De Nederlandse dichter en toneelschrijver Gerbrand Adriaensz. Bredero werd geboren op 16 maart 1585 in Amsterdam. Zie ook mijn blog van 16 maart 2007 en ook mijn blog van 16 maart 2008.
Sonnet. Het eerste van de schoonheid.
Vroeg in de dageraad de schone gaat ontbinden
De gouden blonde tros, citroenig van coleur,
Gezeten in de lucht, juist buiten d' achterdeur,
Waar groene wijngaardloof ooit lauwe muur beminde*.
Dan beven amoureus de liefelijkste winden
In 't gele zijdig haar en groeten met een geur
Haar goddelijk aanschijn, opdat zij deze keur
Behield van dagelijks haar daar te laten vinden.
Gelukkig is de kam, verguld van elpenbeen ,
Die deze vlechten streelt, dit waardig zijnd' alleen,
Gelukkiger het snoer dat in haar dikke tuiten
Mijn ziele mee verbindt en om 't hoofd gaat besluiten,
Hoewel ik 't liever zie wildgolvig na zijn jonst,
Het schone van natuur passeert* toch alle konst.
Gerbrand Bredero (16 maart 1585 - 23 augustus 1618)
Bredero monument, Nieuwmarkt, Amsterdam
De geschiedkundige, dichter en toneelschrijver Pieter Cornelisz. Hooft werd geboren in Amsterdam op 16 maart 1581. Zie ook mijn blog van 16 maart 2007 en ook mijn blog van 16 maart 2008.
Sonnet
(opgedragen aan zijn afwezige verloofde Christina van Erp,
met wie Hooft 3 maanden later in 1610 in het huwelijk zou treden.)
Gezwinde grijsaard die op wakkre wieken staag
De dunne lucht doorsnijdt, en zonder zeil te strijken
Altijd vaart voor de wind, en ieder na laat kijken,
Doodsvijand van de rust, die woelt* bij nacht, bij dag,
Onachterhaalbre Tijd, wiens hete honger graag
Verslokt, verslindt, verteert al wat er sterk mag lijken
En keert en wendt en stort Staten en Koninkrijken;
Voor iedereen te snel, hoe valt gij* mij zo traag?
Mijn lief, sinds ik u mis, verdrijve* ik met mishagen
De schoorvoetige Tijd, en tob de lange dagen
Met arbeid avondwaarts; uw afzijn valt te bang.
En mijn verlangen kan de Tijdgod niet bewegen.
Maar t schijnt* verlangen daar zijn naam af heeft gekregen,
Dat ik de Tijd die ik verkorten wil, verlang.
Pieter Cornelisz. Hooft (16 maart 1581 21 mei 1647)
P.C. Hooft door Frits Sieger, 1947, nabij Stadhouderskade, Amsterdam
De Franse schrijver en dichter Sully Prudhomme (eig. René François Armand Prudhomme) werd geboren op 16 maart 1839 in Parijs. Zie ook mijn blog van 16 maart 2007 en ook mijn blog van 16 maart 2008.
Joies sans causes
On connaît toujours trop les causes de sa peine,
Mais on cherche parfois celles de son plaisir ;
Je m'éveille parfois l'âme toute sereine,
Sous un charme étranger que je ne peux saisir.
Un ciel rose envahit mon être et ma demeure,
J'aime tout l'univers, et, sans savoir pourquoi,
Je rayonne. Cela ne dure pas une heure,
Et je sens refluer les ténèbres en moi.
D'où viennent ces lueurs de joie instantanées,
Ces paradis ouverts qu'on ne fait qu'entrevoir,
Ces étoiles sans noms dans la nuit des années,
Qui filent en laissant le fond du coeur plus noir ?
Est-ce un avril ancien dont l'azur se rallume,
Printemps qui renaîtrait de la cendre des jours
Comme un feu mort jetant une clarté posthume ?
Est-ce un présage heureux des futures amours ?
Non. Ce mystérieux et rapide sillage
N'a rien du souvenir ni du pressentiment ;
C'est peut-être un bonheur égaré qui voyage
Et, se trompant de coeur, ne nous luit qu'un moment.
Sully Prudhomme (16 maart 1839 t september 1907)
De Franse schrijver en dichter René Daumal werd geboren op 16 maart 1908 in Boulicourt in de Ardennen. Zie ook mijn blog van 16 maart 2007.
Uit: LES DERNIERES PAROLES DU POETE
D'un fruit qu'on laisse pourrir à terre, il peut encore sortir un nouvel arbre. De cet arbre, des fruits nouveaux par centaines.
Mais si le poème est un fruit, le poète n'est pas un arbre. Il vous demande de prendre ses paroles et de les manger sur-le-champ. Car il ne peut, à lui tout seul, produire son fruit. Il faut être deux pour faire un poème. Celui qui parle est le père, celui qui écoute est la mère, le poème est leur enfant. Le poème qui n'est pas écouté est une semence perdue. Ou encore : celui qui parle est la mère, le poème est l'oeuf et celui qui écoute est fécondateur de l'oeuf. Le poème qui n'est pas écouté devient un oeuf pourri.
C'est à cela que songeait, dans sa prison, un poète condamné à mort. C'était dans un petit pays qui venait d'être envahi par les armées d'un conquérant. On avait arrêté le poète parce que, dans une chanson qu'il chantait sur les routes, il avait comparé la tristesse qui rongeait jusqu'à l'os la chair de son corps aux fumées meurtrières qui avaient brûlé jusqu'au roc la terre de son village.
René Daumal (16 maart 1908 21 mei 1944)
De Amerikaanse dichter en schrijver Percy MacKaye werd geboren op 16 maart 1876 in New York. Hij studeerde in Harvard en leefde vervolgens twee jaar in Europa, waar hij in Londen en Leipzig eveneens de universiteit bezocht. In 1900 keerde hij naar de VS terug. Hij werkte als docent en begon theaterstukken te schrijven. Hij raakte bevriend met mensen als Robert Frost, Khalil Gibran, Isadora Duncan, Thomas Alva Edison, Theodore Roosevelt en Woodrow Wilson. Zijn eerste grote succes kwam in 1903 met The Canterbury Tales naar het gedicht van Geoffrey Chaucer. Tussen 1903 en 1927 publiceerde hij meer dan een dozijn theaterstukken, maar ook vier operas, essays en een tweedelige biografie over zijn vader. Zijn theaterstuk The Scarecrow uit 1908 werd drie maal verfilmd.
The Automobile
Fluid the world flowed under us: the hills
Billow on billow of umbrageous green
Heaved us, aghast, to fresh horizons, seen
One rapturous instant, blind with flash of rills
And silver-rising storms and dewy stills
Of dripping boulders, till the dim ravine
Drowned us again in leafage, whose serene
Coverts grew loud with our tumultuous wills.
Then all of Nature's old amazement seemed
Sudden to ask us: "Is this also Man?
This plunging, volant, land-amphibian
What Plato mused and Paracelsus dreamed?
Reply!" And piercing us with ancient scan,
The shrill, primeval hawk gazed down -- and screamed.
Percy MacKaye (16 maart 1875 31 augustus 1956)
Als dichter Alwyn in zijn stuk Sanctuary, 1913
De Australische dichteres en schrijfster Ethel Anderson werd geboren op 16 maart 1883 in Leamington, in Warwickshire, Engeland als dochter van Australische ouders. Zij groeide echter op in Sydney en in Rangamatty, New South Wales.Toen haar man tijdens WO I in Frankrijk gestationeerd werd trok zij naar Cambridge. Na zijn pensioen keerde het paar terug naar Turramurra, New South Wales. Andersons werk werd gepubliceerd in bladen als The Spectator, Punch, the Cornhill Magazine, The Atlantic Monthly, The Sydney Morning Herald en The Bulletin.
Communion Photo
Veiled and tied
in proper attire,
Receipt of the host
sets young hearts afire.
Black and white children
in front of church door.
Friendship forgotten
comes to the fore.
Knowledge and fortune
took us away,
Hardship and sorrow
were part of the fray.
Blue sky and clear lake
beckon us home.
Failed past and future unknown,
resumed friendshhiip atone.
Ethel Anderson (16 maart 1883 4 augustus 1958)
De Franse dichter Patrice de la Tour du Pin werd geboren op 16 maart 1911 in Parijs. Hij volgde opleidingen in Sainte-Croix de Neuilly-sur-Seine, Janson en de 'École libre des sciences politiques. Toen hij 19 jaar was publiceerde hij zijn eerste werk Quête de joie in La Nouvelle Revue Française. Tijdens WO II bracht hij drie jaar in gevangenschap door in Duitsland. In 1946 begon hij aan het eerste deel van zijn grote epos Une somme de poésie te werken. Deel twee La Contemplation errante verscheen in 1959, in 1963 gevolgd door Petit théâtre crépusculaire.
LÉGENDE
Va dire à ma chère Ile, là-bas, tout là-bas,
Près de cet obscur marais de Foulc, dans la lande,
Que je viendrai vers elle ce soir, qu'elle attende,
Qu'au lever de la lune elle entendra mon pas.
Tu la trouveras baignant ses pieds sous les rouches,
Les cheveux dénoués, les yeux clos à demi,
Et naïve, tenant une main sur la bouche,
Pour ne pas réveiller les oiseaux endormis.
Car les marais sont tout embués de légende,
Comme le ciel que l'on découvre dans ses yeux,
Quand ils boivent la bonne lune sur la lande
Ou les vents tristes qui dévalent des Hauts-Lieux.
Dis-lui que j'ai passé des aubes merveilleuses
A guetter les oiseaux qui revenaient du nord,
Si près d'elle, étendue à mes pieds et frileuse
Comme une petite sauvagine qui dort.
Dis-lui que nous voici vers la fin de septembre,
Que les hivers sont durs dans ces pays perdus,
Que devant la croisée ouverte de ma chambre,
De grands fouillis de fleurs sont toujours répandus.
Annonce-moi comme un prophète, comme un prince,
Comme le fils d'un roi d'au-delà de la mer;
Dis-lui que les parfums inondent mes provinces
Et que les Hauts-Pays ne souffrent pas l'hiver.
Dis-lui que les balcons ici seront fleuris,
Qu'elle se baignera dans les étangs sans fièvre,
Mais que je voudrais voir dans ses yeux assombris
Le sauvage secret qui se meurt sur ses lèvres,
L'énigme d'un regard de pure transparence
Et qui brille parfois du fascinant éclair
Des grands initiés aux jeux de connaissance
Et des couleurs du large, sous les cieux déserts...
Patrice de la Tour du Pin (16 maart 1911 28 oktober 1975)
Zie voor onderstaande schrijvers ook mijn blog van 16 maart 2008 en mijn blog van 16 maart 2007.
De Turkse schrijver Haldun Taner werd geboren op 16 maart 1915 in Istanboel.
De Duitse dichter Jakob Haringer werd als Johann Franz Albert geboren op 16 maart 1898 in Dresden.
|