De Oostenrijkse dichter en schrijver Constantin Göttfert werd op 19 mei 1979 in Wenen geboren. Zie ook alle tags voor Constantin Göttfert op dit blog.
Uit: Steiners Geschichte
„Ina stellte den Motor nicht ab, auch die Scheinwerfer nicht, sie kurbelte nur das Fenster einen Spalt weit hinab, sodass ich einen Moment lang dachte, sie wolle einem Mann, der drüben am anderen Ufer entlangging, etwas zurufen. Sie hatte kurz geweint. Jetzt blickte sie mit ruhig an- und abschwellender Brust über ihre kleinen Hände, die immer noch auf dem Lenkrad ruhten, hinweg auf die dunkle March. «Du willst jetzt dort hingehen?», fragte ich. «Und warum?» Ich wusste es. Sie suchte eine Geschichte. Eine Geschichte über ihren Großvater. Sie schob den Türhebel hoch. Mit dem Ellenbogen stieß sie die Tür auf, setzte zuerst einen Stiefel aus dem Wagen, bevor sie mit dem Körper nachrutschte und den sich bereits deutlich unter ihrer Jacke wölbenden Bauch vom Druck des Lenkrades befreite. Mit beiden Händen fasste sie nach dem Wagendach, zog sich aus dem Wagen heraus. In einem Schlammloch sank sie ein, sie taumelte. Eine Krähe riss sich kreischend vor ihr aus dem schlammigen Unterholz. Ina sah ihr nach, bis sie hinter dem schneebedeckten Dach einer Fischerhütte verschwand. Ich widerstand dem Impuls, Ina nachzueilen. Ich drückte nur selbst die Wagentür auf und beugte mich hinaus, um besser sehen zu können, wohin sie ging. Ich wollte ihr etwas nachrufen, aber ich wusste nicht, was. Man konnte hören, wie die Eisschollen vom Flussufer brachen und leise an die Blechwand der vertauten Fähre klopften. Der Geruch der faulenden Blätter in den quadratischen Netzen der Fischer stieg jetzt zu mir in die Kabine, die Fäulnis von morschem Holz. «Jetzt komm schon!», rief sie. «Komm schon!» Dabei schlug sie sich 7 mit den behandschuhten Handflächen auf die Oberschenkel. Das sah aus, als wollte sie einen Hund zu sich rufen.“
Constantin Göttfert (Wenen, 19 mei 1979)
De Nederlandse letterkundige, vertaler, essayist, schrijver en columnist Karel van het Reve werd geboren in Amsterdam op 19 mei 1921. Zie ook alle tags voor Karel van het Reve op dit blog.
Uit: Goethe, Beethoven en Stalin “In de iconografie der Europese negentiende eeuw komt een plaatje voor van een ontmoeting tussen Goethe en Beethoven enerzijds en een Vorstelijk Persoon anderzijds. Goethe, de hoveling, is terzijde getreden, heeft zijn hoed afgenomen en maakt een buiging. Beethoven, de Onafhankelijke Kunstenaar, doet of hij de Vorstelijke Persoon niet ziet; hij loopt door, zijn gezicht in het bekende norse Beethoven-masker. De Vorstelijke Persoon, een dame aan zijn arm, licht beleefd zijn hoed en laat niet merken dat hij Beethovens democratische lompheid heeft opgemerkt. De sympathie van de toeschouwer kan zich gelijkelijk over de drie hoofdpersonen verdelen: men voelt mee met Goethe, die zich aan de regels van het spel houdt, zich daarbij als burgerjongen niet helemaal op zijn gemak voelt en daarom net iets dieper schijnt te buigen dan nodig is; men is solidair met Beethoven, die de hele kruiperige flauwekul veracht en kennelijk van mening is dat Ludwig van Beethoven minstens zoveel waard is als de Hertog van Oostenrijk. De hertog zelf steelt ons hart door de elegantie waarmee hij zich uit deze pijnlijke situatie redt. Niettemin is Beethoven kennelijk de held van het plaatje. De burgerlijke gelijkheid, de democratie, staan aan zijn kant, en ook de Rede, lijkt het, geeft hem gelijk. Heeft een Groot Componist niet veel meer recht op eerbiedige bejegening dan iemand die toevallig als Vorstelijk Persoon geboren is? Natuurlijk. Niet geboorte, maar verdienste verheft iemand boven zijn medemensen, en wij buigen veel liever voor Goethe en Beethoven dn voor een Hertog. Toch zijn er aristocratische naturen die juist aan dat buigen voor het talent, voor de verdienstelijkheid, een gruwelijke hekel hebben. Zo kreeg Goethe ergens tussen 1824 en 1830 bezoek van twee broers, de Russische graven Stroganow. De oudste hunner was een man die niet op zijn mondje gevallen was. Hij had eens in opdracht van tsaar Alexander I een onderzoek ingesteld naar enige Siberische fabrieken waar een opstand onder de arbeiders was uitgebroken. In zijn rapport wees hij er op, dat het dagloon van zo'n arbeider minder was dan de som die de Russische overheid in die jaren uittrok voor het voeden van een naar Siberië verbannen misdadiger.”
Karel van het Reve (19 mei 1921 – 4 maart 1999)
De Nederlandse dichter en schrijver Gijs IJlander (eig. Gijs Hoetjes) werd op 19 mei 1947 in Alkmaar geboren. Zie ook alle tags voor Gijs IJslander op dit blog.
Uit: De aanstoot
“Ze was nog niet bij de deur of hij had de deken afgegooid en was uit bed gesprongen. In een flits zag ze zijn blote lijf. Ze rende naar de trap en holde naar beneden. Hij kwam haar niet achterna. Hij schaterlachte. Ze schoot blindelings de achterkamer in. Ze sloeg haar hand voor haar mond van schrik om wat ze zojuist gezien had. Wat was er eigenlijk gebeurd? Ze stond verstard, alleen haar ogen bewogen – toch had ze het gevoel dat ze elk moment in lachen kon uitbarsten. Ze keek naar de schilderijen die tegen de muur stonden, en het schilderij op de ezel. Drie vrouwen aan de waterkant. ...De vrouw rechts was zijzelf. Zo had ze onlangs op een middag aan de oever van het kanaal gestaan (…)
“Zou hij ook schilderijen maken van andere vrouwen, Amigo? Van mooiere vrouwen dan zij? In Frankrijk, waar hij vandaan kwam, woonden veel mooie vrouwen, hier in Holland ook, daar viel niets aan te doen. Zij was zoals ze was. Hij moest het schilderij eerst maar een afmaken, misschien werd het vanzelf wel beter. Ze kon haar zondagse jurk meenemen en die aandoen als ze weer moest zitten, dat zou ook al schelen. Haar haar wat beter doen.”
Gijs IJlander (Alkmaar, 19 mei 1947)
De Nederlandse schrijfster Thera Coppens werd geboren in Amsterdam op 19 mei 1947. Zie ook alle tags voor Thera Coppens op dit blog.
Uit: Sophie in Weimar
“De plek bood een overweldigend zicht over Weimar met zijn torens en leien daken: ‘Ik was verbaasd over de kennis van zaken van de vorstin; ze was niet alleen op de hoogte van elk detail, maar ze maakte ook haar wensen heel duidelijk kenbaar,’ schreef de hofdame die de vorstin probeerde te volgen terwijl deze haar goedkeuring uitsprak of afkeurend reageerde. Ondanks haar eigenhandige bouwtekening had Minckert haar blijkbaar niet goed begrepen: ‘Tenslotte tekende ze met haar paraplu op de grond wat ze allemaal veranderd wilde hebben. Ik leerde een heel andere kant van haar kennen; je kon zien dat ze zich al veel vaker had beziggehouden met bouwprojecten.’ De groothertogin had vierhonderdduizend mark in het bouwproject gestoken, afkomstig uit haar Oranje-vermogen. Het zou haar archief worden, met haar literaire schatten en ze duldde geen enkele wijziging in haar plannen. Het Sophienstift, het Sophienhaus en andere gebouwen in Weimar had ze in neo renaissancestijl laten ontwerpen. Maar voor haar archief koos ze een Frans voorbeeld: het Petit Trianon. Dit lustslot dat in het park van Versailles lag, dateerde uit de tweede helft van de achttiende eeuw. Dat was de bloeitijd van de Duitse literatuur en zou harmoniëren met zijn bestemming. Petit Trianon was gebouwd voor de aardse koningen, haar archief daarentegen voor dichtervorsten.”
Thera Coppens (Amsterdam, 19 mei 1947)
De Amerikaanse schrijfster Jodi Lynn Picoult werd geboren op 18 mei 1966 in Nesconset op Long Island, New York. Zie ook alle tags voor Jodi Picoult op dit blog.
Uit:Keeping Faith
«Her guard carefully folds Faith’s fingers shut, making a fist. Faith giggles; she likes the idea of holding fast to a kiss. “See how I love you?” her guard says, and Faith smiles all the way back to sleep. On Thursday Mariah spends the morning watching the video Agnes of God, and so gets a late start food shopping. When she pulls up to the elementary school, ready to pick Faith up for the day, the trunk is full of groceries. The bell rings, and Mariah takes up her usual position, beside a large maple tree at the edge of the first-grade classroom pod, but Faith does not appear. She waits until the last of the children have dribbled out of the school, then walks into the office. Faith is huddled on the overstuffed purple couch beside the secretary’s desk, crying; her leggings torn at the knees and her hair straggling out of its braid and sticking against her damp cheeks. She’s stretched out her sleeves and hidden her fists inside them. She wipes her nose on the fabric. “Mommy, can I not go to school anymore?” Mariah feels her heart contract. “You love school,” she says, dropping to her knees, as much to comfort Faith as to block the curious gaze of the school secretary. “What happened?” “They make fun of me. They say I’m crazy.”
Jodi Picoult (Nesconset, 19 mei 1966)
De Deense dichter van Palestijnse afkomst Yahya Hassan werd geboren 19 mei 1995 in Aarhus. Zie ook alle tags voor Yahya Hassan op dit blog.
Er sagte nicht Habibi
Er sagte nicht Habibi Er sagte Hände oder Füße Und brach eine Latte aus dem Bettgestell Nun fehlte ein Streifen von rechts nach links Die Matratze nach unten gebeult Das Geschrei der Geschwister aus dem Raum Nebenan Übertönte das meine Die Tür zur Küche, wo die Mutter kochte Ging zu Wenn Sie sich einmischte sagte er Bestimmt der Mann oder die Frau Als er fertig war, konnte ich fast nicht gehen oder stehen an der Wand Die Arme gestreckt und ein Fuß in der Höhe Gerade so, wie er das wollte Er rauchte eine Zigarette und sammelte Kräfte Und bevor mein Bruder drankam Zog ich mir die Strümpfe aus Bat ihn sie über seine zu ziehen und zu sagen: Füße.
Vertaald door Annette Hellmut en Michel Schle
Yahya Hassan (Aarhus,19 mei 1995)
De Indiase dichter en schrijver Ruskin Bond werd geboren op 19 mei 1934 in Kasauli. Zie ook alle tags voor Ruskin Bond op dit blog.
Do not be Afraid of the Dark
Don’t be afraid of the dark, little one, The earth must rest when the day is done. The sun must be harsh, but moonlight – never! And those stars will be shining forever and ever,
Be friends with the Night, there is nothing to fear, Just let your thoughts travel to friends far and near. By day, it does seem that our troubles won’t cease, But at night, late at night, the world is at peace.
Ruskin Bond (Kasauli, 19 mei 1934)
Onafhankelijk van geboortedata
De Nederlandse dichter Luuk Wojcik werd geboren in Roermond in mei 1993. Zie ook alle tags voor Luuk Wojcik op dit blog.
Once you go blauwe vinvis you never go back
Op een dag een beetje zoals deze, maar niet helemaal als in de lucht is nu niet zo blauw, niet blauw genoeg voor een achtergrond op schoolfoto’s, pasfoto’s, vakantiefoto’s, foto’s.
Op een dag blauwer dan vandaag, Ligt er maar een golf op zee. Je had ‘m moeten zien liggen, omringd door verte, liggend op diepte.
Eronder zwemt een man, precies eronder, niemand verwacht dat Een golf een man verbergen kan.
Maar dit zijn de dagen, toen en tot de dag van vandaag, waarop alles uit zijn handen lijkt te vallen, je kunt ‘m niet op z’n voeten vinden.
Op het strand, vindt hij zijn palmen lager dan zijn vingers. Met zand onder zijn nagels, oogleden samenknijpend, ziet hij zijn golf niet. Er zijn er teveel op deze niet zo blauwe, maar toch kalme dag.
En de man denkt wat nu als Mijn handen nooit meer wit zullen zijn. Wat nu als ik nooit meer mijn hoofd in de golf kan steken, als een periscoop gebruiken. Wat nu als het niet veel beter wordt, dan een rustige dag aan zee.
Luuk Wojcik (Roermond, mei 1993)
Zie voor nog meer schrijvers van de 19e mei ook mijn blog van 19 mei 2013 deel 2.
|