Als op 8 maart 2009 in het Braziliaanse Curitiba het vijfde World Touring Car Championship aanvangt is Chevrolet gewapend als nooit te voren. De wereldtitel is dit keer de absolute inzet en de nieuwe Cruze is uitverkoren om de Lacetti's/Nubira's in de archieven te laten pronken. Per weekend wordt 12 ton materiaal meegenomen. Het wordt afhankelijk van de plaats van racen over de weg, het water of door de lucht vervoerd. Per vliegtuig is het laatste maar als de tijd tussen twee races kort is, zit er niets anders op. Als de teams neerstrijken in Zuid-Amerika is het Carnaval van Rio alweer voorbij. Maar eigenlijk blijft de nieuwe Cruze een feestneus dragen. Vanaf de eerste succesvolle testen in Estoril over de presentatie een goede week geleden naar de...wereldtitel toe einde 2009. Dat is in ieder geval het opzet van Chevrolet, onderdeel van de GM-gigant die Hummer, Cadillac, Saab en Saturn wil verkopen om weer cashflow te hebben. Eric Nève, begenadigd teammanager, moet alles inzetten om de aanzienlijke budgetten voor het WTCC te blijven verdedigen bij de krententellers.
Die "feestneus" is symbolish de honinggraat radiator die op de gewone Cruze staat en die is overgenomen op de wedstrijdwagen en wel in de vorm van een "inlegrooster" die de radiator symboliseert. De echte koelbox zit in de WTCC Cruze veel lager. Daarmee wint de bolle vorm van de neus aan stroomlijn en is motorkoelling en luchttoevoer voor de races efficiënter. Dat is broodnodig om de 2 liter viercilinder zestienklepsmotor en zijn aggregaten af te koelen. Tegen 8.500 t/m levert de krachtbron 198 kW(270 pk), een vermogen dat ook de concurrentie opvoert.
De Chevrolet Cruze World Touring Car is vergeleken bij het volume-model veel breder. De gewone passagiersauto zal in 130 landen worden aangeboden en bepaalt mee de toekomst van het merk en als onderdeel ook dat van GM. Daarom hangt van de sportieve resultaten zoveel af. De oudevuistregel dat winnen op zondag verkopen op maandag is, blijft onveranderd van kracht. De imago-overdracht naar vooral jonge mensen, de kopers van morgen, is van kapitaal belang. Daarom mogen de piloten Alain Menu, Rob Huff en Nicola Larini zich best die vedetten allures aanmeten. De jeugd wil opkijken naar mannen die iets uitstralen.
In de eerste testen met de Work-Cruze in Estoril is gebleken dat die coureurs nog niets van hun pluimen hebben verloren, net zo min als de andere niet meer zo "piep" WTCC-drivers overigens. Kenmerkend is dat als een hoogste doel - F1 - over is of gemist is er nog een hele visvijver overblijft om in te zwemmen en aan de haak geslagen te worden naar disciplines die op z'n minst nog een stevige broodwinning verzekeren. Je moet dan wel steengoed zijn. Anders ga je je snel blauw betalen voor een stuurtje om te mogn rijden. Dat is geen optie om wereldkampioen te worden in het WTCC. Dit jaar was dat Yvan Muller met SEAT.
Winst en verlies worden dus vooral bepaald door de eeuwige probleemmakers: de remmen en de banden. Yokohama levert die banden zonder een probleem mee te leveren. Het zijn vooral de (weers-) omstandigheden die het probleem bepalen. Een regenrace bijvoorbeeld koelt de banden te hard af en doet grip verliezen. De WTCC-auto's kunnen niet zoals bijvoorbeeld in de F1 remhitte gevangen houden in de velg en zo de banden mee laten profiteren van de omgevingswarmte.Gelukkig worden de meeste races gereden in zonovergoten landen en is dit probleem - bijna - van tweede orde. De remmen zijn natuurlijk ook gekoeld. Vooraan imposante 332 x 32 geventileerde stalen schijven met vier remzuigers in het zadel. Achteraan - omdat daar minder gewcht is - 280 x 7 schijven die maar twee "pistons" hebben en niet geventileerd zijn. Althans de schijven op zich niet. In de praktijk geschiedt door de voorwielaandrijving alles in het front van de Cruze. Het geheel weegt 1170 kg, inclusief de piloot, maar de gewichtsconcentratie ligt natuurlijk rondom de dwarsgeplaatste motor, versnellingsbak en voortrein.
Alles wordt minutieus voorbereid bij Ray Mallock Limited in Wellingborough nabij het Engelse Birmingham. Vanaf een naakte carrosserie wordt in 600 uren een racewagen gemaakt. Alleen de beste onderdelen worden gebruikt. Koggellagers van Timken maar ook scharnierlagers van Asahi zijn te zien in het lichtluchtige atelier. X-Trac versnellingsbakken, oliekeerringen, koppelingen en ander mechanisch fraai's ademen die onvervangbare geur van competitie uit die draait rond het beste van het beste. De inzet is dan ook zéér hoog. De (feest-) neus van de Cruze verdoezelt enigszins het keiharde industriële spel dat om industriële macht gaat.(Tekst: Walter Rombauts/Foto's: WR en Chevrolet)