De Nederlandse dichter en schrijver Gerrit Krol werd geboren op 1 augustus 1943 in Groningen. Zie ook mijn blog van 1 augustus 2010 en eveneens alle tags voor Gerrit Krol op dit blog.
Zomer
Het land is warm. De weg is wit. Het duin is leeg. De zee is stil. De zon is grijs. De dag is heel.
Terwijl je loopt
Komt er in de natuur een rechte lijn voor denk je; de horizon is er een en de zgn. pijpestelen als het giet, spiegelbeelden in een waterplas, de lijn die ze van de wereld scheidt - alleen met je oog half in het water zie je dat precies; evenwicht is ook zoiets, een vrouw als ze, de handen gevouwen om haar knie, met je praat, het tere streepje dat ze heeft, een paar stralen van de zon, perspectief geeft dat aan een wolk, de lijnen die van sterren beelden maken of van sommige bloemen vijfhoeken, daarmee bedoel je dan jezelf, een mol ben je op de grens van aarde en lucht.
God
Het laatste nieuws van de theologie wat niet zo wetenschappelijk is, tenminste wel leuk, is het geloof dat op een middag in het verleden op een bergwei die er niet meer is een man is neergestreken, zijn plaid heeft uitgelegd en daarop heeft gegeten, dat deze man niemand anders was dan God - te weten dat aldus uit Zijn Picknick, nadat hij weer was opgestegen, uit wat hij achterliet onverhoeds of verhoeds, dat is ons niet gegeven, dat uit Zijn Schillen en Zijn Dozen na eeuwen en eeuwen regen de eerste Paddestoel, de eerste mens, en daaruit ons geslacht is voortgekomen. En daarom zet Hij op ons Zijn claim, omdat Hij de eerste was, en nu alleen. Wij groeien op met dovemansoren.
Gerrit Krol (1 augustus 1934 - 24 november 2013)
De Nederlandse dichter en schrijver Frans Pointl werd geboren in Amsterdam op 1 augustus 1933. Zie ook mijn blog van 1 augustus 2010 en eveneens alle tags voor Frans Pointl op dit blog.
Uit:Een oude piano en een kind
“Die nacht onweerde het, hij telde één twee drie vier vijf zes tussen bliksemschicht en donderslag, als het één tel was, nou dan was het onweer pal boven jouw straat maar zes, dan was de bliksem zes kilometer verderop. Achter het kamerscherm sliep moeder, het onweer had haar niet wakker gemaakt, ze was bang voor onweer. Ze draaide zich om, mompelend en onrustig, haar wangen waren rood alsof ze koorts had. Natuurlijk, dacht Max, ze slaapt door 't onweer heen door die slaappilletjes, anders riep ze hem, kwam hij naast haar liggen en was ze minder bang voor het onweer. Hoe vaak maakte ze hem 's nachts niet wakker met haar geroep, of misschien was het ijlen. Ze riep haar ouders, zijn opa en oma die hij zich nog goed herinnerde, en tante Henriëtte, tante Martha, Simon en Serah, maar er waren ook namen bij die hem niets zeiden. Dat roepen was al in 1945 begonnen. Omdat ze in één kamer sliepen, woonden, wasten en kookten, maakte ze de jongen daarmee wakker. Angstig ademloos beluisterde de twaalfjarige die dodendraf in haar ontmenselijkte stem. Het griezeligste was dat ze dan opstond en lopend dromend de grote koffer vanonder het bed trok, die daar vanwege ruimtegebrek stond. ‘Razzia, razzia!’ krijste ze dan. Max, die bang was dat mevrouw Joha, de kamerverhuurster weer zou dreigen hen eruit te zetten ‘als dat malle geschreeuw 's nachts niet ophield’, hield z'n moeder dan staande, trok haar ruw aan d'r lange grijzende haar, roepend ‘het is 1946, 1946 en voorbij, voorbij!’ Met een schok bleef ze dan staan, sperde de ogen wijd open en het leek alsof ze zich dan schaamde. Toen begreep hij nog niet dat het in haar klagend gaande zou blijven zoals zij gaande en klagend zou blijven in hèm. Veel sprak de moeder over dood. Hij dacht aan afgelopen zondag. Ze aten meloen, moeder, de lepel met vruchtvlees in haar hand zei ‘je grootvader was hier dol op’. Max was net bezig de pitten, samengeklit in een slijmerige brij, met z'n lepel eraf te halen, toen ze zich over de tafel boog, naar de pitten wees en zei ‘elke pit is een dode’. Werktuiglijk begon hij de pitten te tellen.”
Frans Pointl (1 augustus 1933 – 1 oktober 2015) Cover biografie
De Estse schrijver Mehis Heinsaar werd geboren op 1 augustus 1973 in Tallinn in 1973. Zie ook alle tags voor Mehis Heinsaar op dit blog.
Uit: Sixteen Years of Silence
“Aadu Vassel had once lived in city, studied mathematics at Tartu University, played flute in an early music consort and made big plans for life, until one day he was struck by love – that first and true, grand and pure love which always strikes a person like a lightning bolt out of a clear blue sky. Aadu had been dating his loved one for three months, when he finally plucked up courage to reveal his true feelings to the girl - but she rejected his words, laughing. After that the wounded man swore to himself that if the most beautiful words one can ever say in this world were trampled into mud like this, no other words should follow either. And indeed – from that day on Aadu Vassel didn't say another word to anyone. Disappointed in people, life and himself, the young man moved in Tuhkja farm in Soomaa. That was the place of peace and silence, still out of the reach of noise made by people, with no culture or newspapers, nor electricity. He was surrounded by nothing but dozens of kilometres of woods, bogs and meadows, where wolves and bears wandered around. Aadu Vassel started a new life there in solitude, planted a garden around the house and ate food given by the Raudna River and the surrounding woods and bogs. Later, when the circumstances called for it, he started doing odd jobs in the nearest farms, reaching an agreement in everything by means of facial mimic and hand gestures. The people in Soomaa, never a particularly talkative crowd, were completely fine with such a way of communication. During the first couple of years, some friends from Tartu used to come to visit, and Aadu Vassel was always happy to host them, even though he still remained silent. He served them tea, fish and oven-baked potatoes, and in the shadows of mighty oak trees they drank wine and played joyful music around the fire. However, after one or two years Aadu was gradually forgotten, as the lives of his city friends got busier with the passing of time. Work needed to be done, children had to be raised, and quite frankly – it was a rather complicated undertaking to visit Aadu in the middle of the deep woods far away.”
Mehis Heinsaar (Tallinn, 1 augustus 1973)
De Koreaanse dichter Ko Un werd geboren op 1 augustus 1933 in Gunsan. Zie ook alle tags voor Ko Un op dit blog en ook mijn blog van 1 augustus 2010.
The Horizon
I stood facing the horizon over the East Sea. What had become of the seventeen hundred koan-riddles? The sound of waves the sound of waves. Playing with you I threw them away.
A Rosary
Angulimala was a devil of a cutthroat. That fellow sliced off the fingers of the people he killed and wore them strung dingle-dangle around his neck, including his father's fingers.
That was a real hundred-eight bead rosary. Every bead on the string a life.
The Wind
Never beg the wind for mercy. Tall wild lilies and such scented white lilies and such one-day lilies and such once all your stems have snapped produce new buds. It's not too late.
Ko Un (Gunsan, 1 augustus 1933)
De Nederlandse dichter en schrijver Edward van de Vendel werd geboren in Leerdam op 1 augustus 1964. Zie ook mijn blog van 1 augustus 2010 en ook alle tags voor Edward van de Vendel op dit blog.
Uit: Die Tage der Bluegrass-Liebe (Vertaald door Rolf Erdorf)
“Sie gingen schwimmen. Alle wurden in einen Bus verfrachtet und zum Schwimmbad transportiert. Schon bald sprangen die Schnellsten vom niedrigen und die Mutigsten vom hohen Brett. Tycho auch. Er ging gern ins Wasser, auch wenn das hier etwas gewöhnungsbedürftig war. Sie mussten sich eine nummerierte Badekappe aufsetzen, und am Beckenrand stand ein hoher Stuhl. Auf dem saß ein Bademeister, der alles kontrollierte – bei der geringsten Kleinigkeit verhängte er eine Sperre. »Three minutes out, five minutes out!«, brüllte er. Es war wie beim Eishockey, nur dass die Wassertemperatur nicht stimmte. Sie schwammen schon eine Stunde. Und dann, plötzlich, passierte ungefragt alles Mögliche. Oliver ging fort. Er sagte, er wolle sich anziehen. Wieso? Hatte er keine Lust mehr? Tycho wollte fragen, wohin er gehe, sagen: Bleib doch noch etwas, warte doch, aber die japanischen Mädchen zogen ihn die Treppen zur Rutschbahn hinauf. Nachdem er hinuntergesaust war, rannte er aus dem Schwimmbad. Um nachzusehen, wohin Oliver ging. Um ihn noch kurz zu sprechen. Um notfalls ganz normal aufs Klo zu gehen. Beim Ausgang gab es einen großen Duschraum. Durch den musste man durch, wollte man die Umkleidekabinen erreichen. Badezeug aus und Abduschen war Pflicht, die Frauen zu den Frauen, die Männer zu den Männern. Und da sah Tycho, was er sah. Oliver stand in der Mitte des Duschraums. Die Sonne schien durch die Oberlichter. Schräg über tausend weiße Kacheln fiel ein Lichtstreifen. Und mitten in dem Licht, zwischen Reihen regnender Sprühköpfe, neun links und neun rechts, lief das Wasser über Olivers Gesicht. Er hattedie Augen geschlossen.“
Edward van de Vendel (Leerdam, 1 augustus 1964) Cover
De Amerikaanse dichter, schrijver en musicus Jim Carroll werd geboren op 1 augustus 1949 in New York. Zie ook mijn blog van 1 augustus 2010 en ook alle tags voor Jim Carroll op dit blog.
Uit: The Basketball Diaries
“The more I read the more I know it now, heavier each day, that I need to write. I think of poetry and how I see it as just a raw block of stone ready to be shaped, the way words are never a horrible limit to me, just tools to shape. I just get the images from the upstairs vault (it all comes in images) and fling ’em around like bricks, sometimes clean and smooth and then sloppy and ready to fall on top of you later. Like this house where I got to sometimes tear out a room and make it another size or shape so the rest make sense…or no sense at all. And when I’m done I’m stoned as on whatever you got in your pockets right now, dig? Now I got all these diaries that have the greatest hero a writer needs, this crazy fucking New York. Soon I’m gonna wake a lot of dudes off their asses and let them know what’s really going down in the blind alley out there in the pretty streets with double garages. I got a tap on all your wires, folks. I’m just really a wise ass kid getting wiser and I’m going to get even somehow for your dumb hatred and all them war baby dreams you legt in my scarred bed with dreams of bombs falling above that cliff I’m hanging steady to. Maybe someday just an eight-page book, that’s all, and each time a page gets turned a section of the Pentagon goes blast up in smoke. Solid.”
Jim Carroll (1 augustus 1949 – 11 september 2009) Leonardo DiCaprio in de film "The Basketball Diaries" uit 1995
De Argentijnse schrijver Juan Filloy werd geboren op 1 augustus 1894 in Córdoba. Zie ook alle tags voor Juan Filloy op dit blog en ook mijn blog van 1 augustus 2010.
Uit: Op Oloop (Vertaald door Lisa Dillman)
"It's no use. I'll never break free. Force of habit has forced my hand. All I ever wanted was to mold myself from something small and insignificant into something great, like a little Renaissance jewel, patiently chiseled, sparkling with intuition, shimmering with wisdom. Alas, idiotically, I chose to enroll myself in the bitter school of constraint. I've turned my psyche into a stopwatch of perfect and ineluctable exactitude--complete with alarm and glow-in-the-dark numerals ... I hear and see my failure at all times, and with absolute accuracy. And I suffer, unable to defeat my undignified genius, strangling everything from the tiniest whims to the most overwhelming urges. And yet ... I find that a new insurrection, timid yesterday, implacable today, is trying to create chaos in the already crowded house of my mind. To no avail. Constraint has long since castrated my need to be something in the eyes of the world. Instead I've only managed to be some thing." He wasn't actually speaking. His voice was directed inwards, towards a daimon curled up in his mind. Just then his manservant walked in. "Sir. Allow me to remind you that today, Sunday, at ten-thirty, you are scheduled to have your Turkish bath. You have only a few minutes if you still want to arrive on time. Shall I call for the car?" "Unbelievable! I've told you before, I never forget anything: the car has already been called for. Now, please see that you deliver this correspondence to the corresponding addresses. Today." The mechanical nod of his manservant's close-cropped head caused his chin to tap his chest. Then he bowed to hand Op Oloop hat, cane, and gloves."
Juan Filloy (1 augustus 1894 – 15 juli 2000)
De Canadese dichteres en schrijfster Anne Hébert werd geboren op 1 augustus 1916 in Sainte-Catherine-de-Fossambault, Quebec. Zie ook alle tags voor Anne Hébert op dit blogen ook mijn blog van 1 augustus 2010.
Au palais de l'enfant sauvage
Au palais de l'enfant sauvage Jaillirent des larmes de sel Leur éclat fut tel Que les gardes qui veillent Aux marches du palais Furent terrassés sans retour Dans un éblouissement de lune et de cristal Insoutenable et sans objet apparent.
Marine
Quel est ce flux Et ce reflux Qui montent sur moi, Et me font croire Que j’étais endormie, Sur l’île, Avant le montant, Et les vagues Maintenant Me surprennent Tout à l’alentour?
Est-ce dans un coquillage Que j’entends la mer? Est-ce le vent sur nos têtes, Ou le sang qui bat à ma tempe?
Dans quelle marine Ai-je donc vu mes yeux?
Qui donc a dit Qu’ils étaient calmes Comme un puits, Et qu’on pouvait S’asseoir sur la margelle Et mettre tout le bras Jusqu’au coude Dans l’eau lisse?
Gare aux courants du fond, Au sel, aux algues, Et aux beaux noyés Qui dorment les yeux ouverts, En attente de la tempête Qui les ramènera À la surface de l’eau, Entre les cils.
Anne Hébert (1 augustus 1916 – 22 februari 2000)
De Amerikaanse dichter en schrijver Herman Melville werd geboren in New York op 1 augustus 1819. Zie ook alle tags voor Herman Melville op dit blog en ook mijn blog van 1 augustus 2010.
Uit: Moby Dick
“But here is an artist. He desires to paint you the dreamiest, shadiest, quietest, most enchanting bit of romantic landscape in all the valley of the Saco. What is the chief element he employs? There stand his trees, each with a hollow trunk, as if a hermit and a crucifix were within; and here sleeps his meadow, and there sleep his cattle; and up from yonder cottage goes a sleepy smoke. Deep into distant woodlands winds a mazy way, reaching to overlapping spurs of mountains bathed in their hill-side blue. But though the picture lies thus tranced, and though this pine-tree shakes down its sighs like leaves upon this shepherd’s head, yet all were vain, unless the shepherd’s eye were fixed upon the magic stream before him. Go visit the Prairies in June, when for scores on scores of miles you wade knee-deep among tiger-lilies—what is the one charm wanting?—Water—there is not a drop of water there! Were Niagara but a cataract of sand, would you travel your thousand miles to see it? Why did the poor poet of Tennessee, upon suddenly receiving two handfuls of silver, deliberate whether to buy him a coat, which he sadly needed, or invest his money in a pedestrian trip to Rockaway Beach? Why is almost every robust healthy boy with a robust healthy soul in him, at some time or other crazy to go to sea? Why upon your first voyage as a passenger, did you yourself feel such a mystical vibration, when first told that you and your ship were now out of sight of land? Why did the old Persians hold the sea holy? Why did the Greeks give it a separate deity, and own brother of Jove? Surely all this is not without meaning. And still deeper the meaning of that story of Narcissus, who because he could not grasp the tormenting, mild image he saw in the fountain, plunged into it and was drowned. But that same image, we ourselves see in all rivers and oceans. It is the image of the ungraspable phantom of life; and this is the key to it all. »
Herman Melville (1 augustus 1819 - 28 september 1891) Gregory Peck als kapitein Ahab in de gelijknamige film uit 1956
Zie voor nog meer schrijvers van de 1e augustus ook mijn blog van 1 augustus 2011 deel 3.
|