De autoindustrie zit met de handen in het haar. Er is de crisis die tot een versnelde toepassing van elektrische auto's zal leiden. Er blijft evengoed een groep rijke mensen die snelle, krachtige en mooie wagens willen blijven kopen. Hun aantal wordt kleiner maar diegenen die bij het selecte gezelschap behoren kunnen zich steeds meer veroorloven. Zoals een tweede - elektrische - Rolls voor de stad naast die voor de interstedelijke tochtjes. Met één Rolls die uitstoot zero heeft en één die fameus wat CO2 uitstoot halveert men eigenlijk de totale uitstoot van een situatie waarin twee Rolss'en met verbrandingsmotor zouden worden aangeschaft in de familie. Neen, alle gekheid op een stokje, Rolls komt uit met een elektrische Phantom om inderdaad een geste te doen naar de prangende verkeerschaos en pollutie allerhande (schadelijke uitlaatgassen, lawaai en gigantisch brandstofverbruik). BMW, die eigenaar is van Rolls, beschouwt dat meesterstuk als een public relations actie om de industrie een sein te geven dat àls we nog "funcars" willen maken en verkopen we vooral de cultus van het elektrisch rijden met de middenmoot en de kleintjes zullen moeten accentueren. Alleen als de auto zal zijn geëlectriseerd zal de openbare opinie geen afgunstige kritiek meer uiten op rijdende standbeelden als Ferrari's, Maserati's en Porsche's. Om de voornaamste "objecten" te noemen. "Jaloersen" zullen er altijd zijn. Het verschijnsel auto is en blijft een statusgebonden barometer. Het is een hemelsbreed verschil om bij een mooie stoeipoes aan te komen in een Peugeootje 107 dan wel in een Nissan 350 Z Roadster. In beide gevallen merk je verschillende magnetische krachtlijnen rond "de poes". Negatieve en positieve. 't Is menselijk en het zal nooit veranderen. Het moèt zelfs nooit veranderen. Want leven moet fun zijn. Voor iedereen. In iedere auto ook.
Daarom worden we dagelijks om de oren geslagen met nieuwe aankondigingen van merken die hun elektrische auto's zo snel mogelijk op de markt willen brengen. Zoals General Motors "pusht" om de Volt "plug-in" nù in 2009 al productieklaar aan te bieden. Batterij leeg ? Je steekt de stekker in de muur. Afrekenen met het bevoorradingsnet zal perfect elektronisch gebeuren. Tot op de dollar- of eurocent na. We treden een gigantisch nieuwe boeiende wereld binnen die zal toelaten dat de giganten van de sport zullen kunnen blijven bekoren. Hoewel er ook wat elektroschokken door hun modellen zullen gaan. Want Ferrari, Porsche, Aston Martin en andere Nissan's zijn plots...jaloers op die Tesla's, die Chevrolet's en Mercedessen die met zero uitstoot rijden. Dus elektrisch en/of op waterstof via een brandstofcel waarbij alleen waterdamp als uitstoot wordt waargenomen.
En hier en daar is er ook al een Ferrari- of Porscherijder die wat beursperikelen heeft meegemaakt en gevoelig wordt voor een litertje per 100 km minder. Porsche brouwt daarom ook al kleine hybride-oplossingen naar het voorbeeld van Lexus, het luxemerk van Toyota wiens Prius (straks Prius III) met 5,5 l/100 km een miskende pionier is geweest en nog veel geschiedenis naar de toekomst zal schrijven. We kunnen d'r niet meer rond: de file elektrisch aangedreven auto's, de "plug-in's" staat voor de deur van 2009. Opdat de Sint, de Kerstman en de Drie Koningen rond de jaarwisseling de juiste zouden voorrijden, gaan we op Autosport.be en Walter's Auto Cahier's wat vertellen over de auto's die mogelijk zullen maken dat liefhebbers van "objecten" die ongemoeid zullen kunnen blijven aaien. Zowel over de zijdeachtige aerodynamika als op het gaspedaal. We overlopen daarom vanaf nu de Salons van Los Angeles (november) tot Detroit (januari). We sprinten op en over zonnepanelen, we dalen af in de knetterende wereld van de brandstofcellen en duiken in de nijpende drukken in de reservoirs met waterstof. Na die reis staan we voor de "European Brussels Motor Show 2009". Als we bereisd zijn teruggekeerd uit een vonkende wereld kunnen we van die Belgische show echt genieten. Met een beetje kennis van zaken kunnen we dan meekijken en mogelijk een steentje bijdragen aan een evolutie in autowereld die nooit eerder in de geschiedenis is vertoond. (Tekst:Walter Rombauts/Foto's WR en Chevrolet)
Uit de oude doos: Over Huskies, snowscooters en Kittilä
Kittilä. - De thermometer in de Volvo S80 wijst -39°C aan als ik vanaf de luchthaven van Kittilä in Lapland naar de dorpskern rijd. Over verharde sneeuwwegen neem ik opnieuw kennis van een fascinerende wereld van eeuwig groene boompjes op een witte vacht die echter niet zacht is. Door de intense koude is de sneeuw steenhard geworden. De verharde sneeuw eist al mijn aandacht om er een krachtige auto zonder kleerscheuren er overheen te sturen. Bevroren meren liggen als kaalgeschoren land tussen wegen, boswegeltjes en paden die uitmonden in donkere wouden. Waar rendieren zich vaak schuil houden. Al ontmoet je er soms op de weg ook. Meestal onverwacht achter een bocht. Ze verroeren zich geen vin. Ze geraken helemaal niet onder de indruk van die aanstormende Volvo. Gelukkig rijd ik met een S80 die met systemen is uitgerust waarmee ik ei zo na tussen de geweien door kan laveren. Gelukkig raak ik geen van de drie. Stel u voor ! Als ik zo'n een kauwende eland-met-sympathieke-smoel zou raken en het dier is ernstig gekwetst zodat het ter plaatse blijft liggen, zou ik het met een groot, vlijmscherp mes afmaken door de keel over te snijden of, als je daartoe niet bekwaam bent, op zijn minst onmiddellijk met de nadruk op direct, de politie verwittigen. De wet van het Hoge Noorden, de streek waar leven om te overleven centraal staat.
De Lappen leven met de natuur, met de verschrikkelijke, donkere, korte dagen (in januari gaat de zon op om 10 uur en is weer verdwenen om 16 uur) en het eeuwige licht in de zomer. Er zijn weinig auto's te zien. Files staat niet in het Lapse woordenboek, althans niet in 1999. Voor korte verplaatsingen gebruiken de bewoners snowscooters. Een motor drijft een geribbelde transportband aan die zich door de sneeuw klauwt nadat twee halve ski's het pad hebben geëffend. Zo een ding, waarop de bestuurder op een zadel zit en met een motorfietsstuur zowel stuurt, gas geeft als remt, zo'n ding flitst keihard over de sneeuw. Tot 80 en 120 km/h toe, afhankelijk van motorvermogen en machine. Gevaarlijk voor de overmoedige leek, want de sneeuwvlakte is als de Sahara. Ogenschijnlijk vlak. Maar dat bedriegt. In werkelijkheid zit de "vlakte vol builen en putten. Wie niet oplettend stuurt vliegt ergens tegenaan ! Een boom wijkt niet. Een ziekenhuis is veraf. Toch mag men ook weer niet te traag scooteren. Want in de sporen, door anderen getrokken en door de koude ook versteend, kip je dan gemakkelijk om. Ik heb het ooit gezien. Twee corpulente pennenridders, gastronomisch duidelijk goed getraind, vielen zijdelings om. de achterste hield zijn armen rond de voorste zijn buikken als een sneeuwlawine verwenen ze van het tableau, de bossen in...nowsccooters snel besturen is een kunst. Ofening baart die kunst, maar die januarimaand in 1999 was het in Kittilä zo koud - 's nachts werd een historisch record van - 50°C opgeschreven - dat de autochtonen mij een rit in die omstandigheden ten stelligste afraadden. Omwille van de vrieswonden. In een "no time" loopt men die op. Tot - 25°C is het haalbaar, nog kouder haalt het vel van je gezicht. Dus ging het avontuur daar die dag niet door. De nachtwaarde was een recordwaarde in de toen uitbollende eeuw. Dan maar een taxi....
Och, 't Is niet waar. De Lappen nemen zelden een taxi. Die raakt immers vast, of slipt, of start niet. Nochtans vond Volvo toen al de "plug-in-auto" uit, maar de stroomleverantie vanuit het net was dan bedoeld om de om de motor warm te houden zodat die 's ochtends gemakkelijk zou starten. De koude daar was er de oorzaak van dat er geen diesels te zien waren. De échte taxi voor de Lappen en de toeristen die een avontuurlijke vakantie in de kou willen, dat is de slee, getrokken door Huskies. Wolfachtige honden, waarvan er vele twee verschillend gekleurde ogen hebben. Ze trekken de slee waarop een persoon warm ingeduffeld zit en de "kapitein" staat achteraan op de uiteinden van de sleesmessen. Met wat zweepgeknal gaat het snel vooruit. Men hobbelt over de bulten, valt in kuilen, scheurt door de sneeuw en over het ijs. De langzamere taxi is getrokken door Elands. Dat lijkt meer op kar en paard. Tot slot rekent die omzeggens van de wereld geïsoleerde groep ook op pony's. Die "waden" tot de buik door de meterhoge sneeuw.
De zomer brengt een ander beeld. In juni, juli en vooral augustus, kunen de temperaturen tot + 25°C oplopen. De sneeuw is dan voor de zon verdwenen, de meren liggen er kristalhelder bij, het leven is dan gemakkelijker. De Lappen zijn goedgemutst. Ze kennen gezelligheid in winter en zomer. Hun leven wordt beheerst door symboliek rond eenvoudige dingen: eten, een dak boven het hoofd, warmte bij een haardvuur, liefde als levenshouding en liefde als tijdverdrijf. Om de bevolkingsverhouding te reflecteren, in de veestapel is er één mannelijk rendier voor dertig van het andere geslacht. In de maatschappij ligt dat bigamische gevaar iets lager. Maartoch... 't Is ongelooflijk maar daar in het hoge noorden, met zijn zuivere lucht, zijn ruimte, denkt men na over een ander leven. Een bestaan waar de natuur als klok speelt. Waarin de mens zich heeft geschikt en ernaar leeft. Met vis, rendier, vodka, bronwater en vuur. Wie er eens is geweest en héél even heeft geleefd, moet er altijd aan terugdenken. 't Is er niet ech sjiek, maar zo overrompelend écht. Net of de aarde van Kittilä je opzuigt in zijn porieën en je naar de oorsprong der dingen terug wil brengen. Zoals het goed zou zijn voor ons.(Tekst en foto: Walter Rombauts)
Op 4 juli 1957 lanceerde Fiat zijn 500. Iedereen herinnert zich het historische model en wellicht ook de boeiende races die ermee werden gereden. Maar dat was de Abarth-versie. Nu de Italiaanse industriereus zich na een halve eeuw een nieuwe 500 heeft veroorloofd die op veel applaus door het grote publiek is onthaald, is men aan zichzelf weer een 500 Abarth verplicht.
Het is een extra sportief karretje geworden doordat onder de motorkap een 1,4 liter turbomotor zwoegt. Hij wil 99 kW(135 pk) tegen 5000 t/m kwijt aan jonge maar verstandige mensen die beseffen dat eens de Sport-stand ingeschakeld hun verantwoordelijkheid stijgt met het indrukken van het gaspedaal. Die sportstand wordt geactiveerd door een simpele druk op een knop en alleen in die stand komt er tegen 3000 t/m een koppel van 180 Nm boven water. Abarth voorzag een Torque Transfer Control System dat erover waakt dat het motorkoppel efficiënt aan de wielen wordt doorgegeven zodat altijd een maximale grip van de banden op het wegdek wordt geoogst.
Uiterlijk verschilt de 500 Abarth van de gewone door imposante luchtinlaten op de nog mogelijk indrukwekkende neus. Die hebben overigens een functie. Want de laadlucht van de turbo gaat door een interkoeler die de hete, samengedrukte lucht, weer genoegzaam koelt zodat het mengsel in de motor zijn densiteit kan behouden en geen enkele neiging tot zelfontbranding kan hebben. Carlo Abarth die zich voor vijftig jaar vastbeet in die kleine bom heeft zijn leerlingen goed onderwezen. De Fiat 500 Abarth is dan ook een raspaardje !
Van buiten maken de vele Abarth-stripings duidelijk dat het hier over een speciaal Fiatje gaat en binnenin duiden licht aparte instrumenten zoals een turbodrukmeter aan dat sportiviteit troef is. In de nabije toekomst zal dat nog worden verstrekt want Abarth arbeidt ook aan een pure raceversie. De Fiat 500 Abarth zal vanaf juli eerst in Italië en daarna in de andere Eu-landen te zien zijn.(Tekst:Walter Rombauts/Foto:Garage Meyers)
Mini laat vijfhonderd plug-ins los op de Amerikaanse markt
Wat Mercedes met de Smart deed en doet in Londen, dat doet nu BMW in Amerika. Vijfhonderd Mini's "E" worden geleased aan evenveel klanten die na een al dan niet langere rit de stekker in de muur steken en zien dat hun lithium-ionenbatterij 2,5 uur later is opgeladen voor een nieuwe rit. Die kan maximum 200 km zijn en daarbij mag liefst niet permanent de topsnelheid van 152 km/h worden onderhouden.
Het Hatchback van deze compacte Mini biedt plaats aan twee personen. Dat komt omdat de zware lithium - ionen batterij de achterbak inneemt. Het batterij-pakket maakt dat deze Mini E 1500 kg weegt. De ganse auto-industrie die zich met zevenmijlslaarzen naar de elektrische auto en die met brandstofcel haast, kan niet rond de litium-ionen opslag. Nochtans is het lage ontvlampunt van lithium nog een serieuze hindernis die moet worden genomen en waarover men liefst het stilzwijgen bewaart. De Toyota Prius III die in 2009 zéker op de International North American Motor Show zal staan in Detroit zal het aanvankelijk nog doen met nikkel-metall-batterijen. Precies omdat Toyota er nog niet uit is met de definitieve materiaalkeuze. De Mini waarmee BMW na de waterstofoefening in de "7" ook weer bij de eersten is met de "stekkerauto's" zal op het Salon van Los Angeles een trekpleister zijn.
De elektromotor levert 150 kW (204 pk) en laat toe om - zover nodig - in 8"5van stilstand 100 km/h te halen. Dat zoiets met dat gewicht mogelijk is komt omdat een elektromotor of generator vanaf de eerste omwenteling die wordt gemaakt ook meteen zijn maximum koppel levert. Raar genoeg zullen het de CVT-transmissies zijn die bij deze toepassingen terug populair zullen worden. Dat zijn natuurlijk niet meer de variatorsystemen met rubber-bretellen van de historische Dafjes. Het zijn nu lamellenriemen die volgens het afwikkelsysteem werken. Een V-vormige riem die niet trekt dus maar duwt. Er is bij het afremmen ook energie-recuperatie. In concreto wil dat zeggen dat de generator dan de batterijen bijlaadt. Twintig procent van die herwonnen energie wordt weerom naar de elektromotor gestuurd als dat door de bestuurder via het gaspedaal wordt gevraagd.
De Mini E is gesymboliseerd op de carrosserie door stekkerafbeeldingen en in het interieur ziet men in plaats van de grote toerentalmeter in het midden nu hoeveel energie-opslag er nog ter beschikking staat. Deze Mini heeft dus ZERO schadelijke uitstoot. Onlangs stelde Nissan duidelijk dat tegen 2050 de uitsoot aan CO2 in hun gamma met 70% zal zijn verminderd, inclusief de uitstoot van de productie-eenheden. De 0-uitstoot zal pas tegen 2010 worden bereikt met de Nissan X-Trail die op brandstofcellen zal functioneren. Die techniek zal gezien de "Alliantie" tussen de Japanse en Franse constructeur Renault direct worden overgenomen in de Koleos. Afgezien van nog enkele, mogelijk marginale, toepassingen leiden Mercedes en BMW duidelijk in de wedren naar een effectieve propere wereld. Op het eerste gezicht zijn het nogmaals de autoconstructeurs die de grootste inspanningen leveren om de kwaliteit van het leefmilieu niet met woorden maar met - nu nog kostelijke - daden te demonstreren.(Tekst:Walter Rombauts/Foto's:Mini, Mercedes en Nissan)