Formule 1 wagens vertrekken in Francorchamps met 150 kg aan benzinegewicht. Dat is 208 liter en daarmee moeten ze 308,176 of 44 ronden van het mooiste circuit ter wereld ronden. Een simpel rekensommetje leert ons dat het verbruik plusminus 67 l/100 km bedraagt, afhankelijk van rijstijl, aerodynamica en weersomstandigheden. De regen bijvoorbeeld is soms een welkome gast om een lager verbruik te scoren. De waterdamp maakt dat het mengsel van lucht en benzine een hogere dichtheid heeft waaruit iets (plusminus 7 à 10 pk) wordt gepuurd.
Na de start vermindert het gewicht iedere ronde. Maar de natuurlijke down-force die een F1-bolide door zijn stroomlijnweefsel heeft, wordt in het begin van de race gesteund door het neerwaartse gewicht van de brandstof. In het "dal" van l'Eau Rouge waar de bolides aan de Raidillon beginnen wordt de vering zodanig ingedrukt dat de houten plank aan de bodem het asfalt raakt. Met een kracht tot 2G zelfs. Maar dat vermindert per ronde, afhankelijk van de omstandigheden met 4,7 liter of 3,4 kg. Iedere ronde geeft dus een andere lastverdeling van de wagen. En uiteraard mogelijk ook een snellere chrono.
Met minder dan een volle tank starten is voor een race als de GP van België in Francorchamps een hoogst kiese zaak. Teams berekenen het met de computer tot op centiliters. Geen enkel team deelt het om begrijpelijke redenen mee. Maar in Francorchamps kan je die gok niet maken.(Tekst:Walter Rombauts)
|