De Nederlandse dichter en schrijver Joost van den Vondel werd geboren op 17 november 1587 in Keulen. Zie ook mijn blog van 17 november 2006 en ook mijn blog van 17 november 2008 en ook mijn blog van 17 november 2009.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Uit: Lucifer
Het Tweede Bedryf
LUCIFER.
Ghy, snelle Geesten, houdt nu stant met onzen wagen:
Al hoogh genoegh in top Godts Morgenstar gedragen;
Al hoogh genoegh gevoert: t is tijt, dat Lucifer
Nu duicke, voor de komst van deze dubble star,
Die van beneden rijst, en zoeckt den weg naer boven,
Om met een aertschen glans den hemel te verdooven.
Borduurt geen kroonen meet in Lucifers gewaet;
Vergult zijn voorhooft niet met eenen dageraet
Van morgenstarre en strael, waer voor d Aertsenglen nijgen;
Een andre klaerheit komt in t licht der Godtheit stijgen,
En schijnt ons glansen doot; gelijck de zon by daegh
De starren dooft, voor t oogh der schepselen, om laegh.
t Is nacht met Engelen en alle hemelzonnen:
De menschen hebben t hart des Oppersten gewonnen,
In t nieuwe Paradijs: de mensch is s hemels vrient:
Ons slaverny gaet in. Gaet heene, viert en dient
En eert dit nieuw geslacht, als onderdane knapen:
De menschen zijn om Godt, en wy om hen geschapen.
t Is tijt, dat s Engels neck hun voeten onderschraegh,
Dat ieder op hun passe, en op de handen draegh,
Of op de vleugels voere, in d allerhooghste troonen:
Onze erfenis komt hun, als uitverkore zoonen.
Ons eerstgeboorte leit nu achter, in dit Rijck.
De zoon des zesten daghs, den Vader zoo gelijck
Geschapen, strijckt de kroon. Met recht is hem gegeven
De groote staf, waer voor alle eerstgeboornen beven
En sidderen. Hier gelt geen tegenspraeck: ghy hoort
Wat Gabriël bazuint voor s hemels goude poort.
Joost van den Vondel (17 november 1587 5 februari 1679)
Standbeeld in het Vondelpark, Amsterdam
De Amerikaanse schrijver Christopher Paolini werd geboren in Los Angeles County, California, op 17 november 1983. Zie ook mijn blog van 17 november 2008 en ook mijn blog van 17 november 2009.
Uit: Eragon
Eragon knelt in a bed of trampled reed grass and scanned the tracks with a practiced eye. The prints told him that the deer had been in the meadow only a half-hour before. Soon they would bed down. His target, a small doe with a pronounced limp in her left forefoot, was still with the herd. He was amazed she had made it so far without a wolf or bear catching her.
The sky was clear and dark, and a slight breeze stirred the air. A silvery cloud drifted over the mountains that surrounded him, its edges glowing with ruddy light cast from the harvest moon cradled between two peaks. Streams flowed down the mountains from stolid glaciers and glistening snowpacks. A brooding mist crept along the valleys floor, almost thick enough to obscure his feet.
Eragon was fifteen, less than a year from manhood. Dark eyebrows rested above his intense brown eyes. His clothes were worn from work. A hunting knife with a bone handle was sheathed at his belt, and a buckskin tube protected his yew bow from the mist. He carried a wood-frame pack.
The deer had led him deep into the Spine, a range of untamed mountains that extended up and down the land of Alagaësia. Strange tales and men often came from those mountains, usually boding ill. Despite that, Eragon did not fear the Spinehe was the only hunter near Carvahall who dared track game deep into its craggy recesses.
It was the third night of the hunt, and his food was half gone. If he did not fell the doe, he would be forced to return home emptyhanded. His family needed the meat for the rapidly approaching winter and could not afford to buy it in Carvahall.
Christopher Paolini (Los Angeles County, 17 november 1983)
De Franse schrijver Pierre Véry werd op 17 november 1900 in Bellon geboren. Zie ook mijn blog van 17 november 2009.
Uit: L'Inconnue du terrain vague
A l'approche de Xuan, une femme tenta de se dissimuler derrière la palissade du terrain vague. Mais, à sa taille, le cuisinier avait reconnu Mme Perchamp : elle était plus petite même que Dam-Van. Son visage pointu, ses façons vives et silencieuses faisaient songer à une belette. Le terrain vague vivait d'une vie sournoise, délictueuse. Il était plein de sons furtifs : chuchotements, glissements, passages d'ombre. On eût dit un lieu de complots, un rendez-vous de conjurés. Ce n'étaient que des amoureux attirés par la curiosité à cause des deux meurtres. La pensée du sang criminellement répandu là, si près, à deux reprises, devait ajouter du piment à leurs confidences, à leurs serments, à leurs caresses. Des bruits de baisers soulevaient doucement le silence... A l'autre bout du terrain vague, Xuan croisa Mme Perchamp. - Mademoiselle Dam-Van est-elle chez elle ? - Oui, maître. On dansait chez Malissart, et des rafales de rires s'échappaient de la salle de cinéma, où passait ce film comique qu'avait interdit le maire.
Pierre Véry (17 november 1900 - 12 oktober 1960)
De Duitse dichter en schrijver Max Barthel werd geboren in Dresden-Loschwitz op 17 november 1893. Zie ook mijn blog van 17 november 2008.
Erwachen der Stadt
Der Traum zerschlägt sich an den Steinen
Der Groϐstatdt und wird kühne Tat
Die Stunde der Erlösung naht,
Da Schein und Leben sich vereinen.
Das Leben gilt! O wildes Ringen
Mit Schaum und Schmutz der langen Nacht!
Die Schiffen laden neue Fracht,
Das Ziel vor Abend zu bezwingen.
O Morgenschrei! O erstes Glänzen!
Erglühe, selig Morgenrot,
Die Arbeitsstrirnen zu bekränzen.
Was wir ergreifen, wird zu Brot!
Max Barthel (17 november 1893 28 juni 1975)
|