De Vlaamse dichter Guido Gezelle werd geboren in Brugge op 1 mei 1830. Zie ook mijn blog van 1 mei 2010 en verder de tags voor Guido Gezelle.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Als de ziele luistert
Als de ziele luistert spreekt het al een taal dat leeft, 't lijzigste gefluister ook een taal en teken heeft: blâren van de bomen kouten met malkaar gezwind, baren in de stromen klappen luide en welgezind, wind en wee en wolken, wegelen van Gods heilige voet, talen ende vertolken 't diep gedoken Woord zo zoet... als de ziele luistert!
Terug
Scheef is de poorte, van oudheid geweken; zaâlrugde 't dak van de schure; overal stro op de zwepingen zit er gesteken; vodden beveursten het huis en de stal.
Boven die vodden zijn blommen gesprongen; onder die vodden zit volk en gezin: blommen van vrede, zo ouden, zo jongen, blommen van buiten en blommen van bin.
Daar is 't dat moeder zat; daar is 't dat vader vond die hem arbeid en herte bracht; daar knielden wij, kinderen, handen te gader, baden wij, kleinen en groten te gaâr.
Daar is de schippe nog, daar is de tange; 't ovenbuur staat daar, zo 't vroeger daar stond; 't hondekot staat daar, en... - 't is al zo lange! - Hoe is de naam van die andere hond?
Ach, hoe verheugen mij, ach, hoe verheffen de oudere dagen mijn diepste gemoed! Is er wel iemand, die 't ooit kon beseffen wat gij, oud hof, mij nu zegt, mij nu doet?
Zalige lieden, al te argloze mensen, weinig begeerdet gij, groot was uw hert! - Kon het maar helpen, met wenen en wensen, weer ate ik roggenbrood, naast u, aan 't berd!
'k Hoore tuitend' hoornen
'k Hoore tuitend' hoornen en de navond is nabij voor mij: de navond is nabij, komt bij: zegene u de Alderhoogste, want de navond is nabij, komt bij: 'k hoore tuitend' hoornen en de navond is nabij, voor mij!
Guido Gezelle (1 mei 1830 27 november 1899)
Beeld door Jules Lagae in Kortrijk
De Duitse schrijver Johano Strasser werd geboren op 1 mei 1939 in Leeuwarden. Zie ook mijn blog van 1 mei 2009 en ook mijn blog van 1 mei 2010.
Uit: Kolumbus kam nur bis Hannibal
Als Georg Franz Kolschitzky am Abend des 26. August 1683 wie an jedem Donnerstag sein Haus in der Kramergasse verließ und zum Stephansdom hinüber ging, um am Altar in der Timakapelle eine Kerze für seine im Kindbett verstorbene Frau anzuzünden, war er dem Verzweifeln nahe. Die Türken hatten soeben die letzte Verbindung zur Außenwelt über die Leopoldstadt und die Donauinseln versperrt und waren offenbar entschlossen, Wien auszuhungern. Zu allem Überfluss hatte der Magistrat auf seiner letzten Sitzung verfügt, dass wegen der erhöhten Brandgefahr durch den türkischen Beschuss die Dachstühle aller schindelgedeckten Häuser unverzüglich abzutragen seien, und Kolschitzkys Haus war mit Holzschindeln gedeckt. Auf dem Platz angekommen, stand Kolschitzky einen Moment lang schweigend vor der dunklen Masse des Doms und blickte zur Spitze des Südturms hinauf, wo Stern und Halbmond, die einst als Zeichen der Verständigung mit den Türken dort angebracht worden waren, immer noch prangten, obwohl die türkische Belagerung Wiens nun schon in die siebte Woche ging. Welcher Teufel, fragte er sich, mochte die Gesandten des Kaisers geritten haben, dass sie, als in Eisenburg die Verlängerung des Friedensvertrages anstand, geglaubt hatten, straflos immer neue Forderungen stellen zu können? Nun wurde ihnen die Rechnung präsentiert. Und er, der Orienthändler Kolschitzky, war so gut wie ruiniert. Kolschitzky, gebürtiger Pole, aber schon seit mehr als zehn Jahren in Wien ansässig, war als junger Mann bei einem der zahlreichen Scharmützel zwischen den Polen und den Osmanen in der Ukraine in türkische Gefangenschaft geraten, später aber, als der Friede von Eisenburg geschlossen wurde, frei gekommen. Er hatte sich in Wien niedergelassen und seine in der Gefangenschaft geknüpften Beziehungen zu den Türken genutzt, um einen einträglichen Orienthandel aufzubauen.
Johano Strasser (Leeuwarden, 1 mei 1939)
De Franse schrijfster Yasmina Reza werd geboren op 1 mei 1960 in Parijs. Zie ook mijn blog van 1 mei 2010.
Uit: Le Dieu du carnage
Les Houllié et les Reille, assis face à face. On doit sentir demblée quon est chez les Houiié et que les deux couples viennent de faire connaissance. Au centre, une table basse, couverte de livres dart.
Deux gros bouquets de tulipes dans des Pots. Règne une atmosphère grave, cordiale et tolérante.
VÉRONIQUE. Donc notre déclaration... Vous ferez la vôtre de votre côté... « Le 3 novembre, à dix-sept heures trente, au square de lAspirant-Dunant, à la suite dune altercation verbale, Ferdinand Reille, onze ans, armé dun bâton, a frappé au visage notre fils Bruno Houllié. Les conséquences de cet acte sont, outre la tuméfaction de la lèvre supérieure, une brisure des deux incisives, avec atteinte du nerf de lincisive droite. »
ALAIN. Armé ?
VÉRONIQUE. Armé ? Vous naimez pas « armé», quest-ce quon met Michel, muni, doté, muni dun bâton, ça va?
ALAIN. Muni oui.
MICHEL. Muni dun bâton.
VER0NIQUE. (corrigeant). Muni. Lironie est que nous avons toujours considéré le square de lAspirant-Dunant comme un havre de sécurité, contrairement au parc Montsouris.
MICHEL. Oui, cest vrai. Nous avons toujours dit le parc Montsouris non, le square de IAspirant-Dunant oui.
VÉRONIQUE. Comme quoi. En tout cas nous vous remercions dêtre venus. On ne gagne rien à sinstaller dans une logique passionnelle.
Yasmina Reza (Parijs, 1 mei 1960)
De Amerikaanse schrijver Joseph Heller werd geboren in New York op 1 mei 1923. Zie ook mijn blog van 1 mei 2007 en ook mijn blog van 1 mei 2008 en ook mijn blog van 1 mei 2009 en ook mijn blog van 1 mei 2010.
Uit: Hagar & Ishmael
It wasnt my idea. Sarah thought of it first. But I was excited from the time she said so, and I began to wash myself everywhere every day, and to keep myself clean after noontime too. I was happy as a lark and chirped and flitted everywhere like a cute little bird, singing to myself merrily and winking to my friends and giggling behind my hands, after Sarah raised the question and Abraham moved me into his quarters to be near him, where I could be watched. Of course I would not have said no even if I could have, and of course I was excited by this chance. I was the envy of almost all of the other women, even of those with husbands.
For a week or more he would not touch me, until it was clear I was not already pregnant with another mans child, and then for another week also after that, until I was free of the curse and he knew I was not unclean. These people are funny that way, he and Sarah, and Lot and his wife too, before they moved off with their daughters and all their household to dwell away from us in Sodom. Once I lay with Abraham and bore him his son, no other man in the camp came near me again, or seemed to want to, even long after. By the end of one month I was with child. Abraham sent me back and did not use me that way again, although I made eyes at him a lot to show that I wanted him to.
I cannot say truthfully which one of the two of us started the trouble, whether it was Sarah with her envy or me with my vanity and disrespect that kindled the enmity between us and destroyed the feelings of friendship between mistress and slave that had been in all ways favorable since they bought me with money and took me up out of Egypt with them.
Joseph Heller (1 mei 1923 12 december 1999)
De Nieuwgriekse dichter Yánnis Rítsos werd geboren op 1 mei 1909 in Monemvasia. Zie ook mijn blog van 1 mei 2010 en verder de tags voor Yánnis Rítsos.
Clay: 28
Poetry he said mute confessional penitent sincerity. No said the other unexpected insignificant nipped on one corner by a nail clipper. Poetry is, as a result, not a perfect square.
Clay: 29
Kindly, quietly he departs, gives up his place a place that belongs to his statue with closed lips with open arms.
Clay: 30
At the building site boards were nailed up. Somebody sang: earth and water, water and earth. All ready for what's to follow. Vertaald door Scott King
Yánnis Rítsos (1 mei 1909 11 november 1990)
Zie voor nog meer schrijvers van de 1e mei ook mijn vorige blog van vandaag en eveneens mijn eerste blog van vandaag.
|