De Zuidafrikaanse schrijver John Maxwell Coetzee werd geboren op 9 februari 1940 in Kaapstad. Zie ook alle tags voor John Coetzee op dit blog.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Uit: Youth
It is three o'clock on a Saturday afternoon. He has been in the Reading Room since opening time, reading Ford's Mr Humpty Dumpty, a novel so tedious that he has to fight to stay awake. In a short while the Reading Room will close for the day, the whole great Museum will close. On Sundays the Reading Room does not open; between now and next Saturday, reading will be a matter of an hour snatched here and there of an evening. Should he soldier on until closing time, though he is racked with yawns? What is the point of this enterprise anyway?
What is the good to a computer programmer, if computer programming is to be his life, to have an MA in English literature? And where are the unrecognised masterpieces that he was going to uncover? Mr Humpty Dumpty is certainly not one of them. He shuts the book, packs up.
Outside the daylight is already waning. Along Great Russell Street he trudges to Tottenham Court Road, then south toward Charing Cross. Of the throng on the sidewalks, most are young people. Strictly speaking he is their contemporary, but he does not feel like that. He feels middle-aged, prematurely middle-aged: one of those bloodless, high-domed, exhausted scholars whose skin flakes at the merest touch. Deeper than that he is still a child ignorant of his place in the world, frightened, indecisive. What is he doing in this huge, cold city where merely to stay alive means holding tight all the time, trying not to fall?
The bookshops on Charing Cross Road stay open until six. Until six he has somewhere to go. After that he will be adrift amid the Saturday-night fun-seekers. For a while he can follow the flow, pretending he too is seeking fun, pretending he has somewhere to go, someone to meet; but in the end he will have to give up and catch the train back to Archway station and the solitude of his room.
John Coetzee (Kaapstad, 9 februari 1940)
De Oostenrijkse schrijver Thomas Bernhard werd geboren op 9 februari 1931 in Heerlen. Zie alle tags voor Thomas Bernhard op dit blog.
Uit: Die Ursache
Verleumdung, Lüge, Heuchelei entgegen, muß er sich während der Niederschrift dieser Andeutung sagen, daß diese Stadt, die sein ganzes Wesen durchsetzt und seinen Verstand bestimmt hat, ihm immer und vor allem in Kindheit und Jugend, in der zwei Jahrzehnte in ihr durchexistierten und durchexerzierten Verzweiflungs- als Reifezeit, eine mehr den Geist und das Gemüt verletzende, ja immer nur Geist und Gemüt mißhandelnde gewesen ist, eine ihn ununterbrochen direkt oder indirekt für nicht begangene
Vergehen und Verbrechen strafende und bestrafende und die Empfindsamkeit und Empfindlichkeit, gleich welcher Natur, in ihm niederschlagende, nicht die seinen Schöpfungsgaben förderliche. Er hat in dieser Studierzeit, die zweifellos seine entsetzlichste Zeit gewesen ist, und von dieser seiner
Studierzeit und den Empfindungen, die er in dieser Studierzeit gehabt hat, ist hier die Rede, für den Rest seines Lebens einen hohen Preis und wahrscheinlich die Höchstsumme zahlen müssen. Diese Stadt hat die ihm von seinen Vorfahren überkommene Zuneigung und Liebe als Vorauszuneigung und
Vorausliebe seinerseits nicht verdient und ihn immer und zu allen Zeiten und in allen Fällen bis zum heutigen Tage zurückgewiesen, abgestoßen, ihn jedenfalls vor den schutzlosen Kopf gestoßen. Hätte ich nicht diese letzten Endes den schöpferischen Menschen von jeher verletzende und verhetzende und am Ende immer vernichtende Stadt, die mir durch meine Eltern gleichzeitig Mutter- und Vaterstadt ist, von einem Augenblick auf den ändern, und zwar in dem entscheidenden lebensrettenden Augenblick der äußersten Nervenanspannung und größtmöglichen Geistesverletzung hinter mich lassen können, ich hätte, wie so viele andere schöpferische Menschen in ihr und wie so viele, die mir
verbundene und vertraute gewesen sind, diese für diese Stadt einzige bezeichnende Probe auf das Exempel gemacht und hätte mich urplötzlich umgebracht, wie sich viele in ihr urplötzlich umgebracht haben, oder ich wäre langsam und elendig in ihren Mauern und in ihrer das Ersticken und nichts
als das Ersticken betreibenden unmenschlichen Luft zugrunde gegangen, wie viele in ihr langsam und elendig zugrunde gegangen sind.
Thomas Bernhard (9 februari 1931 12 februari 1989)
Cover luisterboek
De Ierse dichter en schrijver Brendan Behan werd geboren op 9 februari 1923 in Dublin. Zie ook alle tags voor Brendan Behan op dit blog.
Easter Week
Who fears to speak of Easter Week
That week of famed renown, When the boys in green went out to fight
The forces of the Crown.
With Mausers bold and hearts of gold
And the Countess dressed in green
And high above the G.F.O. The rebel flag was seen.
Then came ten thousand khaki coats
Our rebel boys to kill, Before they reached O'Connell Street,
Of fight they got their fill.
They'd Maxim guns and cavalry
And cannon in galore; But it's not our fault that e'er a one
Got back to England's shore.
They shot our leaders in a gaol Without a trial, they say; They murdered women and children too
Who in their cellars lay.
They dug their grave with gun and spade
To hide them from our view Because they could neither kill nor catch
The Rebels so bold and true.
May the Lord have mercy on three men
Who faced the murderous foe, There was Dixon, Sheehy-Skeffington
And McIntyre also.
'Twas in a dismal barrack cell They met their fate so cruel, Yes, they were shot with no clergy got
To prepare them for their doom.
Brendan Behan (9 februari 1923 20 maart 1964)
De Nederlandse dichter, essayist, historicus en politicus Geerten Gossaert (eig. Frederik Carel Gerretson) werd geboren in Kralingen op 9 februari 1884. Zie ook alle tags voor Geerten Gossaert op dit blog.
Thalassa
De nacht was in de eikebossen Tussen de heuv'len klaar en koel; En statig stapten onze rossen Naar 't oosten en 't verlangde doel.
Toen woei een windje in onze oren Een vreemd gemurmel, ver en veeg . . . En briesend sprong mijn ros naar voren, In onbevolen draf en steeg,
En stond ter kruine. Onbewogen, Onder de koperrode maan, Aanschouwden onze ontroerde ogen, Onmetelijk, de Oceaan!
Ista ferenda
Ach, in dit wreed bestel, Zóo ver en zóo nabij, Lief mij en lijfsgezel, Wat tusschen u en mij?
Elk hart zijn eigen pijn, Elk huis zijn eigen strijd;- Tusschen òns zal niet zijn Dan weedom en eenzaamheid.
Geerten Gossaert (9 februari 1884 - 27 oktober 1958)
De Nederlandse dichter en schrijver Jacques Schreurs werd geboren in Sittard op 9 februari 1893. Zie ook alle tags voor Jacques Schreurs op dit blog.
Uit: Kroniek Eener Parochie
Het was een rijzige figuur met kalkwitte krullen tot op de schouders die recht als een paaschkaars tusschen dag en avond te lezen stond in zijn brevier. U krijgt een goed pastoor, had de bisschop
mij gezegd en deze vaderlijke waardeering was eene voor mij niet geringe geruststelling geweest na den goedmoedigen scherts waarop een jongere generatie mijne benoeming onthaald had.
Mijn pastoor stond bekend als een der merkwaardigste typen van een schijnbaar volkomen onaardsch soort van geestelijken met sterken franschen inslag uit de laatste helft der vorige eeuw: een groot seigneur, hooghartig, onaangedaan en eenzaam; een bijna legendarischfiguur,,waarover de meestonwaarschijnlijke verhalen gingen. Het is een Bonhomme, en daar is alles mee gezegd, had
Paulus Lumens gezinspeeld, een buurtkapelaan bij wien ik mijn licht was gaan opsteken. Ik bevond mij dus in het hol van den leeuw (heb ik dat goed gezegd?) aan wien ik misschien voorjaren
door een raadselachtige lotsbeschikking gekoppeld geworden was, en eerbiedig bleef ik staan bij de deur die door de kleine, voorname huishoudster geruischloos achter mij werd dichtgedaan. De
leeuwenkop keerde zich een oogenblik naar mij toe; een sierlijk wuivende hand wees mij een zetel. Eén moment; ik ben zoo klaar zeide hij. Merci!
Zoo was de ontvangst.
Jacques Schreurs (9 februari 1893 31 januari 1966)
Gedenkplaat op de plaats van het geboortehuis in Sittard
De Duitse dichter, schrijver, vertaler en uitgever Rainer Maria Gerhardt werd geboren op 9 februari 1927 in Karlsruhe. Zie ook alle tags voor Rainer Maria Gerhardt op dit blog.
Uit: Konzert
1. satz: ausfahrt (fragment)
II
Keinem ist hauch gegeben.
Glosender totenmond bittert bittert die trunkene stunde,
wo der zurückkunft spitziger schrei sich entwirrt,
Und aus dem bogenbau, dem blätternden bogenbau
Die schwarze kontur sich ins offne verirrt.
Wir sind verstossene. An jede hoffnung verfallen,
starren wir in das leere gefild. Da uns ein flammenschwert
jäh ins entfernte verstiess, finden wir uns, fremde, vor allem.
O glosender totenmond, bittere trunkene stunde.
III.
Ich kenne den abend nicht und die worte sind nicht mir vertraute.
Der grüne himmel, der vögel lärmende laute,
Rühren mich kaum. Ich bin wie versteint und flösse
In meiner mumie, den balsamisch vertrockneten leib,
So wie ein götze in die orangenen reiche.
Rainer Maria Gerhardt (9 februari 1927 27 juli 1954) Cover
|