Colruyt, Delhaize, Carrefour ... hebben ons, hun klanten, vijf jaar lang, tussen 2002 en 2007, bedrogen door gecoördineerde prijsstijgingen te organiseren voor een aantal producten. Uiteindelijk zijn ze recent tot vrij hoge geldboetes veroordeeld.
Dat is bijzonder ontluisterend voor die warenhuisketens, die in hun marketingstrategie en hun reclamecampagnes de indruk proberen te wekken dat voor hen de klant en enkel de klant op de allereerste plaats komt.
De morele val van Colruyt is zeker in de perceptie nog dieper dan van de andere megabedrijven. Colruyt heeft zich altijd wat graag het imago aangemeten van het solide en goudeerlijke, ja zelfs idealistische en bovendien Vlaamse familiebedrijf, verweven met de samenleving, en altijd klaar om de Goede Werken te steunen. Maar ondertussen werden dus de klanten schaamteloos bedrogen. Voor eigen gewin. Voor het nog sterker doen stijgen van de bankrekeningen van een van de rijkste families van België: de familie Colruyt.
Dat vooral Colruyt toch nog op veel krediet kan rekenen, blijkt uit de commentaar bij het bedrog, door professor Van Ossel van de Vlerick Business School. Het flagrante klantenbedrog van Colruyt, wordt 'pekelzonden' , 'accidents de parcours' genoemd. En Colruyt doet toch dingen die maatschappelijk goed zijn, sust de professor vergoelijkend.
En marketingprofessor Van Ossel besluit: 'Een bedrijf dat zijn nek uitsteekt, is vatbaarder voor kritiek'. Op welke manier dat een alibi, een verontschuldiging, een soort van rechtvaardiging kan zijn voor het regelrechte bedrog, mag Van Ossel wel eens uitleggen. Overigens is het opvallend dat deze verregaande vorm van clementie enkel Colruyt wordt gegund, en niet Carrefour, Delhaize, Cora, of andere bedriegende ketens.
Een andere bedenking van professor Van Ossel kan ik bijtreden. 'De schade voor Colruyt is intern groter dan extern. De mensen komen naar Colruyt voor de laagste prijs. Zij zullen om die reden blijven komen.'
Zo zal het zijn. En niet alleen de prijs speelt m.i. daarin de beslissende rol. Hoe groter, hoe gigantischer, hoe naamlozer de onderneming, in casu het warenhuis, is, hoe minder bewust, hoe machtelozer, hoe minder kritisch, hoe meegaander, hoe ethisch afgestompter, de naamloze klantenmassa wordt.
Veronderstel dat in een overzichtelijke gemeente met een gezond sociaal weefsel, een aantal buurtwinkels (mochten ze nog bestaan) de klanten jarenlang bedrogen had, de boycot, de verontwaardiging en het misprijzen zouden massaal zijn.
25-06-2015 om 07:31
geschreven door Gust Adriaensen
|