De Deense schrijver Carl Henry Valdemar Jussi Adler-Olsen werd geboren op 2 augustus 1950 in Kopenhagen. Zie ook alle tags voor Jussi Adler-Olsen op dit blog.
Uit: De vrouw in de kooi (Vertaald door Kor de Vries)
“Carl deed een stap naar de spiegel toe en liet een vinger over zijn slaap glijden, daar waar de kogel hem had geschampt. De wond was genezen, maar het litteken was duidelijk te zien onder zijn haar, als iemand tenminste zou willen kijken. Wie zou dat in godsnaam willen? dacht hij terwijl hij zijn gezicht bestudeerde. Nu was te zien dat hij was veranderd. De rimpels rond zijn mond waren dieper geworden, de randen onder zijn ogen donkerder, en zijn blik liet een innerlijke onverschilligheid zien. Carl Mørck was niet langer zichzelf, de ervaren rechercheur die voor zijn werk leefde en ademde. Niet meer de lange, elegante Jut die wenkbrauwen liet fronsen en lippen uiteen deed wijken. wat moest hij daar in godsnaam ook mee? Hij knoopte zijn overhemd dicht, trok zijn jas aan, goot het laatste restje koffie naar binnen en trok de voordeur hard achter zich dicht, zodat de overige bewoners van het huis begrepen dat ze nu uit de veren moesten zien te komen. Zijn blik viel op het naambordje op de deur. Nu werd het hoog tijd het te vervangen. Het was al lang geleden dat het lang geleden was dat Vigga was verhuisd. En hoewel ze nog niet waren gescheiden, die race was gelopen. Hij draaide zich om en liep in de richting van het paardenpad. Als hij over twintig minuten de trein haalde, dan kon hij ruim een halfuur bij Hardy in het ziekenhuis zijn, voor hij door moest naar het bureau. Hij zag de kerk rood uitsteken boven de kale bomen en probeerde zichzelf eraan te herinneren hoeveel mazzel hij ondanks alles had gehad. Slechts twee centimeter naar rechts en Anker had nog steeds geleefd. Slechts een centimeter naar links, dan was hij zelf gedood. Een paar grillige centimeters die hem hadden gescheiden van de tocht langs de groene weilanden en de koude graven een paar honderd meter voor hem. Carl probeerde het te begrijpen, maar dat was moeilijk. Hij wist niet veel over de dood zelf. Alleen dat hij zo onvoorspelbaar kon zijn als een blikseminslag, en zo onmetelijk stil als hij was ingetreden.
Hij wist daarentegen alles over hoe heftig en zinloos het was om dood te gaan. Dat wist hij écht.”
Jussi Adler-Olsen (Kopenhagen, 2 augustus 1950)
De Amerikaanse schrijver en dichter Conrad Potter Aiken werd geboren in Savannah, Georgia op 5 augustus 1889. Zie ook mijn blog van 5 augustus 2010 en eveneens alle tags voor Conrad Aitken op dit blog.
Improvisaties: Licht en Sneeuw: 03
De eerste klok is zilver,
En duisternis ademend denk ik alleen aan de lange zeis van de tijd.
De tweede klok is karmozijnrood,
En ik denk aan een feestnacht, met vuurpijlen
Die de hemel doorboren met rood, en een zachte tinteling van sterren.
De derde klok is saffraan en traag,
En ik aanschouw een lange zonsondergang boven de zee
Met muur aan muur kasteelachtige wolken en glinsterende balustrades.
De vierde klok is bronskleurig,
Ik loop langs een bevroren meer in het doffe licht van de schemering:
Gedempte scheuren lopen door het ijs,
Bomen kraken, vogels vliegen.
De vijfde klok is koud, helder azuurblauw,
Delicaat getint met groen:
Een gouden ster hangt erin te smelten,
En daarheen, slaperig, ga ik.
De zesde klok is alsof een kiezelsteen
In een diepe zee ver boven me is gevallen…
Klankkringen verdwijnen langzaam in de stilte.
Vertaald door Frans Roumen
Conrad Aiken (5 augustus 1889 – 17 augustus 1973)
Zie voor nog meer schrijvers van de 2e augustus ook mijn blog van 2 augustus 2020 en eveneens mijn blog van 2 augustus 2018 en ook mijn blog van 2 augustus 2017 en ook mijn blog van 2 augustus 2011 deel 2.