BMW en Chevrolet zijn zich goed bewust van de armada Seats Léon TDI's die neergestreken zijn in Curitiba, Brazilië.Volgend weekeinde wordt daar de openingsrace gereden voor het World Touring Car Championship. Deze Braziliaanse stad heeft zowel strand en zon als fabrieken die auto's uitspuwen. Renault onder andere. Op de gevel prijkt Ayrton Senna's naam. Het mag herinneren dat autosport een industrieel gegeven is waarop directies aller merken aandachtig toekijken en de krenten tellen. Seat's Sport Director Jaime Puig zegt dat één van de Spaanse turbodiesels dit jaar wereldkampioen wordt. Eric Nève, Chevrolet dirigent zegt hetzelfde. Bart Mampaey, BMW tovenaar zegt het niet meer maar denkt het in zichzelf. En met hem ook Andy Priaulx. Die heeft al drie wereldltitels op zak. Een vierde lonkt.
't Zou bijna zeker zijn als Seat daar niet stond met die TDI. Die turbo's, die weliswaar plusminus gelijk vermogen hebben als de Chevy's en de BMW's. Maar die zo zalig profiteren van die drukvulling. Die zorgt ervoor dat de cilindervulling iedere slag maximaal is en dus ook de maximale werkdruk op de zuiger komt. Met een hoog koppel als gevolg. Dat woord koppel wil in lekentaal zeggen dat de wielen/banden daardoor een zo groot mogelijke trekkracht hebben op het asfalt. Pierre-Yves Corthals, regerend kampioen bij de "Independents" zei het ons vorige week nog: "Die Léon's rijden zo van je weg bij het uitkomen van de bocht. Je kan d'r niets aan doen. Tenzij grotere risico's nemen, met soms de nare gevolgen van dien." Pierre-Yves Corthals (32) bestuurt een benzineversie en is wijs genoeg om enkel de "Independents-titel" opnieuw voorop te stellen en zo nu en dan een podiumtje mee te pikken.
Dat hogergenoemde gunstige motorkoppel wordt door één van de meest verfijnde versnellingsbakken naar de (voor-) wielen gestuurd. het is de DSG-bak (Doppelt Schalt Getriebe) die in heel de VW-groep is verspreid. In het Seatgamma zit hij ook in Léon, Altea, Altea XL en Toledo met 1,9 TDI motor. Maar ook nog in de 2,0 liter TDI van 100 kX (136 pk) en (140pk) die huist in de carrosserieën met dezelfde namen als daarvoor. De top is uiteraard de Léon FR met de 2,0 TFSI motor van 200 pk waarin de versnellingsbak wordt bediend via schakel "padies" aan het stuur.
De felgekleurde Seat's, gedreven over het zeespiegelniveau van Curitiba, hebben tot doel het imago ten top te drijven. Jordi Gené, Gabriele Tarquini, Tiago Monteira, Yves Muller en Rickard Rydell moeten verder de Seat sportgeschiedenis schrijven die in 1970 (Formule Nacioñal) algemeen begon en in het eerste WTCC van 2005 eerst de Ibiza opvoerde om vanaf Oschersleben dat jaar Jordi Gené voor het eerst een Léon te laten rijden. Drie jaar later nu zijn er vijf Léon's. De stilte die wordt bewaard vanuit de kampen van de tegenstanders laat vermoeden dat ze er wat beteuterd bij staan. (Tekst: Walter Rombauts/Foto's: Hans van Onsem)
Als je graan of suikerbiet verwerkt transformeert de suiker zich tot alcohol en is dan éthanol. Als je het dan concentreert en deshydrateert heb je bioéthanol. Vermengd met handelsbenzine geeft dat de brandstof E85. Daarvan is 15% Super 95 en 85% bioéthanol. Aan de bron komt die voor ongeveer 70% uit plantaardig en dierlijk leven. Als je van een dikke terreinauto de tank vol doet met E85 is dat het equivalent van 250 broden waarvan heel wat mensen kunnen eten. Hoeveel broden de eerste vlucht van Virgin Air met bioéthanol heeft opgeslorpt is niet bekend. Maar als er meer brood in de tank gaat wordt ons eten nog duurder en zullen we op een socio-economisch conflict afstevenen.
Ten aanzien van het milieu is de uitstoot van bioéthanol heilzaam. Eén liter ervan geeft 75% minder CO2 (koolstofdioxyde) aan de uitlaat dan één liter benzine. Op 24 april 2008 begint in Lédenon de nieuwe "Bioracingseries". Het is een kampioenschap dat wordt gereden met speciaal daarvoor door Tork-Engineering ontworpen sport-prototypes met gesloten cockpit die door een 4,0 liter V6 worden aangedreven. De motor levert 257 kW (350 pk) tegen 6800 tm en een maximum koppel van 450 nm tegen 4200 t/m. Als het kampioenschap na zes evenement van drie races van ieder 50 km op 19 oktober in Magny Cours afsluit zal er 31 ton CO2 zijn bespaard in 2008. Als die races niet zouden worden gehouden zou er nog meer zijn bespaard. Daarover gaat de essentiële discussie. Meerdere disciplines, Formule Masters, Formule Renault 3.5, de Clio Cup alsook enkele wagens voor de komende 24 Uren van Le Mans, gebruiken E85. Als we de milieugroeperingen volgen is dat of te vroeg, of gewoon de verkeerde (milieu-) weg.
Maar dat nieuwe kampioenschap zorgt voor menselijke activiteit. E-design van Eric Bachelet en AéroConcept hebben er hun werk mee en de krachtige V6 is centraal achterin gemonteerd in de 4,3 meter lange auto met een wielbasis van 2,6 meter. Hij is 1,9 meter breed 1,03 meter hoog en weegt leeg 800 kg. Zijn naam is BRS 4.0. De bolide met buizenchassis draagt een zesgangige sequentiële versnellingsbak (Sadev), heeft Brembo geventileerde schijfremmen en 8" en 9" aluminium velgen (respectievelijk voor- en achteraan) waarop, weer in die volgorde 21/65/18 en 24/65/18 Michelinbanden liggen. Tork-Engineering is een firma die ook voor Peugeot, Citroën, Fiat, Mitjet, Mitsubishi en Kia toelevert.
Het wedstrijdconcept zelf bestaat uit een vrije training van 45'. Vervolgens zijn er twee qualificatie-sessies van ieder 20' en drie koersen van 50 km met rijdende start. De coureurs kunnen ervaren mensen zijn maar mogen nooit eerder in een officiële competitie op het podium hebben gestaan. Een nieuwe dimensie dus in de werving naar nieuw talent. Los van het gegeven van bioéthanol stellen meerder race-ingenieurs zich de vraag of deze zoveelste competitie wel wenselijk is. Er is al zoveel.Straks weet de FIA-milieucommissie het ook niet meer of ze een groene F1 tegen 2012 in concreto moeten omzetten. En zeker met die bioéthanol erbij. Iedere hectare - bijvoorbeeld - bieten verwerkt tot bioéthanol bespaart ieder jaar 4 ton fossiele brandstof en maakt ons onafhankelijker van de fossiele brandstof van de Opec. Maar wat als we morgen al ons basisvoedsel in onze tank kappen ? In 2015 zou 10% van het wereldwagenpark (plusminus 1,5 miljard voertuigen) op bioéthanol kunnen rijden. Of dié promotie langs de competitie moet gebeuren is zéér de vraag. (Tekst:Walter Rombauts/Foto's: Tork Engineering)