De Nederlandse schrijver David Pefko werd op 25 december 1983 geboren in Amsterdam. Zie ook alle tags voor David Pefko op dit blog.
Uit: Levi Andreas
“Ik had een afspraak met het 22-jarige meisje gemaakt. We moesten elkaar maar eens in het echt zien. Ze was veel langer dan ik dacht, in mijn ogen een soort reuzin. Ze droeg een bloemenblouse en een rokje van velours, suède laarzen. Haar lange bruine haar zat in een staart, haar gezicht verstopt onder een dikke laag make-up. ‘Je bent wel klein hè,’ was het eerste wat ze zei. Daar had ze gelijk in, in het echte leven was ik bijna vijf centimeter korter dan op de datingsite. Ik voelde de moed in de schoenen zakken. Misschien had ik thuis iets moeten drinken, maar nu was het al te laat. We beklommen de trappen van het Amstelhotel, en liepen door de foyer met zijn vergulde kroonluchters en afzichtelijke Perzische tapijten. Ik had deze plek uitgekozen, omdat ik er in die tijd veel kwam, met vrienden en met mijn broertje en moeder; maar vooral omdat ik op die mensen na, hier niemand tegen zou kunnen komen. We dronken champagne, die ons regelmatig werd bijgeschonken door een ober die vertelde dat hij nog in opleiding was. Het gesprek ging nergens over. Ik was zenuwachtig en wilde een aspirine, mijn hoofd tolde. Ook had ik behoorlijke motorische problemen, zelfs aan het tafeltje. De klunzige handelingen van de ober maskeerden de mijne gelukkig een beetje.
Ze vertelde over de reizen die ze had gemaakt, de studie die ze volgde, de scriptie die ze nog steeds moest schrijven, over haar vriendinnen en hun problemen, over haar moeder en jongere broertje, over de rest van haar familie. Eigenlijk vertelde ze over iedereen in haar omgeving, zelfs haar buren kwamen aan bod. Ze sprak met me alsof we elkaar al jaren kenden.”
David Pefko (Amsterdam, 25 december 1983)
De Surinaams-Nederlandse schrijfster Karin Amatmoekrim werd geboren in Paramaribo op 25 december 1976. Zie ook alle tags voor Karin Amatmoekrim op dit blog.
Uit: Titus
“Het was moeilijk om haar terug te vinden. Toen ik haar eenmaal had waar ik haar hebben wilde (naast me in het café, omgekocht met Martini’s en sigaretten. Gauloises. Ze waardeerde mijn geheugen voor details), vertelde ze dat ze een tijdje ondergedoken zat. ‘Een huis voor huislozen,’ antwoordde ze enkel toen ik vroeg waar ze zich had verscholen (ik dorste nog niet te vragen voor wie). En toen; ‘Er zijn er nog een paar die zich om ons bekommeren,’ op een manier die deed vermoeden dat ook ik tot haar ons behoorde. Ik besteedde verder weinig tijd aan small talk. Ze was teveel een vrouw van de wereld om die niet te doorzien. ‘Ik wil weten wat jij van Titus weet. De man van het meisje dat jij hebt zien verongelukken.’ Ze keek me aan met die kattenogen van haar, die hoe dan ook dit keer niet meer het effect op me hadden als de dag dat ik haar ontmoette. ‘Tutoyeren we elkaar al?’ Ik liet me niet van slag brengen en zei dat we dat inderdaad deden, omdat we dan konden doen alsof we goede vrienden waren. ‘Goede vrienden van de fles,’ reageerde ze. Ik begon bang te worden dat ik haar op een verkeerde dag getroffen had. ‘Als je niet wil praten, dan doen we dit een andere keer.’
Karin Amatmoekrim (Paramaribo, 25 december 1976)
De Engelse schrijver, acteur en homoactivist Quentin Crisp werd geboren als Denis Charles Pratt op 25 december 1908 in Sutton, Surrey. Zie ook alle tags voor Quentin Crisp op dit blog.
AND IT'S UNCOMFORTABLE!
There’s nothing that great about sex — never was. What usually comes from it? Sweat, fatigue, and dirty linens, then later unwanted pregnancies, and, of course, today there’s the health angle.
As for gay sex in particular: Nothing’s really that great about it. It’s very uncomfortable and many times vastly more complex than lovemaking in heterosexual counterparts.
When a boy and girl decide they are going to have sex, they roughly know what to expect. But before two men have sex, they practically have to hold a board meeting in order to figure out the agenda of what they’re going to do.
Quentin Crisp (25 december 1908 – 21 november 1999)
De Argentijnse schrijfster Tununa Mercado werd geboren op 25 december 1939 in Córdoba, Argentinië. Zie ook alle tags voor Tunana Mercado op dit blog.
Uit: In a State of Memory
“The name Cindal, whose spelling escapes me, comes back to me time and again along with a man and the words of that man incessantly repeated in the waiting room of a psychiatric clinic. Tell him to do something for me, please! Tell him to do something for me! I have an ulcer! I have an ulcer! he cried, not a little repetitively. While he begged and pleaded, I imagined a factory in some part of his body, at the pit of his stomach judging from the way he was doubled over, clutching at his waist, in some part of his body where ulcers were bursting without remission or pity. The patients, assembled in the waiting room for problems that were quite minor compared to Cindal's terminal situation, were frozen, gripped by his shrieks and howls. The receptionist, to whom Cindal appealed to see the doctor, had no idea how to deal with the unusual case that had barged into the office with no prior phone call, no appointment, and no previous visits, but that nonetheless did not seem a violent man. She disappeared toward the interior of the clinic and reappeared with the message that the doctor could not attend to him, that he was presently in a session, and that he would see the scheduled group in the waiting room next. The man then approached and pleaded with us, in a voice trembling with suffering, to grant him a few minutes of our hour. But the hour was sacred, and although we were willing to surrender some terrain of our madness so that he could unburden himself of his own, the psychiatrist was adamant: he would not see him.”
Tununa Mercado (Córdoba, 25 december 1939)
De Duitse schrijfster Sabine Kuegler werd geboren op 25 december 1972 in Patan in Nepal. Zie ook alle tags voor Sabine Kuegler op dit blog.
Uit: Dschungelkind
„Ich stehe einen Augenblick da und weiß nicht, was ich machen soll. Mein Herz klopft so stark, als wolle es zerspringen. Da bemerke ich, dass es Türen gibt, die es ermöglichen, durch die einzelnen Wagen zu gehen. Ich laufe los nach vorn. Ich fange an zu schwitzen und sorge dafür, dass ich bloß keinen Augenkontakt mit Fremden aufnehme. Die Waggons scheinen niemals aufzuhören, es geht weiter und weiter. Plötzlich stehe ich in einem Abteil, das schöner aussieht als die, die ich gerade durchlaufen habe – es ist die Erste Klasse. Es gibt kei nen Durchgang mehr. Ratlos bleibe ich stehen. Meine Augen füllen sich mit Tränen.
In diesem Moment taucht ein Mann aus einem Abteil auf und sieht mich. Ich wende mich schnell ab, aber er kommt auf mich zu. Er fragt, ob er mir helfen kann. Ich sehe ihn an, er scheint Ende dreißig zu sein, dunkler Anzug, braune Haare und hellblaue Augen. Ich zeige ihm meine Fahrkarte und frage ihn nach dem Waggon mit dieser Nummer. Gerade kommt
auch ein Mann in Uniform den Gang herunter. Nach einem Blick auf meinen Fahrschein teilt er mir gleichgültig mit, dass ich im falschen Zug sei. Mein Herz steht still, ich werde ganz blass im Gesicht. Der Schaffner muss meine Angst gesehen haben, weil er mich schnell beruhigt und mir erklärt, dass es ausnahmsweise zwei Züge gibt, die beide zum selben Zielort fahren.“
Sabine Kuegler (Patan, 25 december 1972) Patan in Nepal
De Duitse schrijver, journalist en theatercriticus Alfred Kerr werd op 25 december 1867 in Breslau geboren. Zie ook alle tags voor Alfred Kerr op dit blog.
Uit: Berliner Plauderbriefe
“Seitdem Fräulein Mestorf Professor geworden ist, scheint auch die Wahlberechtigung der Frau nicht mehr in einer märchenhaften Ferne zu stehen. Wenn unsere preußische Regierung, die überstürzten und leichtsinnigen Neuerungen nicht grade hold ist, einen solchen Schritt thut, darf man annehmen, daß sie der vollständigen bürgerlichen Gleichstellung der Frau keinen grundsätzlichen und unbesiegbaren Widerstand mehr entgegenstellen wird. Es geschehen Zeichen und Wunder – es ist jetzt alles möglich! Freilich mit der Kriegführung, mit dem Soldatenthum wird es noch hapern. Wenn sie schon die Funktionen eines Professors verrichten können – zu den Funktionen eines Füsiliers werden sie doch unfähig sein. Solange sie aber nicht mit in den Krieg ziehen, wird man ihnen kaum dasselbe Recht wie den Männern zugestehen. Darauf könnte man allerdings erwidern: bitte sehr, erstens ziehen nicht alle Männer in den Krieg, sondern nur diejenigen, die dazu tauglich befunden werden und in dem betreffenden Alter stehen. Zweitens könnten die Frauen, wenn nicht als Krieger, so doch als Samariterinnen in den Krieg ziehen, wobei sie ihr Leben vielleicht nicht weniger riskiren als die Soldaten. Und drittens: wenn sie überhaupt nicht in den Krieg ziehen (denn sämmtliche Frauen können doch nicht Samariterinnen sein), so riskiren sie ihr Leben auf andere Weise zur Erhaltung des Staates; am Ende setzen sie ebensoviel ein, wie der Soldat, der auf dem Schlachtfelde bereit ist, zu sterben. Thatsächlich hat man diesen Einwand bereits erhoben. Wer sich ein Urtheil anmaßt, möge entscheiden, ob mit Recht oder Unrecht.“
Alfred Kerr (25 december 1867 - 12 oktober 1948) Berlijn, Unter den Linden in kerstsfeer
Zie voor nog meer schrijvers van de 25e december ook mijn vorige blog van vandaag.
|