De Franse schrijver, dramaturg en regisseur Marcel Pagnol werd geboren op 28 februari 1895 in Aubagne, Bouches-du-Rhône. Zie ook mijn blog van 28 februari 2007.
xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Uit: LE CHÂTEAU DE MA MÈRE
Dans les pays du centre et du nord de la France, dès les premiers jours de septembre, une petite brise un peu trop fraîche va soudain cueillir au passage une jolie feuille d'un jaune éclatant qui tourne et glisse et virevolte, aussi gracieuse qu'un oiseau... Elle précède de bien peu la démission de la forêt, qui devient rousse, puis maigre et noire, car toutes les feuilles se sont envolées à la suite des hirondelles, quand l'automne a sonné dans sa trompette d'or.
Mais dans mon pays de Provence, la pinède et l'oliveraie ne jaunissent que pour mourir, et les premières pluies de septembre, qui lavent à neuf le vert des ramures, ressuscitent le mois d'avril. Sur les plateaux de la garrigue, le thym, le romarin, le cade et le kermès gardent leurs feuilles éternelles autour de l'aspic toujours bleu, et c'est en silence au fond des vallons, que l'automne furtif se glisse: il profite d'une pluie nocturne pour jaunir la petite vigne, ou quatre pêchers que l'on croit malades, et pour mieux cacher sa venue il fait rougir les naïves arbouses qui l'ont toujours pris pour le printemps.
C'est ainsi que les jours des vacances toujours semblables à eux-mêmes, ne faisaient pas avancer le temps, et l'été déjà mort n'avait pas une ride.
Je regardai autour de moi, sans rien comprendre.
"Qui t'a dit que c'est l'automne?"
--Dans quatre jours c'est saint Michel, et les sayres vont arriver. Ce n'est pas encore le grand passage -- parce que, le grand passage, c'est la semaine prochaine, au mois d'octobre..."
Le dernier mot me serra le coeur. Octobre! LA RENTRÉE DES CLASSES! »
Marcel Pagnol (28 februari 1895 18 april 1974)
De Roemeense dichter Marin Sorescu werd geboren op 29 februari 1936 in Bulzeşti. Na zijn schoolopleiding volgde hij de militaire academie. Daarna studeerde hij aan de universiteit van Iaşi, waar hij in 1960 afstudeerde in moderne letteren. Zijn eerste boek Singur printre poeţi ("Eng: Alone Among Poets"), verscheen in 1964. Er volgden nog tien bundels. Ook schreef hij romans, essays en toneelstukken.
Superstition
My cat is washing herself With the left paw We shall have another war
For I notice Whenever she washes With her left paw International tension grows Considerably
How can she see The five continents? Maybe in her eyes The pythoness moves Who knows by heart All the world's unpuntuated history.
I feel like crying When I think that both I And the heaven of souls bundled On my back Should depend in the last instance On a capricious cat
Go and catch mice Never again unleash World wars Fuck off You bitch.
Vertaald door Constantin Roman
Marin Sorescu (29 februari 1936 8 december 1996)
De Australische dichter en schrijver Donald Bruce Dawe werd geboren op 28 februari 1930 in Fitzroy, Melbourne. Zijn schoolopleiding maakte hij niet af. Via een omweg kon hij wel in 1953 een tijdje studeren aan de universiteit in Melbourne. In 1954 werd hij katholiek. Zijn vele baantjes arbeider, postbode, luchtmacht officier, leraar brachten hemin contact met allerlei mensen met een verschillende achtergrond. Hij debuteerde in 1962 met No Fixed Address. Behalve talrijke dichtbundels publiceerde hij in 1983 ook een verzameling short stories.
Homecoming
All day, day after day, theyre bringing them home,
theyre picking them up, those they can find, and bringing them home,
theyre bringing them in, piled on the hulls of Grants, in trucks, in convoys,
theyre zipping them up in green plastic bags,
theyre tagging them now in Saigon, in the mortuary coolness
theyre giving them names, theyre rolling them out of
the deep-freeze lockers on the tarmac at Tan Son Nhut
the noble jets are whining like hounds,
they are bringing them home
curly heads, kinky-hairs, crew-cuts, balding non-coms
theyre high, now, high and higher, over the land, the steaming chow mein,
their shadows are tracing the blue curve of the Pacific
with sorrowful quick fingers, heading south, heading east,
home, home, home and the coasts swing upward, the old ridiculous curvatures
of earth, the knuckled hills, the mangrove-swamps, the desert emptiness
in their sterile housing they tilt towards these like skiers
taxiing in, on the long runways, the howl of their homecoming rises
surrounding them like their last moments (the mash, the splendour)
then fading at length as they move
on to small towns where dogs in the frozen sunset
raise muzzles in mute salute,
and on to cities in whose wide web of suburbs
telegrams tremble like leaves from a wintering tree
and the spider grief swings in his bitter geometry
theyre bringing them home, now, too late, too early.
Donald Dawe (Fitzroy, 28 februari 1930)
De Amerikaanse schrijver en historicus Dee Brown werd geboren op 28 februari 1908 in Alberta, Louisiana en groeide op in Little Rock, Arkansas, waar hij met veel indianen bevriend raakte. Hij werkte als journalist, werd toen leraar en bibliothecaris. Zijn bekendste werk is Bury My Heart at Wounded Knee. Daarin beschrijft hij de ondergang van de indianen in Noord-Amerika vanuit hun standpunt.
Uit: Bury My Heart at Wounded Knee
So tractable, so peaceable, are these people, Columbus wrote to the King and Queen of Spain, that I swear to your Majesties there is not in the world a better nation. They love their neighbors as themselves, and their discourse is ever sweet and gentle, and accompanied with a smile; and though it is true that they are naked, yet their manners are decorous and praiseworthy.
All this, of course, was taken as a sign of weakness, if not heathenism, and Columbus being a righteous European was convinced the people should be made to work, sow and do all that is necessary and to adopt our ways. Over the next four centuries (14921890) several million Europeans and their descendants undertook to enforce their ways upon the people of the New World.
Dee Brown (28 februari 1908 12 december 2002)
De Mexicaanse schrijver, filosoof en politicus José Vasconcelos Calderón werd geboren in Oaxaca op 28 februari 1882. Vasconcelos was geschoold als advocaat. In 1910 sloot hij zich aan bij de revolutionairen van Francisco I. Madero. In 1915 verliet hij het land na een conflict met de revolutionaire leider Venustiano Carranza maar na diens omverwerping in 1920 keerde Vasconcelos weer terug. Hij werd minister van onderwijs in het kabinet van Álvaro Obregón en deed veel voor de alfabetisering van de Mexicaanse bevolking. Vasconcelos gaf een groep schilders in 1922 de opdracht de muren van de "Escuela nacional preparatoria", waar tevens het secretariaat voor Openbaar Onderwijs gevestigd was, van muurschildering en te voorzien. Hij is onlosmakelijk met de muralisten verbonden. Vasconcelos is echter vooral bekend als filosoof van het mestizaje, het mestiezendom. Vooral zijn boek La raza cosmica uit 1925 is bekend. Volgens Vasconcelos was de wereldgeschiedenis tot nu toe bepaald door vier rassen: het blanke, het zwarte, het Aziatische en het indiaanse. In Latijns-Amerika zou echter het vijfde ras ontstaan door een vermenging van de andere, dat het beste van de andere vier rassen wist te combineren. Vasconcelos was dus voorstander van de vermenging van rassen, en faliekant tegenstander van het sociaal-darwinisme. Vasconcelos' ideeën zijn lange tijd heel invloedrijk gebleven in Mexico. Een vaak gehoorde kritiek op Vasconcelos is dat zijn opvatting van Mexico als mestiezennatie geen ruimte laat voor andere culturen, in het bijzonder de indianen, waarvan hij het bestaan in feite ontkende.
Uit: The Cosmic Race
In Latin America ... a thousand bridges are available for the sincere and cordial fusion of all races. The ethnic barricading of those to the north in contrast to the much more open sympathy of those to the south is the most important factor, and at the same time, the most favorable to us, if one reflects even superficially upon the future, because it will be seen immediately that we belong to tomorrow, while the Anglo-Saxons are gradually becoming more a part of yesterday. The Yankees will end up building the last great empire of a single race, the final empire of White supremacy. Meanwhile, we will continue to suffer the vast chaos of an ethnic stock in formation, contaminated by the fermentation of all types, but secure of the avatar into a better race. In Spanish America, Nature will no longer repeat one of her partial attempts. This time, the race that will come out of the forgotten Atlantis will no longer be a race of a single color or of particular features. The future race will not be a fifth, or a sixth race, destined to prevail over its ancestors. What is going to emerge out there is the definitive race, the synthetical race, the integral race, made up of the genius and the blood of all peoples and, for that reason, more capable of true brotherhood and of a truly universal vision. . . .
José Vasconcelos (28 februari 1882 30 juni 1959)
De Duitse schrijver Berthold Auerbach (eig. Moyses Baruch) werd geboren op 28 februari 1812 in Nordstetten in het Zwarte Woud. In 1824 bezocht hij de talmoedschool in Hechingen, in 1827 de rabbijnse school in Karlsruhe. In 1832 begon hij aan een studie rechten, daarna filosofie in Tübingen, vanaf 1833 in München. Hij voltooide zijn studie in Heidelberg. Auerbach werd eigenlijk noodgedwongen schrijver. Hij werkte in Weimar, Leipzig, Dresden, Berlijn, Breslau en Wenen.
Uit: Der Tolpatsch
Ich sehe dich vor mir, guter Tolpatsch, in deiner leibhaftigen Gestalt, mit deinen kurzgeschorenen blonden Haaren, die nur im Nacken eine lange Schichte übrig hatten; du siehst mich an mit deinem breiten Gesichte, mit deinen großen blauen Glotzaugen und dem allweg halboffenen Munde. Damals, als du mir in der Hohlgasse, wo jetzt die neuen Häuser stehen, einen Lindenzweig abschnittst, um mir eine Pfeife daraus zu machen damals dachten wir nicht daran, daß ich einst der Welt etwas von dir vorpfeifen würde, wenn wir so weit weit auseinander sein werden. Ich erinnere mich noch wohl deiner ganzen Kleidung: freilich ist sie leicht zu behalten, denn Hemd, rother Hosenträger, und für alle Gefahren schwarzgefärbte leinene Hosen war ja Alles. Am Sonntag, ja da war es anders, da hattest du deine Pudelkappe, dein blaues Wamms mit den breiten Knöpfen, die scharlachrothe Weste, die kurzen gelben Lederhosen, die weißen Strümpfe und die klapsenden Schuhe so gut wie ein Anderer, ja sogar meist noch eine frisch gepflückte Blutnelke hinterm Ohr stecken. Aber es war dir nie recht wohl in dieser Pracht. Drum bleib' ich bei dir in deinem Alltagskleide.
Jetzt aber, nimm mir's nicht übel, lieber Tolpatsch, und mach dich wieder fort. Ich kann dir deine Geschichte nicht so in's Gesicht hinein erzählen; sei ruhig, ich werde dir nichts Böses nachsagen, wenn ich auch per »Er« von dir spreche.
Berthold Auerbach (28 februari 1812 - 8 februari 1882)
|