De Nederlandse (gelegenheids)dichter, historicus, geschiedenisleraar, illustrator en journalist Harry Prenen werd geboren in Schoten op 24 maart 1915. Zie ook alle tags voor Harry Prenen op dit blog.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Uit: Het een en ander over Godfried Bomans
Dat sloeg de deur dicht. De aanvoerder van het gezelschap hield nog genoeg adem over om mij naar de redenen van deze opinie te vragen. Ik moet bekennen: mijn antwoord geleek op het eerste gezicht wel wat op een Delphische orakelspreuk: Daar heb ik zeven redenen voor. Zeven grote en honderd kleine.
Wat? Zeven? En honderd? Zijn zeven boeken: Pieter Bas, Erik, Wonderlijke nachten, Sprookjes, Kopstukken, Bill Clifford en Pa Pinkelman.
En die honderd andere redenen? Zijn artikelen in Elsevier, zijn recensies en feuilletons in de Volkskrant, zijn verspreide verhalen als Het Doosje en Hoebe, zijn toneelstukjes in het fonds van de heer Anton Zweers, zoals het kleine éénactertje Driekoningen, zijn circulaires voor feesten en gelegenheden, zijn brieven aan mij persoonlijk (maar daar hebt ge verder uw neus niet in te steken) en zo al verder. Mij dunkt dat beloopt nog meer dan honderd. En nu ik toch bezig ben wil ik meteen maar zeggen dat het bij al uw veneratie( verering) voor Slau en Vestdijk en dergelijke (wat ik u niet betwisten wil, al kan ik het niet van harte delen) en bij al uw schampere waardering voor Bomans als louter amuseur (dit zienlijk deel is t minst van hem, zou vader Vondel zeggen) het toch geen kwaad kan eerst eens tot overeenstemming te komen wat eigenlijk goed proza is alvorens op pad te gaan om de beste prozaïst te zoeken.
Harry Prenen (24 maart 1915 - 20 oktober 1992)
De Rijnlandse Academie door Peer Molengraft, 1952
V.l.n.r. Jan Mul en Wouter Paap, Godfried Bomans en Harry Prenen
De Nederlandse schrijfster Top Naeff (eig. Anthonetta van Rhijn-Naeff) werd geboren op 24 maart 1878 in Dordrecht. Zie ook alle tags voor Top Naeff op dit blog.
Uit: School-ydillen
Als er dus iets gekocht moest worden, en nog in langen tijd niet betaald, was het altijd Jeanne, die met een waardig ernstig gezichtje de boodschap deed. Ze was heel nuffig en dacht onder alle omstandigheden aan haar uiterlijk.
Nou, dan wordt ze 'n goeje vriendin voor jou, krediet, begon Jet weer, wier humeur nog steeds niet erg beminlijk was. Zoo'n zoete, een die haar pink niet durft te verroeren. 'k Wou dat ze er jou maar naast wilden zetten; 't zou jou toch niet geneeren in je deugdzaamheid.
Zal ik 't vragen? opperde Jeanne vriendelijk, terwijl zij haar mooie handjes met welgevallen bekeek.
Jet was inéens verteederd, door die onverwachte uitkomst, en hartelijk knikkend tegen 't krediet, zei ze: Je bent 'n goed kind model, 't is 'n geschikte prakkezatie van je, ik neem 't aanbod dankbaar aan. Maar wat zal je voor 'n reden opgeven?
O, zeg maar, dat 't op jouw plaats tocht, of zoo iets, raadde Noes aan. Noes was nog al inventief als 't er op aan kwam.
Neen, dan jok ik, zei Jeanne beslist. 'k Geef geen reden, 'k vraag 't zoo maar, gewoon.
Je hoeft niet te denken, dat 't lukt, net of ze Jet op Jeanne's plaats daar heelemaal achteraan zullen zetten! Juffrouw Verbeek weet ook wel wat voor vleesch of ze in de kuip heeft.
't Kwam van Lien, die zelf op de voorste bank zat (ook al wegens vlijt en goed gedrag) en nu niet kon velen, dat Jet daar lekkertjes achteraan, zou kunnen doen wat ze verkoos.
Top Naeff (24 maart 1878 21 april 1953)
Dordrecht, Pottenkade
De Nederlandse dichter en schrijver Willem van Iependaal werd geboren in Rotterdam op 24 maart 1891. Zie ook alle tags voor Willem van Iependaal op dit blog.
Uit: Polletje Piekhaar
Za'k ie vertelle ......... Ik hiet Daantje, maar ze noeme me Polletjepiekhaar, omda'k naar de kleniek liep om me kalkhoofd te late plukke en op 't haveloosie met me bloote kop in de klas most zitte met Snoekie, Scheeltjeleelijk en Balletjewoef....
Snoekie en Balletje ware vaste gabbertjes, maar as ze morke, da'k geen bijgoogem was en een heele ris kopersneesies in 't snotje had, benne ze same gaan doen met mijn en Scheeltje, die naast me Opoe in de Zeve Weeje woont. De Zeve Weeje, dat benne de zeve luizige krotjes van een rijk gesticht, die net as de koeje op een hoopie in de modder staan om uitgemolke te worre.
Me ware geen pikeurs op 't haveloosie, waar me les krege in rekene, leze en uitharde van Pietjepuk, die een hoedje met hersenschuddinkies droeg, dat ie meebrocht uit Tierol in Denemarke voor z'n daklooze klithare en me later van 'm hebbe gepikt om d'r Erassemes mee op te knappe.
Amme dochte, da' me alweer is genog hadde motte leere en bang wiere, dat 't in je hoofd door mekaar zou loope, ginge me spijbele, zandhappertje spele en sneesies make, net zoo lang tot 't haakstuk liep en de stille smerisse ons opbrochte om af te stedeere. Tege da'me an 't hek van de school kwamme, sting Pietjepuk al met een knoersie essehout bij de deur om ons te begroete:
De heere worre bedankt, zee ie tege de klabakke, die an d'r pet tikte, en an de resepsie zal niks mekeere. D'r wordt groen gemaakt...... en bont en blauw: al de kleure van de regeboog! Op de meziek kan gewacht worre en de heere motte maar een stoel neme, as ze van plan zijn om 't pregram mee te maken. D'r wordt an gewerkt!
Willem van Iependaal (24 maart 1891 - 23 oktober 1970)
Cover
De Oostenrijkse dichter en dichter Robert Hamerling werd geboren op 24 maart 1830 in Kilchberg am Walde. Zie ook alle tags voor Robert Hamerling op dit blog.
Der Garten des Herzens
Jüngst sass sie im Grase mit fröhlichem Sinn,
Ich setzte zur Seite der Süssen mich hin.
Es standen rings um uns viel Blumen im Thal,
Ich streut' in den Schooss ihr die duftigsten all.
Auch blühten im Herzen viel Blumen mir auf,
Der Thau meiner Thränen stand flimmernd darauf:
Die Rosen der Liebe, der Hoffnung Agley,
Vergissmeinnichtlieder und Veilchen der Treu.
Den Garten des Herzens, ich plündert' auch ihn,
Und streut' in den Schooss seine Blumen ihr hin.
Doch sie, sie erhob sich kalt riss sie sich los,
Dass alle die Blumen entfielen dem Schooss.
Nun drück' ich die Hand wohl an's klopfende Herz,
Und seh auf die Blumen mit trostlosem Schmerz:
Mein Herz, o mein Herze dein Liebstes ist weit -
Und dein Garten verödet und die Blumen zerstreut.
Robert Hamerling (24 maart 1830 13 juli 1889)
Standbeeld in Zwettl
De Duitse schrijfster Fanny Lewald werd op 24 maart 1811 in het toenmalige Königsberg geboren. Zie ook alle tags voor Fanny Lewald op dit blog.
Uit: Jenny
»Wenn sie nur nicht so verdammt jüdisch aussähe«, sagte wegwerfend der junge Horn, der Sohn und Erbe eines reichen Kaufmanns. »Ich sagte es gleich zu meinem Vetter Hughes, den ich Ihnen, lieber Erlau, als einen Mitenthusiasten empfehlen kann und der für nichts Augen hatte als für diese Person, die mir wirklich mit all ihrer gepriesenen italienischen oder sagten Sie orientalischen? Schönheit im höchsten Grade mißfallen hat. Wir lieben in unserer Familie diese Art von Schönheit nicht, es ist eine uns angeborene Antipathie, und mir wurde erst wieder in England bei den schlanken, blonden Insulanerinnen recht wohl, nachdem ich mich in Havre ein Jahr lang unter jenen kleinen, brünetten Französinnen in der Frankfurter Judengasse geglaubt hatte.«
»Apropos Judengasse, lieber Ferdinand!« fiel der Vetter, ein geborner Engländer und erst seit wenig Tagen in dieser Stadt, dem Sprechenden ins Wort, »wer war wohl das ganz junge Mädchen in der zweiten Loge rechts von der Bühne? Sie ist offenbar eine Jüdin, aber es ist ein sehr interessantes Gesicht.«
»Ich kenne die Leute nicht«, antwortete der Gefragte.
»Schämen Sie sich«, rief im komischen Zorn der Maler, »und verleugnen Sie nicht, wie unser heiliger Apostel Petrus seligen Angedenkens, Ihren Meister und Herrn. Sie sollten den reichen Bankier Meier nicht kennen, bei dessen Vater Ihr Herr Vater die Handlung erlernte und von dem er die Mittel zu seinem Etablissement erhielt, als er sich in Ihre Mutter verliebte? Freilich kam Ihr Herr Papa durch diese Heirat in die schönste Mitte der Kaufmannsaristokratie und mag in der Gesellschaft wohl seine alttestamentarischen Verbindungen vergessen haben.«
Fanny Lewald (24 maart 1811 - 5 augustus 1889)
|