Het speelt al jaren in mijn hoofd, de eerste Euraudax van het jaar bij Antoine eens mee te wandelen. Het lukte mij nog nooit maar dit jaar heb ik vakantie en dus kan ik op pad. Weet dat intussen Raymond ‘la cravatte’ de voorloper is en weet wat zulks betekent, het vuur uit de sloffen lopen. Vermoed ook dat Christian het parkoers zal getekend hebben en die gaat geen hindernis uit de weg.
Er is regen voorspelt tot 10:00, startuur van de tocht dus dat komt goed. Ben met bus en trein toch algauw twee uur onderweg al ligt het stationnetje bij het kasteel van Beersel op nauwelijks 800 meter van café Camping. De treinbegeleidster van het boemeltje vanuit Mechelen is een vrolijk ding. Ze komt de weinige reizigers persoonlijk een Gelukkig Jaar wensen want de geluidsinstallatie van de trein doet het niet. De buschauffeur in Hemiksem deed dit trouwens ook. Leuk hoor het openbaar vervoer ! Zet je kap van je jas maar op, zegt ze bezorgd als ik het donkere perron op stap met de boodschap van 25 km wandelen. Lief blondje dus.
Ik mag meteen stevig klimmen tot de Beerselse kerk en even verder de startzaal. Hij ligt er nog verlaten bij. Hugo Bonyns en een Franstalige Brusselse dame zijn mij voor. Wij worden ook meteen de eerste gasten in het staminee. Er hangt een groot bord van De Vrienden der Verre Drachten. Het moet zowat 45 jaar geleden zijn dat ik hier wekelijks met vader kwam om de duiven ‘in te zetten’. Ik herken meteen de geur van duivenmanden, pure nostalgie. De realiteit van de dag zijn zo’n 50 wandelaars waaronder heel wat bekenden. Zelfs Jeroen en bleke Steven, ondanks kwalen en medicatie beiden op post.
Gastheer Raymond loodst ons de helling af richting Zennevallei. Een korte toespraak om alles in goede banen te leiden en weg zijn wij. Een eerste vettig strookje, een aperitief kasseitjes en we kronkelen mee met de Brusselse waterloop. Even moeten we door een plas waden. Voor een Aalsterse meteen ook het einde van de tocht wegens voet omgeslagen, jammer toch ! Verstandig ook van meteen te stoppen om verder leed te voorkomen. Tussen de deelnemers zowaar ook een drietal uit de ‘banlieu Parisien’. Hebben 350 km autorijden achter de rug voor 25 km wandelen en dan vanavond weer terug. Een passie zei U ?
Voorbij het hotel op de E19 lopen we parallel met deze snelweg door de velden en de behuizing van Lot. Onder de spoorweg door naar sluis 8 en dan verder langs het kanaal Brussel – Charleroi. Een eerste wagenrust na ruim 6km. Suikerwafeltje en bekertje frisdrank, voor velen een eerste plaspauze ook. We duiken meteen weer de velden in, na de voetbalvelden van Brukom en met de communicatietoren van Sint-Pieters-Leeuw in het vizier. Hij zal vrijwel de ganse dag ons baken blijven. Tarmacjes worden onverhard, beetje vettig maar nog goed begaanbaar. Lekker golvend terrein overigens, open landschap met een paar boerderijen, leuke vergezichten op de hoogtes. De groep rekt niet te ver uiteen. Polleke en zijn wat tragere maatjes zijn nooit ver uit de buurt. Maakt het mij makkelijk om wat foto’s te nemen en toch voeling te houden met de hoofdmacht. We lopen Halle binnen in de buurt waar ook Heidetochten hun startlocatie hadden. Duiken de zelfde kerkwegel naar beneden richting sluis 7. Lopen de winkelstraten in langs de prachtige basiliek en dito gemeentehuis. De solden zijn nog niet begonnen en dus is het er nog rustig. We dollen wat met een traag rijdende politieauto. De inzittenden kunnen erom lachen. Café Park net voor het station wordt onze grote rust. Tijd voor een stevig broodje ham/kaas en een pint vers van de tap. Met een tiental blijven wij zowaar buiten zitten terrassen. Uit de wind valt het best mee. Ik trakteer Kim op een Brugse Zot van ’t vat – en of dat smaakt !
Na 40 minuten fluit Raymond verzamelen. Door het parkje langs de Zenne stappen we naar het kanaal en weg van stad en station. Aan de overkant van de spoorbaan lopen we over vlondertjes door het groen. Hier speelde Buizingen ooit kaats op hoog niveau, weet Christian. Gedaan nu met het rustige werk, voegt hij er geheimzinnig aan toe. We zwoegen ons omhoog langs de klim bij de bosrand die ook Jef kent. Hoor de naam Henri Floor vallen. Een dame kreeg contact via websites en vroeg zich af wie dat dan wel was. Kon ik even fijntjes uitleggen, je bent Nederbelg of je bent het niet ! Bij de gebouwen genaamd Lucie Lambert stappen we wat vlakke tarmacjes om terug aan de overkant van de E19 te geraken. Kan ik even bij babbelen met Patrick Padstapper. Dat is het leuke aan een Euraudaxtocht, je kan vlotjes van gesprekspartner wisselen en nieuwtjes doorgeven. Zoeken opnieuw het onverharde op voor een lange afdaling, naar de vettige kant, van de Bronweg. Krijgen een prachtig zonnig uitzicht cadeau over een ingesloten valleitje van weilanden en knotwilgen. Dworp centrum, onze tweede wagenrust. Het feest kan beginnen volgens Raymond. Hebben nog een uurtje wandelen voor de boeg.
Meteen stevig klimmen langs een bosrand, Hanenbos. Hoog boven de kerk van Dworp herken ik een tarmacje, de Bruineput ! Stevig klimmen dus over een aarden pad bezaaid met bouwafval. Onze Française puft met Kim en mij mee, de groep rekt. Schitterend uitzicht op de top dat zich uitstrekt tot het Brusselse. Voorbij een hoeve wacht een traag dalend pad. Horror voor de echte Euraudaxers onder ons ! Kassei met daarop een dikke bruine laag modder. Schoorvoetend zakken we tot Ast om met nog meer bonkige kassei verder te dalen. Raymond en de kop van het peloton zijn inmiddels uit ons zicht verdwenen. De wandelaars lopen nu haast individueel om de 10 à 20 meter als was het een zware bergetappe in de Tour. Ik heb het moeilijk wegens liespijn maar geniet toch intens als we langs het Kesterbeekje lopen en dan weer eens stevig mogen klimmen. Pfff, niks te vroeg deze laatste wagenrust. Duim omhoog naar Raymond die met een monkellachje zijn schapen één voor één ziet binnen puffen.
Korte woorden van dank van Antoine en Raymond, dan de laatste loodjes. Vlakke kerkwegels liggen er verraderlijk bij door de modder. Een korte klim door een bosje loodst ons naar een kasseitje vlak onder de Beerselse kerktoren. Raymond blaast een laatste keer verzamelen om parkoersbouwer Chris te lauweren. Moe maar voldaan knikt het gild van ja, dit was een prachtige tocht. De cafébaas tapt met plezier, heeft zijn dagje wel aan deze groep. Beetje trekkebenend stap ik terug naar het station. Mis mijn trein naar Mechelen en ga op avontuur. Eerst naar Brussel-Luxemburg boemelen. Overstap tot Brussel-Noord en dan naar Antwerpen-Berchem. Mis er mijn aansluiting naar Hemiksem omdat één trein in Beersel niet kwam opdagen. Maakt niks uit, ik heb een heel leuke wandeldag gehad met een mooi parkoers en toffe wandelmaatjes. Voor morgen zaterdag worden er bakken water voorspeld, nemen denkelijk een snipperdag.
Nieuwejaarke is echt wel niet zo zoete, het is bij een erg frisse ochtend dat wij door nog slapende straten naar Berchem-station rijden. Hebben de treinwagon voor ons alleen gedurende de ganse lange rit tot Oostende. Hebben intussen geleerd dat de NMBS op een originele manier de vertragingen van de vorige jaren heeft opgevangen. De treinen blijven nu in elk station zo’n 3 minuten staan. Extra reistijd Antwerpen – Oostende bedraagt aldus ruim 20 minuten ! Tja, voor een ceo van bijna 70 jaar mag het allemaal wat langzamer gaan zeker ?
Ook aan ’t Zeitje is het windering, fris en stil. Langs de Mercator, rustige straten en verlaten parkjes stappen we door de kuststad richting Koninklijke galerijen. Daar pikken we de rood-witte merktekens van GR5A op. Nauwelijks wandelaars komen we tegen, de stranden liggen er ook nog verlaten bij. Op uitzondering van pleviertjes dan die met korte snelle trippelpasjes door de vloedlijn lopen, her en der wat weg pikkend, een leuk gezicht. Stappen onder meer langs de oorlogsherinneringen van Raversijde en kiezen dan voor het nog vochtige, en dus goed begaanbare zand. De wind gaat liggen en bij een kalme zee is dit toch wel genieten. Hebben een stevige wandeling van ruim anderhalf uur in de benen als we Middelkerke bereiken. Ook hier is het nog erg stil. We zoeken een taverne op, lekker warm en voor een hartverwarmende koffie.
We wandelen verder de dijk of tot ‘Krokodil’. Langs de watertoren gaat het nu door wat straatjes en dan de weidse polder in. Linda kruipt stilaan achter mij, beducht voor een toch wel gure zuidwester. Lopen zo’n 4 km over tarmacjes door wat niemandsland lijkt met alleen zo nu en dan een hoeve. Dit is op slecht karakter wandelen ! Bij de Rattevallebrug komt een einde aan ons lijden. We wandelen nu over onverhard langs het kanaal Passendale – Nieuwpoort. Altijd leuk zo’n eindje langs het water. Komen uit bij het Nieuwpoortse monument ter ere van Albert I en stappen over de brug van sluizencomplex Ganzenpoot. Goed gekozen naam want ik tel niet minder dan 6 sluizen in een halve cirkel gelegen. Tussen de goed beklante visrestaurantjes vinden we een volkscafeetje. Tooghangers drinken er hun pintjes de sigaret in de hand. De bazin knijpt een oogje dicht en schuift een asbak bij, dit is nog de tijd van toen.
We laten ons een Duvelke smaken en besluiten nog een extra lusje te lopen. Langs de Vismijn en het Oude Veurnesas gaat het van de visserssloepen naar de jachthaven. Over de plankenvloer gaat het dan langs de prachtige nieuwe bebouwing aan de Ijzeroever tot de pier en zijn monding. Aan de overkant de duinen en de oude legerkazerne van Lombardsijde. Vogeltjes kijken ook bij laag water. Een aalscholver zit hoog op een paal als een dracula met weids opensperde vleugels te drogen na zijn middagmaal. Een wulp wringt zich met zijn extra lange snavel naar tussen de mosselrotsen. Hier is het wel druk, vele toeristen maken een ‘uitbuik’ wandelingetje. Wij zoeken een tweede etablissement op en laten ons de Omer smaken, midden de drukte.
Hoog tijd voor de kusttram die ons netjes afzet bij station Oostende. Net op tijd voor de trein richting Koekestad. Tijdens de rustige rit kunnen wij een uiltje vangen. De kop is er weer eens af, de eerste 25 km van het jaar staan op de wandelteller. Dat er nog veel mogen volgen …
Antwerpenaar Patje Kloeck wordt onze treingezel vanaf … Gent-Sint-Pieters. Hij blijkt herstellend te zijn van meerdere kwaaltjes en zet het toch terug op een lopen. De nieuwe Beernemse startzaal blijkt een kwartiertje wandelen van het station te zijn, langs het parkoers van de 4 & 6 km. In sporthal Droogenbrood offreert Martin gelijk de koffie. Ook vandaag gaan wij weer samen op pad.
Stappen over landelijke tarmacjes in de omgeving van de drukke spoorlijn Gent – kust. Gevaarlijke overwegen zijn vervangen door bruggen en tunnels. We naderen de E40 snelweg en lopen een paar leuke dreven alvorens wat doelloos door Beernemse straten te dwalen in de buurt van de moderne kerk. Na een uurtje pauzeren we in schooltje Regenboog. Het is er stil en eigenlijk ongezellig, helemaal geen Kerstsfeer.
We trekken verder voorlangs het station en bij Tiengemeten de weidse, kale akkers in. Zijn met een redelijk groepje wandelaars. Stappen voorbij de Miseriehoeve en zijn melkvee tot de brug over de spoorbaan. Wandelen verder over de tarmacjes van Galgeveld en zijn herenhuis richting de Lattenklievers van Sint-Joris. Traditiegetrouw zit het kleine zaaltje er bomvol. Treffen er toch geen bekenden.
Na de koffie gaat het linea recta naar het kanaal Gent – Brugge bij Knesselare. Pal op de grens van West- en Oost-Vlaanderen merk een medewandelaar op. Martin veinst verbazing dat er geen douanepost staat ! We wandelen langs de rechteroever tot Knesselarebrug. Schaapjes en geiten begrazen de berm, gaspeldoorn staat warempel in bloei ! De brug over en langs de andere oever terug richting Sint-Joris. Toch wel leuker dan de rechthoekige polderlus die we hier ooit gelopen hebben. Weg van het water gaat het langs een éénzijdige dreef tot een hoeve. Dan rechtsaf langs een dubbel afgezoomde dreef die een kasteel laat vermoeden. Het ligt verscholen achter hoge bomen en struiken net als een ruim ommuurde hoeve. Mooi stukje parkoers dat ons terug naar de rustpost van Sint-Joris leidt. Botsen er tot onze verbazing op Annie & Willy (Kessel) en de Hobohem Family.
Hebben geen van de drie zin in een extra toertje en stappen dus richting finish. Vaart-Zuid en de Miseriebocht volgen we, zoals elk jaar langs het cyclocross parkoers ook. Een reeks mobilhomes staan langs de rand van de weg, het fietsende volkje zit blijkbaar ruim in de slappe was. Op het water zijn de aalscholvers talrijk aanwezig. Bij de imposante brug over het kanaal lopen wij weg van het water de sporthal ligt nauwelijks een boogscheut verder. Het is er behoorlijk druk, wij laten de Omer aanrukken. Bekenden stromen toe, Wim en zijn gezinnetje, Kathy & Hans, zowaar Nathalie & Wilfried ook. Het is al stikdonker als we naar het perron terug lopen. Doen een lekker tukkie in de trein met dank aan … Omer. De weersvoorspellingen voor het weekend zijn bedroevend, afwachten maar.
Groot is onze verbazing als Martin feestzaal De Korenbloem binnenstapt op dit ochtendlijke uur. Hij komt warempel al van Maastricht ! Wij hebben ook al twee treinreizen achter de rug met ruime ‘Starbucks’ pauze in Gent-St-Pieters tussenin. De overstap tijden van de NMBS zijn niet meer wat ze geweest zijn.
Na de koffie gaan we dus als trio op pad. Meteen het weidse land in langs de lokale windmolen om terug te keren richting centrum en … het station ! Langs De Rotse zwerven we terug de bewoning uit. In de verte doen jagers hun ding. Wij lopen polderbeton door deelgemeenten Mullem en Huise richting Asper en zijn (te) warme rustpost. Na de koffie even ommuurde kerkwegels en dan richting voetbal, gekend van de Sloebertocht. Huizen kijken nu, recente woonwijken van Zingem. De verlossing noemt Grooten Bulck, vroegere kleiputten en vervolgens het jaagpad langs de Schelde. We delen het met, al dan niet gejaagde, fietsers en zijn op onze hoede. Gelukkig duikt onze gastheer de Heurnemeersen in. Vettig langs het water in halvemaan vorm, maar zeer zeker ook prettig. Even klimmen voorbij de enkelvoudige spoorbaan, de kleine drukke rustpost van Heurne wenkt.
Zijn benieuwd welke lus onze gastheer hier uit zijn mouw gaat schudden. Op de een beetje hoger gelegen vlakte heerst koning wind. Aan de overkant van de drukke N60 wacht de dorpskom van Mullem. Schilderachtig met zijn gele huizen rondom de dorpskerk. Een aardig wilgenpaadje loodst ons langs de lager gelegen natte beemden. Bij een miezerig zwerk gaan we zachtjes klimmen door kale akkers. Tegelpaadjes en wat asfalt voeren ons terug naar de N60 en het plateau aan de overkant. Recht naar onze laatste pauze meteen.
Het laatste uurtje stappen we met zijn allen door het landelijke Vlaamse land, langs de spoorbaan ook met prachtig uitzicht tot de magistrale Zingemse kerk. Even hobbelen over een krakkemikkig graspad, we bereiken het centrum. Hebben ruim de tijd tot de trein die maar om de twee uur gaat. Laten ons de Sloebers smaken. Spreken af met Martin, Kerstmis in Beernem wordt ook zo stilaan een klassieker.
Op de terugweg tussen Gent en Antwerpen vieren een tiental dames hun jaarlijkse uitstap met heel wat bubbels en een zelf bedachte strijdkreet … makkers, maten, mosselen … de ganse coupé giert van het lachen, moet kunnen …
Het weer is zacht en dus kiezen we voor de terugkeer naar een klassieker, de kerstsfeer in Bruhhe Die Scone. Een vroege, haast lege trein tot 500 meter van de startlocatie. Velen denken er zoals wij over en overrompelen Luk en kompanen om 08:30 al aan de inschrijftafel. Sorry maatje, zijn in onze wandeldrang even de starttijden uit het oog verloren. Niet dat we meteen vertrekken, neen, dat zal zo’n 40 minuten na aankomst zijn. De wandelaars, dat is onze familie. Vandaag lijkt het een beetje op een samenkomst van oorlogsveteranen, JP (van Claire), Sabine en Linda vertellen hun wedervaren steeds weer in geuren en kleuren. Gedeelde smart is halve smart.
Finaal gaan we toch op pad, onderdoor bij een druk kruispunt langs een groots opgezette voetgangers- en fietsersrotonde, richting … station. Er net langs en dan een strookje Minnewater om in de sfeer te komen. Langs de wekelijkse markt van ’t Zand ook en nog meer diepliggend water bij de Speelmansrei. K & K wordt deze tocht, dat begrijpen we snel, langs de vele kerken van de binnenstad en kasseibaantjes. Ik noteer Sint-Jacobs en Sint-Gilliskerk nog voor de eerste rustpost in de Sint-Leo school. Overvol met helpers die handen tekort komen.
De 20 km krijgt hier een extra lus voor de voeten geschoven. Ze voert ons langs het Sint-Annaplein richting poort waar de Hallebardiers hun ding doen. Langs de kasseitjes dokkeren we voorbij prachtige gerestaureerde Schippershuisjes. Tussen de ommuring van Hemelrijk, in de buurt van de Brugse molens, liep ik ooit over spekgladde kinderkopjes. Niks daarvan vandaag. Langs het Sasplein gaat het richting wijk Wulpen, ook de naam Spermalie komen we voortdurend tegen. Hebben er 10 km of daaromtrent opzitten bij ons tweede bezoek aan Leo. Kunnen wat bijpraten met Jacqueline & Luc, over de nieuwe regeling van de spoorwegen uiteraard.
Krist en zijn dame stomen voorbij, blijkbaar op weg naar een restaurantje verderop, want daar zaten ze druk de menukaart van commentaar te voorzien. Maar verder met het wandelen. Langs de Sint-Annakerk zoeken we de waterkant op waaronder Coupure, ligplaats voor stoere aken en fiere jachten. De vismarkt voorziet zowel in zeevruchten als alternatieve kerstcadeautjes, een wat vreemde combinatie. Stilaan ruilen we de volkse straatjes in voor puur toerisme. Van Burg gaat het richting Markt met zijn ijspiste en (erg dure) eetkraampjes. We wurmen er ons doorheen. Bij het Simon Stevinplein doen we het marktgebeuren nog eens dunnetjes over. Het wordt rustiger als we Oud Sint-Jan passeren en naar de laatste rustpost afzakken, in een kelder, zo lijkt het wel.
Korte babbel met Jan (Police de Bruxelles) en we verlaten het Guido Gezelleplein. Passeren de zwanenvijver (zonder allochtoon) en genieten van de rust die het Begijnhof uitstraalt. Het nette woonwijkje bij de Clarissen Colettijnen vinden we ook wel mooi. Een strookje Minnewater rondom de rode voetgangersbrug, we zijn zo weer bij het station, de aankomst en … de Brugsche Zot die we genieten met Fokke uit Vlissingen.
Het is nog vroeg, we besluiten ook de 6 km te lopen. Deze is uiteraard meer toeristisch maar ook daarom wel best leuk. Zijn net op tijd bij de Markt om de stoet van De Armen van Brugge mee te maken, met schaapskudde, boerenpaarden en mini beiaard. Altijd leuk om meenemen. We stoppen deze keer bij het station en nippen er aan ons wekelijks Duvelke. Reizen dankzij ons Christmas ticket vlotjes met de trein terug naar de Koekenstad. Anders dan anders dit parkoers maar we vonden het best weer eens leuk om doen.
Slechts een halfuurtje autorijden tot de parkeerweide in Brecht. Net als in Hemiksem is het er mistig en koud, onaangenaam. Nochtans zit de krappe startzaal afgeladen vol, zeker als hij rood kleurt van de busreizigers uit Aalter even later vergezelt van de blauwbloezen uit Oostham. De dertiger die wij hier plannen af te lopen passeert langs de ons zeer bekende rustposten van het Loeyakkershof en de Familie Luyckx.
Na een paar straten loodst de parkoersmeester het voltallige gild dwars door een weiland. Gaan vervolgens landelijke tarmacjes lopen langs de vele hoeves met naambord in witte letters op hun gevels. Dit is een streek van melkvee met her en der een varkens- of haantjesstal. We pikken tot twee keer toe een strookje kanaaldijk mee, oppassend voor de fietsende sporters en bereiken na een uurtje of zo de eerste pauzeplaats. Herinneren ons het hof als een ‘koterij’ maar niks daarvan. Kunnen pauzeren in een prachtige nieuwe loods met alles erop en eraan. Een heuse meevaller.
Toch zijn we blij de drukte achter ons te kunnen laten. Stappen naar Brug 11 en wandelen aan de overkant van het water terug het landelijke van de Brechtse Heide tegemoet. Jammer van het grauwe weer want de weidse akkers rondom de Abdij OLV van Nazareth zijn anders wel aangenaam wandel gebied. Het fietspad langs een belangrijke verkeersader loodst ons naar pauze 2 & 3 bij het machinebedrijf Luyckx. Hoog tijd voor een lekkere kop verse groentensoep om de innerlijke mens te verwarmen en te versterken. Tiny & Dany lopen intussen al de ganse dag een kwartiertje voor ons uit, verlaten telkens de rust als wij ze bereiken, als lijken zij op de vlucht, grappig.
Hebben een lusje van 6 km te goed over de Vraagheide. Stilaan komt een waterzonnetje door de mist piepen, we leven op hoop. Interpreteren in het bos een pijl foutief en lijken aan de voetafdrukken te zien niet de enigen. Een leuk extraatje meteen dat ons wel terug op het rechte pad brengt. Bij Noenheuvel gaan we langs de bosrand en weidse weilanden verder. Berk voert de boventoon. Verderop doen jagers hun ding, gelukkig ver genoeg van ons verwijdert. De zon wint het pleit van de wolken en de te wandelen rechthoek wordt er meteen mooier mee. Ook ons humeur klimt met vele graden naar zonnig. We lopen parallel aan vanmorgen met de abdij als achtergrond tot hoeve De Hoge Schouw. Lekker lusje zeggen we bij Luyckx tegen iedereen die het horen wil, waaronder M&M, aan de wandel op Mark’s uur en dus achteraan het gild.
De langere afstanden lopen nu opnieuw over het fietspad, in het verlengde van de vorige etappes tot een manège. Een Nederlander vraag de weg naar Zoersel, we moeten hem het antwoord schuldig blijven. Een breed zandpad loodst ons langs de schaduwrijke bosrand tot de Oude Liersebaan. Volle zon nu door de polder, over goed begaanbare veldwegen en met een laatste keer de abdij op de achtergrond. Veel minder beton dan bij een vroegere kennismaking, geef ik Linda mee. Langs Brug 11 terug naar de overkant van de vaart en een laatste pauze ‘bij de boer’. Het is er nog steeds behoorlijk druk.
Hebben nog de langste etappe van 7,4 km voor de boeg. Volgen de Tilburgbaan tot de Sint-Theobalduskapel. Dan gaat het onverhard langs bossen en letterlijk dwars door een akker. Verderop zelfs letterlijk door de stoppels van een geschoren maïsveld. Heerlijk vinden wij de fantasietjes van deze parkoersmeester. Langs het betonbaantje van Ploegsdijk lopen we bij ondergaande ‘griet van een zon’ terug naar de dorpskom. Passeren door het gemeentepark en zijn merkwaardige grotconstructie en zijn zo in het volgepakte zaaltje. Jong en oud doet er zich te goed aan smoutebollen, het lijkt wel feest in Brecht. Ik feliciteer Bruno met zijn parkoers. Hangt af van de goodwill van de boeren, geeft hij mee. Verzorgen die kerels mannen want dan is wandelen in Brecht echt wel een feest ! Oh ja, Chris (Ingelmunster) was er ook weer, met het ganse gezin. Begint zowat een vaste waarde te worden waar wij opduiken. Doet hij de komende weken vast wel weer over …
Vandaag zijn we paraat voor één van de winterse toptochten. Blauberg is voor velen ‘the place to be’. Wij halen koning auto nog eens van stal want ik heb mijn zinnen gezet op een marathon ondanks de hinder van een verkoudheid. Hennie heeft een strategische plaats ingenomen in de startzaal. We zouden haar spitse snoetje en radde tong liever ergens op het parkoers ontmoeten maar het kan helaas even niet anders. Heel voorzichtig opnieuw opbouwen in 2015 wordt de boodschap.
Moet helaas ook vaststellen dat de batterijtjes van mijn fototoestel er de brui aan geven. Niet getreurd er zijn vast genoeg fotografen aanwezig in het gild vandaag. Toch voel ik mij een beetje als een paria zonder dat derde oog. We trekken ons op gang door de nog slapende straten van de kleine gemeenschap. Kiezen vrij snel resoluut voor de boskant met zijn overwegend bruine kleur van gevallen blad en het nat van de afgelopen 24 uur. Was me een stormachtige vrijdag. Vanaf het Vellekenshof gaat het over slingerende betonbaantjes tussen veestallen en hun weilanden. Dan komen de prachtige bossen van Averbode aan bod. Er zijn open plekken gekapt om opnieuw vennen en heide tot ontwikkeling te laten komen. Wordt vast steeds leuker met het vorderen der jaren. We zwerven even door het Mariapark langs die prachtige Norbertijner abdij van Averbode. Laten de ‘lekdreef’ links liggen en gaan pauzeren in St-Jan.
Het is er beredruk, de stoere meiden en knapen van de 50 km hebben al een ruime lus voorsprong op ons. Linda’s pootje staat nog steeds in het middelpunt van de belangstelling. We kunnen iedereen geruststellen, alles verloopt naar wens. Zijn onze vele wandelvrienden dankbaar voor de vele attenties. Ook voor de waarschuwing van een foutje in de wegwijzers. Wij verkiezen de extra lus in Averbode boven deze in Wolfsdonk en moeten er hier dus vol tegenaan. Meteen de Weefberg op en door sparrenbossen met ondergroei van geel pijpenstrootje richting Testelt, heerlijk wandelen op ons dooie eentje. De Sportstraat en aanpalende sturen ons richting weilanden en wilgenbaantje. Lopen langs mooie serviceflats bij Voortberg en dan naar de kapel van St-Joseph. Stevig klimmen, de Testeltse berg op en genieten van het prachtige uitzicht over de Demervallei tot Scherpenheuvel en Aarschot. Gaan parallel lopen met Demer en spoorbaan, er hoog boven blijvend en koers zettend in oostelijke richting. Duiken finaal de heuvel af richting visvijvers en komen Averbode terug binnen bij wat ik steevast ‘de mijnlamp’ noem. Hebben een prachtige lus gelopen door gebied waar we zelden komen. Een ander publiek in de zaal nu, mensen die kortere afstanden lopen en ook Jefke, vrolijk babbelend als altijd.
Hebben een lus van 13 km met rustpost in Okselaar voor de boeg. Duiken bij het drieprovinciënpunt de lange rechte dreef in die langs de vijvers van het recreatiedomein van Everbeur loopt. Links liggen de bossen van De Merode die sinds enkele jaren opengesteld zijn voor het publiek. Natuurlijk maakt onze gastheer er dankbaar gebruik van en biedt ons een heerlijke zwerftocht aan door de okeren natuur. Gevallen bladeren en naalden, zelfs verdorde varens zorgen voor de intense kleur. Wij genieten van al dat moois en vorderen behoedzaam want de ondergrond ligt er vettig bij. Een strookje heide, een streep sparrenbos, we komen in de Kompagniestraat uit en stappen door stille straten naar de rustpost ‘bij de fanfare’ in Okselaar. Zijn er intussen de enige, late wandelaars. Na de koffie wacht een etappe van 8 km. We worden meteen afgezet in de bossen van Achterheide. Opvallend veel berk, een strookje groen met hoge brem en klokkebeesen die nog in blad staan. Hoog in de lucht de schrille schreeuw van roofvogels. Wat is dit toch een prachtig parkoers. Een paar keer moeten we door de blubber waden en bij Heuvelken zijn we terug in de straten van Okselaar. Zoals ik verwachtte worden we naar kasteel Arandschot en de dorpskerk geloodst. Toen ik hier woonde werd mij verteld dat kasteelvrouw Boulangé, een Française, zeer tegen de zin van de Zichemse pastoor Munte een kerk aan de bewoners van Okselaar schonk. Het pleintje heeft dan ook haar naam gekregen. Onze parkoersmeester leeft zich uit. Elke bosstrook richting sporthal van Everbeur krijgen we onder de sloffen geschoven. Voorbij taverne Vossenhol stappen we een laatste keer naar St-Jan. De zaal is zo goed als verlaten, Karmijntje maakt er nog zijn opwachting, de Duvel bij de hand.
We mogen terug onderaf de Weefberg door de bossen gaan dwalen. Karmijn wordt onze gezel als we de open stukken van de Nieuwe Mechelsebaan oplopen. Klassieke parkoersstrook dit, langs een bomenkwekerij en bij binnenkomst van Wolfsdonk de kapel. Gezellig keuvelend maken we het wandeluurtje vol. Het wordt al laat en vroeg donker. We besluiten de laatste etappe kort te houden en zullen op 36 km uitkomen. Lijken de laatsten te zijn die de zaal verlaten. Rechtover de dorpskerk gaat het richting natte bossen, Yvan verdwijnt uit ons gezichtsveld. Een wilgenpaadje langs een gracht zet ons af bij voetweg 142, de Weselsendweg. De omgeving blijft bosrijk al stappen we dan wel wat beton langs het Zillekespad. Het is vrijwel donker als we de nog goed beklante zaal binnen vallen. Kip met friet vindt gretig aftrek, het pittige gerstenat eveneens. Er heerst de sfeer van de grote dagen en dit is ook terecht na genoten te hebben van zo’n prachtig parkoers. Even paniek bij Zottemie, maatje Willem heeft de verkeerde pijlen (mtb) gevolgd. Dankzij haar relaties wordt de verloren zoon snel gemotoriseerd opgehaald. Eind goed, al goed. Wij rijden vrolijk naar huis terug over de drukke snelweg. De Grashoppers waren weer ‘top’ en we kijken allen uit naar de laatste grote tocht van het jaar … bij Leo die wel weet waar Mieke de Pap vandaan haalde …
Geen Waalwijk, Langdorp of Vollezele vandaag maar de mij niet bekende tocht in Ravels, al kennen wij de omgeving natuurlijk wel. Vlotte reis overigens met de trein tot Turnhout en dan met de Tilburger bus tot een paar honderden meter van de prachtige startzaal. Irène (Herentals) denkt er net als wij over. De kleine 30 km bestaat uit twee haast gelijkwaardige lussen. Halverwege rusten in de startzaal dus, komt niet zo gauw voor.
Diane & Rudy wuiven ons uit. Het zwerk voelt onaangenaam aan, het heeft stevig gevroren terwijl wij kleumig tussen villa’s doorlopen richting Blauwe Kei en de verlossing van de Kempense bossen. Lange rechte paden langs loofbomen en spar, net achter de bewoning en voorbij een ruim en bevroren ven. We herkennen één van de rustposten van de Korhoenen enkele weken geleden, hutje zomaar in de weide. Over zanderige paden stappen we door akkers terug naar Ravels en schooltje De Zonnewijzer voor een eerste pauze na 4,7 km. Er wacht een etappe van 8,5 km vandaar.
Worden door een wijk van recente signatuur naar een kanaal geloodst. We huiveren er niet alleen van de kou, De Max zit in ons beider hoofden. Naar schatting drie kilometer lang volgen we de waterkant. Komen er weinig wandelaars of fietsers tegen. De bomen kleuren minder mooi oker dan voor enkele weken maar toch blijft het leuk lopen. Bij een boomhut verlaten we het kanaal en volgen een gracht dwars door de akkers. De volgende bospaadjes dienen zich snel aan. Beetje woeste omgeving en dus wordt het tempo aangepast, het plaasteren pootje in gedachten. We passeren mooie be-ijsde vennen. De andere kant van ons breed zandpad kleurt hevig oker van het gevallen beukenblad. Heerlijk wandelen is dit. Finaal verlaten we het Gewestbos Ravels en slingeren ons een tarmacje tot het dorp en de lekker warme startzaal. Hoog tijd om de innerlijke mens te versterken en ook even bij te babbelen met Mon (Voskes).
Zijn helemaal klaar voor de volgende lange rit, samen met Gentse en Kesselse medestanders. Het zwerk blijft onaangenaam aanvoelen terwijl wij voorbij de plaatselijke molen en riante woningen stappen. Gewestbos Ravels, daar is het ons om te doen. We lopen ellenlange dreven tot bij picknick tafels en verderop parallel met grasvelden waaronder pijpleidingen verstopt zitten. Spar voert de boventoon, ook als we over nattige graspaden vorderen tussen twee grachten. Finaal ruilen we het bos voor het landelijke rond Ravels-Eel. Fijne regendruppels komen de pret bederven, we zijn blij als we de warmte van de rustpost bereiken. Even wat bekomen.
Hebben geluk en laten een pittiger regenbui aan ons voorbijgaan. Worden ook nog wel nat, maar het zal maar voor even zijn. Een fietspad loodst ons het dorp uit, terug de grauwte van het weidse landschap in. Een geoogste akker kleurt oranjerood van de vele peeën die te klein zijn voor de moderne consumptie. Er is nog geen einde gekomen aan de wegwerpmaatschappij bedenken wij dan. We zoeken de bosrand op die ons naar de Hoge Mierdeweg voert. Stilaan komt Ravels weer in zicht, we lijken nog haast alleen op weg. De laatste kilometer is dezelfde als daarstraks maar in omgekeerde richting. WNZB vertrekt net met de bus als wij binnen vallen, de ruime zaal oogt meteen leeg. Kunnen wij rustig genieten van ons Duvelke en een klappeke doen met Chris (Ingelmunster), gabber die van alle markten thuis is. Vlotjes reizen we terug naar Hemiksem. Best mooi parkoers vandaag, al vond ik het iets te sober voor de mogelijkheden van de streek.
Thuis gekomen en na de lekkere zuurkool schotel wacht een teleurstelling. Geen werking van Beneluxwandelen, want geen internet verbinding. Onze vijfde computer panne in drie weken tijd. Wat waren wij zonder informatica vroeger gelukkige mensen. Hopelijk lukt het morgen wel want dan heb ik een dagje vakantie … door toedoen van de vakbonden …
Het wandelprogramma is extra schraal op Nicolaasdag. Ik vind toch een treinreisje naar wat kilometertjes voor de stappenteller. De NMBS is weer tijdrovend. Door werkzaamheden in Gent-Dampoort duurt onze enkele reis naar Scheldewindeke al gauw een halfuurtje langer. Hebben ruim de tijd om een vertraging te verwerken tussen de twee ritten in. Vierhonderd meter van het perron, wat tegenwoordig ook al station noemt, komen we bij rustpunt en tevens startzaal De Rots, het Land van Rhode nodigt uit. Het is er beredruk, reeds over de 900 wandelaars nog voor 10:00.
Het parkoers bestaat uit een heen en weertje tussen Oosterzele en Scheldewindeke met telkens een groter lokale lus als waren het de ezelsoren van de Brave Man zijn vervoermiddel. Wij besluiten na de koffie aan te vatten met de 7,2 km vanuit Windeke. Langs Hofkouter en zijn Japanse kerselaars lopen we het dorp uit. Met kouters worden hier vast de akkers bedoeld die we zullen doorkruisen. De regen van vannacht heeft sommige paden herschapen tot een schuifbaantje tussen bomenkwekerijen door. We passeren Marcel (Dendermonde) bij het dwarsen van het diesel spoorbaantje en wandelen vervolgens wat smalle betonbaantjes door het weidse, open landschap. Het is koel maar aangenaam wandelweer. Een graspaadje loodst ons naar de steenweg. Aan zijn overkant lopen we langs de rand van een stoppelveld (maïs). Linda vordert behoedzaam over de zachte ondergrond. Vliegjes hinderen ons voortdurend, een beetje dieper stroomt een overwoekerde gracht. Het parkoers is licht golvend, het hogere land kleurt bij koolzaad in bloei. Martin (Sloeber) stoomt voorbij. Terug het tarmac op nu tussen wat woningen en verspreidde hoeves. Aan de overkant van beek en spoorbaan zijn we in Turkenhoek. Een paar kerkwegels en we zijn weer bij de van wandelaars uitpuilende Rots. Willy en Mary zijn ook op post.
Wij besluiten niet te pauzeren, een korte groet aan Nestor en we zijn weer onderweg. Hebben nauwelijks 3 km voor de boeg tot Oosterzele waar we op een ruimere locatie hopen. Lopen Dreef af tot voorbij rioleringswerken. Spiegel wordt een zachte klim tot Hogeveld. En dan gaat het linea recta naar voetbalterreinen en de dorpskom. Allemaal tarmac want dit is ook het parkoers van de kleinste afstand. Tot onze verbazing is de startzaal niet meer dan een aftandse ruimte inclusief gang in wat denkelijk ooit een klooster is geweest. Eigenlijk beneden het te verwachten niveau en dat geldt niet in het minst voor het sanitair. Ook hier is het beredruk maar we vinden twee oude keukenstoelen en nemen de tijd voor een hapje.
Dwars door de scholengemeenschap stappen we een veld in. Doetjes Daniel en Gino hebben deze lus al in de kuiten zitten. We praten even bij, uiten onder meer onze bezorgdheid over de toch broos lijkende gezondheid van Wijze Doet. We stappen verder, onder meer door de bedrijvenzone van Korte Ambacht. Vergezelt van een heus winterzonnetje mag de 21 km de akkers in, een lang rechtlijnig graspad tot een beekje. We volgen even het kronkelende ding en stappen dan richting drukke steenweg die Gent met Zottegem verbindt. Tussen de file rijdende auto’s door huppelen we als haasjes naar de overkant. Krijgen een prachtig uitzicht over de Vlaamse Ardennen cadeau. Langs een villawijk, enkele kerkwegels en een bomenkwekerij bereiken we terug onze startgang. Het is er wat kalmer en we kunnen even bijkletsen met Jan (Police de Bruxelles).
Niet dat we het parkoers zo geweldig vinden maar 21 km is ons wat te kort. We lopen de verkorte lus, gereduceerd van 7,5 naar 4,9 km, extra. Vatten dan de terugweg naar Windeke aan langs de kerk, Hedwige en enkele anderen volgend. Zijn we onoplettend of lag het aan de lage zon ? Feit is dat we met z’n allen te lang langs een drukke baan wandelen en ons dus vragen beginnen stellen. We besluiten een lager gelegen parallel fietspad te volgen tot schoolgebouwen. Geen pijlen meer te vinden. Gezien de korte afstand tot de finish lopen we dan maar verder langs de steenweg, de Windekekouter over. In de zaal Annieken & Chris en ons koppeltje uit Nieuwerkerken-Waas, gezellig verbroederend. Wij hebben ook ruim de tijd tot de trein. Moeten ons finaal nog reppen. In Gent-St-Pieters wordt de pauze opgevuld met een lekker koele Duvel, die hadden we nog niet gehad vandaag. Het programma van morgen zal sterk afhangen van het weerbericht. Tot dan.