Dit Blog bestaat vandaag precies drie jaar. Dank weer aan alle oude en nieuwe bezoekers voor hun interesse en reacties van het afgelopen jaar. De eerste bijdrage in 2006 ging over de dichter en schrijver Willem de Mérode. Niet omdat dit zijn geboortedag was, maar omdat hij aan de wieg stond van dit Blog hier weer een gedicht van hem. Zie ook mijn blogs van 21 maart 2006, 2 september 2006, 21 maart 2007 en 2 september 2007 en ook mijn blog van 21 maart 2008.
Waanzin
Ik leef niet meer als ik u niet aanschouw.
Mijn denken is in leegte weggezonken.
k Zie t licht niet meer, maar ballen vuur en vonken
En dan duikt alles in een nacht van rouw.
Er is een luide suizing in mijn oor,
Waar alle stemmen effen in vervloeien,
Tot klanken, schoon als bloemen, open bloeien,
En met een schok is t dat k u noemen hoor.
Dit is beminnens waanzin, zeer gevreesd,
Wijl niemand uit haar weerloosheid geneest,
Of van haar laten wil, dan om te sterven.
Daar is geen leven buiten uw verband.
Blindelings tast ik langs de wereldwand
En stoot mijzelf gelijk een vaas aan scherven.
Willem de Mérode (2 september 1887 22 mei 1939)
Willem de Mérode, september 1921
De Vlaamse dichter, dichter, essayist en docent poëzie Michel Bartosik werd geboren in Antwerpen op 21 maart 1948 als zoon van een Poolse vader en Vlaamse moeder. In 1970 beëindigde Bartosik zijn studie Germaanse Filologie aan de VUB met een verhandeling over de poëzie van Hans Lodeizen. Twee jaar later begon hij aan dezelfde universiteit poëzie te doceren. In 1978 promoveerde hij tot doctor in de Letteren en Wijsbegeerte met een proefschrift over de poëzie van Jacques Hamelink. Sedert de jaren 1990 doceerde Bartosik ook aan de ULB, en gaf hij gastcolleges aan de Sorbonne (Parijs) en de Kàroli Gàspàr universiteit (Boedapest). In de jaren 1970 publiceerde Bartosik zijn eerste bundels, waarvan twee als lid van de Pink Poets, een dichtersgenootschap dat in 1972 was opgericht door Patrick Conrad en Nic van Bruggen, en zich met taalgerichte, neoromantische en experimentele poëzie afzette tegen het nieuw-realisme.
Na de jaren 1970 ging Bartosik met opzet trager schrijven. Daardoor publiceerde hij in de loop van bijna drie decennia slechts twee bundels. Geschreven familie was zijn laatse bundel, waarvoor hij in 2007 de Poëzieprijs van de Provincie Antwerpen in ontvangst mocht nemen. Michel Bartosiks werk heeft een metafysische en mystieke inslag en is beïnvloed door Georg Trakl en Paul Celan. Terugkerende thema's zijn de dood en de ontwortelde Poolse vader van de dichter.
Floraliënlaan
Teruggevonden, kale, onvast
neergekribbelde afnemende cijferreeks,
angstvallig genotuleerde afgelegde weg
verklapt ten slotte toch hoe iemand
het komen van zijn sterven verbergt, stiekem
zijn stappen telt, hoop
aftrekt, zijn laan in-
slaat, paniek
beaamt
met mijn ogen dicht:
verlegen verloren heer
aan de kant gewankeld
van zijn private kruisweg,
bescheiden discreet graaiend
naar de dichtstbije lucht -
Ik kon haar vervloeken,
de buurvouw die je zag.
'Meneer leek zich te schamen'.
Moeder probleemloos ondood
Dat gehuurde bed lijkt je vanmorgen
vroeg te willen gaan passen, je
ligt voorbeeldig doodsstil
gekrompen, arm over de vederlichte oktober
deken open en bloot streelbaar, maar
meteen geschrokken schuw
terugdeinzend de doorluchte hand misschien
aanstotend die bij de arm hoort welke
je moeder probleemloos ondood
je offreert
Michel Bartosik (21 maart 1948 1 februari 2008)
De Algerijnse schrijver en journalist Hamid Skif werd geboren op 21 maart 1951 in Oran. Hij was in 1992 mede-oprichter van de Algerijnse journalistenvereniging. Na verscherpte censuurmaatregelen door de regering en een moordaanslag kreeg hij in 1997 van de Hamburger Stiftung für politisch Verfolgte en in 1999 van de PEN club in het kader van schrijvers in ballingschap een verblijfsbeurs in Hamburg. Voor zijn roman Geografie der Angst ontving hij in 2007 de Prix de lassociation des écrivains de langue française.
Uit: Geografie der Angst (Vertaald door Andreas Münzner)
Nichts mehr zu essen. Was ist mit Michel passiert? Er hat vergessen zu kommen. Gestern bin ich trotz meiner Probleme beim Gehen zwischen ein und zwei Uhr nachts auf meinen wöchentlichen Spaziergang gegangen. Ich habe in Mülleimern gewühlt. Kommt er heute noch oder ist er der Last überdrüssig geworden? Schlechte Neuigkeiten. In den Hangars beim Flughafen haben sie Tausende von Illegalen eingesperrt. Über das Radio werden die Leute aufgefordert, der Polizei, deren Belegschaft durch Truppen verstärkt wurde, tatkräftig zur Hand zu gehen. Die kleine Alte ist wieder am Fenster aufgetaucht. Sie schiebt ganz offensichtlich Wache. Meine Angst ist um eine Stufe gestiegen. Ich habe alle Bücher außer eines, das ich in Reserve halte, verschlungen und die Zeitungslektüre wieder aufgenommen. Jeden Tag lese ich einen alten Bericht noch einmal und erfinde eine Fortsetzung. Katastrophe, Unfall, Mord, der ganze Katalog der Vermischten Meldungen wird durch-exerziert. Ich liebe es, Dialoge zwischen Gefangenen zu erfinden ob das ein Zufall ist?
Hamid Skif (Oran, 21 maart 1951)
De Duitse schrijver Hubert Fichte werd geboren op 21 maart 1935 in Perleberg, Brandenburg. Zie ook mijn blog van 21 maart 2007 en ook mijn blog van 21 maart 2008.
Uit: Versuch über die Pubertät
Bumms! Bi! Und Schicksalssinfonie! Ich bin fiftyfifty! Bumms! Bi! Tüten! Fünfte Sinfonie! Fiftyfifty das heißt homosexuell. Fiftyfifty. Fünfe gerade sein lassen. Wenn schon fünfzig, dann auch das ganze Hundert. Bumms! Schwul! Gong! Posaunen von Jericho! Die Mäuse scheißen in die Orgel der Schwule orgelt in die Scheiße! Tabu! Terrorangriff! Atombombe! Fiftyfifty! Eine Tunte! Eine Tunte! Eine Tunte! Ein Warmer! Ein Lauwarmer! Ein warmer Bruder! Ein Huch-Nein! Eine Töhle [...] Eine Triene! Eine Schwuchtel! Ein Arschficker! Ich bin ein Mischling ersten Grades, ein uneheliches Kind und nun auch noch schwul das ist übertrieben.
Hubert Fichte (21 maart 1935 8 maart 1986)
Photo:Christian von Alvensleben
De Duitse dichter en schrijver Jean Paul werd op 21 maart 1763 in Wunsiedel. Zie ook mijn blog van 21 maart 2007 en ook mijn blog van 21 maart 2008.
Uit: Dr. Katzenbergers Badereise
Daß sich niemand als Wagen-Mitbelehnter meldete, war ihm als Mittelmanne herzlich einerlei, da er mit der Anzeige schon genug dadurch erreichte, daß mit ihm kein Bekannter von Rang umsonst mitfahren konnte. Er hatte nämlich eine besondere Kälte gegen Leute von höherem oder seinem Range und lud sie deshalb höchst ungern zu Diners, Gouters, Soupers ein und gab lieber keine; leichter besucht' er die ihrigen zur Strafe und ironisch; denn er denke (sagte er) wohl von nichts gleichgültiger als von Ehren-Gastereien, und er wolle ebensogern à la Fourchette des Bajonetts gespeiset sein, als feurig wetteifern mit den Großen seiner Stadt im Gastieren, und er lege das Tischtuch lieber auf den Katzentisch. Nur einmal und dies aus halbem Scherz gab er ein Gouter oder Degouter, indem er um 5 Uhr einer Gesellschaft seiner verstorbnen Frau seinen Tee einnötigte, der Kamillen-Tee war. Man gebe ihm aber, sagte er, Lumpenpack, Aschenbrödel, Kotsassen, Soldaten auf Stelzfüßen: so wüßt' er, wem er gern zu geben habe; denn die Niedrigkeit und Armut sei eine hartnäckige Krankheit, zu deren Heilung Jahre gehören, eine Töpfer- oder Topf-Kolik, ein nachlassender Puls, eine fallende und galoppierende Schwindsucht, ein tägliches Fieber; venienti aber, sage man, currite morbo, d.h. man gehe doch dem herkommenden Lumpen entgegen und schenk' ihm einen Heller, das treueste Geld, das kein Fürst sehr herabsetzen könne.
Jean Paul (21 maart 1763 14 november 1825)
Standbeeld in Bayreuth
21-03-2009 om 00:00
geschreven door Romenu
|