Gerard Reve (14 december 1923 - 8 april 2006)
Vandaag is het precies 2 jaar geleden dat de Nederlandse dichter en schrijver Gerard Reve overleed. Zie over Reve ook mijn blog van 8 april 2007, mijn blog van 14 december 2007, mijn blog van 14 december 2006. en mijn blog van 9 april 2006.
Wiegelied
Ik ging nuchter naar bed, en kon niet slapen. Toen ik tenslotte sliep, dreunde het huis en worstelde ik met iemand. Niet tot de ochtend: toen ik weer wakker werd, was het nog nacht. Ook wist ik niets meer van een zegen.
Reisgebed
O God. Ik sta op het punt, op reis te gaan. Ik weet niet, of het misschien mijn laatste reis is. Ik wil U liefhebben. Ik hoop, dat ik onderweg niemand enig ongeluk of ander kwaad zal berokkenen. Ik wil proberen niet, of veel minder, te drinken. Ik sta voor U. Ik weet dat ik, of ik veilig zal aankomen, dan wel onderweg verwonding, ziekte of dood zal vinden, altijd U toebehoor. Want in leven en sterven zijt Gij in mij en ben ik in U. Ik ga nu weg. Vaarwel, o God
De Amerikaanse schrijfster Barbara Kingsolver werd geboren op 8 april 1955 in Annapolis, Maryland. Zie ook mijn blog van 8 april 2007.
Uit: Prodigal Summer
Her body moved with the frankness that comes from solitary habits. But solitude is only a human presumption. Every quiet step is thunder to beetle life underfoot; every choice is a world made new for the chosen. All secrets are witnessed.
If someone in this forest had been watching her - a man with a gun, for instance, hiding inside a copse of leafy beech trees - he would have noticed how quickly she moved up the path and how direly she scowled at the ground ahead of her feet. He would have judged her an angry woman on the trail of something hateful.
He would have been wrong. She was frustrated, it's true, to be following tracks in the mud she couldn't identify. She was used to being sure. But if she'd troubled to inspect her own mind on this humid, sunlit morning, she would have declared herself happy.
She loved the air after a hard rain, and the way a forest of dripping leaves fills itself with a sibilant percussion that empties your head of words. Her body was free to follow its own rules: a long-legged gait too fast for companionship, unself-conscious squats in the path where she needed to touch broken foliage, a braid of hair nearly as thick as her forearm falling over her shoulder to sweep the ground whenever she bent down. Her limbs rejoiced to be outdoors again, out of her tiny cabin whose log walls had grown furry and overbearing during the long spring rains. The frown was pure concentration, nothing more. Two years alone had given her a blind person's indifference to the look on her own face.
All morning the animal trail had led her uphill, ascending the mountain, skirting a rhododendron slick, and now climbing into an old-growth forest whose steepness had spared it from ever being logged. But even here, where a good oak-hickory canopy sheltered the ridge top, last night's rain had pounded through hard enough to obscure the tracks. She knew the animal's size from the path it had left through the glossy undergrowth of mayapples, and that was enough to speed up her heart. It could be what she'd been looking for these two years and more. This lifetime. But to know for sure she needed details, especially the faint claw mark beyond the toe pad that distinguishes canid from feline. That would be the first thing to vanish in a hard rain, so it wasn't going to appear to her now, however hard she looked. Now it would take more than tracks, and on this sweet, damp morning at the beginning of the world, that was fine with her. She could be a patient tracker. Eventually the animal would give itself away with a mound of scat (which might have dissolved in the rain, too) or something else, some sign particular to its species. A bear will leave claw marks on trees and even bite the bark sometimes, though this was no bear. It was the size of a German shepherd, but no house pet, either. The dog that had laid this trail, if dog it was, would have to be a wild and hungry one to be out in such a rain.
De Duitse schrijver, essayist en vertaler Christoph Hein werd geboren op 8 april 1944 in Heinzendorf in Silezié. Zie ook mijn blog van 8 april 2007.
Uit: Das Wildpferd unterm Kachelofen
Als ich zurückkam, stand ein Junge an meinem Wagen, öffnete die Tür und schlug sie krachend wieder zu. Es schien ihm Spaß zu machen. Ich stellte mich neben ihn. Das kracht ganz schön, bemerkte er beiläufig, während er erneut die Tür ins Schloss fallen ließ. Na ja, murmelte ich nicht sehr erfreut. Ist das dein Auto?, fragte er mich. Ich nickte. Dann bist du wohl jetzt ganz schön sauer, wie?, erkundigte er sich interessiert. Sehr gut finde ichs nicht, bestätigte ich seine Frage. Er ließ die Autotür ein letztes Mal krachend ins Schloss fallen und schlenderte um die Ecke. Als ich an ihm vorbeifuhr, saß er auf dem Bürgersteig und beobachtete eine Meise, die einen Wurm aus der Erde zu ziehen versuchte. Ein paar Tage später traf ich ihn wieder.Es regnete.Es regnete sehr stark.Jakob Borg stand vor einer Haustür. Er trug ein grünes Regencape und starrte trübsinnig in eine Pfütze. Wie gehts, erkundigte ich mich, langweilst du dich? Ich langweile mich nie, sagte er, ohne mich anzusehen.Mit einem Stock stocherte er in der Pfütze herum und versuchte, die kleinen Wasserblasen aufzuspießen.Hast du denn keine Freunde, mit denen du spielen kannst? Natürlich, sagte er. Deine Schulfreunde, nicht wahr?, fragte ich weiter. Doch er schüttelte den Kopf: Nein, in die Schule gehen sie nicht. Dann überlegte er eine Weile und fügte hinzu: Jedenfalls gehen sie nicht sehr oft dorthin. Sie finden Schule nicht sehr interessant, verstehst du. Ja, ja, sagte ich, das verstehe ich schon. Und wo sind deine Freunde jetzt? Oben, sagte er. Oben? Ja, in meinem Zimmer. Katinka und Kleine Adlerfeder, der Falsche Prinz und Panadel der Clochard und Schnauz der Esel. Er setzte einen schwarzen Käfer auf ein Holzstück, das in der Pfütze schwamm. Du hast aber viele Freunde, sagte ich beeindruckt. Ja, sagte er und starrte aufmerksam in die Pfütze, in der ein schwarzer Käfer Boot fuhr.
De Nederlandse dichter Hanz Mirck werd geboren op 8 april 1970 te Zutphen. Zie ook mijn blog van 8 april 2007.
HEMELRIJK
Voor Thé Lau, voor Iris
In het midden van mijn leven kwam ik op een open plek. Er stond een bord: McDonald's in de verte klonk muziek
Alleen was ik daar niet: zij was bij me we namen een kamer in het hotel - thuis hebben we immers geen bad
Het woord 'altijd' is net als het woord 'nooit' bedacht door een dichter, de ziel is groter dan het hart, het hart groter dan de wereld Nog altijd rekenen filosofen zich erop stuk
Ineens zag ik waarom de dingen zijn zoals het is Niet schrijven om zo voor altijd te willen blijven, niet de weg vinden in het bos, niet om de muziek alleen
Water is zoet. Het woord 'eeuwig' is een kamer in het hotel. De hemel is een open plek. Ik ben hier om haar haren te wassen, haar mooie zachte haar
Onder een blauwe vlag met heel veel sterren
Kon niet slapen meer vannacht. Op mijn tafel een onbegrijpelijk gedicht: Grondwet van Europa. Een parlement als los zand - fijn stof in ons gezicht, dat met de munt die me armer maakte, tegen mijn zin campagne voert om een grondwet waar ik voor moet zijn.
Wat moet dat met mijn mening? Ik deed geen oog meer dicht. Ineens twee mannen in mijn kamer, Lenin bij mijn bed: Gaat u de Sovietunie nu echt opnieuw uitvinden? Kameraad geef me een wodka. En Trotsky bij de deur: Wat een natie!
Die surroundsoundhomecinema's klinken levensechter dan op het veld. Wie zwaait er nog met vlaggen bij voetbal, pinkpopopconcert, demonstratie? In een woonkamer
vlagt men niet maar heeft uit de magnetron liever een voorgebakken mislukking dan een echte Geef mij ook een wodka! Ik kon niet slapen meer vannacht.
Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 8 april 2007.
De Franse dichter en schrijver Hégésippe Moreau (eig. Pierre-Jacques Roulliot) werd geboren op 8 april 1810 in Parijs.
De Amerikaanse schrijver Glendon Fred Swarthout werd geboren op 8 april 1818 in Pinckney, Michigan.
De Duitse dichter Johann Christian Günther werd geboren op 8 april 1695 in Stiergau. Zie ook mijn blog van 8 april 2007.
De Amerikaanse schrijver John Fante werd geboren in Colorado op 8 april 1909.
08-04-2008 om 20:27
geschreven door Romenu
|