De Nederlandse letterkundige, vertaler, essayist, schrijver en columnist Karel van het Reve werd geboren in Amsterdam op 19 mei 1921. Zie ook mijn blog van 19 mei 2007 en ook mijn blog van 19 mei 2008 en ook mijn blog van 19 mei 2009 en ook mijn blog van 19 mei 2010.
Uit: Ha, daar ben ik...
Het eerste wat ik van Annie gelezen heb - eigenlijk moet je geloof ik schrijven het eerste dat, maar ik voel me lekkerder bij het eerste wat. Alles wat ik schrijf wordt gecensureerd, dus je hebt kans dat het uiteindelijk toch het eerste dat wordt - het eerste dus wat ik van Annie gelezen heb waren de Impressies van een simpele ziel. Dat waren stukjes in Het Parool, voor het eerst gebundeld in februari 1951. Ze zullen dus in 1948 of 1949 in de krant hebben gestaan.
Wat mij in die stukjes trof was dat ze in het Nederlands geschreven waren. Dat komt in Nederland bijna niet voor. Je kunt bij wijze van spreken de verzamelde werken van Vestdijk doorlezen en je zult daarbij zelden op een echte Nederlandse zin stuiten. Het zijn neutrale zinnen, die net zo goed Franse, Duitse of Engelse zinnen zouden kunnen zijn. Ik ken bij Vestdijk eigenlijk maar één echte Nederlandse zin. Dat is de zin Zwijg als je tegen me spreekt!, uitgesproken door een moeder tegen haar zoon in Else Böhler, Duits dienstmeisje.
In de Impressies van Annie kwam je voortdurend van die echte Nederlandse zinnen tegen, zinnen die je je onmogelijk in het Frans, Duits of Engels kon voorstellen, zoals Ik heb altijd van dat moeilijke haar gehad. Als kind had ik al van dat moeilijke haar. Mijn zuster heeft van dat makkelijke haar. Of Eet nou door, zo meteen staan ze op de stoep en boven ligt een schoon overhemd voor je.
Je zegt misschien: dit is gewone spreektaal, en dat is ook zo. Maar Annie kan niet alleen met spreektaal wonderen doen. Ze schrijft ook: Mijn beeldschone verloofde is onder een sneltrein geraakt en ik kan haar nooit vergeten. Of (over de heldin van een kasteel- of doktersroman): Zij is niet mooi. Haar trekken zijn zelfs onregelmatig te noemen. Of (over een hospita): Ze gluurt, ook al is het haar aard niet, want het is haar vak.
Karel van het Reve (19 mei 1921 4 maart 1999)
De Amerikaanse schrijfster Jodi Lynn Picoult werd geboren op 18 mei 1966 in Nesconset op Long Island, New York. Zie ook mijn blog van 19 mei 2009en ook mijn blog van 19 mei 2010.
Uit: My Sister's Keeper
When I was little, the great mystery to me wasn't how babies were made, but why. The mechanics I understood -- my older brother Jesse had filled me in -- although at the time I was sure he'd heard half of it wrong. Other kids my age were busy looking up the words penis and vagina in the classroom dictionary when the teacher had her back turned, but I paid attention to different details. Like why some mothers only had one child, while other families seemed to multiply before your eyes. Or how the new girl in school, Sedona, told anyone who'd listen that she was named for the place where her parents were vacationing when they made her ("Good thing they weren't staying in Jersey City," my father used to say). Now that I am thirteen, these distinctions are only more complicated: the eighth-grader who dropped out of school because she got into trouble; a neighbor who got herself pregnant in the hopes it would keep her husband from filing for divorce. I'm telling you, if aliens landed on earth today and took a good hard look at why babies get born, they'd conclude that most people have children by accident, or because they drink too much on a certain night, or because birth control isn't one hundred percent, or for a thousand other reasons that really aren't very flattering. On the other hand, I was born for a very specific purpose. I wasn't the result of a cheap bottle of wine or a full moon or the heat of the moment. I was born because a scientist managed to hook up my mother's eggs and my father's sperm to create a specific combination of precious genetic material. In fact, when Jesse told me how babies get made and I, the great disbeliever, decided to ask my parents the truth, I got more than I bargained for.
Jodi Picoult (Nesconset, 19 mei 1966)
De Indiase dichter en schrijver Ruskin Bond werd geboren op 19 mei 1934 in Kasauli. Zie ook mijn blog van 19 mei 2007 en ook mijn blog van 19 mei 2009 en ook mijn blog van 19 mei 2010.
A Quiet Mind
Lord, give me a quiet mind,
That I might listen;
A gentle tone of voice
That I may comfort others.
A sound and healthy body,
That I may share...
In the joy of walking,
And leaping and running.
And a good sense of direction,
So I might know just where I am going.
Raindrop
This leaf, so complete in itself, Is only part of the tree. And this tree, so complete in itself, Is only part of the forest. And the forest runs down from the hill to the sea, And the sea, so complete in itself, Rests like a raindrop In the hand of God.
If mice could roar
If mice could roar
And elephants soar
And trees grow up in the sky;
If tigers could dine
On biscuits and wine,
And the fattest of men could fly!
If pebbles could sing
And bells never ring
And teachers were lost in the post;
If a tortoise could run
And losses be won,
And bullies be buttered on toast;
If a song brought a shower,
And a gun grew a flower,
This world would be nicer than most!
Ruskin Bond (Kasauli, 19 mei 1934)
De Nederlandse dichter en schrijver Gijs IJlander (eig. Gijs Hoetjes) werd op 19 mei 1947 in Alkmaar geboren. Zie ook mijn blog van 19 mei 2009 en ook mijn blog van 19 mei 2010.
Regen
Het is meestal niet het fraaiste kapsel Dat om een plastic regenkapje vraagt. Aandacht voor het uiterlijk gaat vaak met angst gepaard. Als mijn haar maar goed zit en mijn licht op groen staat.
Overal toefjes haar: gewatergolfd, bestreken Met verf, met gel, met haat. Hoort ge het rommelen aan de horizon? t Is de maaimachien!
Of denkt u dat het regenen gaat?
Dit woord
in deze nis van krimpend licht
wacht dit woord op wie het leest
het richt zich op, kruipt langs de wand
en vlijt zich tegen je oor
til mij op van het papier
spreek mij uit en zet mij neer
waar schaduw langs de muur beweegt
en licht naar binnen kiert
in deze nis van stilte
terwijl alleen de tijd nog kraakt
en is verdeeld in maten
zingt het zijn winters lied
van wat zwaar is en wat licht
wat open en wat dicht is
proef mijn zout en smeer mijn honing
laat mij gist zijn in jouw brood
laat wat dood lijkt leven
maak wat donker is weer licht
Gijs IJlander (Alkmaar, 19 mei 1947)
Zie voor nog meer schrijvers van de 19e mei ook mijn vorige blog van vandaag.
|