Met een Tesla kan je zo'n 365 km rijden eer de lithium-ionen batterij om een nieuwe lading vraagt die naar verluidt voor zo'n 9 zou moeten zijn gefikst. Als je voorbij het "laadpunt" rijdt valt de auto onherroepelijk stil. Hoe mooi, hoe exotisch, hoe knap ook, hij staat daar te staan als een bison in de weide. Dat is momenteel het meest kwetsbare punt van de sublieme Californische échte elektrische auto. De concurrentie, zéér uitgesproken General Motors, gebruikt dat kwetsbare punt om een nieuwe theorie over de elektrische auto te verkondigen. Of om met andere woorden te zeggen dat de complete elektrische auto nooit zal bestaan door gebrek aan die autonomie.
De Volt is op zijn tijd vooruit. De Cruze gaat elektrisch. De Opel Ampera gaat eind 2011 in productie. Als een reusachtige serpentin gaan die berichten de wereld rond. Nu met het internet sneller dan je ze kan schrijven. We zijn al zover dat Babylonische spraakverwarring begint te heersen over vaktermen. General Motors vindt - niet geheel onterecht - dat men het de bezitter van een elektrisch voertuig niet kan aandoen van ergens stil te vallen. Zoals in de stationromannetjes bij nacht en ontij, met een zieke hond en je schoonmoeder ook nog achterin. Daarom vonden de pientere heren van de reus op lemen voeten de term "E-REV" uit. Dat staat letterlijk voor "Extended-Range Electric Vehicle"
In concreto gebruik je een elektromotor als primaire aandrijfbron. Maar die kan de aandrijving maaar 60 km lang waaarborgen en smeekt dan om een secundaire aandrijving op fossiele brandstof. Weliswaar bescheiden in omvang en verbruik en - héél belangrijk - alleen dienend om de lithium-ionen-batterij van 16 kWh op te laden zodat die verder de elektromotor kan aandrijven tot je er na die steeds wissselende cyclus van elkaar aflossen tot meer dan 500 km kan mee rijden. Die primaire energiebron die stroom krijgt van de batterij wordt dan een motorgenerator genoemd. Uiteindelijk kan de Opel Ampera (zo werd gezegd bij de lancering in Genève in maart van dit jaar) ook aan een gewoon stopcontact van 230 volt worden opgeladen. Opnieuw voor een basisrit van 60 km waarna een verbrandingsmotor als generator werkend de batterijen weer oplaadt. De eeuwige ononderbroken cyclus zou je zeggen. Ware het niet dat die verbrandingsmotor (diesel of benzine) nog steeds geen totaal nul-uitstoot geeft.
Renault, Mercedes, Nissan, BMW zeker, maar ook alle andere constructeurs die de wereld doen vonken, die hun bedoeling is van eeen copmlete ZERO-uitstoot te hebben. Van niks. NIet van koolstofdioxide, niet van onverbrande koolwaterstoffen, ook niet van stikstofoxyde, niet van roet, niet van roetpartikels. Van niks. Ook niet van fijn stof. Maar dat zal het moeilijkste zijn, want fijn stof wordt niet alleen door verbrandingen en chemische uitwisselingen bekomen. Tientallen andere factoren - uit huisbrand, wrijvingen, natuurbiologische gebeurtenissen - zorgen voor fijn stof. We zijn er dus nog niet uit. Maar nieuwe open discusssies en inzichten kunnen ons mogelijk wel sneller aan onze zo gewenste echte elektrische auto helpen.(Tekst:Walter Rombauts)