De Vlaamse dichteres Alice Nahon werd te Antwerpen geboren op 16 augustus 1896. Zie ook mijn blog van 16 augustus 2006 en ook mijn blog van 16 augustus 2008 en ook mijn blog van 16 augustus 2009.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ik droom mijn liefde blijer
Ik droom mijn liefde blijer,
dat ze niet schreie meer
bij elke ontgoocheling
en dat ik vreugd en vriend- verlaten
toch voor de mensen van liefde zing.
Ik droom mijn liefde sterker,
dat ze niet zoeke meer
mijn eigen lieve gril:
ik droeg ze naar de heimweeharten
van dolers die niemand beminnen wil.
Ik droom mijn liefde wijder,
dat niet mijn einddoel zij
t erbarmen van een man
en dat ik met mijn vrouwenhanden
wat wereld-ellende
omvatten kan.
Najaarsvensterke
Tussen 't naakte, rood geraamte
Van een wilde wijngaardrank,
Hing een scheefgezakte venster
In de gevel, blauwig blank.
Op de grauw arduinen richel
Hier en daar vergroend van mos,
lagen enk'le wingerdblâren,
Dronken van d'oktoberblos.
Onder 't venster, waar het muurke
Door de tijd gebarsten was,
Stonden triestig te verdrogen,
Uitgeblomde dahlia's.
Een verneuteld vrouwke schikte
't Wit en rood geblokt gordijn;
't Was... alsof haar rimpels zegden:
''t Zal 'ne kwaaie winter zijn...'
Alice Nahon (16 augustus 1896 - 21 mei 1933)
De Britse prozaschrijver, archeoloog en militair Thomas Edward Lawrence werd geboren op 16 augustus 1888. Hij staat beter bekend als Lawrence of Arabia. Zie ook mijn blog van 16 augustus 2006 en mijn blog van 16 augustus 2008 en ook mijn blog van 16 augustus 2009.
Uit: Seven Pillars of Wisdom
Some of the evil of my tale may have been inherent in our circumstances. For years we lived anyhow with one another in the naked desert, under the indifferent heaven. By day the hot sun fermented us; and we were dizzied by the beating wind. At night we were stained by dew, and shamed into pettiness by the innumerable silences of stars. We were a self centred army without parade or gesture, devoted to freedom, the second of man's creeds, a purpose so ravenous that it devoured all our strength, a hope so transcendent that our earlier ambitions faded in its glare.
As time went by our need to fight for the ideal increased to an unquestioning possession, riding with spur and rein over our doubts. Willy nilly it became a faith. We had sold ourselves into its slavery, manacled ourselves together in its chain-gang, bowed ourselves to serve its holiness with all our good and ill content. The mentality of ordinary human slaves is terrible - they have lost the world - and we had surrendered, not body alone, but soul to the overmastering greed of victory. By our own act we were drained of morality, of volition, of responsibility, like dead leaves in the wind.
The everlasting battle stripped from us care of our own lives or of others'. We had ropes about our necks, and on our heads prices which showed that the enemy intended hideous tortures for us if we were caught. Each day some of us passed; and the living knew themselves just sentient puppets on God's stage: indeed, our taskmaster was merciless, merciless, so long as our bruised feet could stagger forward on the road.
T. E. Lawrence (16 augustus 1888 19 mei 1935)
Portret door Henry Scott Tuke
De Nederlandse dichter, journalist en vertaler Max Schuchart werd geboren in Rotterdam op 16 augustus 1920. Zie ook mijn blog van 16 augustus 2008.
Twee kwatrijnen
Al moet ik steeds weer voor de woorden zwichten
Die mijn bedreigd bestaan slechts kort verlichten:
Ik zing, maar aan een afgrond vol verschrikking
En noem dit: met den moed der wanhoop dichten.
De nood is hoog, de deur blijft steeds bezet;
Van elken kant dreigt helm en bajonet -
Naar binnen of naar buiten is verboden;
Slechts een gaat in en uit zonder belet.
Max Schuchart (16 augustus 1920 - 25 februari 2005)
Rotterdam, geschilderd door Pieter van den Doel
De Nederlandse journalist, letterkundige, criticus en publicist Pierre Henri Ritter jr. werd geboren in Utrecht op 16 augustus 1882. Zie ook mijn blog van 16 augustus 2008.
Uit: Van de Woestijnes goddelijke verbeeldingen
DE bundel proza-gedichten, dien Karel van de Woestijne Goddelijke Verbeeldingen noemde, bevat drie schetsen, welke bekende bijbelsche motieven hebben tot uitgangspunt.
De eerste Verbeelding stelt ons de geboorte van het Kindeken Jezus in den stal te Bethlehem voor den geest. - Na het verhaal der geboorte doet de schrijver drie herders verschijnen, en spreken tot het Kindeke. De eerste zegt, zich een meester te hebben getoond over zijne schapen, maar door zijn al te strenge verzorging leed de kudde verliezen. De tweede, die wat ouder is, vertelt, hoe hij zijn kudde niet heeft geleid, doch zich heeft laten leiden, maar zijne schapen waren vadsig en weerspannig geworden op het oogenblik dat zij zorg en leiding behoefden. De derde, de oudste, zegt niet te hebben geleid, en zich niet te hebben laten leiden. Hij heeft alleen getracht te zijn een geoefend beschouwer van zichzelf. Die zelfbeschouwing echter, voerde tot zelfbespotting, kweekte den naijver in zijn hart, bracht hem tot kommer en bitterheid. En zoo geraakte hij er toe, weêr om te gaan met herders, met hen die leiden en hen die geleid worden. Na hunne bekentenis zwegen de drie herders, en zij bogen het hoofd en weenden tranen. - Maar toen het Kindeke hen, bij beurte, lang aankeek, toen werd het opeens stil en rustig, en kwam er blijheidsverwachting in het hart der herders. Het was of ze nu eindelijk misschien gingen begrijpen hoe het hoort dat men omgaat met schapen, die even moeilijk te behandelen zijn als de driften der menschen. Op de herders volgen de Koningen, om het heilige Kindeke te begroeten.
Pierre Henri Ritter jr. (16 augustus 1882 13 april 1962)
|