Goede Vrienden,
De zesde eigenschap van ons mens-zijn bestaat uit de gave van onszelf, in vrijheid en liefde. Dit behoort tot Gods wezenheid naar wiens beeld wij geschapen zijn. Gods Menswording in Jezus, zijn lijden en sterven zijn hiervan de hoogste uitdrukking. Als de Nieuwe Adam heeft hij onze schuld op zich genomen en uitgeboet. Terwijl de eerste Adam door ongehoorzaamheid en weerspannigheid het gelukzalige samenleven met God voor het menselijk geslacht hoogmoedig heeft afgewezen en verspeeld, heeft de Tweede Adam door gehoorzaamheid het voor ons weer mogelijk gemaakt in te treden in het oorspronkelijke plan van de Schepper met de mens. Het eerste mensenpaar is gezwicht voor het “nabootsend verlangen” van de duivel. Jezus zal in de woestijn hieraan weerstaan: “Toen zei Jezus hem: Weg, satan; er staat geschreven: de Heer uw God zult gij aanbidden en Hem alleen dienen” (Mattheus 4, 10, zie Deut. 6, 13). Dit is de overwinning op de menselijke hebzucht, eerzucht en heerszucht. Zo begrijpen we het verschil tussen een heidense en een christelijke samenleving. Jezus wil het kwaad in de samenleving niet oplossen door schuldigen aan te duiden en te slachtofferen. Dit werd reeds in het O.T. aangekondigd. Psalm 51 (50), 18v : “U wenst toch immers geen slachtoffers? U vindt toch geen voldoening in brandoffers? Een berouwvolle geest is een offer voor God”. Hij is gekomen om te redden. Adam bracht over de mensheid een vloek, die Jezus zelf op zich genomen heeft: “Christus heeft ons bevrijd...door zelf voor ons een vloek te worden...” (Galaten 3, 13). Hij is als het ware zelf de zonde, de verworpene, de vervloekte geworden. Door zijn menswording, lijden en sterven heeft Hij de zonde en haar gevolg, de dood, voorgoed vernietigd. Al blijft dit een groot mysterie, het is niet irrationeel. We kunnen er iets van trachten te begrijpen. Het is Rene Gerard die onze aandacht heeft getrokken op het unieke van de passieverhalen. Hij heeft zich eigenlijk heel zijn leven met niets anders bezig gehouden dan met de wereldliteratuur (Dostojevski, Cervantes, Shakespeare, Proust...) en tot zijn eigen verbazing het unieke van de passieverhalen ontdekt. Alle culturen, en niet alleen de westerse, zoals de intellectuele mode het nu graag voorstelt, heeft zijn onschuldige slachtoffers en zijn zondebok, aldus R. Girard. De Bijbelse boodschap, met als hoogtepunt de Evangelieverhalen over de kruisiging van Jezus, is de openbaring van “de godsdienst van alle godsdiensten”, “de uiteindelijke openbaring van al het religieuze”. “De vier Evangelieverhalen over de kruisiging hebben een eigen wetenschappelijke waarde... niet alleen omdat zij de waarheid vertellen, maar omdat zij het onopgeloste raadsel van de mythen leren ontcijferen. Dat is in mijn ogen de echte ontdekking van mijn werk, nl. de Bijbelse rechtzetting van de leugens van de mythen” (Les origines de la culture, D. D. B., Parijs, 2004, blz. 265-6). In de mythen hebben de moordenaars altijd gelijk en de slachtoffers ongelijk. En het onrecht wordt een daad van rechtvaardigheid. In de Bijbel en het Evangelie is het omgekeerd. Volgens de Griekse mythe bevrijdt Oidipoes Thebe van de vreselijke sfinx en mag met de koningin trouwen. Noch hij, noch de koningin zijn zich bewust dat zij moeder en zoon zijn. Hierdoor komt er grote ellende over Thebe. Mythen houden de waarheid van schuld en onschuld verborgen, de passieverhalen openbaren de waarheid glashelder. Wanneer Oidipoes als de oorzaak van de ellende uitgeschakeld is, komt er weer even rust. Wanneer Jezus gekruisigd is, komt er helemaal geen rust. De Evangelieverhalen tonen overduidelijk aan dat zijn veroordeling het grootste onrecht is en dat Hij geheel onschuldig is. Met zijn dood en de uitstorting van de heilige Geest zal het christelijk geloof zich over de hele wereld verspreiden. In het christendom wordt de zondebok “gedesacraliseerd” en erkend voor wat hij werkelijk is, een onschuldig slachtoffer, onrechtvaardig vermoord. “Door de onschuld van Jesus aan te duiden, openbaren de Evangelies de onschuld van alle gelijkaardige slachtoffers, veroordeeld door het unanieme geweld en valse lynchpartijen, vanaf de grondvesting van de wereld” (ibidem, blz. 269). Op het Kruis trekt Jezus alle mensen tot zich. De geschiedenis van alle menselijke beschavingen is in wezen dezelfde. Uit het (slechte) nabootsend verlangen komen na-ijver en jaloezie voort. Rivaliteit wordt geweld dat eindigt in doodslag. De invloed van het christendom heeft het nu wat moeilijker gemaakt om unaniem een onschuldig slachtoffer aan te wijzen en uit te schakelen maar het zondebok systeem blijft.
Van dit bloeddorstig mechanisme kunnen we bevrijd worden door de goede navolging, die op sublieme wijze geopenbaard wordt in de leer, het leven en de Persoon van Jezus Christus. Hij maakt ons duidelijk dat wij het geweld willen oplossen door anderen als schuldigen aan te wijzen en met een sacrificiëel offer uit te schakelen. Zo onderhouden wij het geweld, dat ook in ons eigen hart zit. We blijven immers de smaak van de navolging van het verlangen van de duivel meedragen. En het uitschakelen van een zondebok zien we dan als een daad van rechtvaardigheid. Jezus brengt een nieuwe wereldorde, die de slachtoffers vervangt door liefde en bekering. Jezus’ kruisdood, in liefde en vrijheid aanvaard, openbaart de extreme wreedheid van het menselijk mechanisme van het nabootsend verlangen en de zondebok. Mythen scharen zich aan de kant van de moordenaars. Jezus wordt zelf vrijwillig slachtoffer en staat aan de kant van de onschuldigen. Hij vertegenwoordigt alle onschuldige slachtoffers. Het nabootsend verlangen en het zondebok systeem afzweren en Jezus’ voorbeeld navolgen, dat heet bekering en leidt naar de echte verlossing. (Vooraleer ons tot de passieverhalen te wenden, geven we eerst nog een schitterende voorafbeelding hiervan uit het Oude Testament).
P. Daniel
|