Aigues-Mortes is een middeleeuws stadje in het hart van de Camargue, ommuurd door een stevige omwalling. Waar vroeger een echte havenstad lag, zie je nu de Salins du Midi die de helft van het Franse zeezout produceren. Het ‘witte goud’ van de Camargue komt uit de feeërieke zoutmeren in een omvangrijk gebied (8.000 hectaren) met een opvallende fauna en flora.
De site van Aigues-Mortes werd al vroeg bewoond. Tijdens de oudheid installeerden de oude Grieken er zich, maar het waren de Romeinen die als eersten startten met de zoutproductie en -ontginning.
Aigues-Mortes als ‘stad van zout’ dateert dus al van de oudheid (4 v. Chr.). Peccius, een Romeins ingenieur, kreeg aan het begin van het christelijke tijdperk de taak om de zoutproductie op te starten. Later kreeg koning Lodewijk (Lodewijk IX) de toestemming van de stad Aigues-Mortes om een haven te bouwen, als toegangspoort tot de Middellandse Zee. Zo kwam er handel op gang met grootmachten als Italië en het Oosten. In de loop der eeuwen bleven de zoutmeren van Aigues-Mortes eigendom van kloosters en koningen. Heilige Lodewijk, stichter van de stad Aigues-Mortes, en zijn kleinzoon, Filips de Schone, toonden veel interesse voor de verkoop van zout en spijsden de schatkist met een koninklijke taks op het zout, ‘la gabelle’ genoemd.
Eind 12e eeuw werden er in Peccais 17 kleinere zoutmeren geëxploiteerd door verschillende eigenaars. Na de zware overstromingen van 1842 besloten de zoutwerkers zich te verenigen: Salins du Midi werd in 1856 opgericht. Vandaag heet die vereniging Groupe Salins, waarvan ook La Baleine deel uitmaakt.
Dankzij een microklimaat met veel zon en grote wateroppervlaktes, zijn de zoutmeren van Aigues-Mortes een interessant gebied met een rijke fauna en flora. De vochtige zones spelen een belangrijke rol in het behoud van de biodiversiteit. De zoutmeren hebben na het tropisch regenwoud de grootste biologische rijkdom ter wereld.
De zoutmeren worden onderhouden door ‘sauniers’, landbouwers op zee zeg maar. Ze kennen het vak van de zoutbewerking als geen ander en stemmen dit volledig af op het unieke ecosysteem van de meren. De omstandigheden waarin zeezout wordt geproduceerd en het zoutrijke water zijn ideaal voor de voeding, voortplanting en rustperiodes van talrijke vogels. Zo leven er meer dan 200 verschillende soorten, waaronder ruim 10.000 flamingo’s. Ook vind je maar liefst 192 plantensoorten op de grootste zoutlagune van de Middellandse Zee. Die biologische rijkdom maakt het gebied tot een beschermde natuurlijke site.
De Salins maken ook deel uit van het ‘Life’-milieuprogramma van de Europese Unie, om het ecosysteem van de zoutmeren te beschermen via tal van sensibiliseringsacties en campagnes rond de bescherming van de natuurlijke habitat van vogels, het natuurlijke herstel van de kustlagunes…
Op de kaart
De zoutmeren van Aigues-Mortes verspreiden zich over 2 departementen (le Gard en les Bouches-du-Rhône) en 4 gemeentes (Aigues-Mortes, Le Grau-du-Roi, Saint-Laurent d’Aigouze en les Saintes-Maries-de-la-Mer). De meren strekken zich uit over een lengte van 18 km van noord tot zuid en een breedte van 13,5 km. Meer dan 340 kilometer baantjes en wegen kronkelen rond de meren, over een oppervlakte die je kan vergelijken met die van Parijs. De zoutmeren dragen met hun specifieke uitzicht en rijke biodiversiteit bij aan het typische landschap van de Camargue.
|