Dolce far niente
De droom van Jacob door Ferdinand Bol, 1642
Engel in de nacht
Zend ons een engel in de nacht als alles ons een raadsel is, als ons de zekerheid en kracht ontvallen in de duisternis.
Zend ons een engel ieder uur die ons ontvoert van U vandaan, wanneer wij voor de blinde muur van uw geheime plannen staan.
Zend ons een engel met Uw licht in onze slaap, de metgezel die troost brengt in het vergezicht van God met ons, Immanuel.
Zend ons in hem de zekerheid dat U ons zelf bezoeken zult en bij ons wonen in Uw tijd en leer ons wachten met geduld.
Michel van der Plas (23 oktober 1927 -21 juli 2013) De Nieuwe kerk in Den Haag, de geboorteplaats van Michel van der Plas
De Nederlandse dichter en vertaler Paul Johann Gellings werd geboren in Amsterdam op 16 mei 1953. Zie ook alle tags voor Paul Gellings op dit blog.
Het kind uit mij
Voor Mara’s 21e verjaardag
Je oogjes wisten het op het moment van je geboorte ik kwam je bekend voor en jij mij in even sterke mate wie ben je toch, zo sprak je zonder woorden we huilden samen alsof we toen al praatten
later dansend aan mijn hand op zaterdagen of tekenend in de trein op weg naar Amsterdam waar je me in het Rijksmuseum zou vragen hoe het kon dat er zomaar licht uit schilderijen kwam
ja, toen was je meer dan ooit het kind uit mij daarna werden we overrompeld door de tijd een eierschaal stelde zich op om al dat zachte
een pantser, wat kon ik er zo gauw aan doen – toch zag ik altijd het kind uit mij erachter en ach, die schaal, die brak, je keek me aan als toen
Boekenbalgedicht
Later vieren denk ik de boeken zelf feest, wervelen op het toneel of staan te lezen in elkaar.
Op kousenvoeten terug naar het theater, dat nagonst als een schrijvershoofd. Daar inderdaad
gezien hoe zijzelf dansten, dansten, tot de slaap kwam met de dag – ochtend op een eenzaam plein.
Binnen alle pluche nu dof; blijft alleen hun glans als wij er niet meer zijn.
December
Zwakke zon aan duisternis ontkomen, over een blinde muur van tijd, maakt van deze namiddag een ingekleurde staalgravure. Okergeel de bomen op het plein; hardroze de trottoirs. Van korte duur is dit stadsgezicht. Maar puur zoals het, voor wij hier kwamen wonen, ook al eens geweest moet zijn.
Daarna het zwoegen van de winternacht waarin gestommel van een laatste trein, een hemel openscheurend met de kracht van een geboorte. Voor onze deur alvast drie koffers uit het oosten, onverwacht.
Paul Gellings (Amsterdam, 16 mei 1953)
De Nederlandse schrijfster en dichteres Margreet Schouwenaar werd geboren in Schagen op 16 mei 1955. Zie ook alle tags voor Margreet Schouwenaar op dit blog.
Oude huizen, nieuwe deuren
In dit lege huis ligt verkruimeld mijn heelal, op de tast vind ik babygeur, heilig vuur, verschoten pijn. Op het oog blozen dozen van het grauwe stouwen Over en weer klinkt stom geblaf of brekend hart. De deur, een bokkig heer, wil niet open, kast blijft steken, bank schiet dwars. Met blauwe knieën, geschaafde schenen, wring ik door een kier. Tevergeefs is het stenen slepen, stutten bouwen, beelden ketenen, het zondagskind blijft hier, evenals de kromgetrokken dromen en het Duvels bier. Achter de horizon slaat een vlag de gongslag van de wind. Wie weet wat ik vind in vers steen: een oude wandelstok, een nieuw been.
Dodijnendom Tussen verschoning en overjas de gepoederde hoop, de dracht, de klokkende buik, de lebbige lach. Achter de hand. Psalmen en gesnik. Er is een pak voor ieder leven. Plunje. Boel. Paradekleed. Ieder is gelijk de ander andersom in hem gekleed. Rokend. Leppend of onthoudend. De mens is zijn bef, zijn lus, zijn trens, zijn pat. Zijn gedoe. Gekoord. Gesmokt. Knievrij! voor het ontlopen. Kijk het schepsel scheppen. Handenvol stof stolt zijn roeping. Zijn hoop een mes. Zijn mes zijn vlees. Zo bot dat het mijdt wanneer het snijdt. In alle ernst, groot is zijn formaat. Geweekt, gewit, gepapt zijn pipse daad. Bleekjes bezigt hij allemans kleur in zijn roomwitte villa waar hij met ronken spraak maakt, tranen in kristal laat, de dood in dingen vertaalt. Onsterfelijk in grut en beuzelen. Schappelijk voor hoofd en kloddeman. Te geef. Hij is te geef, zijn weke bolle wang, zijn broos gebaar dat reikt naar iets meer eigen, meer privaat, iets zo zacht en stevig als twee kusjes voor de slaap.
Margreet Schouwenaar (Schagen, 16 mei 1955)
Zie voor nog meer schrijvers van de 16e mei ook mijn blog van 16 mei 2018.
|