Renault "ZOE" luidt bij Renault een tijdperk in van voor iedereen betaalbare elektrische mobiliteit. Het is weerom een belangrijke stap voor de elektrische auto, die even stilstaand lijkt, maa in concreto traag maar zeker opgang maakt. De ZOE oogt leuk, is compact en verenigt alle momentele kennis op gebied van EV's. De prijzen van de verschillende versies zijn nog niet bekend - wellicht na het Salon van Genève - maar alle eigenschappen en de benadering van elektrisch rijden wél.
Het design-avontuur rond de Renault ZOE begon eind 2008, het jaar dat de verschrikkelijke financiële crisis begon. Spijtig genoeg is die vandaag nog lang niet voorbij. Eind 2008 kondigde Carlos Ghosn na het wereldeconomische forum om een gamma van vier elektrische wagens te commercialiseren. Het kernmodel - project X10 - was een compacte berline die volledig als elektrische wagen zou worden ontwikkeld voor een grootschalige commercialisering. Het lastenboek werd op 21 januari 2009,voorgesteld. Dat omschreef een "guitig" en geruststellend design voor een innovatieve en verantwoordelijke "100 % elektrische auto".
De eerste schetsen waren bijzonder radicale creaties. De start van het elektrische tijdperk deed iedere designer ervan dromen de auto als verschijning opnieuw uit te vinden. Langzaam maar zeker evolueerden de schetsen echter naar een rationelere benadering. De overstap van verbrandingsmotoren naar elektromotoren eistte al een grote mentaliteitsverandering van de klanten, dus mocht de styling daar niet nog een schepje bovenop doen. ZOE moest - net als de LEAF van Nissan - een unieke auto worden, maar met lijnen en proporties die aansloten bij de vormelijke coventies in de autosector om de overstap van verbrandingsmotoren te vergemakkelijken. Er werd een designwedstrijd uitgeschreven en die is gewonnen door Jean Sémériva. Naar verluidt zouden zuiverheid en emotie centraal hebben gestaan in zijn digitale schetsen.
Puurheid loopt in oogstrelende lijnen over heel de carrosserie terwijl dynamische uitstraling gebundeld is in een hoge gordellijn, het geheel overkoepelt een wielbasis van 2588 mm. "Waar de ene lijn stopt, begint er een andere" zegt de ontwerper. Daarbij moet wel even worden geslikt van men moet geen student in logica om dat niet vanzelfsprekend te vinden. Wat Jean Sémévira bedoelt is dat hij als een druppel water die - losstaand van alles - als eindeloze vormgeving in de ruimte hangt. Met zo'n uitspraken uit de autoindustrie kan men tientallen boekdelen vullen. Wat er van de ZOE aan is, is dat de gebundelde vormgeving elegant is en in niets doet vermoeden dat het om een puur elektrische auto gaat. Gewoon een indrukwekkende verschijning.
De ZOE heeft een blauw getinte voorruit en ook de voorste lichtblokken hebben die kleur. Doordat ook de ruiten rondom blauw zijn getint - op het hele gamma - is snel de ZOE als elektrisch voertuig te herkennen. De transparante achterlichten mrt concntrische blauwe randen, een unicum voor een seriemodel, worden pas rood wanneer er wordt geremd of wanneer de lichten worden ontstoken. Het geeft een effect alsof de hele koetswerkkleur over de auto uniformer is.
In 2009 kwam Laurens Van Den Acker in dienst. Hij voegde een belangrijke toets toe aan het project door de nieuwe merkidentiteit in de voorkant te integreren. ZOE kreeg daardoor erg fijne, langgerekte bi-halogeenkoplampen en een grote logo dat in fel contrast staat met de zwarte achtergrond van het radiatorrooster. Zijn grote glimlachende luchtinlaat, geflankeerd door twee uitsparingen die de daglichten herbergen, geeft ZOE een guitige en charmante uitstraling. Op 28 juli 2009 presenteerde Jean Sémériva zijn creatie in de grote zaal van het Technocentre in Gyancourt aan het directieteam. Dat was meteen enthousiast. De creatie draagt de "signature" van Jean Sémériva. Er is namelijk een afdruk van zijn duim in reliëf op de buitenhandgreep van de achterdeuren, die de in achterstijl zijn ingewerkt. De klantentests gingen van start in maart 2010. Het prototype dat voor die gelegenheid werd voorgesteld, leek in alle opzichten op het model dat eind 2012 op de markt werd gebracht. De aspirant-klanten waren in ieder geval bijzonder enthousiast.
Het interieurdesign van de ZOE werd toevertrouwd aan Dominique Marzolf. In zijn eerste tekeningen kwam diezelfde zuiverheid naar boven als in de ontwerpeb van Sémériva. De dashboardoppervlakten leken uit één stuk gehouwen en de lijn zijn sober en gestrekt. De sierstrip op het dashboard was ook in die optiek getekend en verwees met zijn design naar een windmolenwiek. Dat witte sierelement wijdde een voor de autobouw nieuw, zacht aanvoelend materiaal in dat zijn oorsprong vond in de woonwereld. De zuivere en ontspannende sfeer binnenin wordt onderstreept door een reeks lichte interueruitvoeringen (versies "Life" en "Zen", gekoppeld aan toptechnologie. Het 7-duims scherm van de Renault R-Link-console, die voor het dahsboard zijn geplaatst en het TFT-scherm (Thin Film Transistor) van het dashboard zelf zetten de techniciteit van de ZOE kracht bij. De ZOE werd in avant-première op het Salon van Gnève voorgesteld en verschijnt straks net als de Renault Twingo, Nissan LEAF en andere Peugeot's Ion, Citroën ZERO's en Mitsubishi's iMiEV in het straatbeeld. Wie vandaag al wat oplet ziet er al meer dan wordt gedacht. (wr/Foto's:Renault)