Kittilä - De thermometer in de Volvo wijst - 39° C aan als we vanaf de luchthaven van Kittilä in Lapland naar de dorpskern rijden. Over verharde sneeuwwegen nemen we opnieuw kennis van een fascinerende wereld van eeuwig groene boompjes op een witte vacht die echter niet zacht is. Door de intense koude is de sneeuw steenhard geworden. De beenharde ondergrond eist aandacht om een krachtige wagen als de Volvo S80 er overheen te sturen. Bevroren meren liggen als kaalgeschoren land tussen wegen, boswegeltjes en paden die uitmonden in donkere wouden. Waar de rendieren zich vaak schuil houden. Al ontmoet je er op de weg soms ook. Meestal onverwacht achter een bocht. Ze verroeren zich geen vin. Geraken helemaal niet onder de indruk van de aanstormende Volvo. Gelukkig rijden we een S80 die met systemen is uitgerust waarmee je ei zo na tussen de geweien van de dieren doorkunt laveren. Gelukkig raakten we geen van de drie. Stel u voor ! Als we zo'n kauwende eland-met-sympathieke-smoel zouden raken en het dier is ernstig gekwetst zodat het ter plaatse blijft liggen, moet je het met een groot, vlijmscherp mes afmaken door het de keel over te snijden of direct de politie verwittigen. De wet van het Hoge Noorden, de streek waar leven om te overleven centraal staat.
De Lappen leven met de natuur, met de verschrikkelijke, donkere, korte dagen (in januari gaat de zon op om10 uur en is weer verdwenen om 16 uur) en het eeuwige licht in de zomer. Er zijn weinig auto's te zien. Files staat niet in het Lapse woordenboek. Voor korte verplaatsingen gebruiken we de bewoners snowscooters. Een motor drijft een geribbelde transportband aan die zich zich door de sneeuw klauwt nadat twee halve skis het pad hebben geëffend. Zo een ding, waarop de bestuurder op een zadel zit en met een motorfietsstuur zowel stuurt, gas geeft als remt, dat flits keihard over ijs en sneeuw. Tot 80 en 120 km/h toe, afhankelijk van motorvermogen en type machine. Gevaarlijk voor de overmoedige leek, want de sneeuwvlakte is als de Sahara. Ogenschijnlijk vlak. Maar dat bedriegt. In werkelijkheid zit de vlakte vol putten en bulten. Wie niet oplettend stuurt vliegt ergens tegenaan ! Een boom wijkt niet. Een ziekenhuis is veraf. Toch mag men weer niet te traag scooteren. Want anders kipt men gemakkelijk om in de sporen die door anderen zijn getrokken in de versteende sneeuw. We hebben het ooit gezien. Twee corpulente journalisten, gastronomisch getraind, vielen zijdelings om. De achterste hield zijn armen rond de voorste zijn buik en als een sneeuwvlaag verdwenen ze uit de karavaan... Snowscooters snelbesturen is een kunst. Oefening baart kunst., maar toen was het in Kittilä zo koud - 's nachts een historisch record van - 50°C - dat de autotochtonen ons een rit erop ten stelligste afraadden. Omwille van de vrieswonden. In een "no time" loopt men die in die barre omstandigheden op. Tot - 25°C is het haalbaar, nog kouder haalt het vel van je gezicht. Dus ging het avontuur die dag in januari 1999 niet door. De nachttemperatuur was een recordwaarde van deze uitbollende eeuw. Dan maar een taxi...
Och, 't Is niet echt waar. De Lappen nemen zelden een taxi. Die raakt immers vast, of slipt of start niet.. (Meteen de reden waarom daar toen geen diesels te zien zijn). De échte taxi voor de Lappen en de toeristen die een avontuurlijke vakantie in de kou willen, dat is de slee, getrokken door Huskies. Wolfachtige honden, waarvan er vele twee verschillend gekleurde ogen hebben. Ze trekken de slee waarop een persoon warm ingeduffeld zit en de "kapitein" staat achteraan op de uiteinden van de sleesneden. Met wat zweepgeknal gaat het snel vooruit. Men hobbelt over de bulten, valt in de kuilen, scheurt door de sneeuw. De langzamere taxi is getrokken door Elands.Dat lijkt meer op kar en paard. Tot slot rekent die omzeggens van de rest van de wereld geïsoleerde groep, ook op pony's. Die "waden" tot de buik door de meterhoge sneeuw.
De zomer brengt een ander beeld. In juni,juli en vooral augustus, kunnen de temperaturen tot + 25°C oplopen. De sneeuw is dan voor de zon verdwenen, de meren liggen er kristalhelder bij, alles is groen en de houten huizen staan er sprookjesachtig bij, het leven is dan gemakkelijker. De Lappen zijn goedgemutst. Ze kennen gezelligheid in winter en zomer. Hun leven wordt beheerst door symboliek rond eenvoudige dingen: eten, een dak boven het hoofd, warmte bij een haardvuur,liefde als levenshouding en liefde als tijdverdrijf. Om de bevolkingsverhouding te reflecteren, in de veestapel is er één mannelijk rendier voor dertig van het andere geslacht. In de maatschappij ligt dat bigamische gevaar iets lager. Maar toch... 't Is ongelooflijk maar daar in het hoge noorden, met zijn zuivere lucht, zijn ruimte, denkt men na over een ander leven. Een bestaan waarin de natuur als klok speelt. En waar de mens zich in geschikt heeft en ernaar leeft. Met vis, rendier, vodka, bronwater en vuur. Wie er eens is geweest en héél even heeft geleefd, die moet er altijd aan terugdenken. 't Is er niet echt sjiek, maar zo overrompelend écht. Net of de aarde, onze vergeten planeet, je opzuigt in zijn porieën en je naar de oorsprong der dingen wil terugbrengen. Zoals het goed zou zijn voor ons.