Net ontslagen uit het ziekenhuis door een warm hart, ben ik zoals de moslims naar Mekka gaan, direct naar mijn bedevaartsoord Le Mans gereden. Grasduinend door het museum heb ik daar een Cadillac Northstar LMP 900 ontdekt uit 2001 die behoort tot de "Collection Automobile Club de l'Ouest" en die door General Motors is geschonken. Terug naar huis komend deed me dat denken dat morgen 30 september 2012 in Puurs de Excelsior-rally wordt gereden. Met klassieke auto's en start en aankomst in de kartingtempel van Inkart, keizerrijk van monument Mike Van Hooydonk. Allen daarheen zou ik zeggen. Sfeer verzekert.
Dan even terug naar die Cadillac. De auto heeft een V8 cilindermotor met vier bovenliggende nokkenassen en draagt twee turbo's. De cilinderinhoud bedraagt 4000 cm3 en die braakt...590 pk uit, toen goed voor een topsnelheid van 340 km/h. Na goede resultaten tijdens de 24 Uren van Le Mans in 2000, 2001 en 2002 werd de auto gepresenteerd in de versie voor de "American Le Mans Series". Hij veroverde een derde plaats in zijn laatste koers in Laguna Seca.
In 2001 werd de Cadillac gereden door Taylor-Angelelli-Tinseau. Zij finishten 15de en legden in dat etmaal 3673 km af tegen een gemiddelde snelheid van 152,17 km/h. Op zich niet wereldschokkend, maar de onderschatte Northstar-motor van General Motors bewees wel zijn deugdelijkheid. Echt doorgebroken is die motor niet. Waarom weet ik niet, maar ik moet altijd aan de Judd-motor denken.
Ieder vergelijk daarmee gaat niet op. Maar de GM-motor is naar mijn gevoel nooit "doorontwikkeld" en de Judd-motor is nu aan het eind van zijn bestaan. Degene die dat best weet is Henri Pescarolo en Pierre Dieudonné. Enfin, die details pikte ik op tijdens mijn dankbedevaart naar Le Mans in de juist gepasseerde dagen. En morgen, tja, vergeet in godsnaam die fantastische Excelsior-rally niet. Het autosportmekka ligt dan voor een dagje in Puurs.(Tekst en foto's Walter Rombauts)
Op het Parijse Autosalon heeft Hyundai niet zonder trots aangekondigd dat het Koreaanse merk helemaal klaar is om terug te keren naar het World Rally Championship. Daartoe werd de nieuwe i20 gisteren in première voorgesteld. Zoals bekend is het WRC één van de zwaarste, zoniet dé loodwegende discipline in de autosport. Daarom is de fascinerende i20 door de ingenieurs ijzersterk in elkaar gevezen om de ronduit afgrijselijke wegeltjes van de wereld zonder wringen of barsten te overmeesteren.
Toen Hyundai zich in 2003 terugtrok uit de autosport, koesterde het merk toch stiekem al de ambitie om op lange termijn terug te keren naar het WRC met een eigen fabrieksteam in Europa. De concrete verwezenlijking van die ambitie is nu de WRC-versie van de i20, een superperformante rallywagen die minstens indrukwekkend oogt maar ook op het terrein voor verrassingen kan zorgen. Niet dat Sebastien Loeb zich zorgen moet maken, maar Hyundai zal wel voor de nodige ophef zorgen. Daar kunnen we zeker van zijn.
Mark Hall, marketingdirecteur bij Hyundai Motor Europe, bleek daar gisteren in Parijs ook nogal zeker van te zijn. Hij zei woordelijk: "Het WRC wordt gezien als de meest spectaculaire autosportdiscipline ter wereld. Ze gaat gepaar met sensatie en dynamiek en sluit dus perfect aan met de merkwaarden van Hyundai. Bovendien zijn de technologische uitdagingen van het WRC voor een automerk bijzonder groot. Met onze deelname onderstrepen we onze engineerskracht en uiteraard dient de opgedane ervaring om over te zetten op de serieproductie.
Hyundai's rallygeschiedenis is vlug verteld. In 1998 nam het merk voor het eerst deel aan een wedstrijd, meer bepaald in de F2-klasse van het WRC. Twee seizoenen later - in 1999 - kondigde het team aan dat het in het daaropvolgende jaar de stap zou zetten naar de topklasse met een volledig ontwikkelde WRC-auto die was gebaseerd op de Accent driedeurs. Deze auto heeft tot 2003 gereden.
Tot slot nog iets over het WRC zelf. Dat is gereglementeerd door de Fédération Internationale de l'Automobile (FIA), de overkoepelende organisatie die alle serieuze motorsport regelt. Voorzitter is Jean Todt. De huidige WRC-auto's zijn gebaseerd op productiemodellen met een inhoud van 1.6 liter en worden gekenmerkt door ingrijpende aerodynamische verbeteringen, vierwielaandrijving, turbo's, sequentiële versnellingsbakken en zijn in wezen rijdende laboratoriumwagens. De data die er worden uit geput dienen inderdaad om detailwijzigingen aan seriewagens aan te brengen.(Walter Rombauts/Foto's:Hyundai)
Net ontslagen uit het ziekenhuis door een warm hart, ben ik zoals de moslims naar Mekka gaan, direct naar mijn bedevaartsoord Le Mans gereden. Grasduinend door het museum heb ik daar een Cadillac Northstar LMP 900 ontdekt uit 2001 die behoort tot de "Collection Automobile Club de l'Ouest" en die door General Motors is geschonken. Terug naar huis komend deed me dat denken dat morgen 30 september 2012 in Puurs de Excelsior-rally wordt gereden. Met klassieke auto's en start en aankomst in de kartingtempel van Inkart, keizerrijk van monument Mike Van Hooydonk. Allen daarheen zou ik zeggen. Sfeer verzekert.
