De Amerikaanse dichteres en schrijfster Elizabeth Alexander werd geboren op 30 mei 1962 in New York. Zie ook alle tags voor Elizabeth Alexander op dit blog.
Butter
My mother loves butter more than I do, more than anyone. She pulls chunks off the stick and eats it plain, explaining cream spun around into butter! Growing up we ate turkey cutlets sauteed in lemon and butter, butter and cheese on green noodles, butter melting in small pools in the hearts of Yorkshire puddings, butter better than gravy staining white rice yellow, butter glazing corn in slipping squares, butter the lava in white volcanoes of hominy grits, butter softening in a white bowl to be creamed with white sugar, butter disappearing into whipped sweet potatoes, with pineapple, butter melted and curdy to pour over pancakes, butter licked off the plate with warm Alaga syrup. When I picture the good old days I am grinning greasy with my brother, having watched the tiger chase his tail and turn to butter. We are Mumbo and Jumbo's children despite historical revision, despite our parent's efforts, glowing from the inside out, one hundred megawatts of butter.
Ladders
Filene's department store near nineteen-fifty-three: An Aunt Jemima floor display. Red bandanna, Apron holding white rolls of black fat fast against the bubbling pancakes, bowls and bowls of pale batter. This is what Donna sees, across the 'Cookwares' floor, and hears 'Donnessa? ' Please, This can not be my aunt. Father's long-gone sister, nineteen-fifty-three. 'Girl? ' Had they lost her, missed her? This is not the question. This must not be my aunt. Jemima? Pays the rent. Family mirrors haunt their own reflections. Ladders. Sisters. Nieces. As soon as a live Jemima as a buck-eyed rhesus monkey. Girl? Answer me.
Elizabeth Alexander (New York, 30 mei 1962)
De Afro-Amerikaanse dichter Countee Cullen werd geboren als Countee LeRoy Porter op 30 mei 1903 in Louisville, Kentucy, of Baltimore. Zie ook alle tags voor Countee Cullen op dit blog.
Incident
Once riding in old Baltimore, Heart-filled, head-filled with glee, I saw a Baltimorean Keep looking straight at me.
Now I was eight and very small, And he was no whit bigger, And so I smiled, but he poked out His tongue, and called me, 'Nigger.'
I saw the whole of Baltimore From May until December; Of all the things that happened there That's all that I remember.
To Certain Critics
Then call me traitor if you must, Shout reason and default! Say I betray a sacred trust Aching beyond this vault. I'll bear your censure as your praise, For never shall the clan Confine my singing to its ways Beyond the ways of man.
No racial option narrows grief, Pain is not patriot, And sorrow plaits her dismal leaf For all as lief as not. With blind sheep groping every hill, Searching an oriflamme, How shall the shpherd heart then thrill To only the darker lamb?
Countee Cullen (30 mei 1903 – 9 januari 1946) Cover
De Vlaamse dichter en schrijver Emmanuel Hiel werd geboren in Sint-Gillis-bij-Dendermonde op 30 mei 1834. Zie ook alle tags voor Emmanuel Hiel op dit blog.
Maart. – Dondermaand
Blaast het maartse hels gewaai Van de bomen ’t nest der kraai, Nimmer laat de kraai de moed, Maar herbouwt het nest met spoed. Wakkert de gespelen aan, Die elkander goed verstaan. Moedig zijn is liefde en troost.
’t Haasje schuw verkeert in nood: Overal, ai, loert de dood. Jager, strop en snuffelhond Drijven het zo aaklig rond... Doch het haasje knap en rap, Loopt totdat het hen ontsnapp’... Rap zijn is, ja, levenswinst.
Door de sterbeglansde nacht, Wem de melkweg weemlend lacht, Vliegen wilde ganzen heen, Als een zwerm, gesplitst in tweên; Vluchtend ons moerassig land, Zoeken zij een ander strand. Waar de plicht dwingt, zoek, ge vindt.
Zie hoe ’t elzenboomke zacht Ginds beschermt de groene gracht; ’t Spiegelt zich in ’t water...ziet Naar het spichtig schuiflend riet... Elzen-slingerkatjes ruw Hangen neerwaarts droef en schuw ... Waar gevoel is, daar is ziel.
Emmanuel Hiel (30 mei 1834 - 27 augustus 1899) Borstbeeld in Schaarbeek
De Duitse dichter en schrijver Martin Jankowski werd op 29 mei 1965 in Greifswald geboren. Zie ook alle tags voor Martin Jankowski op dit blog.
tsunamibaby
die neue welle kommt baby ich weiß nicht ob du weißt was das heißt
ich sitze hier auf dem berg baby la france schlägt hawaii in der frage der küsten moschus ist zum glück wieder out berufserfahrung absolute bedingung 3D in echtzeit wird endgültig standard und pink ist die kommende farbe
ich habe hier oben den überbiss überblick romane und filmtrilogien machen das rennen wer klug ist schreibt jetzt die explicit lyrics zum soundtrack gleich in mehreren sprachen mein urteil über die wasserstände tobt uneingeschränkt auf der nach unten lachenden richterskala bis morgen baby ich melde mich nach einer kurzen bewerbungspause mit neuster erkenntnis zurück
zu nichts zu gebrauchen doch zu allem bereit ich sitz auf dem berg baby bei den riesigen schirmen in klamotten die rechnen und bilder empfangen bei den glänzenden schirmen mit denen wir das all abgrasen und in london zersägen sie kühe als kunstwerk in bangkok haben sie schaben als freund
die neue welle kommt baby ich weiß nicht ob du weißt was das heißt
wenn du wissen willst was du tun sollst baby such deinen eigenen stil
die kataloge schicke ich dir
Martin Jankowski (Greifswald, 29 mei 1965)
De Surinaamse schrijver Henri François Rikken werd geboren in Paramaribo op 30 mei 1863. Zie ook alle tags voor Henri François Rikken op dit blog.
Uit: Codjo, de brandstichter
“Was de slavernij voor hem een ondragelijk juk geweest in de stad; - nu hij op zijn ouden dag tot veldarbeid gedwongen werd, kwam hem zijn lot nòg bitterder en onhoudbaarder voor. ‘Navoen (goeden avond) Ta Tiamba’, zeide Tom, toen hij het armoedig huisje binnentrad, waar in een hoek der kamer een koolpot met oranjebladeren op het vuur te rooken stond, teneinde de muskieten te verdrijven, die bij ieder springtij in zwermen hier in 't rond gonsden. ‘Navoen,’ herhaalde Tiamba, die op een bankje gezeten den onbekenden bezoeker bij het schijnsel der maan, dat door het venster inviel, opnam. ‘Ta Tiamba’, begon Tom, die reeds naar een zitje had omgezien en nu bij gebreke daarvan zich op den grond neerzette, ‘ik heb je iets dringends te verzoeken.’ Tiamba antwoordde niets, doch luisterde slechts aandachtig toe. ‘Ik weet’ ging Tom hierop voort, ‘dat gij een mensch zijt met een medelijdend hart en veel, zeer veel doet om ons, arme slaven, van het ondragelijk juk der slavernij te bevrijden, dat wij gedoemd zijn te dragen.’....... Er volgde geen antwoord en Tom ging na eenig aarzelen voort: ‘Ik kwam je als mijn redder, als mijn vader, als mijn heer smeeken om mij uit de slavernij vrij te koopen...... Ach, mijn vader en beschermer, verlos mij, bid ik, je!..... Ik kan het niet meer op de plantage uithouden; ik ben verzwakt en lijdend en toch moet ik iederen dag in regen en zonneschijn arbeiden, als ware ik nog jong en krachtig. Ach, mijn Ta Tiamba, ik bid en smeek je, verlos mij en eeuwig zal ik je dienen en dankbaar zijn.’ En de oude Tom begon te weenen, dat de steenen zelfs er door geroerd zouden worden."
Henri François Rikken (30 mei 1863 - 17 mei 1908) Immigrantenhuizen en een loods op plantage Morgenstond, Suriname
De Engelse dichter Alfred Austin werd geboren in Headingley, Leeds, op 30 mei 1835. Zie ook alle tags voor Alfres Austin op dit blog.
Love's Blindness
Now do I know that Love is blind, for I Can see no beauty on this beauteous earth, No life, no light, no hopefulness, no mirth, Pleasure nor purpose, when thou art not nigh. Thy absence exiles sunshine from the sky, Seres Spring's maturity, checks Summer's birth, Leaves linnet's pipe as sad as plover's cry, And makes me in abundance find but dearth. But when thy feet flutter the dark, and thou With orient eyes dawnest on my distress, Suddenly sings a bird on every bough, The heavens expand, the earth grows less and less, The ground is buoyant as the ether now, And all looks lovely in thy loveliness.
A Fragment
Should fickle hands in far-off days No longer stroke thy hair, And lips that once were proud to praise Forget to call thee fair, Sigh but my name, and though I be Mute in the churchyard mould, I will arise and come to thee, And worship as of old.
And should I meet the wrinkled brow, Or find the silver tress, What were't to me, it would be thou, I could not love thee less. 'Gainst love time wages bootless strife, What now is would be then; The cry that brought me back to life Would make thee young again.
Alfred Austin (30 mei 1835 – 2 juni 1913)
Onafhankelijk van geboortedata:
De Vlaamse dichter Jan Geerts werd geboren in Hoogstraten in 1972. Zie ook alle tags voor Jan Geerts op dit blog.
De kamer
Laten we de kamer voor wat ze is: het verlangen om te wonen. Laten we de gordijnen dicht alsof we nog niet weten hoe het zal aflopen.
Jij slaapt en alles is wakker. Je lichaam is stil en herinnert. Je adem is een barst in de lucht. Een lege droom adert in je slaap.
Ik ril van je verte en fluister. Mijn woorden zoeken het vermogen je toe te dekken. Beneden lekt een kraan, tikt de tijd en bloeien de rozen.
Jan Geerts (Hoogstraten, 1972)
Zie voor nog meer schrijvers van de 30e mei ook mijn vorige blog van vandaag.
|