De Engelse dichteres Elizabeth Joan Jennings werd geboren op 18 juli 1926 in Boston, Lincolnshire. Toen ze zes jaar oud was, verhuisde haar familie naar Oxford, waar ze de rest van haar leven bleef. Daar studeerde ze later aan St. Anne’s College. Na haar afstuderen werd ze schrijfster. Jennings’ vroege gedichten werden gepubliceerd in tijdschriften zoals “Oxford Poetry”, “New English Weekly”, “The Spectator”, “Outposts” en “Poetry Review”, maar ze publiceerde haar eerste boek pas in 1953, op 27-jarige leeftijd. Het won datzelfde jaar de Arts Council of Great Britain Award voor beste debuutgedicht. Ze noemde Gerard Manley Hopkins, W. H. Auden, Robert Graves en Edwin Muir als dichters die haar beïnvloedden. Haar tweede boek, “A Way of Looking”, won in 1955 de Somerset Maugham Award en markeerde een keerpunt, omdat het prijzengeld haar in staat stelde bijna drie maanden in Rome door te brengen. De reis bracht een nieuwe dimensie in haar religieuze geloof en voedde haar verbeelding. In 1987 ontving ze de WH Smith Literary Award voor de bundel “Collected Poems 1953–1985”. Jennings worstelde met de praktische aspecten van haar carrière en leven. Ze raakte verarmd en kampte met haar geestelijke gezondheid, en haar persoonlijke problemen ondermijnden haar reputatie als criticus. Toen ze in 1992 door de koningin werd geëerd als Commandeur in de Orde van het Britse Rijk, droeg ze “een gebreide muts, een duffelcoat en canvas schoenen”. De roddelpers bespotte haar als de zwerfster van de sonnetten, een label dat haar bijbleef. De laatste jaren van haar leven bracht ze door in verschillende studentenhuizen. Kort voor haar dood ontving ze een eredoctoraat in de Godgeleerdheid van de Universiteit van Durham. Ze stierf in een verpleeghuis in Bampton, Oxfordshire. Ze is begraven op de Wolvercote Cemetery in Oxford. Jennings, die meer als traditionalist dan als vernieuwer wordt beschouwd, staat bekend om haar poëzie en vormbeheersing. Haar werk wordt gekenmerkt door een eenvoud in metrum en rijm die ze deelt met Philip Larkin, Kingsley Amis en Thom Gunn, allen leden van de groep Engelse dichters die bekendstaat als The Movement. Haar diepgewortelde rooms-katholicisme vormde een groot deel van haar werk. Haar leven en carrière werden in 2018 geëerd door Dana Gioia, die zei: “Ondanks haar mislukkingen in de seculiere wereld, is haar artistieke carrière een gestaag traject van succes geweest. Jennings behoort tot de beste Britse dichters van de tweede helft van de twintigste eeuw. Ze is ook Engelands beste katholieke dichter sinds Gerard Manley Hopkins.”
A Mental Hospital Sitting-Room
Utrillo on the wall. A nun is climbing
Steps in Montmartre. We patients sit below.
It does not seem a time for lucid rhyming;
Too much disturbs. It does not seem a time
When anything could fertilize or grow.
It is as if a scream were opened wide,
A mouth demanding everyone to listen.
Too many people cry, too many hide
And stare into themselves. I am afraid
There are no life-belts here on which to fasten.
The nun is climbing up those steps. The room
Shifts till the dust flies in between our eyes.
The only hope is visitors will come
And talk of other things than our disease …
So much is stagnant and yet nothing dies.
Song of Time
Deliver time and let it go
Under wild clouds and passive moon.
Once it was fast, now it is slow.
I lose my hours beneath the sun,
Brisk minutes ebb and flow.
Time is elemental, all
We make in speech and action, yet
Time itself can have a fall
When heart and mind have no regret
And love is how you feel.
Oh let us dance with time and turn
It to a friend, a willing one.
In time we grow, through time we learn
The visitations of the sun
And ardour of the moon.
Time is not clocks but moves within
The discourse of the learned heart,
It is the way our lives begin.
O leaving time behind’s an art
Ahead and now and then.
Friendship
Such love I cannot analyse;
It does not rest in lips or eyes,
Neither in kisses nor caress.
Partly I know it’s gentleness
And understanding in one word
Or in brief letters. It’s preserved
By trust and by respect and awe.
These are the words I’m searching for.
Two people, yes, two lasting friends.
The giving comes, the taking ends.
There is no measure for such things.
For this all Nature slows and sings.
Elizabeth Jennings (18 juli 1926 – 26 oktober 2001)