Nigel Mansell en zijn Grote Dame Rosetta zijn altijd de nederigheid zelve geweest. Haar verhaal is verbijsterend. Zijn humor ook. De man die terukwam van "a point of no return", Enzo Ferrari deed lachen en tieren, en wereldkampioen Formule 1 werd in 1992 met een Williams-Renault. Een lang verdiend hoogtepunt voor een gezellige "dikkerd" naar Formule 1-normen genomen Toen de auto's heel weinig wogen, begonnen de teammangers het gewicht van hun jockey's te bekijken.
Nigel, geboren op 8 augustus 1953, reed 187 GP's, kende 26 spectaculaire ongevallen, reed 32 x de "pole-position" en at doodgraag frieten met stoofvlees en op de frieten een vulkaan aan mayonnaise. Een probleem voor teammangers. Enzo Ferarri maakte er zich razend dik in. Niet zonder reden omdat Mansell's overgewicht in jockeytermen gezien minstens 1 à 2/10de seconde per ronde kostte.
Maar aan tafel was Nigel Mansell een bijzonder gezellige vent. Zijn vrouw Rosetta ook. Hun eenheid straalde van hun af. Het korte verhaaltje over hen maakt duidelijk waarom. Mansell heeft ooit - in mijn herinnering - zijn rug gebroken in een F3 race. Er volgde een ontmoedigende, uitzichtloze revalidatie die héél veel geld kostte. Rosetta en Nigel moesten hun huis verkopen.
Rosetta ging uit werken om te sparen voor een nieuwe racewagen. Mansell wilde terugkomen. Het van zichzelf winnen. Hij heeft het gedaan. Op een grootse, menselijke manier. Met Rosanne en zijn kinderen. Samen. In 1980 en 1981 zat hij in een Lotus Essex JPS-Ford (Cosworth). Zijn ploegmaat was Elio de Angelis, die later dodelijk verongelukte.
In 1980 reed hij de GP's van Oostenrijk en Holland. Te weinig om WK-punten te behalen. Alan Jones werd wereldkampioen dat jaar. Maar in 1981 behaalde hij in dezelfde klote-auto omwille van de eigenlijk achterhaalde Ford-motor, wel 8 punten in de stand voor de wereldtitel. Goed voor een 14de plaats en de Braziliaan Nelson Piquet werd met 50 punten wereldkampioen, één punt meer dan de "vent-uit-één-massief-Argentijnse-steak: Carlos Reutemann. Onderschat coureur én mens.
In 1982 figureert Nigel nog steeds op de 14de plek in de eindstand van het WK. In dezelfde Lotus, met nog de Angelis en Geoffry Lees als ploegmaten. Het vooruitzicht op een snelle doorstoot verzwakte. Maar eens thuis zorgde Rosetta - een antecedent voor een "babe" - dat Nigel een nest had. Kéké Rosberg (vader van Nico Rosberg) in een Williams werd wereldkampioen. In 1983 sprokkelde Mansell 10 WK-punten, maar bleef in de middenmoot met die verschrikkelijke binding Lotus-Cosworth (Ford). Gelukkig werd die Cosworth dat seizoen nog vervangen door een Renault-turbokrachtbron. Nelson Piquet werd in de Brabham Parmalat - eigenaar Bernie... - een tweede keer wereldkampioen.
1984 is het jaar waarin buitenaards fenomeen, vandaag met een dik neerhangend buikje, Niki Lauda de derde keer wereldkampioen werd met stille instemming van ploegmaat Alain Prost in een Mc Laren TAG-Porsche. Mansell, nog steeds in de Lotus en de nog levende Elio aan zijn zijde, pikte samen met stuurgenie Ayrton Senna de 9de plek in dat wereldkampioenschap, elks met 13 punten. In 1985 kreeg "l'enfant terrible vers les femmes", de Fransman Alain Prost de wereldtitel in handen.
Niki Lauda was al aan een ander leven aan het denken, finishte dat jaar 14de en Nigel Mansell, na een goed pak friet en een vettige hamburger, klom op in een Williams naar de 6de plaats door de GP van Europa te winnen en deze van San Marino (Imola). Mansell begon de gevestigde waarden in de weg te rijden, zat aan hun vel.
De stuurse, in zich gekeerde, maar geniale Frank Williams bedacht in zijn rolstoeltje (door auto-ongeval verlamd) dat het best was die gezellige knul van een Mansell te behouden. En ook Nelson Piquet kwam bij Williams wonen. Ze kregen een Williams-Honda en hoewel Alain Prost wereldkampioen werd (1986) was dat maar nipt voor zijn zwaargewichter Nigel Mansell.
In 1987, het tweede jaar dat Piquet en Mansell samen reden, ontspon er zich al een spanningsveld tussen beiden, want ze waren elkaar waard. Twee pluspolen, dus elkaar afstotend. Nelson Piquet werd voor de derde keer wereldkampioen nadat Nigel Mansell tegen meer dan 300 km/h een klapband keek en een eerste mogelijke wereldtitel in (banden-)lucht zag opgaan.
Mansell moest met lede ogen aanzien dat 1988 het doorbraakjaar van Ayrton Senna werd. Mc Laren-Honda Turbo verenigde dat jaar water en vuur: Senna en Prost. Een niet eerder geziene onverzoenlijkheid trad op. Senna devoot bescheiden, Prost werelds en van niet veel vies. Prost benijdde de eerste titel van wat na Fangio de grootste autocoureur in de nu 65-jarige F1 is geweest. Statistisch Michaël Schumacher, maar in de mengelmoes van "be or not to be" zijn het Fangio, Senna en Lauda die boven iedereen uittorenen.
In 1989 werd Alain Prost voor de tweede keer wereldkampioen, Senna tweede en Nigel Mansell vierde. Bij Ferrari boterde het al direct niet tussen rokkenjager Alain Prost en "gentleman-driver" Nigel Mansell. Prost vond "papa" Mansell, maar niets en zijn vrouw Rosetta nog veel minder. Al pakte Prost alles, zelfs bij Rosetta zou hij hebben geprobeerd. Altans werd dat zo in de wandelgangen van de paddock gefluisterd. Nigel zal zich daarover niet ongerust hebben gemaakt.
Hij was auteur van enkele echte kop-start-slippers tegen 300 km/h o.a. in Monza, die goed afliepen, en Prost kon eruit leren hoe een echte soixante-neuf slippartij autotechnisch werd opgelost. Hij verliet Ferrari. Prost kloeg over Nigel's overgewicht, zo'n 17 meer dan de "garendraad". In 1992 zijn WK-jaar in de Williams-Renault de GP's van Zuid-Afrika, Mexico, Brazilië, Spanje, San Marino, Monaco, Canada, Frankrijk, Engeland, Duitsland, Hongarije, België, Italië, Portugal, Japan en Australië.. Groots seizoen na een lange weg naar erkenning.
In 1991 pakte Senna opnieuw de titel met Mc Laren-Honda voor ploegmaat Prost en finishte Mansell vijfde. Maar vrouwtje Rosetta, voor had zij altijd de allure van een Edit Piaff, geen sexbom, maar persoonlijkheid en een waardige bescheiden levensstijl. Daarvoor werd ze zelfs in de paddocks uitgelachen, beledigd eigenlijk, door o.a. Prostje. "Een moeder aan de haard wasongezien in de glitter van tieten en lange benen die aan een slank lichaam bengelden. Maar thuis was hun nest. Ontdaan van laster, roddels. Daar kon niemand aan raken. In onbewaakte ogenblikken - als de F1 niet samenviel met de "24 Uren van Le Mans" - kon je Mansell op de bisons-futé-wegen in Frankrijk voorbijrijden, gezeten in een klein mobielhoompje, met Rosetta en de kinderen erbij. Huisvader. Heus. Naar Le Mans, het Mekka van de wereldautosport.
1992 werd "zijn" jaar. Op weg naar 31 GP-zege's, won hij voor het eerste de wereldtitel met een Williams-Renault. Voor ploegmaat Riccardo Patrese en...Schumacher die al derde werd in zijn tweede seizoen. Met top-ingenieur Ros Brawn als een Einstein in de huid van de racewagen. Het jaar daarop namen Nigel en zijn gezin een sabbatjaar en wat op 1 mei 1994 gebeurde in Imola waar Ayrton Senna zich onder druk van Schumacher, veranderde FIA-reglementen en een slcht "huwelijk" tussen de Williams en de Renaultmotor, dodelijk verongelukte in de zevende ronde van de eerste start, ontnam de frietenreus wat levensvreugde.
De dag daarvoor reed Roland Ratzenber zich dood, crashte Rubens Barrichello op een manier die moeilijk te beschrijven is. Maar professor Sid Watkins - "een whisky kan nooit kwaad" plachtte hij me altijd te zeggen - haalde er hem door en ''s anderendaags wandelde hij al als Pinokkio door de pitlane. Ook werden vijf toeschouwers door een op hol geslagen wiel verwond. Een zwart weekend voor de Formule 1. Vooral omdat met Senna eerder een mens heen ging dan een coureur.
Nigel zag dat zijn tijd gekomen was en bouwde zijn F1 af met in 1994 nog vier GP's voor Williams-Renault en in 1995 nog met een Mc Laren-Mercedes in San Marino en Spanje. Maar de fut was eruit. Thuis was het beter, gezelliger. Rosetta en de kinderen. Met nog een poging met de de volwassen zonen en hun vader de "24 Uren van Le Mans" te rijden viel niet echt mee. Het was goed geweest. Nigel, de "frietenkoning", had zijn bekomst: 31 zege's, 32 crashes en evenveel pole-positions zullen voor Rosetta genoeg zijn geweest. Huiselijke harmonie was hun hoogste goed. Respectabel.(Walter Rombauts/Foto's: Williams, Renault, Camel, wr)
|