'Als Bart De Wever een groot staatsman wil worden, dan moet hij maken dat België beter functioneert. Met Vlaanderen als de dominante actor', schrijft John Vandaele van *MO in De Standaard van 8 juni..
In financieel-economisch opzicht is de regio Vlaanderen al vele jaren de 'dominante actor' in België. De welvarendste subregio is dat dan nog vooral dankzij zijn verknooptheid met Brussel.
Deze realiteit en het feit dat het overgrote deel van de bevolking geen onafhankelijkheid wenst, integendeel, zien de nationalisten niet graag onder ogen. Hun electoraal-politieke strategie bestaat er dan ook in, een totaal achterhaald 'kaakslagflamingantisme', een calimerozelfbeklag in stand te houden en te voeden, dat zij geregeld combineren met de hautaine vernederingsdrang ten aanzien van de luie, Waalse profiteurs.
Anderzijds hebben De Wever en de NVA zich naadloos ingevoegd in de rechtse, neoliberale financiële en economische Belgische machtscenakels , waar dat 'kaakslagflamingantisme' wordt afgedaan als een ridicuul restant van een lang vervlogen 'Vlaams romantisme'. De Wever zal maar 'staatsman' worden, als hij zich losmaakt van beide werelden en met België de echte problemen aanpakt.
Die echte problemen zijn bekend en tekenen zich door de coronacrisis nog scherper af. Echte staatsmannen, politici en partijen gaan voor een doordacht en rechtvaardig beleid. Zij pakken de armoede aan, nemen maatregelen tegen de klimaatopwarming en de milieuverloedering, zoeken oplossingen voor de migratie- en mobiliteitsproblematiek.
Het is de tragiek van De Wever dat hij zichzelf gevangen gezet heeft in een cocon van een ouderwets , conservatief flamingantisme én in een bunker van een onbarmhartig liberaal kapitalisme. Anderzijds ziet hij wel in dat die mens- en maatschappijvisies geen oplossing bieden voor de individuele en gemeenschapsnoden van de mensen hier en in de rest van wereld.
Met zijn ontegensprekelijke kwaliteiten zou hij in België samen met Magnette bv., die andere getalenteerde politicus, echt aan de weg kunnen timmeren. Dan zouden zij kunnen uitgroeien tot 'staatsmannen', die verder kijken dan 'staatsstructuren'.
Een mens in nood heeft geen nood aan een 'staatshervorming'.