Als je bij David Piper mecanicien bent geweest mag je bij de groten worden geteld. Ray Dempsey en ik kwamen elkaar toevallig tegen in een frustratie, een heimwee zeg maar, rond de 38ste "Grand Prix d' Endurance Les 24 Heures du Mans 1970. Zijn baas David Piper verloor in het jaar dat de film met Steve Mc Queen werd opgenomen in die race een been in een zwaar ongeval. hij reed een Porsche 917K met het nummer 31. De man die met hem aan zijn zijde streed voor de hoogste eer heette jonkheer Gijs van Lennep. Het ongeval van David Piper gebeurde in de 112de ronde in het elfde race-uur. Winnaars dat jaar werden Hans Hermann en Richard Attwood in een Porsche 917K, een Flat 12 cylinder van 4494 cm3.
Ray Dempsey herinnert zich nog hoe er met de "unibolt's" werd gespeeld, hoe zowel van Lennepp als baas David moeilijk deden over ieder detail. Hij was toen 18 jaar en Piper gaf hem de kans in de races te infiltreren. De gelegenheid ook om niet alleen de posities van coureurs en wagens te registreren maar tevens om door te dringen in de harteklop van motoren, transmissies, remmen en de beginnende elektronika. Hij is er altijd bescheiden onder gebleven en heeft pijn in zijn hart als hij aan dat ongeval van zijn baas terugdenkt. "Kom mee", zegt hij, en we gaan naar zijn groene plek in Le Mans. Hij grijpt op een rek een dvd: Le Mans, Steve Mc Queen op de cover. "Nooit zag de acteur van die succesfilm één dollaarcent voor zijn werk..." Dan stopt hij even. "Het stuntwerk gebeurde door Rob Slotemaker, de bekende Nederlandse slipspecialist. De toenmalige tegenhanger van onze Mike Van Hooydonk.