xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Vlaamse reisbureaus hebben voortaan eigen, modern statuut
Na meer dan 40 jaar hebben de Vlaamse reisbureaus eindelijk een modern statuut, aangepast aan de reiswereld van deze tijd. Nadat de pogingen van zijn voorgangers één voor één strandden op bevoegdheidsconflicten, slaagde Vlaams minister van Toerisme Geert Bourgeois erin om, samen met de reissector, een eigen Vlaams statuut te schrijven. Het nieuwe decretale kader bakent duidelijk af wie zichzelf reisbureau mag noemen, welke de voorwaarden zijn en welke activiteiten vergunningsplichtig zijn. Zonet gaf het Vlaams Parlement definitief zijn groen licht voor het statuut, in de sector stilaan gekend als 'het statuut Bourgeois'.
"Reizen verkopen is handelen in beloften. Alles gebeurt op basis van vertrouwen. De bescherming van de reiziger was voor mij dan ook een prioriteit," aldus minister Bourgeois. "Wie zich in Vlaanderen een reisbureau noemt, moet voortaan aan duidelijke voorwaarden voldoen, zodat de reiziger kan vertrouwen op een kwaliteitsvolle dienstverlening."
Het nieuwe decreet voert nieuwe kwaliteitsvereisten in, zowel voor de onderneming als voor de leidinggevende van een verkooppunt. De precieze voorwaarden worden later bij besluit van de Vlaamse Regering vastgelegd. De vergunde reisbureaus krijgen een herkenbaar kwaliteitslabel.
Het is ook eindelijk duidelijk wie precies nu een vergunning nodig heeft. Het nieuwe decreet bepaalt dat voortaan al wie op duurzame wijze reizen of logies van derden of een combinatie van reizen met logies aanbiedt, vergunningsplichtig is. Tussenpersonen vallen daar dus ook onder. Zo wordt komaf gemaakt met de 'grijze zone'.
Tegelijkertijd wordt ook expliciet verduidelijkt wie geen vergunning nodig heeft, kwestie van bijvoorbeeld de sporadische reisinitiatieven van verenigingen of scholen niet onmogelijk te maken
|