauze en een boterham. Geertrui en Jan (pijp) zijn er ook ondanks een beetje bezorgdheid want zij is ziekjes geweest. Thuisblijven staat echter niet in de woordenboek.
We keren nu min of meer op onze stappen terug richting Intratuinen en omgeving. Passeren het witte kapelletje uit 1956 en stappen via de tarmacjes van Draaivennen naar de spoorweg. Lopen erlangs in het groen tot de voetbalvelden van Olen en vervolgens langs de residentiële wijk van Umicore. De fraai beschilderde betonmuur mag niet ontbreken en dan pauzeren in zaal De Vrede. Wandelen van Onze-Lieve-Vrouw naar Sint-Jozef Olen dus. Ook hier krijgen we een extra lusje voorgeschoteld. Een eindje over een kiezelpad langs de vaart en dan duiken we sparrenbossen in. Ze gaan over in berk neergepoot in zanderige grond. Passeren een groezelige boerderij met stinkende kalverenstal. Langs een moderne wijk terug naar de beschilderde muur. We doen een bankje in het lommer bij de dorpskerk.
Stappen met geleste dorst over de kanaalbrug en vrij snel puur natuur in. Het knooppuntenpad blijkt netjes gemaaid en/of uitgegraven te zijn. Heerlijk wandelen is het hier onder sparren en loofbomen. Stortplaats De Rendelaer van Umicore ontsiert daarbij wel de omgeving. Olens Broek – Langendonk lees ik op een naambord. We zoeken de Nete op en vervolgen onze weg over zijn dicht begroeide dijk. Geertrui en Jan doen een bankje in de zon. Hij met pijp en haar pijp is uit … Wij stappen verder door het prachtige halfopen terrein in het groen tot het Albertkanaal. Brug over het water en vervolgens onder de spoorbaan. Zijn in Gerheze voor stroken sparrenbos met een weelderige ondergroei van varens, tarmacjes en even letterlijk door het maïs. Via het Hezepad bereiken we de finish. Geen wandeltocht zonder Duvel bedenkt Linda, ik kies deze keer voor Hopus, even nat en straf. Dan is het tijd voor de trein, ruim twee kilometer verderop. Zoals gezegd liepen we de wintertocht nu eens in een zomers kleedje, het smaakte naar nog …
23.06.2015 StreekGR der Kempen tussen Rijkevorsel en Oostmalle
Wandelen lijkt vandaag voor mij niet zo’n goed idee. De aanhoudende kniepijnen van de laatste maanden bereiken een hoogtepunt, beide kleine teentjes knellen van de wratten en daarbij is het zwerk eerder bewolkt dan zonnig. En toch neem ik de bus richting Rijkevorsel, het noodlot een beetje tartend.
Om 10:00 begin ik aan de geplande 20 km Streek Gr Kempen. De temperatuur is aangenaam, de zon overheerst, dit komt vast wel goed. Kan door stille straatjes en voorbij de speelplaats van de dorpsschool de weerbarstige knie warmlopen. Loopt door dezer dagen obligate wegenwerken langs oudere hoeves bij Merret de bebouwing uit. Betonbaantjes loodsen mij door het vlakke Kempenlandschap, langs weilanden en maïs. In de verte pronkt prominent de kerktoren van Sint-Lenaarts. Na een uurtje stappen zoek ik mijn eerste bankje op. Open winderig terrein met uitzicht op een reeks moderne windmolens en dichter bij wat ik vermoed varkensstallen te zijn. Na de pauze nog meer beton en tarmac langs weilanden met opvallend veel nog kleine klaveren. Vanaf een rotonde loop ik achterafjes tot het plantsoen achter de kerk van Sint-Lenaarts. Heb er acht kilometer opzitten en pauzeer al voor de tweede keer. Heb mijn dagje niet.
Opnieuw loop ik langs de dorpsschool de bebouwing uit, richting brug 9 en de Turnhoutse vaart. Rivierboten worden gelost, aanvoer van kiezel en zand voor betoncentrales. Even verder wandel ik in het groen langs het water. Bij Klein Veerle verlaat ik het nat, kuier door de straten van het gehucht richting volgend groen. Een zanderig bospad loodst mij langs de plassen van Hoofsweer, oude kleiputten en nu een fraai biotoop. Dan ga ik een graspad op dat kaarsrecht het open landschap in tweeën snijdt. Bij gebrek aan een bankje pauzeer ik in het wulpse groen, de zon op mijn lijf en leden doet deugd.
Met een verse portie moed stap ik het tarmacje op bij de Brechtse Heihoeve. Elke boerderij heeft hier zin eigen naam van banaal tot soms wel grappig. Terug naar zandpaden en de rust van het land en zijn akkers tot het volgende bankje. Moet zowat bij de 14de kilometer aanbeland zijn. Het zwerk wordt donker, ik schuil onder mijn plu voor een pittig buitje. Als ik opnieuw vertrek blijkt 500 meter verder geen druppel regen gevallen te zijn ! Ik loop over een tarmacje parallel een reeks schoorstenen tot de kerk van Westmalle in het vizier komt. Eén veldweg scheidt mij van het dorp, ik kan er meteen een extra voorraad drank bunkeren.
Dacht ik even hier te stoppen, er is geen bushalte en dus vat ik de laatste 4 km naar Oostmalle aan. Prachtige dreven met kassei loodsen mij rond een kasteel verborgen achter mastodonten van bomen. Dan stap ik een laatste keer de weidse akkers in. Krijg een prachtige eikendreef onder de sloffen geschoven, hoog gras nauwelijks bewandeld. Bemerk twee guitige oogjes, kleine spitse oortjes en een donkerbruine vacht op mijn weg. We bekijken mekaar vanop zo’n 20 à 30 meter en het diertje spurt weg. Wat overblijft is een vogel zonder kop, de bosduif groter dan diegene die er zijn diner van ging maken. Een merkwaardige ontmoeting. Krijg nog een smal paadje met netels die gemeentjes prikken aan de beentjes cadeau bij de Wolfskapel. Bereik het busstation van Oostmalle, mijn eindpunt voor vandaag. Vlotte terugreis over Antwerpen, ben al om 17:00 terug thuis. Eigenlijk te moe voor de weinig gelopen kilometers, kan alleen maar beter worden.
Zaterdag wandelen de IJsetrippers hun tocht vanuit de Bosuil te Jezus-Eik in. Ik moet vaststellen dat ook zij niet ontsnappen aan de regels van de moderne samenleving. Ik blijk de enige aanwezige te zijn van het bepijlersteam ! Benevolaat en de bijhorende verantwoordelijkheidszin zijn dezer dagen oubollige en haast verwaarloosbare begrippen geworden. Tot meerdere eer en glorie van het verenigingsleven, bedenk ik bitter. Maar de zes moedigen beleven een leuke dag. Wilfried bewijst vooral met een pittige, echt Brabantse lus van negen kilometer nog steeds leuke parkoersen uit zijn pen te kunnen toveren. ’s Avonds volgt dan een berichtje van Martin, we gaan op zondag weer samen op pad, iets waar Linda en ik steeds naar uitkijken, gezelligheid troef. Onze maat heeft zijn ontbijt al op als wij startzaal De Borre betreden. Hennie zit er pips te wezen maar slaagt er toch in mij op de kast te krijgen, al kost het haar wat moeite. Volhouden kindje, je komt er vast wel weer door !
Den Engel biedt ons 25 of 35 km aan, wij maken er 30 km van. Beginnen met een lokaal lusje van 5 km. Denderen een eerste keer het kasseitje van de holle weg bij het voetbalterrein af en gaan dan een dicht begroeid eenman pad op, puur natuur tot de Oude-Geldenaakse baan. Genieten van een prachtig vergezicht en stappen dan het Meerdaalwoud in. Leuke bosstrook en dan de weidse akkers. Zacht dalend pad versiert met prachtig rode klaprozen. Terug het kasseitje op tot de startzaal en een kopje koffie. Het is vrij drukkend weer, ik heb daar algauw hinder van.
Het grote werk nu, drie etappes tussen de 8 en de 9 km. De Oude-Geldenaakse baan komt weer aan bod. Op en neer dansen door prachtige holle wegen. Halfbeton baan in de open ruimte, een volgend kasseitje op richting prachtige dreven van het Mollendaalbos. Ik neem de tijd voor een babbel met Nestor en zet dan de achtervolging in op mijn twee kompanen. Nader voor geen meter, kan geen tandje bijsteken. Mijn maatjes snappen het en zijn zo vriendelijke mij op te wachten. We ruilen het bos in voor zeer weidse akkers, een pracht van een uitzicht over patatten, bieten, maïs en vlas in bloei. Geen huis te bekennen, alleen maar één enkel kerktorentje in de verte. Het parkoers golft op en neer. We passeren een stenen kapel bij een paar huizen en zijn dan weer één met de landerijen. Leeuwerikjes heffen hun hoogste lied aan, je hoort ze wel maar ziet ze niet. Een krakkemikkig kasseitje brengt ons een verdieping lager een dorp binnen. Is Tourinnes-la-Grosse. We lopen door de stille straatjes, langs prachtig gerestaureerde boerderijtjes ook. Er volg nog een korte klim, kassei uiteraard tot La Grosse, de schitterende ook al opgeknapte dorpskerk. Magistrale omgeving ! Trappeke af tot Auberge Saint-Martin en trappeke op tot de pauze. Ik voel mij slap, val aan op een lekkere grote smos.
We kunnen kiezen uit twee lussen van respectievelijk 6 en 8,8 km. Ik ga voor de langste zeg ik gedecideerd tegen Martin. Een praatje met Dirk en weg zijn wij. Langs het vroegere station van Nodebais de oude spoorbaan op richting Hamme-Mille. Dan een graanheuvel op en door de velden genieten van de vergezichten. Stilaan is de zon ook van de partij en zorgt een aangenaam windje voor de aanvoer van zuurstof. Wij raden welke dorpjes de kerktorens doen vermoeden. In de verte ligt Bossut, wij stappen tot de rand van Gottechain. Een onwaarschijnlijk slechte kasseiweg loodst ons terug de akkers in. Lopen moederziel alleen over het landbouwer plateau. Ruilen onverhard en kiezels in voor rossige kassei. Net voorbij een eenzaam wit kapelletje met keramieken interieurversiering stopt een autootje. Zuster Maria blijkt hier tot rust te komen en verteld honderduit over de kapel en haar omgeving, een leuk intermezzo. Wij lopen door tot de bebouwing van Nodebais en duiken opnieuw de akkers in. Krijgen een uniek uitzicht op Tourinnes cadeau en duiken via een prachtige, donkere holle weg terug naar Auberge Saint-Martin. Pff, was een lange etappe die toch wel in de kleren ging hangen.
Nog 8,5 km voor de boeg. Meteen volgt en lange klim, kassei uiteraard en deels een holle weg. Boven wacht een uniek panorama van vrijwel 360°. Wij genieten van het spel van wind, zon en wolken over koren en vlas. Zwerven een tijdje door de akkers en bereiken een ‘route dégradée’, la Rue de Mollendael grondgebied Beauvechain. Zullen een paar kilometer over de kinderkopjes dokkeren, gewoon rechtdoor tot de straat van naam verandert in Bevekomse Weg, we zijn opnieuw in Vlaanderen. Een eerste gehuchtje, deel van Bierbeek en dan gaan we de Nieuwe Geldenaakse baan op. Smalle paden loodsen ons door het golvende landschap. Mogen genieten van het zicht op een prachtige oude vierkant hoeve met rode luiken. De parkoersbouwer blijkt een snoodaard te zijn ! In het zicht van de finish stuurt hij ons weer weg over een haast onzichtbaar pad, de brousse in. Kan hij ons een laatste keer laten kasseitjes klimmen tot de eindmeet ! Korte babbel met Christine en Noël, sorry mannekes ik heb dorst ! In de zaal vrijwel uitsluitend IJsetrippers en we keuvelen gezellig bij. Omstreeks 18:00 nemen we afscheid van Martin, stappen op bus 7. De chauffeur is een vrolijke kerel en we grappen wat als hij achter een jonge deerne op de fiets blijft rijden. Een man blijft een man hé ! Treintje komt zo in Leuven, busje komt zo in Antwerpen. Het is algauw 21:00 voor we thuis zijn. Kijken terug op een voor ons prachtige tocht al leek niet iedereen die mening toegedaan te zijn. Smaken verschillen. Volgende week plaatsen wij Olen en Vorselaar op ons programma, tot dan.
Rik (Bornem) had ons gisteren nog zo gewaarschuwd – de bus draait weg net voor het centrum van Itegem. Wij vertrouwen op een andere wandelaar, die blijkbaar naar ons kijkt – en we missen de halte ! Levert een extraatje op van zo’n 500 meter. Het is behoorlijk druk in de startzaal. Met de zegeltjes van de organisatie krijgen we zowaar twee dozen spaghetti cadeau, van Soubry natuurlijk zoals in den ouden tijd. Grapjassen die van Ivas en dat zullen we later op de dag nog merken.
We gaan op pad, Achter de Hoven en de naam van de straat vanaf de monumentale dorpskerk is letterlijk te nemen. Dra gaat het verhard over in hobbelige graspaden, vervolgens bij Echelpoel in een eerste bosstrookje. De 10 en de 30 km stappen richting Hallaar waar de parkoersbouwers niet platgetreden paden bewandelen. Door het hoge gras puur natuur naar de Netedijk. Onze gastheren zijn zo vriendelijk het klimmetje van een houten trapleuning te voorzien. Heerlijk mee kronkelen dan met de Grote Nete, terug richting Itegem. De 10 km verlaat ons, we pikken de andere afstanden op richting volgende zand- en graspaden langs weilanden en maïsakkers. Vossekoten noemt het hier, halfopen terrein waarbij de plukjes koel bos meer dan welkom zijn. De zon geeft van jetje en de wind is op rantsoen. Tenslotte lopen we letterlijk door wintervaste kruidenvelden die stilaan groen worden tot bij hun eigenaar voor een gezellige rustplaats. Onze Borgerhouters Yvette en Robert zijn er ook al, we praten bij.
Volgen hen voor een lokale lus van 7 km. Bernum noemt het hier. We wandelen over tarmacjes langs maïs en opvallend veel aanplant van rode kool. Moeder kievit raast rakelings langs onze hoofden, het piepkleine jong rept zich ongemakkelijk waggelend de grasberm in, schattig ! Lopen kasseitjes van Wiekevorst tot de Kapellekensdreef. Deze voert ons naar het parkje met twee kruiswegen van Klein-Scherpenheuvel. Netjes onderhouden omgeving, de Kempenaren zijn nog devoot. Na dit toch wel leuke plekje duiken we opnieuw de weidse akkers in. Her en der is een hoeve neergepoot. De stilte van het land, daar genieten wij toch wel van. Een kasseitje dokkert lommerrijk langs wat een kasteeldomein lijkt te zijn. Meer dan een paar doorkijkjes zien we er niet van. De weidse, warme akkers komen terug aan bod en een keienpad. Dan volgt een aanduiding ‘trage weg’, heerlijk wandelen langs een dicht begroeide rossige gracht, aan de rand van pas gemaaid hooiland en letterlijk door een maïsveld. Leuk stukje parkoers dat ons terug bij de kruidenboer afzet. Ik vertel een parkoersbewaker dat wij toch wel verbaasd zijn door de vele ‘trage wegen’ vandaag. Ik krijg een minzame en toch guitige glimlach terug. Dring aan op tekst en uitleg. Blijkt dat onze gastheren bij gebrek aan echte zelf maar trage wegen bedacht hebben en voorzien van hun naambordjes ! Geweldige vondst die de kwaliteit van het parkoers danig verhoogd.
Korte babbel met Carine & Dirk, zij zijn duidelijk sneller dan wij. We volgen dus over bospaadjes langs klimop en weelderige varens tot een volgend achterafje, graspad van een naam voorzien. Saffraanberg en Hannekenshoek voeren ons terug richting Nete. Mooi uitzicht hier over de dorpskern van Itegem. Langs het rusthuis even wat bebouwing en dan terug genieten langs het rossige water van de rivier. Heerlijk wandelen is dit. De parkoersbouwer duikt weer eens onderaf en stuurt ons door verwildert bos. Bij het uitkomen wacht de laatste rustpost bij de LRV. Meteen ook ons laatste terrasje voor vandaag.
Wandelen randje Itegem wat tarmacjes en door een nieuwe wijk tot domein La Garenne. Netjes opgeschilderd kasteeltje met een pracht van een parkbos er rond. Donker dankzij de weelderige ondergroei van rododendrons. We slingeren er ons doorheen. Moeten aan de overkant even wat villa’s bewonderen tot de grote finale genaamd De Averegten. Prachtig natuurdomein, bossen, vijvers met jong grut, ook wel wat weiland. Bij het uitkomen een zicht op Heist (inderdaad met kerk op de Berg) en dan zetten we terug koers naar Itegem. Een laatste eigen invulling van trage weg en we kunnen Duvelen met Yvette en Robert. De bus komt om 18:15, blijkt de laatste te zijn die tot Mechelen rijdt. Daar tien minuutjes wachten op de 500 en in Boom dezelfde tijd tot de 295. Exact twee uur reizen van Itegem tot Hemiksem. Met een lachende snoeten gaan we de avond in. Wat hebben we weer een leuk wandelweekend gehad met verrassende wendingen dankzij Kadee, Rik & Ivas. Volgend weekend trekken we op verkenning vanaf Jezus-Eik (zaterdag) en zondag naar Bierbeek. Tot dan.
In Puurs stapt een klein frêle dametje op de bus, plastiek kapje op het hoofd. De chauffeur blijkt haar te kennen en start een gesprek. Binnen de paar minuten zitten alle passagiers te grinniken. Het dametje blijkt 91 jaar jong te zijn en dagelijks naar Dendermonde te reizen. Ze noemt de buschauffeur, zelf 51 jaar, smalend ‘snotneus’. Een heuse waterval aan woorden wordt over ons uitgestort, Bijbelse en wereldse verhalen worden door elkaar gehaald. Geweldig vinden wij het. Vanaf station Bornem loopt de bus stilaan vol, bij de kerk van Branst helemaal leeg. Een vijftiental wandelaars reppen zich naar de startzaal waar Kadee zijn ontvangstcomité heeft klaar zitten. Knalgroene t-shirt en knalgroene appeltjes voor de dorst.
Willy (Mortsel) en zijn vrouwtje gaan ons voor langs tarmacjes en zandpaadjes. Hooiland geurt heerlijk bij een zomers aandoende zon en een heerlijk verkoelend briesje. We stappen een eerste keer het domein van Marnix van Sint-Aldegonde binnen, zwervend door het natte gebied. Een fietspad, een kasseitje, na drie kilometer al de eerste rustpost bij Den Appeldijk en zijn fraaie vijver. Te vroeg om te pauzeren, we dokkeren opnieuw het kasseitje af en stappen het achterland in. Negeren de hangmatten aan de rand van het natuurgebied. Dametjes achter ons testen ze wel even uit. Komen bij de Slijkneuzen uit ook bekend als De Weert. Nu wel pauze op de gezellige binnenkoer van het gemeenschapshuis, terrasje doen.
Er wacht een ruime etappe van 8,6 km. Autochtoon Rik wordt onze gezel. Lopen meteen de Scheldedijk op, in de verte roept de koekoek. Bij het gemaal duiken we opnieuw de natuur in over een door tractors stuk gereden pad langs een gracht. Gaan dan een slingertarmacje op door het groen tot voorbij het kasteel van Marnix. Lopen een stoffig zand- en keienpad op langs de Oude Schelde. Zes kilometer lang is deze afgesloten arm, weet Rik te vertellen. Grote oppervlaktes lelies in wit en roze liggen er te schitteren. We draaien van het water weg en vervolgen langs het tarmac van Binnendijk, voorbij de kapel van de Heilige Theresia tot ’t Sas, de sluis tussen Oude en Actuele Schelde in Temse. Duiken onder de Temsebrug door en vervolgen onze weg door het groen. Kadee stuurt ons over smalle paadjes door bos en hoge gras. Compleet onbekend terrein waar we achter gids Rik aan lopen. Een laatste wilgendreefje en tot onze verbazing staan we voor cafeetje Sinte-Vadde. Heerlijke oude afspanning met terras na een prachtige nieuwe strook parkoers, we zijn in onze nopjes.
Rik neemt ons na de koffie terug op sleeptouw langs de statige landgoeden van Reek. Hooiland aan de overkant van de weg geurt weer heerlijk. Zo bereiken we Buitenland en zijn Reuzenhuis. Rik weet te vertellen dat dit gebouw een overblijfsel is van de Antwerpse wereldexpo ruim 100 jaar geleden. Leuk als je zo gegidst wordt, we steken heel wat van hem op over mandenvlechters en andere vervlogen activiteiten uit de streek. Stappen even langs de spoorbaan tot Temsebrug en nemen er afscheid van ons maatje, hij volgt en binnenweg naar huis. Wij gaan de Scheldedijk op tot het gemaal waar we daarstraks al passeerden. Opnieuw over de kuitenbreker en dan langs de Oude Schelde terug naar De Weert en onze laatste pauze.
Wij hebben nog vijf kilometer voor de boeg. Tot mijn ergernis zijn deze in één woord samen te vatten : de Scheldedijk. We stappen het tarmac op in Weert om er in Branst terug af te komen ! Mooi zijn de slingers wel met doorkijkjes over de statige stroom, prachtige vijvertjes en een paar kuddes schapen. Maar ik had liever benedendijks door het zand gelopen ! Heb dan ook nog hinder van de linkerknie en beide kleine tenen. Wordt er zowaar humeurig van wat Linda aan het lachen brengt. Ze is niet gewend dat ik loop te grommen. Na een klein uurtje wordt ik uit mijn lijden verlost en kan een koele Duvel wonderen doen. Twee busreisjes verder staan we weer in Hemiksem. Toch wel een mooie tocht die Kadee ons vandaag aanbood.