De komende European Motor Show van Brussel staat door de verantwoordelijkheidszin van organisator Febiac in een groene sfeer. Dat wordt door Greenpeace uitermate in vraag gesteld. De vingerwijzing van de milieuridders is echter niet op rekening te schrijven van de autoindustrie, evenmin op die van de autogebruiker en zeker dus niet op die van wat banaal gezegd het 86ste Autosalon van Brussel is. Het begint op 17 januari a.s. en loopt bijna parallel met dat van Detroit waar zoals bekend is de Amerikanen pas wakker worden inzake milieu. Op een vuurpijltje meer of minder komt het voor hun in de wereld niet op aan, en dus is de "global warming" daar geen prioriteit. Maar...nu er door de spanningen rond Iran, de gebeurtenissen in Kenia en Pakistan méér dan 100 dollar voor een vat ruwe olie is gevraagd worden ook de Amerikanen dat aan de pomp gewaar. Dus begint er - autopolitiek gezien - iets te roeren. General Motors toont aan de wereld en de politici dat het hun al lang menens is. Zoals de Chevrolet Sequel die haast 500 km op waterstof kan rijden. Uitstoot nul. En daar begint de discussie nog maar. Want om waterstof te "brouwen" moet je electriciteit hebben...
In Europa woedt er momenteel een diplomatieke oorlog tussen enerzijds de Europese Commissie en anderzijds de ACEA, de vereniging van de autoconstructeurs. Ver van de realiteit levende politici' willen het gemiddelde aan CO2 uitstoot dat vandaag 160 g/km bedraagt, tegen 2012 terugeschroefd zien tot 120 g/km. Dat gemiddelde geldt voor ieder merk voor het totaal van alle modellen dooreen. Het is dus mogelijk een hyperlage uitstoot te realiseren met een klein autootje, zoals een Smart bijvoorbeeld. Daartegenover kan binnen hetzelfde merk een mastodont van een terreinauto worden gebouwd die naar het andere uiterste doorslaat. Als het gemiddelde van de totale gamma maar tot maximum 120 g/km geraakt.
Omdat zoiets op korte termijn weinig waarschijnlijk is proberen de constructeurs aan de commissie een 130 g/km motor voor te stellen. De laatste 10 g/km moet dan worden ingevuld door gebruik van biobrandstoffen en elektrische energie. Zoals Volvo al recentelijk in Frakfort voorstelde: op ieder wiel een zelfstandige batterij die maakt dat het ding 100 km actieradius op elektriciteit heeft. Als die batterijen plat zijn worden ze weer opgeladen tijdens het rijden door de verbrandingsmotor. Die zal op zijn beurt op bio kunnen functioneren. Overigens was Volvo ook al pionier in die multifuel, lang voordat andere autobouwers het Grote Licht erover opstaken en nu allemaal een vooraanstaande rol daarin willen opeisen. Voorzichtigheid is echter geboden, want over voedsel dat ondertussen al geofferd wordt om groen te rijden is ook al veel te doen. Eten of rijden ? Zullen we daarvoor moeten gaan kiezen ? Het rare is dat het allemaal niets met de "European Motor Show of Brussels" lijkt te maken te hebben. De ongemakkelijke waarheid is dat de kern van heel het salon over niets anders gaat.
De Duitse industrie die knallers als Audi's, BMW's en Mercedessen afleveren zit het meest verveeld met de Europese wens om in 2012 slechts 120 g/km als gemiddelde uitstoot aan C02 te hebben. Zelfs kanselier Merkel mengde zich al in het debat dat op Europees niveau vooral wordt gevoerd tussen milieucomissaris, de Griek Stavros Dimas en de Duitse industriecommissaris Günter Verheugen. Zoals te voorzien geraken ze er niet uit en zijn de Franse en de Italiaanse automerken bevoordeeld omdat die in kleinere segmenten de plak zwaaien en al dicht tegen of onder 140 g/km. Overigens VW met zijn Polo Blue Motion spant de kroon.
De woede van de Duitsers is vooral gericht op de voorgestelde maatregel die zegt dat na 2012 de constructeurs zullen worden belast met eerst 20 per gram dat ze boven 120 g/km zitten en vanaf 2015 met 95 per gram teveel. De grote wagens die zomaar direct 4 à 5,5 l/100 km minder zullen moeten gaan verbruiken, zijn geviseerd. Globaal wordt geschat dat die maatregel auto's gemiddeld zo'n 1300 duurder zullen maken...Komen die heffingen per gram eraan dan kan een BMW direct onbetaalbaar gaan worden. Duitsland voelt zich geviseerd binnen de 27 landen die in het Europees Parlement kunnen stemmen. Het lobbyen is begonnen. Het stemmen moet nog even wachten.
Dat is de botsing van Brussel, waar Europees alles wordt bedisseld. De glitter van de giganten moeten de 700.000 verwachte toeschouwers verblinden om nog niet die prangende situatie onder ogen te zien. Want wat is nu vandaag een alternatief ? Hybride is het antwoord. Toyota en Lexus spannen in die techniek de kroon, waren de echte pioniers. Die auto's, ook de in vorm gedurfde maar oerdegelijke Prius kost voor de consument meer dan een andere "gewone" auto. Dat is voor een familiebudget veel en de overheid doet niet genoeg aan een tegemoetkoming. Al is -15% op de aankopprijs wel een geste. Meer kan wellicht ook niet, want alle denkbare federale kassen en kasten zijn leeg...Hopelijk gaat het niet dezelfde weg op met de proviandkasten van de wereld van soja, koolzaadolie en andere zonnebloemolie. Zoniet zitten we zonder basisvoedsel.
Die biohype is al zover gevorderd dat bijvoorbeeld Renault dit jaar in de FR 3,5 éénzitters biobrandstof gebruikt, ook in de nieuwbakken Clio Cup (voorstelling op salon op 19 januari), en meer autosportactiviteiten ondergaan de heilzame boodschap van bijvoorbeeld E85 en 100% bio-éthanol. Zelfs de groene F1 zou er tegen 2012 moeten mee rijden. Nauwelijks is bio ontdekt of het wordt duidelijk dat de puur elektrische auto de finale oplossing zal moeten brengen. Dat is in Brussel allemaal te zien, op de hele Heizel, in alle paleizen tussen de blutsen van de - politieke - botsingen aldaar. Febiac zet trends, Greenpeace stimuleert de ongemakkelijke waarheid van Al Gore, ingenieurs denken zich suf, politici blijven industrieel impotent.(Tekst: Walter Rombauts/Foto: Lexus)
Blauwwitte Chevroletkleuren uit het WTCC in de Dakar
Piloot Eric Vigouroux en navigator Alexander Winocq vertrekken zaterdag 5 januari vanuit startplaats Lissabon met de grootste "quad" die de Dakarrally ooit heeft gezien. Tenminste zo kunnen we opmaken uit de technische analyse van de Chevrolet Silverado Trophy Truck. De "pick-up" komt uit Amerika en is in de blauwwitte kleuren van de Nubira's en Lacetti's uitgevoerd. De tinten dus van het WTCC waarmee Chevrolet terecht weer opgemerkt wordt onder de giganten van de industrie. Getekend GM, maar hier privé ingezet.
De vergelijking met een quad gaat in die zin op dat de achteras één stijf geheel is en een differentieel in de klassieke zin van het woord ontbreekt. Daarmee wordt het bochtenwerk natuurlijk een ruige bedoening. Maar de bestuurder moet geen koppeling gebruiken, wel handmatig de vier gangen van de transmissie bedienen. Schakelen dus zonder te koppelen. In het mulle zand van de duinen dat in deze editie extra veel wordt voorgeschoteld kan dat voordelen hebben. Vooral omdat het koppel van 70 mkg (toerental niet opgegeven door constructeur) borg staat voor grote malende wielen (velgen 15" tot 17") die als pletwalsen van een grote grondverzetmachine worden verondersteld borg te staan voor bij de eerste tien in de einduitslag. Daar rekent Eric Vigouroux toch op.
Omdat de Chevrolet een buizenchassis heeft zoals een buggy en een achteras uit één stuk zoals een quad is vormt het concept een categorie "cameleon's" binnen de Dakar. Momenteel is hij de enige. Het zal een snelle zijn omdat de motor de V8 7 liter is uit de Corvette C6 die omwille van het reglement werd ingetoomd tot 300 pk. Die soepele motor is mid-achter opgehangen in het buizenchassis waardoor hij een buggy wordt, gecamoufleerd echter door die pick-up-bak achteraan die voor een ander profiel zorgt. Dat zal ook de FransmanVigouroux te beurt vallen. Want in 2006 was hij winnaar in de open klasse met een Chevrolet Pro-Truck en hij reed de Dakar ook al met een quad. Hij heeft dus ervaring met de bokkigheid die een doorlopende as aan het gedrag van de achterwielen geeft. De stoere Chevrolet vormt binnen GM mogelijk een concurrent voor die altijd sakkerse Hummer.(wr)