BRIEVEN VAN DIKKE FREDDY
Aan Bart Somers, minister van Gelijke Kansen
Na de de bouwshift, de blikjesshift, inclusief planschade?
--------------------
Geachte heer,
Ik durf u aan te schrijven omdat ik denk dat u, ondanks het feit dat u een liberaal bent (mijn grootvader sprak altijd over ‘de glibberalen’), toch een mens van goede wil bent.
Om te voorkomen dat in Vlaanderen ook de laatste overgebleven moerassen en voetbalvelden worden volgebouwd, is de Vlaamse regering bezig met een ingewikkelde regeling die de ‘bouwshift’ wordt genoemd. Vroeger dacht ik dat er maar drie shiften bestonden: de vroege, de late en de nacht. Maar nu blijkt er dus ook de bouwshift te zijn. Enfin, dankzij de bouwshift zullen de gelukkige eigenaars van moerassen en zompige voetbalvelden een sloot geld krijgen als ze op hun moerassen en zompige voetbalvelden geen borden zetten waarop staat: ‘Bouwgrond te koop.’ Ze krijgen die sloot geld omdat ze ‘planschade’ oplopen. Hun investering in grond, waarvan ze vroeger dachten dat het bouwgrond was omdat de overheid vroeger alle grond als bouwgrond beschouwde, is een fiasco geworden en dus moeten ze vergoed worden. Uw liberale partij gaat er bovendien op toezien dat ze extreem goed vergoed worden.
Nu wil het toeval dat ik zelf ook met een investering zit die door kazakkendraaierij van de overheid een fiasco is geworden. Op 16 januari 2016 berichtte minister Joke Schauvliege (ik heb het krantenbericht in mijn bezit) dat er binnen de kortste keren statiegeld op blikjes zou worden geheven. Sindsdien heb ik een dermate volumineuze berg blikjes verzameld dat de leefruimte in mijn gemeubelde kamer er meer dan gehalveerd door is. Dat allemaal in de gedachte dat ik voor die blikjes een sloot geld zou gaan krijgen. Stilaan begin ik echter te geloven dat uw regering naast de bouwshift ook een blikjesshift heeft bedacht. Kunt u mij bevestigen of dat inderdaad zo is? En zo ja, heb ik dan ook recht op een ruime planschade? Het lijkt mij een kwestie van gelijke kansen, en dat is tenslotte uw bevoegdheid.
Eventueel kan ik u nog tal van andere dossiers bezorgen van overheidsbeloftes die niet werden gehouden en waarvoor ik – mijn gelijke kansen indachtig – denk planschade te moeten krijgen, maar ik zou de blikjeskwestie graag opgelost zien omdat mijn maatschappelijk werkster dreigementen uitspreekt. Zij kijkt namelijk met andere ogen naar mijn blikjesinvestering dan ik.
In afwachting van uw welwillende antwoord, groet ik u met Hoogachting,
Frederik de Meester,
alom gekend als Dikke Freddy.
-----------------------------------
Antwoord aan Dikke Freddy
Beste Dikke Freddy,
Ik wil u gemeend danken omdat ge denkt dat ik een mens van goede wil ben. Ge denkt dat met recht en reden, want ik heb veel goeie wil. Ik ben er overigens zeker van dat uw grootvader mij geen glibberaal genoemd zou hebben, want een gladjanus ben ik niet. Dat hoort iedereen die het mij hoort uitleggen, direct.
Wat de inhoud van uw sympathiek briefje betreft, moet ik er toch op wijzen dat uw meningen over planschade voor bouwgrond toch wel heel simplistisch klinken en absoluut niet kunnen vergeleken worden met uw blikjesprobleem.
Minister Schauvlieghe was wel een pront madammeke, daar niet van, maar tussen ons gezegd en gezwegen, veel verstand van politiek had ze niet. Statiegeld voor blikjes, hoe haalde ze het zes jaar geleden, in godsnaam in haar kop!
Goedgelovige, simpele mensen, zoals gij Dikke Freddy, zijn dan aan het verzamelen (hoe meer Carapils, hoe meer blik) gegaan en zitten nu met een berg afval. Stuur het in een container naar Joke!
Uw dienstwillige Bart.
08-12-2022 om 19:56
geschreven door Gust Adriaensen
|